cfirijvlng
No. 306 1913
Maandag 29 September,
■7e Jaargang
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
en witte
en gele
|ol,
ilfvaars,
paard,
fkpaard,
rerstroo, M
laard,
Knecht
Uit de Pers.
Binnenland, yw bsn
4
ment.
koop,
Ister
"bod.e
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK*
Wed.'S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
„Die ééne man'
bij
St. Laurens.
stuks,
en inschrij-
ferlijk 1 Octo-
I, W e m el-
ig.
lostkapelle.
tBIJNOUDT
|en voorwaar-
»Is nieuw
)NGSMA, te
ïieuwe Viis-
Idelburg.
ree, bij
d e k e r k e.
bij
\muiden.
liden.
te Gapinge.
iht
IS, W e s t-
15 jaar, bij
rdweg, Mid-
3rdt in een
Irieven met
onder lett.
dit blad te
tegenwoor-
A. J. MOL,
I
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
EN
van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel
meer 10 cent.
i
Beweerden onlangs de Liberalen niet,
dat zij ganschelijk onschuldig zijn aan
de vervolging der Afgescheidenen?
Ja zekerDat is zooDat beweren
namelijk.
Straks beweren ze nog, dat ze deDo-
leerenden geen boete hebben laten be
talen.
Best mogelijk Als ze aan het beweren
gaan, zijn ze tot alles in staat.
Beweren doen de Liberalen en beloven
doen de Socialisten.
Nu, je weet. Veel beloven en weinig
doen
Ze kijken natuurlijk vreemd op, als
ze booren, dat er Antirevolutionairen
waren vóór Groen van Prinsterer.
Antirevolutionairen in den dop, maar
dan toch Antirevolutionairen.
Zulk een Antirevolutionair was ook
mr. Willem Bilderdijk.
Wie dien naam noemt, spreekt een
gansche levens- en wereldbeschouwing
uit.
Zijn band was tegen allen en de hand
van allen tegen hem.
Een ganscb eigenaardige persoonlijk-
beid.
Een man uit één stuk.
En toch ook weer: een product van
tegenstrijdigheden.
Wie onzer is dat niet?
Bilderdijk was de groote kampvechter
tegen den geest der eeuw.
Wie tegen den geest der eeuw strijdt,
beleeft niet veel zonnige dagen.
Je bent dan heusch niet voor je plei-
zier op de wereld.
Den meesten last heb je dan nog van
die nette, brave deugdmenscben.
Die houden niet van ultra's-
Niet al te vroom, maar ook niet al te
goddeloos.
Niet al te wijs, maar ook niet al te
dwaas.
In elk geval mag je niet ingaan tegen
den geest der eeuw.
Het onweer barstte dan ook in hevige
mate boven zijn hoofd los, toen hij„De
Bezwaren tegen den geest der eeuw van
Da Costa" nog eens eventjes op z'n
Bilderdijks aandikte.
Ook de stormen des levens waren hem
niet gespaard gebleven.
Als een leeuw streed bij, ja dikwijls
met een dorperlij k wapen, maar hij streed.
Een strijd op maatschappelijk terrein.
Een strijd op wetenschappelijk gebied.
Zijn universeele geest was van alle
markten thuis.
En beeft bij niet den zwaarsten strijd
met zich zelf moeten strijden
Zijn schoonste verzen zijn uit dien strijd
geboren.
Veel heeft hij gerijmd. O, ja
Maar ook veel gedicht.
In die inspiratie-oogenblikken was hij
dichter bij de gratie Gods.
Noem hem gerust den grootsten dich
ter na Vondel. In ieder geval heeft Bil
derdijk het schoonste „Gebed" gedicht,
dat ooit in onze taal door menschen is
gewrocht.
Een gebed dat door ieder Christen
wordt gevoeld en laat ons hopen ook
verstaan.
Een vers dat ieder behoorde te kennen.
Laat mij het le, 3e en 5e couplet voor
U afschrijven
Genadig God, die in mijn boezem leest
Ik vlied tot U, en wil, maar kan met
smeeken.
Aanschouw mijn nood, mijn neergezon
ken geest,
En zie mijn oog van stille tranen leken
Geef, Vader, geef aan uw onwetend kroost,
Hetgeen het zelf niet durft, niet weet te
vragen
Ik buig mij neerik smeek noch kruis,
noch troost;
Gij, doe naar uw ontfermend welbe
hagen
Ik zie op U met kinderlijk ontzag
Metj Christenhoop, noch lauw noch
ongeduldig.
Ach, leer Gij mij, hetgeen ik bidden mag
Bid zeifin mijzoo is mijn bêe onschuldig.
Zoo, Voor dien laatsten regel kunt ge
van mij cadeau krijgen alle stipjes,
streepjes en al het blank papier van
onze j,Tachtigers".
Ik stond vóór den Sint Bavo te Haar
lem. Ge weetdie éêne man ligt daar
begraven.
Tollens noemt dat eerbiedwaardige
gebouw, dat het gansche marktplein
heheerscht
„Grijze tempel, trotsch van tinnen,
Die tot eerbied plechtig wenkt,
Die van buiten als van binnen
Oog en geest ten hemel trekt."
En waarlijk het binnenste van die
kerk is indrukwekkender dan het bui
tenste.
Wanneer zal men toch al die kleine
huisjes, kotjes, en krotjes in de winkels
van die groote kerken eens opruimen?
Die treurige overblijfsels van acht-
tiende-eeuwschen Jan Saliegeest
Van de opbrengst heeft men nu toch
lang genoeg slemp kunnen leppen
Die drank is bovendien al een men-
schenleeftijd uit de mode.
Dc menschen zijn conservatief tot in
de nattigheid toe.
Ik ging de kerk binnen. Daar ruisch-
ten de tonen van het beroemde orgel
onder de statige bogen. De gemeente zong
,,'t Hijgend hert, der jacht ontkomen
Schreeuwt niet sterker naar 't genot
Van de frissche waterstroomen
Dan mijn ziel verlangt naar God."
Was dat toeval
Ge weetDie psalm werd op diezelfde
plaats ook gezongen bij Bilderdijks be
grafenis. Is het wonder dat mijn blik
onwillekeurig van het orgel naar de
tegenovergestelde zijde uitging, terzijde
van het koor, waar met gouden letters
op één der zuilen gebeiteld staat: Bil
derdijk f
Ja, daar ligt die éêne man, daar ligt
die Antirevolutionair in den dop.
Die reus onder zijn tijdgenooten.
Hij had veel te dragen, want hij was
sterk.
God geeft zijn kinderen altijd te dragen.
Hier een kruis
Hiernamaals een kroon
RENS.
29 Sept. 1913.
Het stemt dankbaar dat de vrijzinnig
heid in Indië, de menschen van de prak
tijk, die 't beoordeelen kunnen, omdat
zij er dagelijks dichtbij zitten, den gou
verneur generaal bijvallen in zijn op
treden zoowel inzake de Sarèkat Islam
als tegen de revolutionaire beweging
Douwes Dekker.
Zélfs de Deli Courant is 't met den
landvoogd eens. Het blad schrijft
«w „Deze houding (jegens Douwes
Dekker) was zeer sympathiek. En al
neemt dat niet weg, dat ze onze mee
ning omtrent de kersteningspolitiek
niet kan veranderen, toch doet het
goed, hier den G. G. aan een andere
zijde te leeren kennen. En het doet
ook goed ditt te constateeren. Daarin
immers zien we tevens de belofte, dat
jegens de relletjes, die ons de laatste
dagen geseind werden, krachtig zal
worden opgetreden. En het heden op
genomen telegram over de relletjes
van Toeban waarbij de Sarèkat Islam-
leden weer een rol blijken te spelen,
kan meteen dan wel eens aansporing
zijn om het hoofdbestuur of de af-
deelingsbesturen, afzonderlijk, een
laatste waarschuwing te geven. De re
sident van Soerabaja, voorstander van
de S. I., moge dan denken, dat krachtig
optreden niet noodig is jegens zulke
onduldbare handelingen van eigen
rechting door de massa, hij wete,dat
de G. G. in deze beweging getoond
heeft, niet met zich te laten spotten.
En dat zal noodig zijn ook."
De Standaard voegt hieraan toe
Dit klemt te meer, omdat het oordeel
over het Christelijk karakter, dat Iden-
burg steeds aan zijn optreden gaf, hier
opnieuw wordt afgekeurd. Natuurlijk is
dit alleen daaraan te wijten, dat ook
in dit opzicht Idenburg nog altoos ver
keerd beoordeeld wordt.
Maar zooveel staat dan nu toch vast,
dat Idenburg èn in zijn houding ten
aanzien van de Sarèkat-Islam, èn in zijn
optreden tegen Douwes Dekker, het oor
deel van voor- en tegenstander op zijn
hand heeft.
Hieruit alleen verklaart het zich dan
ook, dat Idenburg niet alleen blijft, en
zijn tijd uit zal dienen, maar dat hij dit
doen zal zonder iets in zijn houding te
veranderen.
Tot den einde toe, men zal 't zien,
blijft hij zichzelf gelijk. Christen-Staats
man
Lezing Mr. Dr. Aukerman.
Ter verdediging der candidaten voor
de Provinciale Staten, de heeren Melis
en Struve, trad Vrijdagavond in de groote
zaal van het Schuttershof op, Mr. An
kerman, Chr.-Historisch lid der Tweede
Kamer voor het district Harlingen.
Met applaus werd dhr. Ankerman bij
zijn binnentreden begroet. Dhr. W. A.
de Rijcke, penningmeester der Ant. Kiesv.
leidde den spreker met een kort woord
in. De aanwezigen heette hij hartelijk
welkom en ging daarna voor in gebed.
Hierna gaf hij het woord aap den ge-
vierden spreker.
Toen spr. de laatste maal in Middel
burg optrad, deed hij dat onder geheel
andere omstandigheden als nu. Hij
heeft gemeend op het dringend verzoek
van de Middelburgsche vrienden te moe
ten ingaan, om te bespreken het alge
meen belang verbonden aan de verkie
zingen te Middelburg. De verkiezingen
waarvoor we staan, aldus spr., worden
heheerscht door die, welke achter den
rug liggen. Daarom wil hij sreken over
den verkiezingsstijd, die in dit jaar in
ons vaderland is afgespeeld en de gevol
gen welke'die strijd heeft gehad op de
samenstelling der volksvertegenwoordi
ging en van de vorming van het nieuwe
ministerie. De liberale concentratie ging
tegen tegen de rechterzijde in, volgens
drie principes. De voornaamste punten
waren le algemeen kiesrecht, 2e staats-
pensioenering en 3e de schoolkwestie.
Daarnaast stond de kwestiehoe staan
we tegenover de vaderlandsche kerk,
hoe tegenover de Ned. Hervormde kerk
in 't bijzonder.
De eene kreet der linkerzijde was
als maar de rechterzijde in de minder
heid is gebracht dan zijn staatspensioen
en algemeen kiesrecht verzekerd.
In Nederland is door deconcentratie
partijen een anti-papisme aangewakkerd,
zoo grof, alsof de Ned. Hervormde kerk
aan direct gevaar zou onderhevig zijn.
Daarbij kwam de kwestie van de tarief-
wet. Spr. kent geen enkele kwestie,
waarover zoo gelogen is, als deze. De
groote fout van het afgetreden ministe
rie is geweest, dat de tariefwet niet drie
jaar geleden is ingevoerd. Ware dat
gedaan, dan was al die bangmakerij
van de baan geweest. Nederland had
den zegen daarvan ondervonden. taar
Toen in November
de drie vrijzinnigestellen, waren
XT gySTo&rf werden mede-
J !l: dat men zich stelde tegen
over rechterzijde, maar ook tegen-
oVer de sociaal-democratie. Een kind
in de politiek wist wel, dat de concen
tratiepartijen nooit zulk een macht kon
den krijgen, dat ze zelf de teugels van
het bewind in handen konden nemen.
De liberale partijen konden immers niet
meer dan 10 a 12 zetels bemachtigen. De
heele concentratie heeft zich verkocht
aan de sociaal-democratie. Spr, schetst
deze verbroedering en vervolgens de hou
ding tegenover de Ned. Herv. kerk.
Toen de herstemmingen ten nadeele
der rechterzijde besliste, raadpleegde H.
M. verschillende voormannen. Dr. Bos
werd geroepen, om een ministerie te
vormen uit de gansche linkerzijde. Hij
trachtte met Troelstra tot overeenstem
ming te komen. Deze eischte 3 zetels
voor zijn partij, doch toen hij overlegde
met den intiemen kring zijner partijge-
nooten, wilden dezen daarvan niet weten.
Dr. Bos heeft daarop getracht, om uit
de linksche concentratie een kabinet saam
te stellen en ook dat gelukte niet. Ze
durfde de verantwoordelijkheid niet op
zich te nemen. De concentratie liet zoo
doende het land in een verwarden toe
stand zitten.
Dr. Bos volbracht, aldus spr. zijn op
dracht eerlijk en goed. Spr. vergelijkt de
houding der linker- en die der rechter
zijde in de kamer. De rechterzijde wi
een zuivere, loyale oppositie voeren. Spr
noemt het tegenwoordig ministerie in
flagranten strijd met den aüoop der ver
kiezingen. In de troonrede heeft Treub
zijn plannen neergelegd en niemand
begrijpt er iets van.
Wat de schoolkwestie aangaat, breekt
spr. een lans voor het recht, dat ook de
ouders hebben, om hun kind te doen
opvoeden en onderwijzen op die school,
welke zij begeeren. Hij eischt gelijk recht
voor allen burgers.
In een gespierd woord besluit dhr.
Ankerman zijn rede, die van geestdrift
tintelde. Hij beveelt met klem de can
didaten der rechterzijde aan.
In de pauze, die nu gegeven wordt,
geeft zich voor debat op dhr. W. de
Jong, liberaal kamerlid voor Hoorn.
Ook deze geeft een kort overzicht van
de afgeloopen verkiezingen. Hij bestrijdt
dhr. Ankerman op verscheidene punten,
Debater ontkent, dat de liberale partij
over de tariefwet zooveel gelogen heeft.
Hij vraagt, of de rechtsche partij bij haar
aanprijzen van het tarief dan wel vrij
uitging. Spr. constateert, dat ook bij de
Chr. Historischen veel anti-papisme
schuilt. Hij wijt het aan de anti-revolu
tionairen, dat zooveel sociaal-democraten
werden gekozen.
Debater noemt het beginsel, aan het
Staatspensioen ten grondslag, juist een
Christelijk beginsel. Hij herinnert er
aan, dat prof. Struyken, de Roomsche
hoogleeraar, het algemeen kiesrecht ver
dedigt en dat Lohman er in beginsel
eveneens voor is.
Volgens dhr. De Jong erkent de linker
zijde eveneens het recht, dal de Christen
ouders hebben, nl. het opvoeden en
onderwijzen hunner kinderen naar hunne
beginselen.
In de repliek verdedigt dhr. Ankerman
nogmaals het tarief. Hij komt terug op
den bond van Protestantsche kiezers,
waarover dhr. De Jong het in zijn debat
zoo druk had, en vermeldt, dat pas uit
het Bestuur van dien bond 5 leden zijn
uitgetreden, omdat ze nu wisten, dat
van hun naam in den politieken strijd
door de vrijzinnigen misbruik was ge
maakt. Als spr. de industrie ^OUcIusie,
land nagaat, J' 71?ue'meest geïsoleerde
dat jje-als Twente bloeit. Spr. bestrijdt
ook het woord van Bismarck, hetwelk
de debater aanhaalde„Politiek is een
combinatie van minderheden." Ook is
de Chr. Historische partij niet uit anti
papisme voortgekomen. Hij noemt de
liberale leerlingen van Thorbecke slechte
leerlingen, die in 50 jaar tijds de be
ginselen van algemeen kiesrecht nop
niet in praktijk hebben kunnen brengen.
Men heeft er nooit over gedacht het in
te voeren.
Wat betreft de liefde tot de Christelijke
school van liberale zijde, daarvan gelooft
dhr. Ankerman niet veel. Ook twijfelt
hij 'er aan of zij dat goede recht er
kennen wil. Spr. beweert, dat de Chr.
school op alle gebied met de openbare
kan concurreeren en dat, wanneer aan
de bijzondere school het volle recht
wordt verleend, de openbare school moet
onderdoen. Bij vernieuwing wekt hij op
de rechtsche candidaten krachtig te
steunen.
In de dupliek komt dhr. De Jong
nogmaals op tegen het tarief en de
Staatspensioneering. Ook voert deb. nog
het beginsel van algemeen kiesrecht aan.
Dhr. Ankerman spoort in zijn machtig
slotwoord allen aan, op te komen voor
de rechtsche beginselen, ook bij deze
Statenverkiezing. „Luctor et Emergo",
zoo zij ons devies. We duiken onder,
maar straks komen we weer met eere
boven.
Dhr. De Rijcke dankt den spreker
voor zijn gloeiend woord, den debater'
voor de waardige wijze van gedachten-
wisseling, de aanwezigen voor hun be
langstelling. Hij gaat in dankgebed voor.
De zaal was vol. Half twaalf ging
men uiteen.
Van dames en van vrouwen.
De Volksbanier schrijft
Evenals in de S. D. A. P. endeS. D.
P. de groote lui de lakens uitdeelen, we
bedoelen daarmee advocaten, dominees
en verdere geleerden, zoo gaat het ook
in de Vrouwenkiesrechtbeweging.
Bij de kierechtdemonstratie, die de
vorige week op het Binnenhof in Den
Haag gehouden werd, lazen we in de
verslagen niet van een Ka, van een Kee,
van een Bet of een Ant, noch van 'n
vrouw zus of zoo, maar we lazen in de
verslagen daarover enkel van mevrouwen,
die den troep aanvoerden.
Daar was 'n mevrouw Baerveldt, 'n
mevrouw Drucker, 'n mevrouw Allette
Jacobs, zelfs was er een Freule bij I Freule
Wichers.
Maar, zoo zal men ons vragen, waren
er dan geen Ka's, geen Kee's, geen Bet
ten en Anten bij
Jawel, terwijl het eene deel der me
vrouwen het andere deel der mevrouwen
in een der voornaamste hotels van Den
Haag in toespraken stond op te kammen
moeten de Ka's enz. zich uren lang in
een lange rij op het Binnenhof opstellen
vlak voor de deur, die naar de publieke
tribune leidt van de 2e Kamer, om de
mannen te verdringen, die daar gewoon
lijk in lange rijen staan om toegang te
krijgen tot de Kamerzitting.
De werkvrouwen moesten daar zoolang
blijven staan tot de mevrouwen kwamen
die dan de werkvrouwenplaatsen inna
men, om op die wijze de Kamerzitting
bij te wonen.
De werkvrouwen en meisjes, die als
plaatsbewaarsters mochten fungeeren
voor de mevrouwenleden, stonden uren
achtereen aan tal van spotternijen bloo*
der mannelijke omstanders, wa*""= °nt"
mevrouwen zich hand'"
trekken. evenals door de ar-
Zoiw'm de socialistische partijen het
vuile werk moet worden verricht is dit
ook het geval in de vrouwen-, of beter
gezegd, de dames-kiesrechtbeweging.
De ware democratie ligt er duimen dik
op, op al dat soort bewegingen.
Zegt u ditt wel.
Nieuw,e_ Indische/ poslzegehii Naar i ïndiëimk
i£ verzonden deeerste bezending ip^stbniil
9 zegels eener nieuwe editie, waai&pide1'"
buste van H. M. de Koningin prijkt
4