VOOR ZEELAN
\o. 140. 1914.
Maandag 16 Maart
38e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISGH
Het ontwerp.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. DHUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Buitenland.
LEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. f 1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
OOSTERBAAN 6 LE COINTRE, te Goes
EN
van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 110 regels [ƒ1.iedere
regel meer 10 cent.
Z'.iij) die zich met 1 April a. s. op
ons blad abonneeren, ontvangen de
lot dien datum verschijnende num
mers gratis.
i.
Het outwerp-0uderdomswet van 6 Febr.
1914, door J. R. Snouck Hemkesmajns.
I>it is de titel eeuer brochure bij Daa-
in en in Den Haag, verschenen, van de hand
van bovengenoemd oud-lid der Tweede
Kamer.
De heer Snoeck Henkemans is op ver-
zekeringsgebied en inzake het armwezen,
iemand, die meespreken mag, want ja
renlang heeft hij theoretisch en practisoh
van deze- zaken studie gemaakt.
Hij is een deskundige.
Reeds binnen een maand na de pu-
bliceering van Treub's proeve, gaf hij
zijn advies in bovengenoemden brochure
vorm, een advies, dat gewoon voor deze
wet vernietigend is.
Alvorens deze laatste bewering te sta
ven, geven wij| nog even een overzicht
van bet ontwerp'.
Het ontwerpTreub brengt; bedeeling of
ouderdomsrente" aan 70-jarigen ten
ouderechter niet aan allen.
Uitgesloten zijn
lo. de bedeelden;
2o. de dronkaards en slechten van bo
ven de 60 jaar;
3o. die geen Nederlanders zijn.1)
De rente oftewel bedeeling bedraagt f2
per man of f3 per echtpaar, wanneer
ook de vrouw „recht" heeft opj „rente".
Wie zal dat betalen'?
De' g'emeente, maar met uitkeering van
bet, rijk.
Hoe is die uitkeering geregeld?
De gemeente krijgt £50 per hoofd voor
elk barer inwoners van 70 jaar en daar
boven, uitgezonderd
lo. de aangeslagenen in vermogens- of
b edrijf sbelasting
2o. de rentetrekkers van de wet Talma
3o. de opgenomenen in stichtingen.
Hoe berekent de minister het aantal
vlam deze personen
Het aantal 70-jarigen bedraagt rond
225000. Op grond van de uitzondering on
der lo. gaan er af 37000, die onden 2o.
90000; en onder 3o. 3000, totaal 130 dui
zend. Blijft 95000. Voor ieder persoon
wordt f 50 uitgekeerddus totaal
4,750,000 gulden. En nu moeten de ge
meenten zelven bepalen wie de uitkeering)
ka» ontvangen Hoeveel er dat zullen
zijn? Volgens schatting van den minister
i'vallen er af:
lo. de niet behoeftigen, geschat 40000;
2o. de bedeelden geschat 42000;
3o. de gevangenen, drankzuchtigen en
die hun hoofdverblijf niet in ons land
hadden (zie noot hier onderaan) saam
30000;
4o. de rentetrekkers volgens art. 369
wet Talma 95000.
Saam 180000, die gaan van de 225000
.afblijft dus 45000. Die krijgen f 104 of
f 78. Neemt men aan, dat het aantal renten
van f 104 zich verhoudt tot het aantal
renten van f78 als 7i/2 tot 1, dan zullen
de totale kosten van die renten voor de
gemeenten beloopen f4.540.000.
Maar dit alles zijn slechte schat
tingen. Zij kunnen mee- maar' ook tegen-
valten. BijVoorbeeld hoe komt de minister
aan het cijfer 42000 voor het aantal be
deelden?
Hij ontleende dit aan de statistiek voor
hel armwezen. En hiervan nu zegt de
heer Snoeck Henkemans in zijn brochure
„Hert mag1 echter verwondering wekken,
dat als basis van berekening ook zijn ge
nomen de cijfers omtrent het aantal be
deelden, volgens de statistiek van het arm
wezen. Het is toch ook den onderteke
naar der Memorie niet onbekend, dat deze
statistiek in de hoogste mate foutief is.
Elke instelling van weldadigheid geeft
immers het aantal harer ondersteunden
op. Een bejaarde in de residentie, die
vaste bedoeling geniet van zijne kerk en
die bovendien het geluk heeft te belmo
ren onder de „ouden van dagen" door
„Armenzorg" gesteund, wordt tweemaal
opgegeven. Ontvangt hij bovendien steun
uit het Koningin Emma-fonds", dan wordt
hij drie malen geteld. Het ware mij moge
lijk den naam te noemen van een behoef
tige, die door zes verschillende instel
lingen werd opgegeven als door haar ge
steund. Aangezien tot heden tusiscihen de
verschillende instellingen geen verband be
staat, tellen al deze opgaven mede voor
de statistiek en Zoo is het zeer wel mo
gelijk, dat het eindcijfer der bedeelde»
volgens de statistiek 20 pCt., 60 püt. of
100 pCt. clhe der werkelijkheid overtreft."
Uit deze mededeeling mogen wij veilig
het besluit trekken, dat de minister het
cijfer te hoog geraamd heeft; en er desv
halv-e veel minden bedeelden moeten afge
trokken worden. Gevolg' hiervam Zal Zijn
dat dc gemeenten een veel geringer bedrag
als vergoeding krijgen, en een veel hopger
bedrag moeten uitkeeren. Wij, wezen reeds
reeds vroeger op dit niet. denkbeeldig ge
bleken gevaar. En wanneer nu ook de
overige schattingen van den minister eens
'evenzeer mis mochten blijken?
En het nadeel voor de gemeenten moet
grooter worden wij wezen er reeds
vroeger op wijl het aantal rentetrekkers
krachtens art. 369 telken jare afneemt,
onderwijl het aantal rentetrekkers volgens,
min. Treubs wet telken jare toeneemt. De
uitkeering volgens min. Treubs, wet stijgt
toch over een kleine dertig jaar van
4.75000 tot 13.820.000 gulden.
De rente-aanvrage geschiedt, bij het ge
meentebestuur, binnen twee maanden voor
het bereiken van het 70ste jaar.
Het gemeentebestuur onderzoekt naai
den toestand van den aanvrager. Dit zal
in de grootere gemeenten Wél, door een
ambtenaar van 't armbestuur geschieden,
in de kleinere door den veldwachter. De
aam vrager wordt derhalve geheel behan
deld als staatsarmlastige.
De „rente" draagt ook geen vast karak
ter. Zij kan worden ingetrokken, tijde
lijk zoolang de rentetrekker in een krank
zinnigengesticht. een gevangenis of Rijks
werkinrichting verblijft of buitenslands
vertoeft; voor goed wanneer de rente
trekker met een niet-behoeftige in het hu
welijk treedt, of zelve niet langer behoeftig
is. Heeft hij) kinderen, of kleinkinderen!
die volgens het Burgerlijk Wetboek zijn
of kunnen worden aangewezen tot zijin
onderhoud dan kan de gemeente de uit
keering op de bloedverwanten verhalen.
Het verhaal is ook verder precies gere
geld als in de Armenwet.
Het gaat alles even gel ijk als bij de
Armenbedeeling; de rentetrekker staat on
der gedurig toezicht.
Aangezien er gemeenten kunnen zijn die
de wet zoo streng mogelijk voor de aan
vragers zullen toepassen, en er dus nog
een winstje uit willen halen voo-r de ge
meentekas, is beroep vair hare beschik
kingen op 'gedeputeerde staten en op den
Centralen Raad van Beroep toegestaan.
Het is zeer te betreuren, dat, terwille
dezer Staatsbedeeling, die vele gemeen
ten dupeert, en de menschen tot gewone
armlastigen verlaagt, de invaliditeitswet
van Talma, een op wettelijke wijze tot
stand gekomen, door de Koningin uitge
vaardigde wet moet worden verknoeid.
Immers de regeling der ouderdomsverze-
kering valt er uit, en die der invaliditeits
verzekering wordt zóó dat de rente met
het klimmen der jaren vermindert, zoo
dat zij zich ten slotte aansluit bij de ouder
domsrente, om geheel op te houden. Bij
voorbeeld, een invalide die op zijn 50ste
jaar f4 invaliditeitsrente trekt, ziet tot
zijn 70ste zijn rente verminderd tot f2,
en zal' zich dan eerst als behoeftige moe
ten aanmelden bij de gemeente.
Ook zal de wet-Talma niet binnen drie
jaar worden uitgevoerd.
Voorwaar een treurige vrucht ran het
verkiezingslawaai der liberaal-socialisti
sche .arbeidersvrienden.
9 In meer officieele termen uitgedrukt
lo. die niet aannemelijk maakt, dat hij be
hoeftig is, of, als hij gehuwd is, dat ook zijn
vrouw behoeftig is, en die na het bereiken van
65 jaar onderstand heeft genoten van een ge
meente of van een instelling van weldadigheid.
2o. die na hun 60-jarigen leeftyd veroordeeld
zyn tot een gevangenisstraf of een plaatsing in
een rijkswerkinrichting voor den tijd van een
jaar of langer, en zij, die misbruik van sterken
drank plegen te maken of een bekend slecht
levensgedrag leiden.
3o. zij, die niet gedurende de laatste vijf jaren
vóór de renteaanvrage hun hoofdverblijf in
Nederland hadden, of Nederlandsche onderdanen,
die reeds twintig jaren buitenlands verblijf
hielden. Het behoeftig zijn mag ook niet door
daden van schenking enz. aan kinderen veroor
zaakt zijn.
Nog meer profanie.
Het Vaderland geeft, in haar
Zondagsnummer van gisteren in de ru
briek voor de jeugd eet verhaal getiteld
„Muizen"ontleend aap een vertelsel
van Pol de Mont.
Het verhaal begint aldus
„In den alouden tijd was Onze Lieve
Heer eens een wandelingsken gaan doen,
om wat versche lucht te scheppen".
Het verhaal loopt verder over een
wandeling van „O. L. Heer" met een
kat en een ontmoeting van een rat en
een muis die weigeren de(n) Heer en de
kat te groeten. En dan gaat het verhaal
voort
„„Dat volkje stinkt van hoovaardij
zei O. L. Heer, terwijl Hij het hoofd
schudde. „En omdat ratten en muizen
mij zoo onbeleefd durven voorbijloopen,
geef ik u van heden af de volle toelating
om ze op te vreten ge moogt er vangen
en opeten zooveel uw harteken lust."
De kat bedankte O. L. voor zijne
goedheid."
Dit is wel niet zoo'n stuitend staaltje
als dat uit de N. Rott. Crt. Maar toch
verdient ook dit ernstige afkeuring. Het
ware te wenschen dat die oneer
biedige voorstellingen omtrent „Onze
Lieve Heer" ophielden, en er eindelijk
ook uit vrijzinnige kringen eens een pro
test opging tegen een dergelijk misbrui
ken van Gods Naam, en van Zijne lank
moedigheid, die toch immers eenmaal
maal eindigen moet in betooning Zijner
rechtvaardigheid en heiligheid.
Zeker geen overtollige wensch.
Immers in de (liberale) Locb. emsche
Courant van 6 dezer moet een minstens
even schandelijk spotstukje gestaan heb
ben. Een heer die voor een operatie door
den dokter „weg" gemaakt is geweest,
beschrijft het gevoel bij zijn ontwaken
„Toen ik wakker wérd, zag ik in de
verte 'n licht en witte gedaanten, van
verre klonk een heerlijke muziek. „Zié
zoo", dacht ik, „daar zul je 't nou heb
ben het hiernamaals, de hemel!"
En dan wordt er verteld van een ander
die tijdens een flauwte, niet alleen in den
hemel, maar ook in de hel geweest was.
„En waar is het je het best bevallen
werd hem gevraagd.
„In den hemel was het heel mooi," zei
hij, maar wie zijn vrienden en kennissen
wil terugzien, wie voor de gezelligheid
is, zou ik de andere plaats aan
bevelen".
Is het niet schandelijk?
Dergelijke couranten en boeken
dienden uit alle Chr. gezinnen geweerd
te worden en te blijven.
Ouders, let goed op wat uwe kinderen
lezen.
Roode onderwijzersmanieren.
In een breedsprakige artikelenreeks had
mr. Troelstra den Bond van Nederlandsche
Onderwijzers op zjjh plaats gezet, jegens
diens houding, inzake Beishuizen.
Zooajs men1 ,weet, had de onderwijzer
Reishuizen het schoolhoofd voer de klas!
uitgescholden voor „kwajongen", en toern
men hem als eisch stelde, dat hij voorde
klas daarvoor zijh verontschuldigingen zou
aanbieden, dit geweigerd.
Mr. Troelstra's betoog, dat de heer Beis-
huizen dit wel lrad behooren te doen,
wordt door den Bond, die de weigering
had goedgekeurd, aldus, beantwoord:
Beisluüzen. heeft iets gezegd, dat hij
ten volle meent en dat volkomen in
overeenstemming is met de Werkelijk
heid. Dan is het voor een 'man van
karakter niet gemakkeJifc de woorden
terug te neme», want dan wil dat niet
anders beteefcenen dan: liegen, om
dat men zijin baantje in gevaar ziet.
De niet-ambtenaar z'al men in zulk een
geval niet met de vraag aan boord ko
men, om zijn woorden in te' trekken,
en warén de woorden van beleedigen-
de aard, dan zal hij zich liever een
lichte straf getroosten, dan zijn karak
ter te besmeuren.
En verder
Walt (Troelsitra in 'f midden brengt over
de noodzlakelilkheid om der kinderen wil
komedie te spélen en de woorden tegen
over liet hoofd' in het bijzijn 'der kinde
ren gebezigd, ook weer in 't bijzijn der
kinderen terug te nemen, getuigt niet
Van veel doorzicht in deze zaak. Kin
deren zien en horen scherp', en wij mo
gen aannemen, dat de kleine Garst-
huizertjes vrijt wel opi de hoogte waren
van 't geen zich, zij| het dan .als stil
Spél', tusschen hoofd en onderwijzer af
speelde. Toch kwam de krisis, waarvan!
zijl getuigen wanen en tien tegen een,
dat zij hun oude meester van harte
gelijk gaven, toen hij eindelik van zich
afbeet en de onruststoker en treiteraar
met harde, maar Ware, woorden te lijf
ging. Flauw Zoude» ze hem gevonden
hebben, indien hij later gekomen was.
meit de mededeeling: „Kinderen, ik heb
dat toen tegen de bovenmeester gezegd,
maar ik héb dat zo niet gemeend hoor.
'k Ben driftig geweest en ik heb in mij»
drift woorden gebruikt, die ik niet kan
verantwoorden". .Kinderen laten zich
niet zo gemakkelik om de tuin leiden
als men dat wel eens meent en Troel
stra zal het bij nader inzien toch, dunkt
ons, met ons eens zij», dat heel zo'n
verzoeningstoneeltje, als hij zich dacht,,
voor Beishuizen slechts te betreden was,
als hij zich tot komediant, het woord
in zijn slechtste betekenis, had willen
verlagen.
Dit antwoord komt natuurlijk uit den
hoek waar de leiders zitten van de jeug
dige volksopvoeders, die Zelf nog behoor
den te worden opgevoed. Het antwoord
getuigt van bedenkelijke roode manieren,
en een nog bedenkelijker proletarische mo
raal, volgens welke alles in de S. D'.
A. P. en in den „Bond Van N. 0." ge
oorloofd is. Daar gelaten of de beschul
digde door zijin patroon geprikkeld is ge-
Worden, 'schelden is nimmer geoorloofd, en
vooral niet in tegenwoordigheid van kin
deren. Het is trouwens ook niet waar, dat
een in 'tbijzijh der kinderen ingetrokken
hatelijkheid, en vooral wanneer daarbij
het berouw, of althans de spijt van den
delinquent voelbaar is, het gezag van den
onderwijzer zou schaden. Veeleer het te
gendeel is steeds gebleken. Doch tot 'de
hoogte, van waar men dit alles overziet
en begrijpt, schijnen deze volksopvoeders
zich nog niet te, hebben opgewerkt.
Zondagsrust.
De Goesche Gascommissie besloot tot
het uitschrijven van een Gastentoonstel-
ling van 20 tot 26 April a.s.
Deze laatstgenoemde datum is een
Zondag.
Wij veronderstellen dat de Gascom
missie dit zonder erg gedaan heeft; dat
zij verzuimde den kalender te raadplegen,
en zóó den Zondag over het hoofd zag.
Een drietal Protestantsch Christelijke
werkliedenverenigingen hebben bij de
Gascommissie een verzoekschrift bezorgd,
teneinde dien Zondag alsnog van het
program af te krijgen.
Het lijdt toch geen twijfel of de Ten
toonstelling zou bij handhaving van het
besluit minder bezoekers trekken, dewijl
het een groot deel der bevolking dat dén
Zondag als den Dag des Heeren in eere
houdt, heeft gegriefd, en genoodzaakt
zou zijn, zijne medewerking aan de Ten
toonstelling te onttrekken, naar den be
kenden regel der Schrifthaat ook den
rok die van het vleesch bevlekt is.
Wij hopen zeer dat de Gascommissie
aan het verzoek van de heeren J. PJazier,
c. s. zal willen voldoen.
Wordt deze kous alzoo in 't gelijk ge
breid, dan zullen straks alle ingezetenen
van hunne belangstelling in de Gastem-
toonstelling kunnen blijk geven.
Engeland.
Het totaal aantal pensioentrekkers be
droeg voor het Vereenigd Koninkrijk
eind Maart 1910 699.352. Den eersten
Januari 19.11 verviel de uitsluiting dei-
bedeelden. Eind Maart 1911 bedroeg
dientengevolge liet totaal aantal rente
trekkers 907.461. Dit steeg tot eind
Maart 1912 op 942.160 en tot eind Maart
1913 op 967.921 personen. Hiervan wa
ren 363.811 mannen en 604.110 vrouwep.
Het aantal aanvragen bedroeg 1912/13
Voor Engeland 115.648, Wales 7.957,
Schotland 17,786, Ierland 33.579, totaal
174.970.
Hiervan werden afgewezen 43.299,
zoodat toegelaten werden in totaal
131.671.
Er vielen af 102.777 pensioeatrekkers,
nl. in Engeland 65.509, in Wales 4700,
in Schotland 11.414 en in Ierland 21.154.
Op 31 Maart 1913 waren er pensioen
trekkers inEngeland 626.753, Wales
39.723, Schotland 96.239, Ierland 203.036.
De stijging in het aantal rentetrekkers
van 1912 op 1913 bedroeg voor Engeland
4 pCt., voor Wales 4,6 pCt. Voor het
Vereenigd Koninkrijk 2,7 pCt.
De bevolkingsvermeerdering bedraagt
niet meer dan ruim 1 pCt. in Grool-
Brittannië, zoodat ook hier hetzelfde
verschijnsel zich voordoet als in Dene
marken. Een stijgend percentage der
zeventigjarigen meldt zich aan voor het
Staatspensioen.
Op dit oogenblik genieten 60 pCt. der
70-jarigen staatspensioen.
Van de 967.921 rentetrekkers per 31
Maart 1913 genoten 915.750, d. i. ruim
94 pCt., het hoogste pensioen van 5 sh.
Uitbetaald werd in het laatste jaar
1912/13 een bedrag van 12.130.609 pond
sterling aan pensioenen. (Soc. Kr.)
Vereenlgde Staten.
De kansen dat president Wilson zal
slagen in zijn pogingen om de voorkeur
rechten voor Amerikaansche „kustvaar
ders", die 't Panama-kanaal gebruiken
afgeschaft te krijgen, schijnen goed te
staan.
Echter vreest bv. de Times-correspou-
dent te Washington dat de President
door zijn Panama-politiek bij het groote
publiek in de Unie heel wat aan prestige
zal verliezen. De gewone man zal er n.I.
uit begrijpen, dat de Unie in de Panama-
quaestie bakzeil heeft gehaald om Enge-
lands steun te verwerven voor zijn, 's pre
sidenten, Mevico-beleid.
Tegen het voorstel Burnett (beperking
van de immigratie door het eischen van
een zekere graad van ontwikkeling wordt
van verschillende kanten geprotesteerd;
o. a. wordt als bezwaar geopperd, dat
deze wet op een verkeerde maatstaf
voor de waarde van den mensch is op
gebouwd, dat hij intolerant is en in
strijd met de vrijheidslievende Ameri
kaansche geest. Intusschen is het voor
stel door het Huis van Afgevaardigden
aangenomen, en is nu bij de Senaat
aanhangig gemaakt. Een oogenschijnlijk
voor de joden gunstige clausule, die een
uitzondering maakt voor hen, die alleen
wegens geloofsvervolging uit vreemde
landen emigreerden, maakt natuurlijk
door dat woordje alléén ieder bijzonder