NIEUWSBLAD VOOR ZEELA l\o. 110. 1914. Maandag' 9 Februari 28e Jaargang. GHRISTELUK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK F. P. DHUIj, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Kiesrecht. Toen en Nu. Onder de Oranjevlag. Buitenland. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p.p, f 1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S OSTERBAAN LE COINTRE, te Goes EA van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 110 regels f 1.iedere regel meer 10 cent. Denkt men wel aan de kiezerslijsten? Allen, die aan ion van de voorwaarden voor het kiezerschap voldoen en nog niet op de kiezerslijst voorkomen, mogen niet verzuimen zorg te dragen, dat de inschrijving alsnog plaats heeft. Nog slechts weinige dagen en de gelegen heid is niet meer geopend. Zaterdag is de laatste dag Men haaste zich dus. Om bet profijt van decentralisatie te verstaan, hebben wij de verhoudingen in vroeger eeuwen te vergelijken met die van tegenwoordig. Ons bestek, alsmede de aard van ons blad laten ons niet toe deze quaestiën diep op te balen, of in staatsrechtelijke beschouwingen te tre den. Daar zijn de leesboeken voor. Ook zelfs in de geschiedenis behooren wij niet al te ver terug te gaan. Dit kan men. ook beter in de boeken nalezen. Als zoo danig noemen wij Reumer „Onze Staats regeling'' en De Wilde „De antirev. partij en haar program van beginselen", wer ken die in geen enkele onzer clubs en kiesvereenigingen ongelezen behooren te blijven. Ons Program en Onze Constitu tie, liet eerste van dr. Kuyper, het laatste van jhr. nir. A. F. de Savornin Lohman, geven nogal meer licht op menig vraagstuk van dezen aard. Hoe waren de verhoudingen in vroeger eeuwen i ins land bestond uit verschillende ge- westen de Staten van elk gewest hadden het hoogste gezag'; en de gemeenten wer den bestuurd door de vroedschap'. De ge westen zonden gezamenlijk afgevaardigden ter vergadering der Algemeene Staiten. bij wie het algemeen beheer over de ver bonden Staten berustte. Echter met dien verstaalde, dat zoowel de vroedschappen ijjs de gewestelijke stalen een gro-ote macht hadden, en derhalve de Algemeene Sta ten zeer weinig te vertellen hadden. Op1 den duur had dit tot verbrokkeling en algeheele verbrokkeling van kracht moe ten leiden; uit dat oogpunt gezien was Feuilleton. Een verhaal uit het rampjaar 1672. j door L. PENNING, (Nadruk verboden.) 47.) Ze reden verder. Het licht, der flambou wen zette de knotwilgen, de struiken, de wieken van een paar watermolens langs den weg in een tantastischen gloed; groote vogels vlogen verschrikt op uit hun nes ten, en van het meer klonk de riemslag van een eenzamen visscher. De bevelhebber was niet op zijn gemak; hij spitste bij elk gerucht de ooren, als een wolf, die onraad vermoedt, en wierp telkens een scherpen, speurenden blik naar links, naar het geheimzinnige meer, als of hij achter dat golvende riet den vijand vermoedde. „Houdt uw vuurwapenen gereed!" kom mandeerde hij„denk er om kerels, dat het tot nog toe maar een pleziertochtje is ge weest; nu is uitkijken de boodschap!" En zich tot een kleinen dragonder wen dend, die midden in het tweede gelid reed, en door den slaap overmand, zat te knik kebollen Sn het zadel, riep hij: „Veeg den slaap uit je oogen, Jean! morgen kun je slapen! Opgepast!" Een kwartier reden ze nu voort, zon der dat er een woord werd gewisseld, snaar toen verbrak de koerier de stilte door te zeggen: „We schieten al aardig op, ritmeester; we zijn het Naardermeer gepasseerd." de Revolutie, bjj1 wier komst doze mach ten als een kaartenhuis ineenstortten, nog zoo kwaad niet. Toch was er iets goeds in de oude verhoudingen. De deelen va,n het geheel oefenden gezag' in hun kring, en zij alleen; niemand behoefde daar tus- schen te komen. En de eenheid der deelen bleef bewaard, wanneer daar een flinke stadhouder was. Er was decentralisatie. Geen regeering of overheers ('hing vanuit één centraal punt; maar een eigen gezag der samenstellende deelen, waaruit die van het geheel werd opgebouwd. De scha duwkant er van evenwel was dat er al tijd haken en oogen waren met. die ver schillende gemeentelijke en gewestelijke despootjes, die wèl, zeer terecht., de on afhankelijkheid, de autonomie hoog hiel den, doch weigerden te begrijpen, dat daarbij de eenheid van het geheel niet mocht geschaad. Er was derhalve decen tralisatie, doch niet gelijk die in. artikel 10 van Ons Program wordt verlangd. De Revolutie wierp' deze uitwassen van het beginsel der decentralisatie over boord, doch met deze ook het beginsel zelve. Met het hadwater wierp- zij ook het kind weg; want zij gaf voor het verkeerde dat zij ter deure wees, niets beters in de plaats. Hetzelfde als met de gilden. Deze op zichzelf goede instelling ruimde zij op, doch gaf er niets beters voor, en zoo bracht zij: in plaats van de in menig opzicht nog goede organisatie een desorganisatie, een ontwrichting van den Arbeid. Doch daar was zijl dan ook de Revolutie voor Wat men ook van de oude Staats regeling (de voorloopige) van 1579 tot 1795 geldende zeggen moge, het leidende beginsel er van was wel degelijk juist: men had gemeenten; deze gemeenten vormden gew.es ten, en de gewesten saam maakten de republiek uit. Van de deelen tot het geheel! Maar nu, kwam de Revolutie, de omkeering; de om keering van begrippen op ieder gebied, waardoor een goede zaak in haar tegen deel verkeerd werd. De staatsregeling van 1798 droeg er al dadelijk de sporen van. Niet meer uitgaan van de deelen om zoo uit te groeien tot het geheel. Maai- uit gaan van het geheel om van boven af te komen tot de deelen. De Staatsrege ling begon met eenvoudig te decreteeren, dat het „tegenwoordig grondgebied der „Gelukkig!" zeide cle bevelhebber, „pre- nez garde, garpons; nog 'n rukje en ge kunt jn de ganzenveerenbedden kruipen van de Muider burgers, om, eens flink uit te rustenZeg, -Hollander, moeten we nu links op .rechts?" „Wat zegt cle ritmeester, Pietersen?" „Hij vraagt, of we links of reohts, moe ten we hebben den viersprong voor ons." „We moeten links!" zeide Andries. „Links? vroeg de koerier verbaasd; „we moeten toch rechts?" „Dan komen we aan de trekvaart," antwoordde de gids op bedaarden toon; „we hebben daar de Hakkelaarsbrug, die de vluchtelingen gisternamiddag moeten vernield hebben." i Pietersen was gerustgesteld. „Dan gaan we beter links,; ge hebt gelijk de omweg kan ook hoogstens twintig minuten bedragen." Ze reden weer stapvoets voort; de rit meester strekte de hand uit en zeide: „het begint te druppelen." Het was geen druppelen, het was regen het scheen als met bakken uit de wolken te vallen, en de flambouwen sisten uit met een zwaren walm. De stemming onder de ruiters werd gedrukt; ze hadden gedacht, dat de tocht korter zou geweest zijn, en de paarden, lieten den kop droefgeestig hangen. De ritmeester begon ongeduldig te wor den. Hij riep de beide dragonders, die de wacht van den jongen gids vormden, toe, dat zij hem terdege in het oog zouden houden. „Halt!" kommandeerde hij plotseling) Rataafsche republiek" is verdeeld in acht departementen. En dan volgde de opsomminghet departement van de E.ms, het 2e departement van den Ouden I.Tsel het 3e departement van den Rijtn; enz. tot het. 8e departement van cle Schelde en dé" Maas. De historische lijnen werden uitgewischt. Met de geschiedenis van ieder der vroegere gewesten werd niet meer gerekend. Niet meer cle typen der be woners, maar de rivieren zouden de af scheiding vormen. De organische opvat ting: verschillende gewesten, uit gezinnen uitgegroeid, uit één républiek vereenigd, had plaats gemaakt voor de mechanische gedachte der revolutieeen stuk grond met zielen er op, en dit stuk grond ver deeld in zooveel stukken als deze averechtsche wattenmakers geliefden vast, te stellen, en die allen saam geregeerd van uit één centraal oogpunt. Dat was centralisa-tig, van den kwaden kant ge zien. En zoo werden de acht departemen ten op hun beurt weer onderverdeeld in gemeenten. Deze malle staatsregeling heeft gewerkt, met wij-zigingen, tot 1814. Toen werd de formule: „cle Rataafsche repu bliek" is verdeeld in" veranderd in: „het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit"; een ietwat verzachte uitdrukking, doch waarin cle revolutionaire fout dei- centralisatie nog tamelijk hard naklonk; in 1848 werd deze mechanische formule •bestendigd; doch in 1887 kreeg men de oude woordenkeus' terug in cle woorden van artikel 1„Het Koninkrijk der Ne derlanden omvat het grondgebied in Europa, benevens cle Koloniën en Bezit tingen in andere werelcldeelen". Jammer evenwel clat het biji die formu- leering is gebleven. In werkelijkheid is cle grondwet, en ook de regeering1 niet. tot den weg der decentralisatie terugge- keerd. De zelfstandigheid der gemeenten en gewesten is niet veel meer daai schijn. Dit geldt ook voor de Provinciale Staten wier bevoegdheden geregeld zijin bij cle Provinciale Wet van 1850. Bevoegdheden die niet veel beteekenen, wanneer men nagaat, dat. die bestaan in zoig voor we gen en waterwerken, verleenen van sub- sidiën en het. controleeren (door Gede puteerden uit hun midden 1) van de be grootingen en besluiten der gemeenten. Een schaduw slechts van de macht welke genoemde Staten in cle zeventiende eeuw met van drift bevende lippen, „daar heb ben we weer het Naarden Per, we rijden terug Pietersen, wat denk jij daarvan?" „Dat is ondergeloopen land, ritmees ter!" antwoordde de koerier geruststel lend; „clat is nu cle beroemde inundatie van de Hollanders; maar ik verzeker u, dat men er met halve laarzen wel door heoh kan waden, zonder natte kousen te krijgen!" De ruiterstoet zette zich weer in be weging, onder een stroomenden regen, die elk oogenblik in kracht toenam. Het scheen, alsof cle sluizen des hemels wa ren geopend, en cle schilderachtige uni formen, waarop de ruitere in het vreemde land zoo trotsch waren, hingen hun als natte vodden om het lijf. Pietersen kéék rechts en links, maar hij kon niet zien, want de zware wol ken onderschepten alle licht, en er kwam een zekere onrust bij hem boven. „Ik begrijp niet", zeide hij, zich tot den gids wendend, „dat wij al maar op denzelf den weg blijven we moeten toch rechts; andei's komen wij nooit te Mui den"». „Aanstonds gaan we rechts", antwoord de Andries met onverstoorbare kalmte; „niet te haastig, man!" De ritmeester geraakte in zijn slecht- sten luim, en toen de koerier zeide„Het is maar om een kwartier te cloen!" gaf hij niet eens antwoord. Hij wist niet, hoe hij het met den gids had, maar Jan Pietersen wekte eveneens zijn achterdocht. In geen geval was het verstandig geweest, om in het holle van den nacht met een onbekenden gids er bezaten; deze macht is nu grootendeels op 'den Staat overgegaan. De |Dedeputeercle Staten hebben een veel grootere macht; zij hebben de dagelijk- sche leiding; en meerdere bevoegdheden krachtens cle Landswettenvoor deze laat ste zijn zij geen verantwoording schul dig aa.n de Provinciale Statenbewijb, dat cleze laatste wel belangrijke stem- mlachines zijn, onder anderen ook als kies college voor de Eerste Kamer; doch dat zrj overigens geen groote macht uitoefenen. Wat cleze laatste functie aangaat, hel. is bekend, dat vooral ook hierom cle Provin ciale Staten door cle demagogen van on zen tij'd in groote eere gehouden worden. Zijn toch de Provinciale Staten in meer derheid rechts daln is cle Eerste Kamer het ook. Gelijk het is te dezen daige. De gemeenteraden hebben, dewijl zij overheid zijin, nog een groot deel van cle macht der oude vroedschappen behouden. Thorbecke, de vader der Gemeentewet, heeft nog wel een en ander va.n de vroe gere autonomie (zelfregeering) aan de ge meenten gelaten. Een gemeenteraad is overheid, onder anderen hierin, dat hij subsidiën verleent aan verschillende in richtingen, en het recht heeft tot het be vorderen van getrouw schoolbezoek door het verleenen van voeding en kleeding aan schoolkinderen; het maken van ver ordeningen mits steunende op bestaande wetten; cle bezoldiging zijner ambtenaren; cle zorg voor de Volkshuisvesting: de ex ploitatie van zaken van algemeten nut. Over al deze zaken zou nog hieel wat te zeggen zijn, ook in verband met. cle begin set ve rs c hi lien die hij de uitoefening dier taak aan de orde komen, en cle taak der antirevolutionaire raadsleden. Deze vragen ko-men echter in een andere rubriek naar wij hopen later aan de orde. De Vlaamsche Gazet schrijtt: Er is goed nieuws(t) ontvangen over de leening van een milliard frank, die de regeering wil afsluiten in Frankrijk. De onderhandelin gen zijn op geeden voet en alles laat voorzien, clat in den loop der aanstaande maand de financieele moeilijkheden der op; uit te trekken, een polder in, die be neden den zeespiegel lag, en meer wa ter clan land bevatte; een streek, wel geschikt voor kikkers en eenden, maar niet voor een Franschen edelman, die een trotsch kasteel bewoonde. Maar 'tkon alles nog goed komen, en met de punt van zijn degen naar een vage schaduw aan den westelijken ho- rizoa wijizénd, vroeg hij1: „Is dat de to ren van Muiden?" In hetzelfde oogenblik echter gaf hiji zijn paard een hevigen ruk in den bek, wierp het om, en schreeuwde met een zwaren vloek: „Pierre wat gebeurt daar?" Wat daar gebeurde wie kon het zeggen De achterste manschappen meenden, dat de voorhoede door een onverhoedschen vijj- andelijken aanval was overrompeld; de sabels werden getrokken in het nachtelijk duister, vuurwapenen knalden, en twee ruiters raakten met him schichtig gewor den p'aarden in de wetering. Er dreigde een paniek (g ontstaan, maar de bevelhebber had zijn zelfbeheersching teruggekregenaan de seinen, die de trom petter thans gaf, begreep de troep, dat er geen vij'and was. Men deed zijn best, om de ruitere weer op' het droge te krijt gen, terwijl de ritmeester met toornige gebaren voor de loeide dragonders stond, die Andries Dirksen hadden te bewaken. „Schavuiten 1" bulderde hij, „hoe is het ter wereld mogelijk, dait ge dat melkge- zicht laat ontsnappen? Waar is hij nu? De aarde kan hem toch niet. verzwolgen hebben!" regeering een einde zullen genomen hebben; doch onze staatsschuld zal als dan de 5 milliard bereiken. Vijf milliard: juist de oorlogsschatting die Frankrijk na Sedan aan Duitsehland bad te betalen! Men heeft destijds uitgecijferd hoeveel wagonladingen vijffrankstukken eene som) van 5 milliard vertegenwoordigt. Het oogenblik schijnt gepast, om die kleine berekening opnieuw te maken! Engeland. In de onderwijzeres taking in het graaf schap Herefordshire is nog weinig ver andering gekomen, clooh de pogingen van cle schoolcommissie, om door aanvoer van werkkrachten van buiten en cloor om- kooping van stakers door dezen hoo- ger gesalarieerde posten te beloven, waar neer zij het werk hervatten zijn tot nu volkomen mislukt. De stakers- blijven solidair -en in weerwil van herhaalde op roepingen in tal van bladen hebben zich maar een paar onderkruipers aangemeld. En de meeste van dezen zijn nog onder wijskrachten van twijfelachtige waarde. En is er o.a. een bij, die al jaren langj tuinman van zijn beroep is. In 't geheel waren gisteren nog 65 scho len gesloten, terwijl in een tiental scho len het personeel zóó was geslonken, dat van behoorlijk onderwijs geen sprake kon zijn. Wat moet er zoo van cle jougd terecht komen. Het is te hegrijpen, dat de ouders met verlangen het oogenblik tegemoet zien, waarop cle schooldeuren weer ge opend worden, en cle lasten der opvoeding! weder op meerdere schouders g'elegd. worden. Rusland. In Rusland komt actie. De Rus sische Rijksraad zette Zaterdag' de be raadslagingen over het. wetsontwerp be treffende de regeling van den brandewijn- verkoop voort. Aangenomen werden de artikels, waarbij de verkoop voor 9 uur der morgens en na 11 uur 's avonds in Petersburg, en na 6 uur 's avonds overi gens overal verboden wordt. Met alge meene stemmen nam cle Rijksraad een voorstel van prins Golftzin-Moerawlin aan, dat cloor graaf Witte en Maxime Korva- lewski ondersteund werd, waarbij cle ver koop van spiritualiën in een groot aantal openbare lokalen, regeeringshureaux en in de koffiekamers en foyers van schouw burgen, concertzalen, cinematografen, ten toonstellingen en in openbare tuinen oven geheel Rusland verboden wordt, „Daar gaat hij'l" zeide Pietersen, die kattenoogen had; „ginds! den polder in Hij greep het zwajre ruiterpistool, mikte en brandde los. En die vage schaduw, clie over het droge gedeelte vau het lage polderland liep, stond even stil, zwaaide met de muts, en riep„Vivat Oranje!" „Wie durft clien vent na?" riep de rit meester. „Ik!" zeide Ja,n Pietersen, „en met dezte handen wil ik hem worgen!" „Jij?" riep de ritmeester op hoogen, toon, „op mijn woord van eer ik geloof, dat gij met clien schelm onder één hoedje speelt! Boeit hem in de ijlzers met clat tuig!" „Ritmeester!" zeide de koerier op drei genden toon, „denk ér om, dat ik machtige beschermers heb markies Rochefort zal zich de béleediging, die u mij aan doet, herinneren!" De aanvoerder mat hem met een ver- achtelijken blik, en zeide toen tot zijn soldaten: „Zitten zijn handen goed in de ijzeren schakels, kinderen? Laaf hem niet ontsnappen! O, 'tis een gemeen bedrog geweest. De veekoopman en die melk muil zijin dezelfden, maar hij heeft zijn rol goed gespeeld dat belooft nog heel wat;, als wij niet gauw kaus krijgen, om hem op te hangen! Zeg garpons hoe hebben jelui, uilskuikens, hem kunnen la ten ontsnappen? Hoe kreeg hij de rie men los? We hebben toch zijn zakken onderzocht, en geen scherp instrument ont dekt!' (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1