NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAN
de
iPü
e
ap Ie koop,
No. 113.
1914.
Donderdag 13 Februari
38e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Feuilleton.
den.
RS,
'sten,
achten'
F",
R.
oe,
aarzen,
KOOP
mms
ats
ige Geit
of te huur
sohuit-
kkerij,
Isknecht of
sarling,
echt,
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. D HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Wie aan den weg timmert
Onder de Oranjevlag.
Buitenland.
ogst 1914
gene gele-
emeten
G. DANC-
an J. C.
ortgene
ldende den
te leveren
e van den
md.
ruari a.s.
het Ver-
rke, en op
des na-
t café v. d.
heer
andbouwers.
STUUR
haar 3d.
Grijpskerke
5e kalf, bij
relaat,
Westkapelle.
ekening,
te
Westkapelle.
111 der stad,
DE NEE-
SSE,
ke, Seisweg.
E KEIJZER,
an een twee
4 Maart, bij
Vlissingen.
.N,
Middelburg.
Breeweg.
drieven onder
iddelburgsche
loedekenskerke.
een
met paarden
Middelburg,
de tegenwoor-
HOGERZEIL,
ssingen. met 1
of persoonlijk
EEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. f 1.25
Enkele nummers0.85
UITGAVE DER FIRMA'S
OOSTERBAAN LE COINTRE, te Goes
en
van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 110 regels [ƒ1.—, iedere
regel meer 10 cent.
VIII.
Toen Napoleon in 1813 bij Bautzen de
coalitielegers verslagen had, riep hij gram
storig uit: „Wat! Na zulk een slachting,
niet. één resultaat?"
Onwillekeurig komen ons deze woorden
van Napoleon in de gedachten, op het
moment, dat. de Kamer op recés gaat. O
zeker, het feit staat vast, de coalitie is
in 1913 bij! de stembus verslagen, maar
wat is het resultaat?
Tevergeefs hebben we in de vrijzinnige-
pers gezocht naar de resultaten van de
overwinning-, die toch zeker wel aan de
vrijzinnige lezers zouden worden voorge
legd. Moeten zij dan maar evenals Napo
leon wrevelig uitroepen „niet één resul
taat" en dan, de een goedschiks, de an
der kwaadschiks zich daarbij neerleggen.
Het is dan zeker wel gewenscht, hun
even in te lichten, dat de Minister van
Financiën gezegd heeft, hoe niettegen
staande een „zuinig" beheer, 'twelk in
zonderheid bij de departementen van Oor
log en Marine thans gevoerd wordt, de
belastingen niet toereikende zijn, om in
de behoeften der schatkist te vooa-zien.
Verhooging der directe belastingen
moet onmiddellijk plaats hebben.
Dus toch nog eenig resultaat; een le
dige schatkist.
Ook trekt de aandacht, dat op eens alle
belastingbetalende burgers door een li
beraal Minister van Financiën met „de
kapitalisten" op één lijn gesteld worden.
Velen zullen op die eer niet gesteld zijn
en den Minister graag eens even wenschen
in te lichten, dat liberale propagandisten'
tijdens de verkiezingen hebben gezégd, een
liberaal Ministerie stelt zich otp' het stand
punt, bij ons moeten alleen de kapitalisten
meer belasting, betalen, dus aan mijln. adres
moet u niet zijn. 1
Daarvoor is het natuurlijk nu te laat
en spoedig zal men hooren, dat vooral
de middenstand door de verhooging der
directe belastingen, zwaar getroffen
wordt.
Voor de zooveelste ma,al moeten we dus
de kiezers afvragen, wordt het u nu nog
niet duidelijk, dat de. indirect»© belas-
tiingverhoogiftg, die Minister Kolkman wil
de treffen, den druk veel billijker zou
veadeelen.
Een verhaal uit het rampjaar 1672.
door L. PENNING,
(Nadruk verboden.)
50.
Het voetvolk trok uit, met tromgeroffel
an hoorngeschal, de ruiterij', aangevoerd
door den kapitein, die Andries uit zijn
hachelijke positie had verlost, rende haar
reeds voorbij in een donderenden galop,
om de eerste te zijln in Muiden.
„Kijk!" zeide de Prins van Nassau, toen
hij Muiden had bereikt en de wallen be
klommen, met een voortreffelijken verre
kijker den weg verkennend, die naar Naai
den liep, „ginds zie ik cavalerie dat
zullen de Fransche mosjeu's z'ij'n".
Kapitein Van Keppel nam den veld
kijker over, tuurde er eenige oogenblikkén
doorheen, en zeide lachend: „Ze rijden
er lustig op los ze rekenen op een
lijken maaltijd!"
„Andries, kijk ook maar eens!" zeide
de kapitein op Tninzamen toon, misschien
herkent gij den aanvoerder wel
„De ritmeester Moiselzeide de jongen,
„ja ik herken hem heel goed! Hij zit
op den "zwarten hengst, dien hij| gister-
a,Vond bereed'
Toen de Fransche ruiters tot in de
vuurlinie v.an het geschut waren gekomen,
werd een trompetter afgezonden, om de
vesting op te eischen.
De Prins van. Nassau ontving den ge-
Misschien herinnert deze of gene zich
niet juist meer wat Minister Kolkman wil
de of weet nog niet goed wat Minister
Bertlmg doen gaaf. Laten wij dan even
clit in 'tkort memoreeren.
Als binnenkort de belastingbiljetten voor
de Bedrijfs- en Personeele belasting wor
den ontvangen en men vergelijkt de eind
cijfers met de eindcijfers van het vorige
jaar, dan zal het ieder direct opvallen,
dat nu 10 pCt., misschien wet 20 pCt.
meer betaald moet worden dan voorheen.
Dit is de liberale methode van belastiug-
vefhooging.
Minister Kolkman uit het vorig Ministe
rie redeneerde aldus. Het is gebleken, dat
jaarlijks uit het buitenland voor 250 mil-
ïioen gulden bewerkte artikelen in ons
land worden ingevoerd en dus uit de
zakken der biu-gers 250 millioen gulden
overgaan in de zakken der buitenland-
sche fabrikanten.
Onder dit bedrag is van zelf een flink
percentage winst voor die fabrikanten be
grepen. Van die winst wenschte Minister
Kolkman een deel in de schatkist te doen
vloeien, reden waarom hij een wet sa
menstelde, waardoor de totale opbrengst
aan invoerrechten zou stijgen van 14 tot
20 millioen, dus 6 millioen gulden"taeer
zou opleveren.
Aannemende dat zooals alleen de vrij
zinnigen beweren, dat buitenlandsche fa
brikanten dit meerder bedrag om re
den van concurrentie gaat dit echter niet
op de consumenten verhaalden, dan
zou dit hierop neerkomen, da,t in gezin
nen waar moeder de vrouw; met f 10 a
115 in de week moet rondkomen, zijl per
jaar hoogstens f2.60 of één stuiver in
de week minder voor inkoopen zou kun
nen uitgeven. Dit zou niet eens opge
merkt worden, dajarom. is deze indirecte
methode van belastingverhooging zooveel
beter en bovendien de druk daarvan komt
neer op hen die per week liet meest
hebben te verteren, dus ook het gemakke
lijkst meer belasting kunnen betalen.
Minister Bertling denkt ei' niet pver,
om het tekort in de schatkist, voor 1914
geraamd op 12 millioen, door het hef
fen van verhoogde indirecte belasting aan
te zuiveren. Of juister uitgedrukt, hij mag
er niet aan denken. Immers tijidens de
verkiezingen heeft de Vrijzinnige pérs zich
.uitgesloofd uit politieke berekening -
blinddoekten trompetter op de wallen.,
„Ja, hoor eens hier, vriendschap!" zei
de de Prins op jovial en toon, toen de
parlementair zijn boodschap had gedaan,
„aan zoo'n handjevol ruiters kan ik Mui-
den niet overgeven!"
„Er volgen 30.000 man met het noo-
dige geschut!" hernam de trompetter, die
zijp les goed van buiten had geleerd.
„Nu wat zou dat?" zeide de Prins;
zoolang je Koning met geen 300.000 man
komt, kunnen we aan geen beraadslaging
over de overgave denken. En zeg aan de
Fransche dragonders daar ginds, dat ze
vlug maken uit de voeten te' komen, vtf.ant
de handen van mijn kanonniers jeuken,
om er op los te branden!"
De trompetter was een verstandig man,
en maakte, dat hij weg kwam. En rit
meester Moisel en diens ruiters gingen
ook; en nóóit hebben zij! de beroemde
zeesluizen van Muiden gezien.
Vóór de Muiderpoort. bereikte de Fran
sche springvloed zijn hoogwiaitermerkVer
der is bijl niet gekomen het. was het
eerste lichtpunt in het sombere rampjaar
1672.
HOOFDSTUK XVI.
1 i i
„Andries! ni'n jongen m'n lief, dier
baar kind!"
„Moeder béste, liefste moeder!"
Daar was hij dan. Tien keeren was
't gerucht te Bodegraven gék omen, dat An
dries door de Franschen was doodgescho
ten; dan weer werd er verteld, dat hij
als krijgsgevangene in de vochtige case-
matten van Metz was geworpen.
de belastingbetalende kiezers wijs te ma
ken, "dat alles verschrikkelijk' duurder zou
worden, wanneer Minister Kolkman de
kans kreeg millioenen in de schatkist te
doen vloeien door verhooging der indi
recte belasting of te wel tariefverhooging1.
Dit is toen aardig gelukt, doch niet zoo-
dra, heeft de concentratie dit verijdeld
of zij zet de belastingschroef nog an
ders aan.
Gelukkig kan straks elk belastingbetalen
de burger op zijn gemak narekenen of
onder het tegenwoordige, dan wel onder
het vorige Ministerie zijn pprlemonnade
het meest wordt aangesproken.
En al wordt nu door de vrijzinnige pers
de dubbeltjeskwestie voorgesteld als „een
argument van gering' allooi", waarover
zijl het niet meer de moeite waard ach
ten te spreken, een feilt is het, dat de
concentratie in Juni er anders over dacht
en de kleurlooze middenstof die toen
moest gewonnen worden er nog zoo over
denkt.
Doch wat stoort de concentratie zich
daaraan. Het doel was immers de om
verwerping van het Christelijk Ministerie;
dit negatief resultaat is bereikt én de
kiezers die zoo bang waren om meer
belasting te betalen, zijn er de dupe van.
Beloont de concentratie op' deze wijze,
de kleurlooze middenstof, voor de aan hen
bewezen diensten? PIKET.
Zorgt voor de Kiezerslijst.
Broeders, zijn wij wel op onze hoede?
Houden wij de kiezerslijst wel bij Zorgt
toch dat alle kiezers van rechts op1 de
lijist komein. Het is dit jaar wel geen
verkiezingsjaar, doch wat niet is, kan ko
men. Wanneer er een ongeluk gebeurt
met de Tweede Kataer, of er komt een
vacature in het district voor de Staten,
dan moet alle man in 't geweer. Daar
om nu, n u uw slag slaan. Denkt om
Jaarsveld. Daar werd laatst een recht-
sche candidaat met één stem meerder
heid tot raadslid gekozen, en door die
ééne stem ging de Raad om! Zoo iets
kan uwe partij ook overkomen. Daarom,
modellen gevraagd op1 't secretarie en aan
't invullen. Morgen, Zaterdag, is 'tde laat
ste dag. Wie 14 Febr. niet opl de Jijist
gebracht is, komt er het heele jaar niet
weer op. Aangepakt dus:. Men zorge ook
voor de coajitie-genooten in plaatsen, waar
deze niet actief zijln of kunnen zijn.
Malar hij was daar in levenden lijve;
hij was het witte bruggetje overgekomen,
en moeder Dirksen, die in den moestuin
bezig was boonen. te plukken, was het
bijlna bestorven van blijden schrik, toen
hij daar plotseling achter haar stond.
Zij nam zijn gelaat tussehen haar be
vende handenzij kuste hem en weende.
Toen gingen ze naar binnen. Klara
sprong op van lijet spinnewiel o, het
was een roerend, aangrijpend- wederzien,
toen de doodgewaande daar in hun mid
den verscheen!
„Waar is vader?" vroeg de jongen, en
moeder antwoordde: „Toe Klaartje
roep vader eens gauw op de scheepstim
merwerf
„En waar zijn Kees en Hannes?" vroeg
Andries.
„Op zee!" zeide moeder, en er ging
een krampachtig trekken om de hoeken
van haar mond.
„Op zee!" herhaalde Andries met de
grootste verbazing, „en niet o,p- de werf?
W:at doen ze op1 zee?"
„Kind!" zeide de moeder, „ze wilden
niet thuis blijven; ze zeiden, dat het Va
derland hun jongen arm noodig had, en
ze zijin op de oorlogsvloot gegaan; Kre-
lis- van onzen buurman en nog drie an
dere jonge bloeden zijn mee m'n jon
gen! het is een ernstige tijd!"
Andries zweeg een oogenblik. Toen zei
de hiji: „Ze hebben gelijk; in de ure
van het gevaar, als bet. er op of er
onder gaat, moet ieder waar Nederlander
zijln leven veil hebben voor het vader
land".
„Maar het is zwaar voor het moeder-
Albanië.
We hebben er reeds meermalen op ge
wezen, dat Albanië een eigenaardig land
is, en een eigenaardige bevolking heeft,
met eigenaardige manieren.
De „Frankf. Ztg." publiceerde de vol
gende korte aanteekeningen, die het blad
ontvangen heeft uit Durazzo:
Durazzo, de hoofdstad van Albanië,
beeft een cinematograaf, een grammofoon,
en 'twee rijwielenmaar men vindt er geen
watercloset.
liet Albaneesche volkslied bevat meer
dan 100 coupletten; maar het -is dan
ook pas drie jaar oud.
Het leven, eener vrouw geldt in Albanië
voor de helft der waarde van dat eens
manseen moord op een man ivordt ge
straft met 5000 piasters boete, op een
vrouw met 2500 piasters.
De gastvrijheid is heilig voor den Alba
niër. Maar er steekt niets in zijn gast te
bestelen, zoodra hij den drempel van het
huis overschreden heeft,
i Bij de Malissoren is het netjes, ge
scheurde en vuile kleeren te dragen.
De machtigste man in Albanië is een
analphabeet.
In de Albaneesche taal bestaat geen,
woord voor, „beminnen" of voor „liefde";
inaar er zijn vele woorden voor hpt be
grip „wraak".
£)e bloedwraak is, geen genot voor den
Albaniër het is! een last die hij onwillig
door het leven mees'Ieept. Ongeveer 20 pet.
der mannelijke bevolking sterft door
moord.
De Noord-Albaniër vreest minder den
dood dan een bad.
Zweden.
Zweden vraagt onze aandacht om de
merkwaardige Idtroomingen, die zooveel
opspraak verwekken
Dertigduizend boeren waren, van heinde
en ver, uit hun dorpen naar Stockholm
getrokken, om als een levend petitionne
ment een volks wensch aan den Kouing
en aan zijn ministers kenbaar te ma
ken.
't Was wel een merkwaardige betooging.
Of is het niet opmerkelijk, dat vanuit
den landbouwenden stand, die ook in
Zweden niet welvarender is dan de ar
beidersklasse. een drang zich openbaart
naar méér belasting, naar verhooging' van
uitgaven, die in zoo tal van landen door
't meerendeel des volks reeds veel te
zwaar geacht worden?
hart!" zeide vrouw Dirksen.
Hij zag de zorgen der moederliefde op
haar gelaat; zij was ouder geworden, en
heur haar was vergrijsd.
„De Heere kan mijh broers bewaren
zeide hij toen, als om haar te troosten,,
en zij antwoorde op blijder toon: „Ja
dat kan Hij. Gij zijt ook bewaard,
mijln jongen geloofd zij de 'naam des
Heeren!"
Daar verscheen op den drempel der
deur de .seheepstimmermansbaas; een
krachtige, forsche gestalte van dat ware,
echte Geuzenrals, waarop' als op granieten
zuilen de roemrijke staat der Zeven Pro
vinciën was gevestigd.
Met een ingehouden vreugdekreet storm
de Andries zijn vader tegemoet lang rust
te de hand v.an den vader in die van
zijn zoon, en dan zeide hij, terwijl zijn
blik vorschend over het gelaat van zijn
jongen heengleed: „Gij zijt veel veran
derd, Andries, in de maanden, dat wij
elkander niet hebben gezien".
„Gaat eens naast elkander staan!" zei
de de moeder, „vlak naast het raam!
Ja1, nu zie ik het ook Andrieis, 'je
begint sprekend op je vader te gelijken!"
„Maar hij heeft de mond van zijp moe
der!" zeide baas Dirksen, en er gleed
iets als een glimlach over zijn krachtig,
gespierd gelaat.
„Dat Kees en Hannes op de vloot zijin,
weet je misschien reeds", zeide de baais,
met een mengeling va» fieren trots en
vaderlijke zorg; „ik schreef het je, maar
de post kwam er niet meer door 'tis
daar in Gelderland ellendig afgeloopten
„En in het Sticht niet minder!"
Ja, 'tis, dunkt ons, een eenig oogen
blik uit de Zweedsche geschiedenis, waar
op de Vertegenwoordigers van al de 24
provinciën voor verhooging van de leger-
uitgaven kwamen pleiten
Koning Gustaaf was er diep geroerd
door, en beloofde zijn volk niet in den
steek te 'laten, maar te blijven waken
voor de onafhankelijkheid des lands
Doch hier begon de ellende
Het Kabinet achtte zich door 's Koning»
toespraak beleedigd; alsof de plannen van
het Kabinet voor het land verderfelijk
zouden zijnEn de minitser-president
Staaf kon het lang niet goedkeuren, dat de
Koning zich alleen aan de meening den
vaklui buiten het Kabinet om zou binden.
Reeds, den volgenden dag kwam. 's Ro
llings woord in de beide Kamers ter
sprake.
Zoowel van .socialistische als van li
berale zijde werd geprotesteerd tegen
'si Konings uitlatingen die door sommige
sprekers als „ongepast, want ongrondwet
tig" werden afgekeurd, i
Ook minister Staaf sprak als zijn ge
voelen uit, dat de toespraak van den
Koning den toestand gespannen had ge
maakt. Hij deelde mede, den Koning zijn
zienswijze reeds te hebben uiteengezet en
zijn bezorgdheid te hebben uitgesproken
over „mogelijke gevolgen" van het ge
beurde.
Binnen enkele dagen, zoo besloot de
premier, zouden de Kamers zekerheid heb
ben over de politieke situatie.
Verschillende memories werden den ko
ning voorgelegd, welker beantwoording de
houding van het kabinet zou bepalen.
Er was al een crisis ingetreden.
Enkele antwoorden wekten bevrediging.
Doch daarop legde de Raad van State
den Koning een nieuw ontwerp voor, vol
gens hetwelk deze zou moeten verklaren,
dat het nimmer in zijn bedoeling had ge
legen om op eenige wijze invloed uit
te oefenen op de beraadslagingen oven
het aanstaande regeeringsvoorstel tot ver
betering der landsverdediging, 's Koning1»
antwoord luidde, dat het volgens de grond
wet duidelijk is, dat hij niet bij voorbaat
een besluit omtrent eenige aangelegenheid
hacl genomen of kan nemen, alvorens,
eerst de verklaringen zijner constitutio-
neele raadgevers of de voorstellen van den
Raad van State te hooren.
Tegelijk met dit onderwerp had genoem
de Raad den Koning ook nog een ver
klaring voorgelegd, volgens welke het kabi
net, indien de Koning' voornemens mocht
zijn, in politieke aangelegenheden zijn
meening in het openbaar uit te spreken,
„Ik weet het Utrecht is Frajnsch
geworden".
„Zutphen is pok verloren, vader!"
„Ik vreesde er voor"..
„Koning Lodewijk is te Zeist!"
„Ja, 'tis verschrikkelijk", zeide de baas.
Hij h.a,d zich naast zijn zoon neergezet,
de sterke handen op de tafel, en staar
de met een sterk gelaat naar buiten, naar
den tuin, waar de vlinders vroolijk en
zorgeloos rondzlwierven in den blij|den zon-
neschijh.
Dan echter streek hij' zijn. haard en
zeide op krachtige» toon„Daar bij: Sole-
bay hebben ze er toch van gelust, die
schavuiten! Ik zal je straks den brief
van Hannes laten lezen. Met de kous op
den kop zoo Zijln de vijanden naar
huis gejaagd! Elf dagen lang heeft de
oude Michiel'de Ruyter de Breede Veertien
afgezocht, om de mosjeu's te vinden, en
toen hij ze vond, is hij zie nafar de keel
gevlogen, als een panter, die een os naar
den strot grijpt".
„Waar waren Kees en Haniies, vader?"
„Op' de „Zeven Provinciën", jongen,
op het admiraalschipMichiel heeft de
jongens van zijn schip zelf uitgezocht;
een keurtroep dat verzeker ik je
„Hoe sterk waren de partijen?"
„De vijanden telden 33000 koppen; de
onzen 21000; wijl hadden 100 schepen,
de vijanden telden er "150, die zwaarder
waren da» de onze. Maar wat zou dat?
Als er maar staal in het bloed en merg
in het gebeente zit!" 1
(Wordt vervolgd.)