DE ZEEUW
ïden
itie
6-2497.
nsknecht,
TWEEDE BLAD.
ale
stbode.
js-Bureau
7 jaren
nummer.
eopingen
ruari 1914
laarf 1914
Knecht
<riecht
Buitenland.
F euilleton.
Onder de Oranjevlag.
Rechtszaken.
Leestafel.
Ingezonden Stukken.
Gemengd Nieuws.
yjMitn!iMji i"i-
n Verzekering
aal f5000000.
zekerden sinds
)00. vraagt in
iwoordiger
burgerklas be-
nerking en kun-
irekenen.
)RTEL, Bergen
N
22 Des Haag,
tiën, het aanvra-
in orde brengen
z.vertalingen;
hten in het bui-
illijk tarief.
VAN
ZATERDAG 3 JANUARI
1914.
Ie
oek
Aren 55 Gen-
Aren 40 Cen-
Area 97 Cen-
Aren 97 Cen
ten ten kantor e-
Goes, alwaar de
t opgaaf van 2
it vóór <gf op 3
Maart
herder
VIA AS Vr&fw
p gevra'ag
>horid,
k publiek dezen
VLIET, wijlen
heer U. KUSTEN
ie hofstede „Jo-
Heerenpolder,
LENSHOEK op de
'ieterspolder, ge-
aris PILAAR.
Geref. pastorie)
vraagt tegen 15
apelle.
i
IS, Arnestein,
IRDLTK. Klevers-
België.
Van de Nieuwjaarsredevoeringen, die
dezer dagen door verschillende vorsten ge
houden zijn, willen we di-e van Koning
Albert niet onvermeld laten.
Immers de politiek van onze Zuidelijke
buren vertoont de meeste overeenkomst
met den strijd, die wij, Hollanders, in
de politieke gelederen voeren.
tn zijn toespraak tot den voorzitter van
den Belgischen Senaat deed Koning Albert
een beroep op de ofde- en vredelievend
heid van de politici en legde hij in 't
fijzonder "den nadruk op 'het bedenkelijke
van den taalstrijd, zooals Vlaanderen dié
kent.
„Het politieke leven van een land. al
dus Zijne Majesteit, „doet. een onvermijde-
lijken strijd van belangen en partijen ont
staan. Voorkomend uit de openbare denk
wijze, verzekeren deze geschillen de noo-
dige controle over de zaken der natie.
„Maai- hef, is wenschelijk dat. deze partij
twisten die boven alles een loyalen en
gezonden wedijver moet doen ontstaan ter
waarborging van het. gemeene best, niet
zóó zeer in de geesten dringe, dat orde
en vrede er door bedreigd .worden en de
burgers van dit land onverzoenlijk ver
deeld worden op terreinen, waar alles aan
duidt dat zij dienden vereenigcl te blijven.
.Tn een land moeten er slechts kinderen
van eenzelfde vaderland zijn. Onthouden
wij ons, hoeren, bij onze partijtwisten te
raken aan dit gemeen goed van aard en
taal, gemeen goed van overleveringen, dat
de kracht, van het Belgisch volk uitmaakt.
„Welke gebeurtenissen de toekomst 'ons
moge voorbehouden, ik blijf vertrouwen
stellen in de wijsheid der partijen en in
de deugdelijkheid der beginselen, die de
stichting onzer onafhankelijkheid op de
grondvesten van ons nationaal bestaan
gelegd hebben".
Duitschland.
Merkwaardig is het. hoe hardnekkig
men in 't buitenland zich inspant, om met
de ethnologische en geografische gesteld
heid van land en volk van Nederland
onbekend te blijven, aldus „Het Centrum".
En dat niettegenstaande wij toch in de
laatste jaren zooveel visites van uitlan-
deis, congres-, vredespaleis- en andere
bezoekers mochten ontvangen.
Zoo lezen wij in het onlangs N.B.
in 1913 verschenen Praparalionen ftir
den geographi-sehen Unterricht, van den
Duifsijben inspecteur van het onderwijs E.
Opperihann, opnieuw den grootst moge-
lijken onzin omtrent ons klein land: nog
wel in een boek, Mat, voor docenten is ge
schreven.
Vooreerst wordt, uitgemaakt, dat- Neder
land. België en Luxemburg „abgesprengte
Stüc.ke Deutschlands" zijnde bewoners
zijn „Deutsche" tot court. Ziezoo: nu
zijn wij alvast ingelijfd.
Na dit bewijs van der schrijvers ethno-
grafische en historische kennis leert hij
dan, dat het lancl eigenlijk niets: anders
is dan het mondingsgebied van den Rijn,
Maas en Schelde. De juiste loop dezer .ri
vieren is hem inmiddels onbekend. Den
Rijn iaat hij nog altijd in Katwijk uit
monden, van de verlegging van den Maas
mond heeft hij niet vernomen.
In 1910 hebben de Staten-Generaal be
sloten „sehriftweise" do Zuiderzee droog
te leggen, waardoor minstens 8 millioen
gulden per jaar aan ansjovis gemist zal
worden.
De duinen wandelen nog, altijd land
waarts in. Bijna de helft van het land
-bestaat uit moerassen, bepaaldelijk ook
de zuidelijke en oostelijke oevers der Zui
derzee! Limburg en Noord-Brabant be
staan voornamelijk uit heide en venen.
Deze venen worden afgegraven. Maar 60
Een verhaal uit het rampjaar 1672.
door L. PENNING.
(Nadruk verboden.)
17)
de
't.Was Zondag was het we
dag des Heeren?
Er stond ^geen predikantde gemeente
was vaikant; en Wilbrink de ouderling
der gereformeerde kerk, placht daarom
des Zondags een preek te lezen van Voe-
tius, Lodenstein of een anderen vromen
1 eeraar.
„Hoe móet dat. nu heer Schout? Wat
dunkt u?"
;Er zullen geen menschen komen!" ant
woordde de Schout; „de verwarring en
de opgewondenheid zijn te groot. Toch
vind ik het gewensoht en noodzakelijk, dat
wij in de kerk bijeenkomen, om tot Hem
om uitkomst te roepen in onzen glooien
nood. 't Is nu dicht bij negen 'ik zal
Jilfes de kerkklok 'laten luiden 1"
gr kwamen toch meer kerkgangers, dan
de Schout had verwacht.. Het besef, dat de
Allerhoogste in het gericht was getreden
met. het Nederlandsche volk, was levendig
geworden, en er was 'n behoefte, 'n
drang, om tot Hem de handen op te
heffen, belijdenis te doen van schuld, en
zijn ontfermingen in te roepen, daar de
pcb. van den bodem ligt nog woest.
Laagveen wordt niet vermeld.
In de duinen tiert de schapenteelt!?
De Hondsbossche zeewering is een dijk
die 60 meter diep in zee ligt!
Verder vernemen we dat Broek in W a
terland een villaplaats van rijke kooplie
den is, waar men eiken bezoeker vilten
pantoffels over de schoenen trekt, eer
hij mag binnengaaneen voorzorg, die
volkomen gebillijkt wordt, wijl immers
zelfs de koestallen met marmerplaten be
legd zijn.
Men bedenke dat dit boek door een
inspecteur van het onderwijs geschreden
is ten behoeve van de onderwijzers.
Palestina.
tn Palestina woedt op" het oegenblik
een taalstrijd, die heel wat gemoederen in
beweging' zet.
Een strijd voor de Hebieeuwsche taal op
de Joodsche scholen, als 't. ware op leven
en dood-
Een persoon, die in de Turksche regee
ring een hoogen. rang- bekleedt, heeft zich
over den tegenwoordigen strijd in Pales
tina voor de Hebreeuwsche taal aldus
uitgelaten
„Wanneer de Joden in Palestina hun
taal niet verdedigen zullen, zullen zij ge
dwongen zijn, in hun scholen cfe Turk
sche of Arabische onderwijstaal in te voe
ren. In geen geval is. er echter plaats
voor een taal, die noch de hunne noch
de onze is."
De taalstrijd in Palestina wekt in de
Turksche diplomatieke kringen levendige
belangstelling- Bijna alle vertegenwoordi
gers der vreemde mogendheden zijn de
meening toegedaan, dat niemand de Joden
mag verhinderen hun taal te bewaren,
vooral daar de Hebreeuwsche taal de
Arabische omgangstaal der ingeborene
niet-Jooclsche bevolking van Palestina zoo
nabij staat, als ongeveer het Nederlandsch
aan het Duitseh. in ieder geval nader
dan aan eenige Europeesche taal.
*Gisteren zijn veroordeeld wegens:
diefstalJ. K„ 44 j„ werkman, Vlis-
singen, conform de eisch tot 1 m. gev.
straf; verduistering: K. M., 29 j., kell-
ner, Middelburg, tot 3 m] gev.straf, de
eisch was 4. m.; misdrijf tegen de zeden:
P. J. M., 41 j„ hvr. van L. F. W1., Vlis-
singen, tot 4 m. gev.straf, de eisch was
6 m.; wederspannigheidH. D., 20 j„
landbouwersknecht, Axel, tot. f 15 b'. s.
15 d. h., de eisch was f 20 b. s. 20
d. b„ M. d. '24 j„ arbeider, Hoedekens-
kerke, conform de eisch tot 2 m. gev.
straf, en E. F. v. d. B„ 22 j„ veedrijver,
Sluiskil, conform de eisch tot 1 m. gev.
straf; overtreding der leerplichtwet: A.
K„ 39 j„ veldarbeider, Borssele, conform
de eisch tot f 10 b. s. 10 d. h., met
vernietiging van het vonnis a quo; over
treding 'der loterijiwet: F. A. K„ 42 j.,
winkelier, Middelburg, met vernietiging
van het vonnis a quo, tot 2 maal f500
b. s. 2 maal 14 d. h„ de eisch was be
vestiging van genoemd vonnis met de
zelfde straf, én mishandeling: C. V., 60
j., wed. J. d. W., werkvrouw, Koewacht,
conform de eisch tot 14 d. gev.straf.
Ter zake van overtreding van.het pol
derreglement is A. v. C., 50 j„ zonder
beroep te Axel, conform de eisch niet
ontvankelijk verklaard in zijn hooger be
roep.
„Woord en Beeld" (Uitgave van. de
drukkerij „Libertas". Rotterdam.)
Thans verscheen no. 1 van dit nieuwe
tijdschrift, nadat enkele proefnummers ter
kennismaking dienden. We kunnen niet
anders zeggen, dan dat de uitgeefster erin
geslaagd i:s een illustratie aan te bieden,
die velerlei attracties heeft. Er zijn platen
in, die onzen schoonheidszin streelen; an
dere die ons met alles en nog wat op de
hoogte houdenportretten, die ons tot
aandenken strekken; en bijdragen, die
stichten, leeren, boeien en onderhouden.
De uitvoering we beoordeelen dan de
Fransche Rabsake, die de slagorden van
het Protestantsche Israël hoonde, met zijn
heirleger in aantocht was.
Daar in de hoogc kerkbank, in den
hoek onder de luifel, zat de oude Geertein
haar jurk van stemmig zwart, het kerk
boek met het zilveren slot vóór zich.
En naast haar zat de vrouw van Wilbrink
in haar gebloemd katoenen jak, terwijl de
Schout aan de tegenovergestelde zijde in
den tuin zat, eveneens onder een luifel
en naast de leden van den kerkeraad.
De mannen en mouwen zaten door
elkander verspreid in de kerk; en in de
achterste bank, in den neclerigsten hoek,
zat Jilles de handen in stille aandacht
gevouwen.
Wilbrink stond op, begaf zich naar de
lezenaar, en zeide„Broeders en zusters
De tijden zijn ernstig; de vijanden zijn
dicht bij ons waar zullen we schuilen
dan onder de vleugelen des Almachtigen?
Hij toornt op ons, want. wij hebben mis
dreven; we willen op onze borst, slaan,
en zeggen: „O God! wees ons, zonda
ren, genadig!" En Hij zal ons genadig zijn,
want een ©ogenblik is er in Zijn.toorn,
maar een eeuwigheid is er in Zijn goe
dertierenheid
Er werden zachte zuchten geslaakt; toen
verstomde het laatste gedruisch; de man
nen rezen op, en ouderling Wilbrink leg
de den nood en de volstrekte hulpeloos
heid dezer weerlooze dorpers den Heere
voor. Hij sprak met een warmte, een
innigheid en een gloed, zooals men ze
„luxe-uitgave" --- is waarlijk boven onze
lof verheren.
„Woord en Beeld" is het eerste Chris
telijke tijdschrift, dat in den Spoorweg
boekhandel verkrijgbaar is. Naast Prins
en Stuiversblad zal dus ook „Woord en
Beeld" een plaatsje in de coupé trachten
te verwerven.
Moge dat gelukken, ten gerieve van ons
reizend publiek.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Cbr. herstellingsoord voor manlijke drank
zuchtigen te Prinsenhage.
Hij kon het drinken niet meer laten!
Hij Was werkelijk een dronkaard geworden.
Al het spreken, al het vermanen had
niets gegeven. Kwaad gezelschap in de
kroeg had hem bedorven. Soms scheen
er verandering te komen. Een korten tijd
hield hij zich goed, maar dan viel hij
weer. Gaarne wilde ik hem redden. Toen
zijn moeder gestorven was stond hij alleen.
Ik raadde hem een jaar naar het Chr.
herstellingsoord voor manlijke drankzuch
tigen te gaan. Hij was niet te bewegen.
Hij kon wel afblijven verzekerde hij. Toch
hield ik aan. En toen hij geen arbeid
meer kreeg, stemde hij eindelijk toe. Wij
vertrokken naar Prinsenhage en werden
in de mooie inrichting, genaamd „Villa
Wilhelmina", vriendelijk door den direc
teur, den heer Mëijering en zijne vrouw
ontvangen. Beiden leven voor de patiën
ten. Zij' voelen zich geroepen en weten,
zich in dienst van hun Zender. De liefde
van Christus dringt hen. Reeds bij aan
komst weten zij de lijders gerust te stellen.
Van het eerste oogenblik af vat men
liefde voor hen op. Hoewel de inrich
ting op Christelijken leest geschoeid is,
kan ieder hier komen. Ieder is welkom.
Alle dwang is uitgesloten. De hekken staan
dag en nacht open. Het kerkgaan is vrij
wil!.g. Gedurende den dag werken de ver
pleegden in tuin of werkplaats. De direc
teur geeft les en leiding in het timmeren,
mattenvlecliten enz. Het eten is eenvoudig
maar smakelijk. De directeur eet met de
verpleegden, leest en gaat voor in het
gebed. Des avonds is ieder vrij in de
conversatiezaal, waar men zich onledig
houdt men dammen, domineeren of lezen)
Ieder heeft een eigen kamer, waarop zijn
bed staat. De verplegingstijd is minstens
een jaar en kost f 75 per 3 maanden, waar
van bij onvermogenden het Rijk de helft
betaalt. De resultaten zijn mooi: bijna
70 pet. zijn in den loop der jaren als
geheel' hersteld en als geheelonthouder
ontslagen. Hebt ge dus een familielid dat
lijdt, neem u dan voor hem hier te bren
gen. Spreek er met de patiënt éénmaal,
andermaal, j:f nogmaals over, tot hij toe
stemt en met Gods hulp maakt gij van
een slaaf een vrije.
V. 19 Dec. 1913.
P.
De.spo or wegram p te Hoog-
h a 1 e n. Alen meldt uit Groningen aan
„Het Vaderland":
Thans is het nadere onderzoek dooi' de
Groningsche spoorwegautoriteiten naar de
oorzaak van het spoorwegongeluk in zijn
-geheel ingesteld, beëindigd. De desbetref
fende rapporten zijn naar den Raad van
Beheer op de S.S. gezonden.
R ij hadden hedenmiddag een onder
houd met een der Groningsche spoor
wegautoriteiten, die ons verklatirde, niet
gemachtigd te zijn de officieele conclu
sies, neergelegd in de rapporten, mee
te deelen.
Hij was echter van meening, dat een
officieele publicatie niet lang op zich zal
laten wachten.
Vermoedelijk zal de kwestie bovendien
in de Tweede Kamer ter sprake komen
en zal de Minister van Waterstaat, die
het voorloopige onderzoek ter plaatse in
persoon heeft bijgewoond, dus daar in de
gelegenheid zijn voldoende licht over de
zaak te werpen.
Omtrent de vermoedelijk oorzaak van
het ongeval deelde onze zegsman ons
nog nooit van zijn lippen had gehoord;
do nood der gemeente was hem werke
lijk op het hart gebonden, en toen hij
zijn gebed eindigde, waren vele oogen
vochtig.
De ouderling verliet den lezenaar, en
de Schout nam de verlaten plaats in.
Zwijgend keek hij de kerk rond; zijn oogen
stonden droevig een wereld van smart
stond er op dit oogenblik in te lezen.
„Wij willen de hand op den mond
leggen", zeide hij, „en zeggen: „Heere, Gij
vreeselijke God! Gij zijt rechtvaardig in
al Uw daden!" Stof en asch- willen wij
op ons hoofd strooien, en zeggen: „Hier
staan wij, met onze vrouwen, onze kin-
derkens gedenk onzer naar Uw eeuwige
ontferming"."
Uit de verte klonk het doffe ratelen
van een donderslag. De kerkgangers keken
verwonderd op; zij sloegen de oogen naar
buiten er was geen wolkje te zien.
Maar toen het tweede kanonschot,
zwaar en dreigend, weerklonk, sprongen
de menschen verschrikt overeind in hun
banken, met bevende lippen en sidderend
van angst.
„Vrienden!" zeide de Schout met vaste
stem, „verheft nu uw harten tot God,
die machtig is, om den troon der Bour
bons, dezer haters van Gods uitverkoren
kinderen, te breken, en laten wij gemeen
schappelijk tot Hem met onze smeekin
gen gaan!"
Toen zongen ze ja, ze zongen!
En terwij! het musketvuur knetterde,
echter mede en dat is ook de offici
eele lezing Het breken van een wis
selstang door onbekende oorzaak, waar
door het wisselslot buiten werking is ge
steld. De verschillende berichten omtrent
de oorzaak in de pers verspreid, zijn on
juist. Zij worden door de feiten zelfs tegen
gesproken.
Onjuist, is, volgens onzen zegsman, te
vens de bewering dat er oude wagens in
den trein hebben gereden. Hei waren we!
niet de allernieuwste wagens, maar toch
nog zeer moderne wagens, van het merk
1907
Ook de bewering, als zouden de bodems
der coupé's uitgezakt zijn, bleek onjuist.
Bij het onderzoek bleken de bodems nog
in de wagons aanwezig te zijn. Vermoed
wordt dat de ongelukkigen in de conster
natie door de ramen der coupé's zijn ge
sprongen. Van de zijde der Maatschappij
en van Regeeringsiwege zal niets worden
verzuimd zoo verzekerde men ons
om al het mogelijke in het. werk te stel
len, dat er toe zou kunnen leiden, om de
grondoorzaak van liet. ongeval aan te too-
nen. Al het mogelijke zal gedaan worden
om een herhaling van het ongeval te
voorkomen.
De schade .zoowel direct als indirect
door de Maatschappij geleden is voorloo-
pig nog niet vast te stellen en zelfs nog
niet op duizenden bij benadering: ;te
schatten. Verwacht wordt dat wellicht op
nieuw en dan door een ander lichaam, een
onderzoek ter plaatse zal worden inge
steld. Heit vermissen van f7000 uit de
portefeuille van den bij1 het ongeval ge
troffen heer Punt wordt tevens officieel
tegengesproken. Het. onderzoek toonde te
vens aan dat van geen enkel rijtuig een
as is gebroken en dat de rijtuigen van
den verongelukten trein niet harder heb
ben gereden, dat de reglementaire be
paling voor dien sneltrein voorschreef n.l.
75 K.M. per uur.
N i e u w j a a r s g r a b b e 1 e n. Men«
schrijft uit Midden-Limburg aan de „Limbi
Kr."
Tot een der oudste gebruiken, die zich
op ons platteland nog steeds blijven hand
haven, behoort voorzeker het nieuwjaars-
grabbelen der kinderen. Oudejaarsdag ko
men de kinderen 's middags ter schole,
voorzien van om het lijf gebonden touwen
of riemen, waaraan ze straks de ringen
of krakelingen zullen rijgen op hun rond
gang door het dorp. De groofere meisjes
trekken soms 3 a 4 kleuters met han
den als poffers, maar toch willen ze
mee. Aan de huizen der voornaamste
ingezetenen en neringdoenden wordt halt
gehouden en het liedje gezongen, dat voor
alle dorpen verschillend is en voor Bug-
genum b.v., evenals in overgrootvaders.-
tijden, nog steeds luidt:
Hg zaagp zeer rouken,
ig kwaam al aan geloupen,
ig zaag al aan dén aovevvis
det ter get gebakken is.
Is ter niks gebakken?
Gèftj mig eine korf vol a.ppele.
Is de korf te klein of te grooet.
Gèftj mig ei stuk van 't bujeisbrooet.
Vrouw, vrouw det djer lang laèftj
Det djer riek en zalig waèrdj.
Nu treedt de vrouw des huizes naar
buiten en strooit met kwistige hand krake
lingen, appels enz. rond, waarbij het wel
eens ruw toe kan gaan, en vele. kleinen
in 't gedrang komen: Als een mierenhoop
krioelt 't kleine volkje door elkaar, en
zoo ergens, dan geldt hier hef. recht van
den sterkste.
Na hun rondgang kan men ze naar huis
zien trekken, als het ware omkranst met
groote rijen van krakelingen, de zakken
gevuld met appels, noten en kastanjes.
Sluw bedrog. Te Honoloeloe
heeft men een eigenaardig bedrog ontdekt.
De gasfabriek van die stad bezat een on-
voordeeligen abonné, die veel gas ver
bruikte, doch in wiens muntmeter iedere
maand slechts weinige geldstukken ge
vonden werden. Eens op den laatsten dag
van de maand kwam de controleur zelfs
ontdaan vertellen, dat er geen enkele pen
ny in de bus lag, terwijl het gasverbruik
toch zeer hoog geweest moest zijn. „Dat
loopt de spuigaten uit!", riep de vertoorn
de directeur, die niet wist, dat hij, met
en de donder van het geschut de ruiten
deed schudden in haar sponningen, rees
de smeekbede dezer kleine, zwakke ge
meente omhoog
„Ik zet mijn treden in Uw spoor,
Opdat mijn voet niet uit zou glijden
Wil mij voor struikelen bevrijden,
En ga mij met Uw heillicht voor!
Ik roep U aan; 'k blijf op U wachten,
Omdat G', o God I mij altoos redt
Ai! luister dan naar mijn gebed,
En neig Uw ooren tot mijn klachten!"
„Laat Jan Pietersen op het Raadhuis
komen!" beval de Schout, toen de kerk
gangers huiswaarts keerden, „want ik ben
niet gerust op dien man!"
Een kwartier later was Teun de schou
tenknecht terug, maar hij had Jan Pie
tersen niet meegebracht.
„Hij is er van door!" zeide de schouten
knecht, „de schelm,'de schavuit! Nergens
is de vent te vinden! Ik heb het wel
gedacht, dat hij een verrader was!"
Het gespierde gelaat van den Schout
verbleekte.
„Heb je den kastelein gesproken ja?
Wat zei die?"
„Dat de vreemde mosjeu, toen de kerk
klok luidde, het dorp had verlaten".
„Laat de kastelein hier komen 1" beval
de Schout, „onmiddellijk 1"
Vijf minuten later stond de herbergier
van „den vergulden Arend" voor den
machtigen Schout.
die woorden, den spijker op den kop
sloeg, gelijk den lezer zoo dadelijk blij
ken zal.
De abonné werd bij den directeur ge
roepen. „Hoe zit dat?" vroeg deze streng.
Maar de andere antwoordde met een cy
nisch lachje: „Ik heb nooit gebrek aan
gas en ik gooi geen geld in den meter
zoolang ik nog gas heb, dat is logisch!"
De directie was machteloos. De directeur
sliep er slecht van. Als alle abonné's
het voorbeeld van dezen eenen volgden.
Den volgenden dag besloot de directie,
den man zijn geheim af te koopen en
hem straffeloosheid te waarborgen. De
abonné liet toen een ijzeren gietvorm en
een ijsmachine zien. Daarmede vervaar
digde hij stukjes ijs ter grootte van de
penny-stukken. In de gleuf gestoken, ver-
yschaften deze ijs-munten het benoodigde
gas en smolten spoedivg, zonder eenig
spoor na te laten. (N. v. d. D.)
Zigeuners te Hoek van Hol
land. Oudejaarsavond werd een aantal
politie-agenten uit Rotterdam naar Hoek
van Holland gerequireerd, omdat zich al
daar nabiji 's Gravezande een 30-tal Zigeu
ners uit Perpignan ophielden en die zich
daar reeds aan verschillende kleine dief
stallen schenen te hebben schuldig ge
maakt. De Hoek van Holland werd be
waakt door den veldwachter van 's Gra
vezande, doch deze rukte dien nacht ten
12 uur in. daar gp dit tijdstip de Hoek
van Holland aan Rotterdam overging. Rot-
terdamsche politie-agenten namen toen het
toezicht over. Op Nieuwjaarsdag werden
zijl door een nieuw detachement vervangen,
doch daar de Zigeuners inmiddels ver
der trokken kon de politiemacht heden
weder worden ingetrokken.
Hoe (li(é Zigeuners aan den Hoek van
Holland gekomen zijd is nog niet opgehel
derd.
Het openen van portieren
van treinen. De directie der Holland
sche Spoor heeft cle aandacht van het
conducteurspersoneel gevestigd op het feit,
dat niet 'altijd, dadelijk alle portieren wor
den geopend na aankomst van een trein,
om de reizigers te doen uitstappen, maar
dat do conducteurs zich veelal met an
dere bezigheden heiasten, die gevoeglijk
kunnen wachten, Jntdat alle reizjgers den
trein hebben verlaten.
Hevig onweder. Belgische bla
den brengen thans berichten over een
verschrikkelijk ongeluk, dat te Kambove,
in Katanga, tijdens een hevig onweder
heeft plaats gehad. De bliksem sloeg daar
bij in een kruidenierszaak, waarin tal van
werklieden der aannemersfirma Ullmann
en Stone, die op htm uitbetaling wacht
ten, voor den regen gevlucht waren.
In een oogwenk stond het geheele ge-
houw ijin vlammen en de ongelukkigen.
stieten hartverscheurende kreten uit. Van
alle kanten kwamen redders, opdagen, en
dank zij hun onver,saagden moed, slaag
den zij erin nog talrijke personen uit den
vuurpoel te halen. Het schouwspel was
ijzingwekkend en gevaarlijkde gewonden
huilden en kermden.
Later bleek, dat 10 negers waren ver
brand en één blanke, en 33 negers werden
gekwetst. De toestand van verscheidene
slachtoffers was zeer ernstig.
Het kasteel van barones
Vaughan. Barones Vaughan wil het
kasteel Balincourt, dat zij van Koning
Leopold II van België geërfd heeft, verkoo-
pen. Balincourt is een der belangrijkste
historische kasteden van "Frankrijk. Het
werd onder Lodewijk XIV gebouwd en
draagt in weerwil "der veranderingen die 't
onderging, zoowel buiten als binnen, nog
zuiver het karakter van de oorspronkelijke
bouworde. Koning Leopold kocht Balin
court aan, omdat hij het per automobiel
van Parijs uit gemakkelijk bereiken kon,
en liet er vele moderne gerieflijkheden
in aanbrengen. In de rijk versierde kapel
van het kasteel brendt thans electrisch
licht. Na den dood van haar vader maakte-
prinses Louise van België aanspraak op
het kasteel, doch haar eisch werd afge
wezen. Toenmaals werd Balincourt op een
waarde van 4 millioen gesphat; barones.
Vaughan is bereid zich met de helft van.
dit bedrag tevreden te stellen.
De man was niet op zijn gemak; het
was hem al1 heel onaangenaam, dat zijn
kostganger, tegen het uitdrukkelijk verbod,
het dorp had verlaten, en bij den kritieken
en hachelijken toestand begreep hij zeer
goed, dat de geringste schijn van mede
plichtigheid den bedenkelijksten achter
docht bij den toch reeds geprikkelde»
Schout zou kunnen verwekken.
Hij schoof onrustig heen en weer voor
den Schout, de katoenen muts eerbiedig
in de hand, en zeide: „Heer Schout
hier ben ik!"
,,'tls goed!" zeide cle Schout, „ga zit
ten
„Kan ik het niet staande af?"
De Schout gaf er niet eens antwoord
op en wees zwijgend naar een stoel met
een houten zitting.
Toen zette zich de kastelein.
„Wanneer is Jan Pietersen vertrok
ken?"
„Toen de kerkklok luidde, heer Schout!"'
De ambtenaar noteerde het.
„Gij durft uw beweringen later toch
met eede bevestigen
„Als het moet waarom niet? Ik
zeg de waarheid; dat is mij onder tot
ouder geleerd
„Welke richting sloeg Pietersen in?'*
„Naar den Rijn, heer Schout 1"
„Ik dacht het wel!" mompelde de amb
tenaar zijn aanteekeningen voortzettende.
„Hoe weet je dat?"
(Wordt vervolgd.)