NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
\o. 43. 1913.
Woensdag' 19 November.
28e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHUNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. DHUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Stateri-Gesieraal
LEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. f 1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
OOSTERBAAN LE COINTRE, te Goes
EN
van 15 regels 50 cent, iedere regel meer lOjcent.
Familieberichten van 1—10 regels ƒ1.—, iedere
regel meer 10 cent.
Minister Pleyte.
Wij iiebben nu gelezen in het Voor-
loopig Verslag en in het Kamerverslag
hoe cle minister Pleyte denkt over In-
dië, de Zending, de regeeringstaak jegens
de Zending, den gouverneur-generaal, den
bezem, die volgens zekeren vrijzinnigen
Kamercandidaat in den mast moest, enz.
Wij kunnen nu ons oordeel over dezen
minister wel neerschrijven.
Het luidt:
„Hij is toeschietelijk, als 't moet gewel
dig, maar over 't geheel iemand, clie de
menschen zoekt te winnen. Hij is knap,
hij is welsprekend, hij is gevat, hij is
van een zeldzamen durf en brutaliteit
en hij is handig. In Amsterdam IX heeft
hij erg uitgepakt tegen de rechterzijde,
maar er is daarom geen reden voor de
rechterzijde, om zich erg bang voor hem
te maken. Hij weet te goed, dat hij haar
in de gegeven omstandigheden niet mis
sen kan en hij is een te practisch man,
om zich niet aan te passen aan de om
standigheden, waarin hij zich geplaatst
ziet."
Dit oordeel mogen wij over hem uit
spreken nu wij hem gehoord hebben.
Maar het oordeel is niet van ons.
Het. is van een vrijzinnig man, die het
gaf aan den schrijver der Haagsche Brie
ven in „De Tijd". En niet nu pas, maar
in het nommer van 29 September j.l. Dus
zes weken voor de minister zich als zoo
danig heeft uitgesproken.
De man gaf ook een beschrijving van
de overige ministers. Wij hebben den in
druk gekregen, dat hij goed op de hoogte
is (was).
Trouwens diezelfde vrijzinnige man
voorspelde, ja wist reeds in Juni, dat
Cort v. d. Linden premier zou worden
in een extra parlementair Kabinet. Gelijk
ook is uitgekomen.
Proza en Poëzie.
Een dichter bezong de heide om haar
schoon
Wanneer de zon in 't verre West gaat
[zinken,
En straks de eerste sterren weder
[blinken,
Dan toef ik 't liefst op 't eenzaam heide
veld,
Waar alles mij des Scheppers macht
[vermeldt.
Ja 't plekje is mij lief, waar ik de geuren
Van 't heideveld geniet; haar paarse
[kleuren
Aanschouwen mag; dan roem ik vroeg
[en spa
De schoonheid van mijn nedrig erica.
Doch neenniet slechts als d' avond-
[neevlen dalen,
Maar ook als met haar eerste morgen
stralen
De zon het al verlicht en als een
[kroon
De dauw uw toppen siert, zijt gij, mijn
[heide, schoon!
Dat is mooi gezegd.
Maar indien wij dezelfde poëtische gave
hadden, bezongen wij de lieide om hare
aantrekkelijkheid voor ontginning, om haar
sociale waardij.
Eventjes over de grenzen onzer pro
vincie, nabij hel dorpje Wouw, werd aan
iemand een lap heidegrond aangeboden
voor f25000, koop tot 1 Januari j.l.
Dezer dagen werd deze zelfde lap ge
deeltelijk voor f3000 onderhands en voor
f41125 in publieke veiling verkocht.
Bewijs hoe de liefhebberij voor heide-
ontginning toeneemt, en in verband daar
mee de prijzen der heidegronden stijgen.
Bij zulk proza zinkt de poëzie in 'tniet!
De Provinciale Staten.
De nieuwe meerderheid in de Gede
puteerde Staten had verleden Vrijdag bij
de behandeling van verschillende voor
stellen in de vergadering onzer Staten
geen aangenamen dag.
De verkiezing van mr. De Veer tot
buitengewoon lid van Gedeputeerden was
voor haai' geen meevaller; trouwens voor
geen der vrijzinnigen. Dezen toch harden
den heer Walter Kakebeeke op het oog.
En het kon nu zoo mooi, want twee
leden van rechts ontbraken. Van de Putte
was ziek en Hombach was er ook niet.
Tusschen twee haakjes, waar zat de
heer Hombach toch? Moest hij' bij een
gewichtige stemming als deze niet op het
apjièl zijn geweest?
Wij wagen deze bescheiden opmer
king.
Wij wenschen er niet over op Te spe
len, en vergaderingen van kiesverenigin
gen en kiezers uit te lokken, wa.ar booze
redevoeringen worden afgestoken en mo
ties worden aangenomen, en de afwezige
officieel ter verantwoording wordt geroe
pen, gelijk de vrijzinnigen in 1895 in het
district Middelburg deden, toen de afwe
zigheid van den liberaal v. Uye Pieterse
oorzaak was van de verkiezing voor den
reehtschen candidaat jhr. mr. K. A. Go
din de Beaufort, anti-r., oud-minister van
financiën in het kabinet-Mackay.
Toch mogen wij de vraag wel doen:
waar was de heer Hombach?
Immers zijn afwezigheid had evengoed!
tengevolge kunnen hebben dat niet De
Veer ma,ar- Ivakebceke gekozen werd.
De vrijzinnigen dan stemden met alle
mail op Kakebeeke. Geen mooie manoeu
vre, wagen wij op te merken. Immers
de vrijzinnigen zijn in de Staten in de
minderheid, en hebben de meerderheid
in het Gedeputeerd college, op zichzelf
reeds een onbillijkheid. Maar waarom nu
die onbillijkheid vergroot, door nu ook
nog den buitengewonen zetel in dat col
lege voor zich op te eischen?
Had een man als de heer Kakebeeke,
die een nobelen naam heeft op te hou
den, zic.h hiertoe wel mogen leenen?
Nu heeft het lot beslist voor mr. De
Veer; voor de vrijzinnigen de eerste te
genslag.
Voor Gedeputeerden volgden evenwel
nog een paar nederlaagjes.
Aan dijkpaal 56 op Noord-Beveland legt
de veerboot aan; de reizigers moesten
geregeld aldaar eenige honderden meters
over zandzakken loopen om in 't bootje
te komen. Nu stelden Gedeputeerde Sta
ten voor op vijfhonderd meter, bij dijkpaal
51, een steigerwerk te leggen dat op
f 2800 begroot was.
Het gemeentebestuur van Wissenkerke
en particulieren kwamen per requesten
hiertegen op, en vroegen aan de Staten
om 'in geen geval aldaar, aan den kop
van den Onrustpolder, een steiger aan te
brengen, doch de zomerzitting af te wach
ten, wijl er een nieuw plan was ge
maakt voor een steiger aan dijkpaal 59
dicht bij den Veerdam, welk plan adres
santen op f5600 begrootten; de hoofd
ingenieur daarentegen op f8600. Na de
verschillende aanvallen op hun [plan
brachten Gedeputeerden wijziging in hun
voorstel en stelden voor aanhouding tot
de zomerzitting. Hierop stelden de
Goesche Statenleden Kakebeeke, Dekker,
v. Oeveren en Duvekot voor om niet aan
te houden, maar voor het plan dijkpaal 59
een crediet te verleenen. Dit werd aan
genomen, tegen den zin van Gedeputeerde
Staten. Toen hierop de voorzitter op
merkte, dat de uitvoering facultatief was,
stelden de heeren Dekker en Kakebeeke
vast dat het besluit was definitief. De
gemeente [Wissenkerke moet echter op zich
nemen den weg van den Veerdam tot aan
genoemde dijkpaal te verharden.
Nog een teleurstelling viel aan Gede
puteerden ten deel bij de behandeling van
het reglement op de wegen en voetpaden.
Een bestrijding door de heeren Fruijtier
en Dieleman die er een te groote be
perking van het eigendomsrecht in za.-
gen, werd gevolgd door de aanneming
van de motie-Dielema.n ter afwering van
dit gevaar.
Voeg hierbij de aanneming van eene
motie-De Veer, dat alle Provinciale Stoom-
bootdiensten onder één directeur behoo-
ran te komen; en, lest niet. minst, de
aanneming van het voorstel-Dekker, dat
de bouw der booten moet worden aanbe
steed, of ook aan Zeeuwsche werven in
schrijvingen moeten worden gevraagd,
een motie die haar grond vond in de
bedekte weigering van Gedeputeerden om
opi een desbetreffende vraag van den heer
Dekker bevestigend te antwoorden.
Alles 'te zamen genomen reden voor
ons om vast te stellen, dat Gedeputeerden
geen goeden dag hadden.
De Kamperlanders en Wissenkerkenaars
kunnen tevreden zijn. En de werklieden,
betrokken bij den s c h e e p1 s b o u w, ook.
De Maas bij kunstlicht.
Gelijk de Schelde voor Antwerpen en
de Elbe voor Hamburg, zoo is de Maas
de levensader voor Rotterdam. De Maas
met haar open toegang naar zee en haar
net van waterwegen landwaarts is en was
de middellijke oorzaak, dat geen stad in
ons vaderland zich in de verloopcn eeuw
beroemen mag op een voorspoed in ge
lijke mate als Rotterdam. Met de meer
dan 10 duizend schepen, lossende meer
dan 12 millioen ton inhoud die gedu
rende dit jaar reeds langs de Maas Rot
terdam binnenkwamen is Rotterdam de
overwinnaar van Antwerpen en de mede
dinger van Hamburg geworden en neemt
een der eerste plaatsen in onder de vaste
landshavens van Europa.
Geen wonder dat om. zich een plaats
te veroveren in die breede rij van onaf-1
hankelijlkheidsfeesten, het oog van Rotter
dam het eerst viel op dien grooten heir-
weg waar het nationaal en internationaal
verkeer t p v.-#tpt- p..,...«Komt als nergens
elders, waar de vlaggen van alle zee
varende natiën wapperen, op de Maas.
De Maas zou het centrum der feest
vreugde voor 1913 in Rotterdam zijn. Op
de Maas zou het feestlicht branden, het
vreugdevuur ontstoken worden.
Reeds op gewone dagen, als de duizen
den lichtjes va,n de honderden schepen
zich spiegelen in het watervlak kijkt de
reiziger, die de bruggen over de rivier
passeert met belangstelling uit de raamp
jes van zijn coupé, wat zal het dan zijn
als de kunst in plaats treedt van de
behoefte en dien breeden stroom, een
werkplaats van oneindige afmeting, waar
geen behoefte is aan hygiënisch toezicht,
in een reusachtige feestzaal herschept.
Zal dat niet een schitterende parure zijn
om het hoofd van onze handels-metropool.
En zoo was het inderdaad.
Een avond zoo schoon als rich op 17
November maar denken laat. Droog en
zacht weder, de avondhemel ondoordring
baar gesluierd, egaal, zonder jagende wol
ken of 'dreigende buien.
En daaronder den breeden stroom met
zijn talloO'Ze schepen. De reusachtige „Am
sterdam" van de Amerika-lijn, welks kiel
is omringd met een dubbelen gordel van,
electrisch licht en welks touwwerk tot
in de toppen der masten of om de pij
pen der schoorsteenen schitterende lijnen
teekenen.
Wat verder een der stoomers van
de Batavier-lijndienst op Londen, stra
lende in electrisch licht tot ge u de oogen
dicht knijpt, en daaromheen die 'tallooze
schepen met giorno's of mica-lantaarnsi
in Oranjekleur. Daar hebt ge dat logge
gevaarte dat dienst doet als wagenveer
op Feijenoord en Charlois met haar aan
legsteiger, nu, in electrisch 'licht nooit
geziene lijnen vertoonend.
Dan de graan-elevators of kolentippen,
die machtige werktuigen der rivier, door
Antwerpen om 't zeerst gevreesd en be
nijd. Nu in rust, feestelijk aangedaan.
En eindelijk de vreugdevuren aan Maas
brug en wagenveer. Reusachtige ijteeren
schalen, waaruit een gestadige vlam van
een halve meter hoog opstijgt.
Bij nationale feesten in Engeland is
het gebruik dat op iederen heuvel
er zijn er ruim 200 een vreugdevuur
ontstollen wordt.
Bij ons vervulde de primitieve teerton
tot nu toe die plaats. Rotterdam liet ons
voor 't eerst het moderne vreugde-vuuii
zien.
En hetzij ge nu den blik wendt naar
Delftshaven of naar Kralingen langs heel
dien oever ziet ge een krans van licht
tol daar waar u,w oog de kleiner wordende
slipjes niyt meer zien kan.
En nu kunt ge, wandelende of schui
vende door de menigte die met u dit ta
fereel is gaan zien een strudie maken van
de verlichting, zooals zich die in de
laatste eeuw heeft ontwikkeld. Deftige
kaarsverlichting en tintelende vetpotjes,
zoo zijn er nog vele, maar toch ze worden
verre, zeer verre overtroffen door het
stralend electrisch licht.
Zoo gaat het ook met de karosserie der
laatste eeuw. Alles rijdt wat wielen heeft.
Van de meest primitieve kar of de wagen
gewoonlijk voor kalver- of biggenvervoer
gebezigd en voor deze gelegenheid met
stoelen tot zitplaatsen bezet, tot de meest
moderne auto, ziet ge hier dienst doen
wat rijden kan.
De Maas bij kunstlicht biedt een zeld
zamen aanblik.
En in de stad, die zich in onzen tijd
zoo verrassend snel aan haren oever ont
wikkelde, vertoonen zich enkele glans
rijke stukken, het bezien en het beschrijven;
dubbel waard.
Slechts één zal ik noemen.
Het is de steenen reus, de stompe toren
die men den toren van de St. Laurens
of Groote Kerk noemt. In sierlijke lijnenj
langs dit bouwwerk loopend is deze toren
van onder tot boven electrisch verlicht
en 'twekt, vooral op eén afstand gezien,
een eenig gezicht.
Rondom dien kolossus ligt een stad in
feeststemming en in feesttooi en om
met den oud-Testamentisohen profeiet te
spreken „van menschen deunienjde".
P. J. de K ruyter.
Tweede Kamer.
Een gewenscht monopolie. Islam
en beschaving. O, die verkiezings
actie Het mandaat voor Goes.
Een bezielend en verkwikkend woord.
Pleyte's zwenking oftewel daden
van een politicus en verantwoording
als minister.
't Was gisteren een dag van verrassin
gen. In de eerste plaats, wie had durven
hopen, dat nestor Lohman na de door
wrochte rede van den heer van Veen
nog zou spreken? Want waarom zouden
de ouderen spreken, wanneer een jonge
garde gereed staat om hun de taak, de
moeilijke parlementaire taak, te ver
lichten
De heer Lohman heeft echter niet kun
nen zwijgen. De drang om op te komen
tegen al den laster en tegen alle chicanes
van de tegenpartij, tegen het gescharrel
met de belangen van onze tndiën, was
al te groot. En de heer Lohman sprak,
eerst wat moeilijk, doch met toenemende
kracht en met overtuiging.
We komen er straks op terug en wijden
eerst nog een enkel woord aan het slot
van 's heeren Rutger's rede.
De heer Rutgers sprak nog een
kras woord ter weerlegging van de
door de linkerzijde aangevoerde bewijzen,
dat door minister de Waal Malefijt en
den gouv.-generaal Idenburg een verder
felijke schoolpolitiek zou zijn gevoerd. Ge
durende het tijdvak Fock-van Heutsz werd
het aantal bijzondere kweekscholen uit
gebreid van 2 'tot 5 en gedurende het tijd
vak MalefijtIdenburg van 5 op 6 ge
bracht. Spr. verdedigde voorts de Soemba-
regeling als niet ontnemende aan de zen
ding haar particulier karakter. Een mo
nopolie als cfp Soemba door het gouver
nement aan cle zending gegeven is staat
niet op zichzelf. Ook in andere gevallen
verleent de Staat wel op een of ander
gebiecl monopolies, en in den lO-jarigen
termijn ligt evenmin iets bijzonders. Spr.
hoopte, dat in de toekomst de Soemba-
regeling ook verdere toepassing zal vin
den, niet. omdat zij voordeelig voor de
zending zou zijn, want zulks is niet het
geval, maar omdat het een verstandige
regeling is, welke een goede samenwer
king tusschen het gouvernement en de
zending in heidensche streken waarborgt.
Vervolgens betoogende, dat de conversie
in de Minahassa absoluut geen grond op
levert voor het verwijt van kerstenings-
politiek.
Spr. liet duidelijk uitkomen wat Islam
en Christendom voor het moederland be-
teekenen, bij de beoordeeling van den
Islam gebruik makende van de uitspraken
van de vrijzinnigen zeiven.
Wat is de neutraliteit van de dessa-
scholen? aldus de heer Rutgers.
Een bedenkelijk verschijnsel. Zij hebben
samenhang met het volksleven en staan
onder Islamietischen invloed.
En toch heeft ook de linkerzijde erkend
aan deze verklaring mag wel eens
herinnerd dat de Islam niet bevorder
lijk is aan de beschaving, zelfs onder
den onzuiveren vorm, waarin z[j dooi
de bevolking van Java beleden wordt.
Het is waarlijk te hopen, dat ook Indië
algemeener wordt aangeraakt door de
macht van de Christelijke religie, ,die ook
Nederland zoo wonderlijk heeft aange
raakt. Nederland is nog altijd een Christe
lijke mogendheid. Verloochent zij dit ka
rakter, dan zal zij zich zeker niet de
achting verwerven van de belijders van
den Islam.
Het aantal vragen, dat den minister
reeds ter beantwoording was voorgelegd,
werd door den heer Rutgers nog met een
paar uitgebreid. In verband met de ge
lukkig niet algemeen heerschende mee-
ning, alsof de Gouverneur-Generaal vol
strekt ondergeschikt is aan den kolonia
len minister hetgeen natuurlijk zou
strijden met de luister van het ambt en
ook met de noodzakelijkheid van dadelijk
ingrijpen door den G. G. zonder instruc
ties vroeg de heer Rutgers antwoord
op de vraag, of den G. G. nu een andere
gedragslijn is opgelegd, en overlegging van
de gewreseicie telegrammen, in ner De-
lang van de politieke klaarheid.
De laatste woorden aan liet adres van
den minister waren niet de meest
vleiende.
De minister, aldus de afgevaardigde
voor Hilversum, aanvaardt onvoorwaarde
lijk zijn woorden en daden tijdens de
verkiezingen. Rekenschap wil hij echter
niet geven (sic!). Maar dan is de poli
tieke verantwoordelijkheid ook zeer ge
makkelijk te dragen!
Spr. verheugde zich intusschen, dat de
minister op ernstige samenwerking was
bedacht, doch was ook de tolk der recht-
sche schare, toen hij aan het slot van
zijn schitterende oratie volhield, dat de
verkiezingsactie door links onwaar en on
waardig is gevoerd.
Want dat wascht het water van de zee
niet af.
We zullen straks zien, hoe zelfs het
ministeriëele woord niet vermag ons in
die overtuiging te schokken.
Na den afgevaardigde voor Hilversum
stond die voor Goes op, om op de hem
eigen manier nog eens te bevestigen, wat
van reehtschen kant reeds aangevoerd
was. Het was een indrukwekkend woord
van dezen bedaagden staatsman bij uitne
mendheid, al gaf het de vrijzinnige „Nieu
we Rotterdammer" ook geen aanleiding
iets ervan in het overzicht op te nemen.
Wanneer de heer Lohman spreekt, dan
ontwaart men hoe hem de belangen van
ons dierbaar land en van onze koloniën
na aan het hart liggen. En 't wekt ont
roering als hij in het vuur van zijn rede
want dat is met de jaren nog lang niet
gedoofd voor recht en vrijheid opkomt
en boven alles de banier van het Christen
dom hoog houdt.
Met bijzondere aandacht weid dan ook
naar het doorwrochte betoog van den
Christelijk-historischen leider geluisterd.
Met groote klaarheid behandelde hij punt
voor punt, dat in de debatten dezer da
gen besproken is. Na alles nauwkeurig
te hebben gewogen, moest hij verklaren,
dat de besprekingen niet een enkel be
wijs hebben opgeleverd voor de linksche
beweringen, dat onder het rechtsch be
wind van de Christelijke, d. i. liberale (in
den goeden zin des woords) politiek is
afgeweken.
Geen enkel bewijs is geleverd, maar
wel is gebleken, dat de opwinding kunst
matig is gekweekt door een groep vrij
zinnigen, die het niet duldden door een
geloovig man, een „fijne", geregeerd te
worden. En het kabaal hier te lande?
Het is eenvoudig van de vrijzinnige Indi
sche pers door die hier te lande overge
nomen, zonder onderzoek, welkom als het
was bij de toch al niet bewonderenswaar
dige verkiezingscampagne.
Hoe langer hoe minder heeft het vrij-