NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
1914.
Woensdag 18 Februari
28e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
No. 118.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. DHUIj, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
F 8 u i 11 e t o n.
Onder de Oranjevlag.
Buitenland.
Staten-Generaal
LEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. 1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
QOSTERBAAN LE COINTRE, te Goes
EN
van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 110 regels'ƒ1.iedere
regel meer 10 cent.
Zie naar Zweden.
Hetgeen nu in Zweden gebeurt, moge
een waarschuwing zijn voor het Neder-
landsche volk.
Reeds yoor jaren, bijna een halve eeuw
terug, toen Noorwegen nog met Zweden
vereenigcl was, werd door volksmenners
in de harten van het goede, meest .Chris
telijke, Noorsche bergvolk een geest van
verzet tegen het bestaande gekweekt. Een
verdwaasd, zelfzuchtig conservatisme had
jarenlang geheerscht, de boerenbevolking
van de landsregeering die in Stokholm
zetelde vervreemd, en den bodem ont
vankelijk gemaakt voor het zaad der re
volutie.
Zoo kwam het tot een scheiding tus-
s&hen beide volken, een vreedzame, doch
voor den vorst, koning Oscar, toch een
gedwongene, een pijnlijke oplossing der
kwestie. En thans staat diens zoon, Gus-
taaf V, voor nog grooter moeilijkheid.
•jarenlang hebben liberalen met socia
listen in bond de beste conservatieve
staatslieden in hun streven tot oplossing
der kwes'tiën die de natie verdeelen tegen
gewerkt. Om strijd hebben zij de plan
nen tot uitbreiding van leger en vloot
gedwarsboomd, en dat nog wel, niettegen
staande zij het gevaar inzien dat van
de zijde van Rusland dreigt, en een voor
beeld kunnen nemen aan het 'arme Fin
land, dat door dezen grimmigen Beer inge
lijfd en met een mantel van vestingen
is bekleed geworden. Komt 'tnu eenmaal
tot een oorlog, dan gaat het toch reeds
zoo gesmaldeelde Zweden er aan. En toch
gaan de „volks,bevende" mannen van
links maar voort met roepen: wij kunnen
ons land toch niet verdedigen.
Dit geroep is. dezer dagen beantwoord
met een betooging van dertigduizend on
derdanen uit alle oorden des. lands ten
paleize bijeengekomen om bij den Ko
ning aan te dringen op legeruitbreiding
en verbetering' der landsverdediging. De
Koning heeft met deze demonstratie zijne
ingenomenheid betuigd. Doch nu staat de
linksche pers op de achterste beenen en
beschuldigt den Vorst en zijn kabinet van
militairisme en partijdig regeeren. Gevolg
is aftreding van het kabinet; en na ver-
geefsche pogingen van gematigd liberale
zijde, eindelijk het optreden net als
bj] ons van een extra-parlementair ka
binet, welks leden mannen zijn, die bo
ven partij-fanatisme staan, en bij alle par
tijen achting en vertrouwen heeten te ge
nieten.
Dit laatste is zeer te wenschen. Doch
voor de duurzaamheid van dat vertrouwen
schijnt ons het in de Kamer (het Folkes-
thingj zoo machtige socialisme toch een
groot gevaar. Immers in antwoord op
Esn verhaal uit het rampjaar 1672.
door E. PENNING.
55.)
(Nadruk verbodea.)
Met hun zuster tussichen zich in wandel
den. zij druk pratend door, voorbij liet
legerkamp, waar de witte linnen tenten
Scherp afstaken, tegen de groene gras
vlakten. En zij bleven even vertoeven,
toen onder tromgeroffel en pijpgefluit een
compagnie oetvolk naderde om onder
haar hopman ten drilvelde te trekken.
Kees herkende den man in het tweede
gelid rechts en riep: „Dag Jan hoe
gaat het?"
„Deksels 1" zeide Jan, den nevenman
aanstootend, „kijk daar eens! Kees en
Hannes van den scheep sümmenn ans b a as
Zeg hoe is 'tgegaan op zee?"
„Best, hoor!"
„Kir ben jelui bij Solebay geweest?"
„In 'theetst van het vuur!"
„Is 't nu gedaan met den zeeoorlog?
Is onze vloot voorgoed opgelegd?"
Kees lachte, toen Jdn dit vroeg.
„Met de lente hopen we weer de zee
gaten te verlaten, en dezen herfst zal er
te land ook wet iets te doen zijn."
Ja dat dacht Jan ook wel.
een manifest der Rechterzijde van beide
Kamers aan het volk om zich vaster
rond den troon te scharen, heeft de so
cialistische partij, met wier hulp tot nóg
'toe de liberalen regeerden, verklaard dat
haar e e n i g doel is: ondergang
van het Koningschap en in
voering van de republiek.
Dat is de werkelijke toestand, al doet
de liberale partij ook het onmogelijke om
het verborgen te houden.
Nog eens: zie naar 'Zweden
Hetgeen daar geschiedt, kan en zal in
ons land volgen, wanneer ons volk zich
bij verkiezingen door valsche voorlichting
van den rechten weg laat afleiden, aan
materialistische schijnbeloften het ooi-
leent, en het liberalisme, zoo hier als
in Zweden en overal de voorlooper van
het socialisme, kiest tot zijn góeden-raad
gever.
Koningschap en landsverdediging loo-
pen bij een liberaal-socialistisch verbond
groot gevaar. Ook ten onzent. Immers
mr. Troelstra heeft in de Tweede Kamer
zitting van 3 Deo. j.l. uitdrukkelijk te ken
nen gegeven, dat, als de sociaal democra
tie naar haar aard blijft groeien, „het de
vraag (is) of opi den duur zelfs het
monarchaal karakter van on
zen Staat wel zal b 1 ij v e n g e-
h and h a af d."
Toch nog afmaken.
Men herinnert zich de mededeeling van
den voorzitter in de jongste Deputaten-
vergadering van ingekomen klachten uit
de kiesdistricten Breukelen en Nieuwer-
kerk aan den IJsel, van anti-revolutionaire
zijde liefst, over minister Talma, de
wijl onder diens bewind, het afmaaksy-
steem was toegepast op rundvee, besmet
door het mond- en klauwzeer.
Een kiezer zelfs had aan den voor
zitter geschreven dat hij den dag zou
zegenen, waarop het kabinet-Heemskerk
viel.
De deputatenvergadering had na kennis
neming van deze mededeelingen besloten
om den voorzitter en de beide assessoren
af te vaardigen naar den minister om met
Zijn Excellentie te beraadslagen over de
mogelijkheid om te onderscheiden tus-
schen fokvee, het verlies waarvan voor
vele landbouwers eigenlijk niet. te herstel
len is, en vee dat voor de markt, wordt
opgekocht.
De val van het ministerie zal de uit
voering van dit besluit wel hebben onmo
gelijk gemaakt. Trouwens, de anti-revo
lutionaire landbouwer die het ministerie
weg wenschte heeft zijn zin gekregen.
Talma is van het tooneel en Treub is
De compagnie was nu voorbij. 'Aan de
spits liep naast den hoofdman met
vasten, kloeken tred en mei krachtig op
geheven hoofd een generaal der infanterie.
„AVie is, die hooge?" vroeg Hannes,
en Klaartje antwoordde: „Dat is, graaf
Frederik van Nassau, heer van Zuijlen-
stein hij moet een voortreffelijk held
zijn. Vader zegt, dat de heer Van Zuijlen-
stein in zijn linkerpink meer moed bezit
dan De Montbas in zijn heele lijf. Enfin
De Montbas is de strop ontvlucht!"
„Nu zijn ze op 't exercitieveld," zeide
Hannesi, „nu begint de oefening!" en ze
gingen met hun drieën naar een hek,
vanwaar ze de oefeningen beter konden
zien.
„Hebben de oefeningen al lang geduurd,
zuster?"
„Van dezen zomer af!" zeide Klaartje.
„Zijn Hoogheid slaat er sterk op, dat
de soldaten eiken dag, gedrild worden;
hij moet gezegd hebben, dat een onge-
drilde soldaat en een schooier op één
lijn staan."
„StaatI Vat uw wapenen! houdt acht
op uw wijdten! Rechtsom!"
En na een oogenblik pauze volgden
snel de kommando's: „Hervat uw wape
nen Neemt de lont af Blaasit de
pan af Neemt de kruithoorn Vult
de pan I"
De heer Van Zuylenstein had de oefe
ningen eenige o ogenblikken met grooie
aandacht gevogddan begaf hij zich naar
een anderen hoek van het drilveld, waar
het luide geroep van een korporaal de
zijn opvolger. Het zal derhalve met het
afmaken van vee nu wel uit zijn
Mis geraden.
Te Nieuw'erkerk aan den [Jsel is mond
en klauwzeer uitgebroken, de aangetaste
veestapel is afgemaakt en de nog vrij
gebleven dieren zijn op het abattoir te
Rotterdam geslacht.
Zeer hopen wij dat liet biji dit. eene
geval moge blijven. Het zij verre van ons
deze vreeselijke bezoeking van Boven aan
te halen als politiek fortuintje.
Wij vragen echter alleen waarom, die
boeren, welke, ter wille van het afmaak-
systeem tegen Talma hebben gestemd, nu
tevreden zijn niet Treub die precies, het
zelfde doet als Talma
En verder, of ontevredenheid wel licht
snoer mag" zijn bij een stemming waar
het om zooveel heiliger belangen gaat dan
de uitvoering van eenmaal ingevoerde
wetten
Openbare leeszalen.
De heer Kuiper uit Leeuwarden vraagt
in „De Nederlander" aan de Christenen
om wat meer steun voor de Openbare
leeszalen, ook door controle. Wijf zijn het
hiermee eens, wanneer onder controle niet
verstaan wordt spionnage. En dat be
doelt de schrijver ook niet, blijkens zijn
mededeeling, dat hij! b ij het bestuu r
geprotesteerd heeft tegen het hebben van
J u g e n d op de leestafel.
Zoolang men geen „bijzondere" lees
zalen heeft, moet men het vanzelf met
„openbare" doen. Of, juister gezegd, moet
men er in berusten dat anderen het er
mee doen. Maar op de eerstgenoemde moet
men blijven aansturen.
Intusschen nemen wij nota van de vol
gende wenken van den heer Kuiper:
le. Wie van rechts zitting in het Be
stuur van een leeszaal heeft, moet zijn
functie niet als een sinecure opvatten,
doch nauwlettend toezien, van welk ge-
halt© de lectuur is en de illustraties zijn,
die ter lezing worden aangeboden, en in
welke richting zij sturen.
2e. Wie van rechts een goed boek heeft
geschreven of uitgegeven, geve aan de
leeszaal een present-exemplaar. Het aldus
uitgestrooide zaad kan in goede aarde
vallen en meer vrucht dragen dan door
tractaatverspreiding of iets dergelijks
wordt bereikt.
3e. Mochten schrijvers of uitgevers hier
toe niet genegen zijn, uit vrees, dat zij
zich hierdoor financieel benadeelen, dan
was het goed, dat een commissie zich een
fonds trachtte te vormen, waaruit onze
leeszalen van degelijke lectuur worden
voorzien. Misschien zou dit een werkje
piekeniers, gold.
„Dat zijn burgers!" meende Hannes.
„Natuurlijk!" hernam Klaartje; „alle
maal burgers en boeren uit den omtrek!
De Prins heef! ze te wapen geroepen
hoor dien drilmeester toch eens te keer
gaan!"
„Opwaarls uw piek draagt! Voorwaar!»
uw piek velt! Rechts uw piek velt! Links
uw piek velt!"
De piekeniers maaklen do belangwek
kendste bewegingen; zij lieten de piek sle
pen, nu eens met het scherp voor, dan
met het scherp achler, totdat de drilmees
ter met dreunende stem kommandeerde:.
„Piek in defensie tegen de ruiterij!" waar
na iedere piekenier de linker knie boog,
het rechter been achterwaarts strekte, de
linker knie en de linkerhand tot steun
deed dienen van de laaggehouden speer,
en met de rechter hand de sabel trok.
„Dat is uitstekend gedaan", zeide de
heer Van Zuylenstein„ik maak u mijn
compliment, korporaal bij wien hebt
gij de exercities geleerd?"
„Bjj den graaf van Hoorn, generaal
„Een uitstekend leermeester dat ver
zeker ik u!"
En terwijl hij heenging, klonk het over
het veld„Stelt uw wapenen ter neder
Naar het Stroo, piekeniers!"
De broeders gingen met hun zuster
naar huis, maar zij blev.en wel twintig;
keeren staan, want uit alle deuren werd
hun het welkom toegeroepen, en ze wer
den overstelpt met vragen, hoe het met
De Ruyter ging, en met zijn dappere hoofd-
kunnen zijn van onze propaganda-club's.
4e. In alle geval dient er een nationale
commissie te zijii (zooveel mogelijk ge
vormd uit Vertegenwoordigers van de ver
schillende partijen uit ons land), die toe
liet, dat onze leeszalen niet in eenzijdige
richting gedreven worden en er niets dub
belzinnigs in wordt tentoongesteld.
België.
De tekst van het nieuwe artikel der
„Belgische schoolwet" nopens het be
ginsel: „moedertaal-voertaal", door de
regeering in overleg met de Vlaamsche
groepen voorgesteld, luidt als volgt:
„In al de gemeentelijke, aangenomen
of aanneembare scholen is. de moedertaal
der kinderen de voertaal in de onder
scheidene graden van het lager onderwijs.
„Tot het ©enigszins verzacht toepassen
van bovengemelden regel kan, volgens
de behoeften der scholen, machtiging wor
den verleend te Brussel en in de voor
steden van Brussel, alsmede in de ge
meenten c$> 1de taalgrens. Die verzachte
toepassing mag niet tengevolge hebben,
dat het grondig aanleeren van de moeder
taal geschaad wordt.
„De ministerieele besluiten tot mach
tiging worden in het Staatsblad bekend
gemaakt.
„Het gezinshoofd verklaart welke de
moedertaal of de gebruikelijke taal is.
Acht het hoofd der school dat het kind
niet bekwaam, is om de lessen in de
door het gezinshoofd aangewezen taal met
vrucht bij te wonen, dan kan het gezins
hoofd in beroep komen bij het school
toezicht,
„Elk jaar brengt het schooltoezicht een
bijzonder verslag uit over de toepassing
van bovenstaande bepalingen."
Eerste Kamer.
Verschillende adviezen,
maar geen oplossing I
De belastingschroef zal
werken. Kabinet en
Hoogerhuis.
Velen schijnen behoefte te gevoelen het
debat van onze Senatoren te gaan hooren.
Zelfs ziet men Tweede Kamerleden op
de tribune. Het is begrijpelijk, da,t de le
den van ons Hoogerhuis dit op prijs stel
len en het debat op hoog peil wenschen
te houden. Het is dan ook van voorname
beteekenis.
officieren, en of het waar was, .dat De
Ruyter, omdat hij nog nooit een kogelwond
had opgeloopen, met een helm was ge
boren.
Hun tocht naar huis werd een triomf
tocht; zjj zagen er zoo friseh, zo ogezond
zoo krachtig uit; de zeelucht en het pekel
vlees,ch hadden hun goed gedaan; en zij
vertelden aan ieder, die 't hooren wilde,
dat Holland nog lang niet verloren was.
Er heerschte een ongewone bedrijvig
heid le Bodegraven. Aan het hoofdkwartier
trok het onder de grauwe Octoberluchlen
in en uit als in een bijenkorf. Het was een
eenvoudig, onaanzienlijk huis,, waar de
Statenvlag uit het dakvenster was gesto
ken, en dat het hoofdkwartier van den
Kapitein-Generaal werd genoemd. Een
wacht van zwaar gebouwde krijgslieden,
allen 'in blauwe uniform, vormden de
bijzondere lijfwacht van den Prins; achter
het witte neteldoekse,he gordijn bevond
zich het bureau van den Prins, en deze
eenvoudige plek was de sterke magneet,
die alles, wat Nederland aan groote en
fiere, onverschrokken en dappere mannen
bezat, aantrok.
De Prins zat daar in den grooten stoel,
hij trommelde met de hand zacht pp de
leuning', en hij staarde door de kleine,
in lood gevatte ruiten den graaf van
Hoorn na, die zoo pas met den opper
bevelhebber had gesproken.
Hij glimlachte het was een zeld
zaamheid, als de jonge Prins lachte!
De meeste mensehen geloofden niet,
Ook zijn er ditmaal vele sprekers in
geschreven, meer dan vroeger het geval
was.
Gistermorgen was het de socialistische
afgevaardigde Polak, die na een breed
voerige uiteenzetting van zijn wenschen,'
zich de financieele vraag stelde. Voor
hem bestaat er maar één middel om aan
het geld te komen. Belastingverhooging
is dat volgens hem niet. Wel, vindt hij,
kan hier en daar wat gewijzigd worden.
Maar van beteekenis is dit niet. Immers
arbeiders en middenstand zijfi reeds zwaar
genoeg belast. Hier en daar is op be
lastinggebied de hoogste grens reeds over
schreden.
Voor z'n liefde voor de verdrukte mid
denstanders geven we geen cent, doch
hij heeft volkomen gelijk, wanneer hij zegt,
dat de belastingen niet hooger mogen.'
Voor Polak is er slechts één middel.
Men zal moeten bezuinigen op de mili
taire lasten. Den wedloop der natiën moet
men maar opgeven. Misschien wil hij van
de 56 millioen, die nu aan leger en vloot
'sjaars uitgegeven worden wel de helft
besparen.
Jawel, zegt de overzichtschrijver van
„De Maasbode", het is inderdaad een soort
oplossing. Onze mannen met knuppels la
ten vechten tegen machinegeweren, het
is zeker goedkoop. En onze Jantjes op,
oud roest laten dobberen, gewapend met
proppeschieters, het zou een verbijsterend
effect hebben tegen de Dreadnoughts van
onze buren. En Japan onze Koloniën prijis
geven, het zou een oorlog voorkomen,
'tls alles inderdaad zoo eenvoudig mo
gelijk.
'tls verbazend goedkoop, tenminste zooi-
lang het niet bitter, bitter duur wordt
door de ellendigste nationale rampen.
Voorloopig interes&eeren den heer Polak
meer de duizenden van kiezers, die op
dit bezuinigingsgeluid afkomen.
De eenige oplossingAch, ware het
een oplossing.
De liberale heer Van Nierop bracht ook
al geen redding in den nood.
Vooreerst speelde hiji op de snaar „be
zuiniging". Daar is slechts een oude, ver
sleten klank aan te óntlokken. Vergeten
mocht hij die evenwel met, omdat het
er te hard spant. Vervolgens de plannen
der regeering. Eerst en vóór allesgeen
tariefherziening. Bij alle geldgebrek is er
één groote vreugde bij de linksche hee-
ren. Geen tariefherziening 1 Deze tot het
uiterste gedreven eigenwijsheid is voor
rechts in zooverre verheugend, dat voor
rechts het middel oan uitkomst te brengen
in (de moeilijkheid bestaan blijft.
De „oplossing" van Van Nierop, her
ziening van onze bestingwetten, was niet
dat hij lachen kon. Ze zeiden, dat zijn
moeder zoo bitter bedroefd was geweest,
toen haar gemaal Willem II plotseling
door de pokken weid weggenomen. En
drie maanden later was Willem Hendrik
geboren o, de moeders, die in Bode
graven woonden, en dagelijks den Prins,
zagen, konden het verstaan, dat hij de
droefheid, den weemoed, den wrangen
smaak van den bitteren levensbeker, die
zijn moeder aan cAe lippen was gezet,
had meegebracht in de vvereld I
Maar nu lachte hij.
Het is iets kostelijks, als wij het ge
laat van somber gestemde mensehen zien
verhelderen; als de wolken zich verdeelen,
en de warme gloed der zon, die leven
wekt, er .door heen komt.
Hij lachte voor zich heen o, het was
een lach als de zon na een zwaar onweer;
en hij streelde met de hand den ruigen
kop van een grooten hond, die voor de
vuurplaat lag.
Het was een fijne, bleeke hand; hek
scheen de hand eener vrouw le zijn
zóó klein was ze.
En op deze hand was het oog van het
zinkende vaderland gericht.
Toen gebeurde er iets buitengewoons.
De hond was, den Stadhouder pas ten
geschenke gegeven door den Grooten
Keurvorst van Brandenburg, en of nu de
hond nukken had of een valschen aard
wie zal het het zeggen? hij stoof
plotseling vooruit met blikkerende tanden,
gereed om zich op den Prins te werpen.
(Wordt vervolgd.),