NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 68. 1913.
Donderdag 18 December
38e Jaargang.
Feuilleton.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. D H U Ij, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Buitenland.
Onder de Oranjevlag
Binnenland.
Gemeenteraad van Goes.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. 1.25
(Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
OOSTERBAAN LE COINTRE, te Goes
EN
vauji5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten>an 1—10 regels| ƒ1.—iedere
regel meer 10 cent.
Zij, die zich met i Januari a.s. op ons
blad abonneeren, ontvangen het tot dien
datum GRATIS.
Frankrijk.
De nieuwe Fransche minister van pos
terijen Malvy, is nu eens in conflict ge
komen met de roode bonden van post
en telegraaf-beambten, en wel om de vol
gend© redenen:
De vroegere radicale ministers van
posterijen hadden getracht bij de syndi
caten in de gunst te komen en gaven aan
de besturen der roode vakbonden inzage
van de jaarlijksch© promotie-lijsten. Deze
lijsten worden ieder jaar doon een com
missie van hoog© post-ambtenaren vast
gesteld, die dan rekening hield met de
wenschen der roode volksmenners.
Dezer dagen begaf het bondsbestuur
zich naar den nieuwen minister en ver
langde dat de oude reeds goedgekeurde
lijst zou worden vernietigd en een nieuwe
opgesteld.
De radicale minister Malvy beloofde de
zaak in overweging te nemen, maar liet
eergisteren zonder meer weten, dat hij
geetn termen vond om de bestuursdaad
van zijn voorganger te niet te doen.
Over. dit „ondemocratisch" bescheid,
waren de postbeambten hoogst gebelgd.
Zij deelden den minister mede, dat zij
alle connectie met hem afbraken en langs
een an deren weg hun oogmerken zou
den trachten te bereiken.
Amerika.
President Wilson is verontwaardigd
over een grap, welke de officieren te
Caraboa, op de Philippijnen, zich aan een
feestmaal ten koste van Bryan, zijn Mi
nister van Buitenlandsche Zaken hebben
veroorloofd. Tijdens dit feestmaal wer
den allerlei tableaux gegeven en liedjes
gezongen, waarin met het militaire, het
marine en het buitenlandsche beleid der
Regeering den draak weid gestoken. Zoo
had Bryan onlangs in een rede gezegd,
dat de marine uit twee schepen .(ships)
moest bestaan: „friendship and fellow
ship"; wat door de officieren bespotte
lijk werd gemaakt met een tableau, waar
bij twee miniatuur-schepen ten tooneele
werden gevoerd, waarvan het eene
„Friendship" het andere „Piffle" (leuter
praat) heette.
Wilson heeft den officieren een geduchte
uitbrander over hun ongepaste grap doen
toekomen, zijn lidmaatschap der Caraboa-
vereeniging opgezegd, en er schijnt alle
kans dat de „schuldigen" zich voor een
militairen raad zullen hebben te verant
woorden.
Een verhaal uit het rampjaar 1672.
door L. PENNING.
(7
(Nadruk verboden.)
Maar fiet onweer kwam niet- De Schout
haalde bedaard een grooten penning uit
den zak, en zeide: „Kun je lezen? Lees
dan!" a
„Ik dank je! hernam de vreemdeling op
een toon, alsof hij de burgemeester van
Amsterdam was in eigen persoon.
„Waar kom je vandaan?" vroeg de
Schout ten tweeden male. maar dezen
keer klonk het iet-s forscher. „Denk er
om, dat ik mijn vraag kracht kan bij
zetten 1"
fan Pietersen begreep toch, dat het ver
standiger was, wat in te binden, en hij
zeide op heel wat vriendelijker toon-: ..Van
Kleefland, heer Schout! En omdat het
er zoo slecht met de verdiensten' was,
ben ik hier terecht gekomen."
„Dan wil ik je zeggen, dat we hier geen
landverraders noodig hebben, die de boe
ren tegen het wettig gezag opzetten. Dat
doe jij ik heb het met mijn oigen
De ouderdomsrenten.
Naar wij vernemen is door minister
Treub aan de „tusschenpersonen" de vol
gend© circulaire gericht:
„Bij de handleiding, die u indertijd werd
toegezonden, werd een richtsnoer gegeven
voor de beoordeeling, welke personen voor
een rente op grond van de artikelen 369
en 370 der Invaliditeitswet in aanmerking
komen.
Het is sindsdien gebleken, dat niette
min in de practijk gevallen zijn voorge
komen, waarin twijfel omtrent het recht
op rente rees en waarbij het met is uit
gesloten, dat door verschillend© personen
in gelijksoortige gevallen verschillende op
vatting- kan zijn gehuldigd.
Ik heb daarom de eer u te berichten,
dat naar nrijn oordeel het eenvoudigste
kenmerk van den verzekeringsplicht
■en dus van het voldoen aan de voornaam
ste voorwaarde voor de rente ingevolge
art. 369 of art. 370 ligt in de om
standigheid, dat van of voor den betrok
kene wegens diens arbeid premie zou zijn
gevorderd, indien de verplichte verzeke
ring vroeger ware ingevoerd.
Bij de beoordeeling welk antwoord in
ieder speciaal geval op deze vraag moet
worden gegeven, is artikel 32 der Inva
liditeitswet beslissend.
Dat artikel sluit van den verzekerings
plicht uit den arbeider „die, niet bij wij
ze van beroep, tegen loon. arbeid verricht,
wanneer hij alleen in buitengewone ge
vallen tegen loon arbeid van korten duur
veracht"
Oorspronkelijk was er nog een tweede
reden van uitsluiting van den verzeke
ringsplicht, n.l.: van hem die: niet bij
wijze van beroep, tegen loon arbeid ver
richt, wanneer die arbeid voor hem bij
komstig is en liet loon niet meer be
draagt dan het tienvoudige van de te
Jxitalen premie. Door het wegvallen van
deze tweede reden van uitsluiting is elk
onderscheid tusschen het verlichten van
arbeid als hoofd of als bijkomstig mid
del van bestaan uit de wet gelicht. Uit
gesloten is degeen, die noch als hoofd-
noch als nevenberoep arbeid in loondienst
verricht. De wet drukt dit uit door te
spreken van hen die loonarbeid van kor
ten duur verrichten, welke alleen in bui
tengewone gevallen wordt verricht. Zulke
gelegenheidsarbeiders zijn volgens de wet,
niet verzeke ri n'g splichtigDe verzekerings-
plicht en dus ook de verplichting tot
premiebetaling door of voor den betrok
kene is niet aanwezig, waar de arbeid
die door hem verricht wordt of vroe
ger verricht werd, niet een beroepmatig
karakter heeft of had. Echter wordt voor
den verzekeringsplicht niet vereischt, dat
de arbeider zijn loonarbeid als hoofdbe
roep verricht ,het is voldoende, dat de
ooren gehoord!"
„Omdat ik de soldaten van Zijn Hoog
heid vagebonden noem? En uw eigen
knecht heeft die woorden gebezigd
als Andries Dirksen hier was, zou hij
het kunnen bevestigen."
„Bovendien scheelt het weinig, of je
stelt de Franschen als onze helpers voor,
die ons van onze verdrukkers moeten ver
lossen denk er om, dat ik den eersten
keer, als gij die leugens mijn boeren weer
op de mouw wilt spelden, mijn gezag
zal laten gelden."
De Schout groette en vertrok.
..'t. Is dezelfde", mompelde hij in zich-
zelven, toen hij buiten was gekomen. „De
persoonsbeschrijving, door Zijn Hoogheid
gegeven, klopt precies, zelfs de wrat op
de linkerwenkbrauw ontbreekt niet. Zijn
Hoogheid wenscht, dat ik hem in het oog
zal houden hij was mij reeds verdacht.
Welnu, als 't ontdekt wordt, dat mosjeu
een Fransche spion is, dan zullen wij
elkander nader spreken!"
HOOFDSTUK 111.
Het was alle dagen mooi weer, de
boeren begonnen het hooi binnen te halen,
en het koren beloofde een rijken oogst.
Maar er lag een zware druk op de geheele
arbeid wordt verricht als beroep zij het
ook dat dit voor den betrokkene van bij
komstige beteekenis is, AVaar de wet den
verzekeringsplicht, ook in artikel 23, be
perkt tot arbeiders, is een, uitlegging, wel
ke de werking van de wet buiten de
gestelde grenzen doet gaan, met haar op
zet en bedoeling in strijd.
Ik noodig u daarom uit, bij uwe werk
zaamheden met het bovenstaande rekening
te houden."
Het is duidelijk, dat het resultaat van
deze aanschrijving een aanmerkelijke ver
mindering van het aantal pensioengerech
tigden zal zijn.
Edoch, allen die het, in strijd met de
onzesinziens juiste uitlegging van den
minister hebben zullen het nu wel hou
den. Het tegendeel zou niet billijk, en'niet.
gewenscht zijn.
H. de Wilde.
Een 30-tal leden en oud-leden van den
Gemeenteraad, collega's van den heer 11.
de Wilde vóór hij1 wethouder was, de
wethouders, zoomede d© Raadsleden die
in bijstandscommissiën onder voorzitter
schap van den heer De Wilcle zitting heb
ben, allen van verschillende politieke rich
ting, boden hem gisterenavond in het
Grand Hotel Victoria, Spuistraat, te Den
Haag, een kameraads 7liappeli(jM»u- feest
maaltijd aan ter gelegenheid van zijn
60sten verjaardag.
Van den oud-burgemeester Sweerts
werd aan tafel het volgende aan den
heer De Wilde gericht telegram ontvan
gen:
„Ik verheug mij in het blijk van ge
negenheid en waardeering dat zoovelen
uwer collega's u heden geven en sluit
mij van harte daarbij aan. Gedenk met
groote erkentelijkheid den tijd samen in
dienst van Den Haag doorgebracht en
hoop, dat gij nog lang voor onze schoone
stad behouden moogt blijlven".
Van de oud-raadsleden waren aan ta
fel de heeren Simons, Edersheim, mr.
De Groot, Van Liefland, Vegtel, Van den
Hoorn en Penn.
Tweede Karne r.
Gisteren is behandeld en aangenomen,
de 6e afdeeling (Personeel der poste
rijen en telegrafie) van Hoofdstuk IX.
Do heer Nolens djonde -een motie in,
om de Kamer te doen uitspreken, dat
de Staat, schoon rekening houdend met
bestaande regelingen, geen nachtdienst
door vrouwen moest doen verrichten. He
den zou over deze motie beslist worden.
Waarschuwing voor w e r k z o e-
kenden.
Blijkens van den directeur der Ned.
Arbeidsbeurs te Überhausen ontvangen b©
richt, is het op het oogenblik zeer moei
lijk in Duitschland geschikte arbeidsge
legenheid te vinden.
Mitsdien is het aan Nederlanders sterk
bevolking: de geruchten, dat het Fran
sche leger in geforceerde marschen na
derde, vermenigvuldigden zich, en wier
pen een sombere schaduw over den zon-
nigen hemel. De dienst, van den post
wagen naar de Duitsche grenzen was ge
staakt; uit geloofwaardige bron werd ver
nomen, dat een bende Fransche dragon
ders reeds op vier uren afstands was
gezien, terwijl eenjge adellijke familiën,
die op naburige kasteelen woonden, de
voorvaderlijke erve hadden verlaten, om
in Holland, achter de beroemde water
linie, veiligheid te zoeken.
Baas Gerrits had gaarne hetzelfde ge
daan, maar de Schout had gezegd, dat hij
tot liet uiterste bij zijn dorpers zou blij
ven, en deze overweging had hem be
wogen. het er dan maar op te wagen.
Een verhuizing had trouwens ook haar
bedenkelijke zijde. Er moest zooveel in
den steek worden gelaten, en het vermoe
den lag voor de hand, dat de Franschen
al wat zonder eigenaar achterbleef', zich
hel eerst zouden toeëigenen.
De zaak stond trouwens, hoe bedenkelijk
de verschijnselen ook waren, nog niet
hopeloos. De IJsellinie was nog intact; zij
was nog door geen Franschen kanonskogel
bestookt, terwijl de overste De Montbas,
de schoonzoon van den beroemden Hugo
r*'#i :«h« i I i>( l 1 t.«T
te ontraden zich thans naai- Duitschland
te begeven zonder de zekerheid te hebben
door genoemde beurs te Oberhausen ge
plaatst te kunnen worden en zonder vol
doende middelen om eventueel de terug
reis te kunnen aanvaarden. (St. Ct.)
Collectieve overeenkomst
boekdrukker ij en.
Na een ganschen dag van debat is
door de algemeene vergadering van den
Nederl. Bond van Boekdrukkerijen in zijn
gisteren te Utrecht gehouden vergadering1
met 114 stemmen voor, 57 tegen en 14
blanco het ontwerp-Collectieve Arbeids
overeenkomst met de werklieden-organisa.-
ties aangenomen.
Naar aanleiding van dit besluit heeft
de Alg. Ned. Typi. Bond besloten tegen
25 of zoo zoo noodig ook 26 Dec. een huis
houdelijk congres te beleggen.
Burgemeester van Zaandam.
Er doen genachten de ronde, dat voor
het ambt van burgemeester van Zaandam
een socialist gekozen zal worden. Zoo
werd de heer Vliegen aanvankelijk ge
noemd. Met meer zekerheid wijlst men
thans den heer L. ïer Laan als a.s. bur
gemeester aan. Zelfs wordt beweerd, dat
hij zijn sollicitatie heeft ingezonden.
„De Telegr." heeft zich tot den heer
Ter Laan gewend om inlichtingen, doch
deze verklaarde, geen mededecling te kun
nen doen. Van andere zijde, waar men
het weten kan, vernam het blad dat een
aanstaande benoeming van den heer K.
Ter Laan echter zeer waarschijnlijk is.
Toch oppassen.
Uit de zeer uitgebreide mededeelingen
door den heer Jonker in „De Nederlander"
omtrent den Oosterling Schlimon Gullo
uit Ka,war in Koerdistan blijkt, dat er
aan de legimiteit van dezen collectant
inderdaad iets ontbreekt. Thans vraagt
Pfarrer (prediker) Wendt per adverten
tie in „De Nederlander" om steun voor
de verdrukte Nestorianen. De dames
Wendt en Waller uit Lerbeck bij: Porta
Westfalica zijn met dit doel naar Ne
derland uitgezonden, en ds. Wendt (voor
zitter der Vereeniging voor den Liefde-
arbeid der Nestoriaansche Kerk) waar
schuwt nogmaals, dat Schlimon Gullo
niets met dezen arbeid te maken heeft,
en hij ook niet weet of diens arbeid
zijn ongelukkig volk wel ten goede komt.
Het Ambtsgebed.
Evenals in 1902, is ook nu een voor
stel om 't gebed ter opening van de zit
ting van de Prov. Staten van Noord-Hol
land af te schaffen, afgestemd. Toenmaals
met 5416 stemmen, nu met 41—20.
Gisterennamiddag kwam 't voorstel, dat
een paar soc.-dem. en een vrijz.-dem. had
den ingediend, aan de orde. Sober was
de toelichting der voorstellers.
Waardig en met klem bestreed Prof.
Mr. Fabius het, doende opmerken, dat
de Groot, niet een behoorlijke krijgsmacht
de Betuwe zou beschermen, on vaste stel
lingen bij het Tolhuis, bij Huissen en
in de Schenkenschans had ingenomen.
Men zag den ruiteroverste meer dan
eens in het dorp; hij gaf de boeren de
verzekering, dat hij voor de Franschen,
zoo zij dorsten naderen, een warm vuur
zou gereed hebben, en vertoonde in zijn
geheele optreden zóó'n sterken moed, dat
de landlieden slechts met bewondering
van hem spraken.
De Schout zfide weinig bij zulke teal;
hij trok de vierkante schouders op, en
hoopte er het beste van. Hij hield De
Montbas voor een zwak, weifelend man,
die zijn gebrek aan moed en onverschrok
kenheid door stoute, snorkende taal tracht
te aan te vullen, en hij verbaasde zich,
dat aan De Montbas in plaats van aan
den Deenschen ijzervreter Paulus Wirtz,
deze belangrijke post was toevertrouwd.
Het, waren dagen vol spanning voor
den Schout, en hoe hij ook zijn best
deed, om zijn onrust en kommer te ver
bergen tegenover Geerte, zijn zuster,
was het hem onmogelijk. Hij had zijn
gewonen eetlusl verloren; des nachts
hoorde zij hem meer dan eens over de
kamer loopen, diep zuchtend, als een
mensch, die een groot ongeluk ziet nade-
't waarlijk niet aangaat onder den druk
van een kleine minderheid te laten ge
bukt gaan, hen die 't gebed op prijs stel
len en dat indien de voorstellers inder
daad, naar ziji zeggen, eerbied hebben
voor wat in de oogen van anderen een
heilige zaak is, zij het vooistel moeten
intrekken, te meer, daar pas in 1.902 een
dergelijk voorstel is afgestemd. Mr. Rei-
mer, een R.-K„ sloot zich hierbij volko
men aan.
Tan de zijde der voorstellers (Gerhard,
soc., en enkele vrijzinnigen) zeide men,
dat men het openen van de zittingen,
met een gebed niet meer van dezen tijd
achtte en dat de voorstanders ervan niet
hadden gezegd, waarom men het gebed
op prijs stelde; waarop Mr. Fabius re
pliceerde, dat het vragen van den zegen
Gods over de beraadslagingen en
het bidden om wijsheid een zoozeer na
tuurlijke zaak is, dat het niet noodig is
uiteen te zetten waarom men daar prijs
op stelt.
Daarop volgde de stemming. 'tTrok de
aandacht dat ook een vrijiz.-democraat als
de heer Van Embden onder de tegen
stemmers behoorde. (Nederlander.)
Zitting van Woensdag.
Voorzitter de heer J. B. cle Beaufort,
burgemeester.
Afwezig de heeren v. d. Bout, Holl-
mann en Kakebeeke, allen met kennisge
ving.
Na vaststelling der notulen van de vo
rige vergadering wordt voorlezing gedaan
van enkele ingekomen stukken, als daar
zijn: van verschillende personen brieven
van dankbetuiging voor de verhooging
hunner resp. salarissen;
schrijven van den heer G. A. Baje-
nius, waarbij hij wegens drukke werk
zaamheden tegen 1 Januari a.s. ontslag
neemt als lid van de oommissie van
toezicht op het Middelbaar onderwijs, en,
verklaart met 1 Januari niet meer in
aanmerking te willen komen voor een
herbenoeming tot lid van het Burgerlijk
Armbestuur
Goedkeuring van Ged. Staten van het
Raadsbesluit, waarbij ten behoeve van een
Sloydcursus een lokaal van de Meisjes
school wordt afgestaan; id. van het 2e
suppletoir kohier school A 1912191T;
kohier school A 19131914 en kohier
Meisjesschool 19131914; id. af- en over
schrijving op de begrooting van 1913.
Schrijven van het bestuur van de afd.
Zeeland van den Ned. Bond van gemeente
ambtenaren, waarbij in overweging gege
ven wordt de jaarwedde van de ambtena
ren ter secretarie opnieuw te regelen in
verband met de omvangrijke werkzaam
heden, die de uitvoering van. velerlei wet
ten vordert.
Verslag van de commissie voor de
ren. En als zij hem wilde opmonteren,
zeide hij: „Zuster gij weet niet alles!
Maar het is in 's Heeren hand op
Hem zal ons vertrouwen zijn!"
Zijn persoonlijke zorgen waren niet
groot; hij was nooit gehuwd geweest, en
de angst van dehoeren, die, door een
talrijk kroost omringd, den Franschen
stormvloed zouden moeten afwachten, was
hem vreemd.
Maar het lot van het dorp ging hem
ter harte, en de nood van het zinkende
vaderland was zijn nood.
Dat beklemde hem; ook zag hij geen uit
komst; en de toekomst was in pikzwarte
wolken gehuld.
„Teun!" zeide hij, „houdt ge dien
mosjeu goed in het oog?"
„Hij maakte gister een praatje met over
ste De Montbas, heer Schout!"
De Schout keek den spreker aan met
een korten scherpen blik.
„Wat bedoel je daarmee?"
„Dat ik geen van beiden vertrouw",
zeide Teun op gedempten toon.
De Schout antwoordde er niet op; hjj
dacht hetzelfde, maar wilde het niet
zeggen
(Wordt vervolgd.)