Billis mi
No 260 1913
Woensdag 6 Augustus.
?7e Jaargang
irijv'iig te koop
lenmeid
christeluk-
NIEDWSBLAD
historisch
VOOR ZEELAND.
[fvaars telujop^
reede Knecht
os TimsHl
raam Vakman,
Mmglm,
keukenmeid.
Ikomende Meid
te Dienstbode.
M
Schip zonder vlagP
Buitenland.
PELBURG
Ie, waarvan een geschikt
luier. Te bevragen Dl?
de kerke.
p., Zoutelande.
ig. by L. VERHAQE
e koop
I 3Z
ïden Gerst.
tijd.
I36
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
De Balkan.
Vereenigde Staten.
Engeland.
up of te Koop,
|E KOOP
suw Sleepnet,
lazen 8 cM., bij p. m»
e r k e.
|P. DE DREU, Landbou.
u t s d ij k.
stonden aan
L. J. VAN DOORN te
lij k e.
[tselinge ziekte terstond
F. DE BUCK, Zuster-
KOOP
lerooskerke.
staat zijnde zeer licht
itentassen, van binnen
loetsierszitting onder de
jragen bij J. TRIMPE
(o e t i n g e
l'den irigewacht vóór 9
|D MIDAVAINE, Grint-
n ge.
SNSHOEK te Kloetinge,
November a. s.
3t October
L MELIS, Arnestein,
JIST, Middelburg,
aagt wegens huwelijk
augustus of 1 Septem-
bergen
laagste betrekkiDg(en).
|PER, Hoofdstraat 83.
nS v
3*
«C
1ï
9 SS
23
HJ xj v
N M Z
SsLa
J7.IO
5
3
Jc.
Q 8
■*3
.21 2
4?
S v
S
9-30
10.50
10.05
n.05
10^5
11.29
U.37
7.46
7.56
8.17
8.?8
8-57
9.10
9.48
10.41
11.23
12.29
11 -35
13-17
76)
80S
8.13
6.00
8.J7
8.3O
8.46
853
9.CÖ
9.11
9-17
9-39
9.4O
9-49
9.58
,o46
ii '3
ihland vla Gocb, t tefett
nsdag te Goei geen
»3«
j>-33
•43
(-34
.12
.26
2.06
1.29
6.01
305
7-G
3.53
8.0I
4.14
8.20
4.28
8-34
8-4«
9-43
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
EN
ge-Verwest Goes-
Het Liberalisme erkent zelf in zijn
Pers, dat het vermoedelijk in geen geval
boven de 45 stemmen voor de Tweede
Kamer komt. Het heeft er nu nog slechts
41, en zou derhalve, zelfs om het cijfer
van 45 te halen, reeds vier zetels moe
ten winnen, wat ver van zeker is.
Voorts rekent men het publiek zelf
voor, dat het Socialisme wel van zeven
op tien, zetels zal komen, zoodat het dan
staan zouRechts 45, Concentratie 45
en Socialisten 10. Conclusie 45 Rechts
tegen 55 Links.
Dan treedt het Ministerie van Rechts
natuurlijk af, en dan komt men rechts
voor de vraag te staan :*Hoe moet het nu
In 1905, toen het na afloop van de
stembus 52 Links tegen 48 Rechts stond,
heeft de heer Goeman Borgesius zich
aanstonds opgemaakt, om een Linksch
Kabinet te leveren. De Socialisten ble
ven er buiten, en er buiten bleef evenzoo
de heer Goeman Borgesius. De heer de
Meester liet zich verleiden om aan 't
hoofd van 't Kabinet te gaan staan, en
in September 1905 gaf Links zijn eerste
Troonrede.
Slecht, fataal slecht is dit denheeren
bekomen. Vooral toen in 1907 de Staten
verkiezingen aan Rechts een geheel on
verwacht avans gaven, zaten de heeren
ministers duchtig met de handen in 't
haar. Nog niets hadden ze uitgericht.
Hun positie verzwakte met de maand.
Reeds toen wilden ze heen, maar bleven
toch nog, tot 't een paar maanden later
nóg critieker begon te staan. Uit puur
medelijden maakten de Socialisten er
toen een eind aan. En Links ging, om
Rechts, nu onder Heemskerk, te doen
optreden.
Links had 't nog eens beproefd, maar
't zonk voor onmacht, en de wagen van
Staat ging in 't spoor van 1901, zij 't al
met trager pas, weer voort.
Dat Links een politieke fout had be
gaan met in 1905 op het bewind te azen
en over te nemen, bleef men nog wel
ontkennen, maar iet Ier buiten hen zag
't b'evue dan toch, en wat nog meer zegt,
thans wordt 't door alle organen ook
van Links volmondig toegegeven.
Wat Links in 't begin van 1905 onder
nam, moest op politiek faillissement
uitloopen. Borgesius had zich leelijk in
4e vingers gesneden, en er zijn vrienden
aan gewaagd.
Met deze pijnlijke historie van 1905/7
voor oogen, stellen de heeren zich nu
aan ook voorzichtiger aan. Ze willen
een politieken veldslag leveren, die op
t historieblad furore zal maken. Alleen
maar, zoo ze 't van ons winnen, en de
Kamer omgaat, dan mag 't in geen ge
val op een da capo van 1905 uitloopen.
Als Rechts onder de 51 komt, moet
Rechts, zoo orakelt ze thans, natuurlijk
weg, maar zal niets de Concentratie
kunnen noodzaken om 't roer van Staat
m handen te nemen. Daartoe zullen ze
alleen gebonden, en dan ook bereid zijn,
indien ze, zonder de Socialisten, -enkel
met Concentratie-hulp, 't op 51 brengen,
u.w.z. tien zetels enkel voor de Con
centratie winnen.
Aan zulk een electoralen buit nu ge-
iooven ze zelf niet, en als men hun dan
ook vraagt, wat er, in geval ze beneden
ae helft blijven, dan met het Bewind
gebeuren moet, dan meesmuilen ze zoo
lf iarl zaken-K;ibinet, maar durven
jen blijkbaar niet voor hun eigenlijke
oedoeling uitkomen. Slechts dit ééne
staat nu reeds bij hen vastBlijft de
concentratie onder de 51, dan gaat in
eik geval de vlag van Rechts van het
ip van Staat af, komt de Linksche
g er niet op, en zal dus het Schip
,atl Staat als een kaper, als schip zonder
moeten uitvaren.
Meer zeggen ze er niet van. Liefst la-
Standaard van 12 Juni pieonano.
sister).
van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel
meer 10 cent.
ten ze het publiek gissen en raden, wat
er dan wel gebeuren moetmaar dit
voelen ze dan toch zelf wel, dat geen
hunner op den voorgrond tredende man
nen dan als Kabinetsformateur zal kun
nen optreden. Moet, als 't 45 tegen 45
staat, Heemskerk weg, dan volgt hier
vanzelf en stipt logisch uit, dat bij zulk
gelijk gesternte noch Drucker, noch
Tydeman, noch Borgesius zal kunnen
optreden. Konden ze zich met 45 redden,
dan kon Heemskerk 't altoos nog beter,
en zou er geen enkele reden voor hem
zijn om zich terug te trekken.
Ze zullen dus moeten uitzien naar een
man van plooien en schikken, dienim
mer als partijman op den voorgrond
trad, en deze kleurlooze premier zal moe
ten tasten rondzien om zeven andere
even kleurlooze lieden om zich te ver
eenigen. De nooit kleur bekennende
middenstof zal dan opgeld doen.
En zulk soort Kabinet zonder merg
of pit, zal dan voor de Tweede Kamer
moeten verschijnen om 's lands zaken te
verzQrgen. Het scheepje zal van haven
naar haven zwalken. Elke reede aandoen
zonder ergens lading te vinden of te
j lossen. Ten slotte zal de man aan 't roer
in slaap vallen. En het eind zal zijn dat
't scheepje zonder vlag, dat dan tevens
schip zonder roer zal geworden zijn, stoot
op een schor of bank of klip, ontwee
slaat, en verdwijnt in de politieke golven.
Zij 't nu al dat de heeren zelve bereid
zijn om aan zulk een hopelooze vaart
hun goeden naam te wagen, toch blijft
dan de vraag nog onbeantwoord Mogen
ze aan zulk politiek risico ten tweeden
male 'tland wagen?
„Het mag niet meer loopen als in
1905/7, zeggen ze nu zelf. Toen zijn we
politiek dood geweest. Eerst wilden we
dit wel niet erkennen, maar reeds eer
men een jaar verder was, bleek 't dan
toch. Borgesius had er ons in laten
loopen. De critici van Rechts hadden
volmaakt gelijk. Onze vergissing was
volkomen. En daarom zóó nooit meei".
Uitnemend. De fout van 1905 zal dan
niet herhaald worden. Een da capo krij
gen we niet. Maar hierom zijn we er
nog niet. Toen 't schip met valsche vlag,
nu 't schip zonder vlag, maar eilieve wat
komen we daarmee verder?
Een Kabinet van administrateurs. We
hebben het meer pogen saam te stellen.
Maar wat wordt daaruit? Immers, dat
Kabinet en Kamer den tijd gaan verdoen
met kleine nietige quaesties, die geen
beginsel raken, en geen enkel beteeke-
nend landsbelang bevorderen kunnen.
Een verdoen van tijd en kracht aan wat
geen nut of heil voor de toekomst van
'tland oplevert. Een verzwakking van
het gezag, door 'tin handen te geven
aan de geproclameerde machteloosheid.
Geen enkele quaestie tot oplossing ge
bracht. Niet één groot probleem aan de
orde gesteld. Ministers en Kamerleden
zich verliezend in futiliteiten. En de
ontevredenheid steeds toenemende onder
alle partijen in 'tland.
En natuurlijk, al zeggen nu de heeren
ons in plechtigen toon, dat niet zij dan
voor dien jammertoestand de verantwoor
delijkheid zullen dragen, 't volk zal 'thun
1 spoedig wel anders beduiden.
Van Rechts zal niemand zich tot zulk
een politiek spel leenen. Ook aan onzen
kant staan wel zwakkelingen, maarniet
één onzer zal zich voor het spelen van
zulk een rol werven laten. Welke heeren
dan ook finaal optreden, het zullen toch
altoos heeren zijn, die dusver Links stem
den. Bij Links en niet bij Rechts in de
Kamer zullen ze steun zoeken. Ook al
mocht een enkele van Rechts hun in 't
gevlij komen, toch zullen zij zelve alleen
het leeuwenaandeel hebben, en de man
van Rechts die naar hen toeschoof, zou
Rechts onmiddellijk kwijt zijn, en nooit
politieken steun van Rechts verpanden
kunnen.
Er zal uit het land, er zal in de Kamer
op afdoening van allerlei hooge vraag
stukken worden aangedrongen, maar
steeds zullen de heeren Ministers zich
verontschuldigen moeten. Zonder vlag
heeft men geen beginsel, en zonder het
besef dat men uit beginsel spreekt en
handelt, lost men niet één enkel vraag
stuk van beteekenis op.
Geen twee jaar zal 't dan duren, of 't
scheepken zonder vlag stoot op de klip.
Aan afbrengen ervan zal dan even
min als in 1907 te denken zijn. Weer zal
Rechts te hulp moeten komen. En in
middels zullen weer drie kostelijke jaren
verspeeld zijn.
Aan zulk een toekomst mag het va
derland niet gewaagd worden.
Het Zaken-Kabinet, waarvoor men ons
van Links wil stellen, zou zijn
Beginselloos,
en Stelselloos,
en daarom Machteloos.
Worde zulk een politieke inzinking ons
gespaard
6 Augs. 1913.
Het toeslagwetje.
De Staatscourant no. 178 bevat een
koninklijk besluit in betrekking tot de
uitvoering van dit wetje,
i Grondslag voor de tegemoetkoming is
jaarlijks de toestand op 1 Juli. Veran
deringen daarin na 1 Juli zijn dat jaar
niet van invloed.
Wie op 1 Juli op toeslag aanspraak
heeft, geeft hiervan kennis, openbare
onderwijzers aan het gemeentebestuur,
bijzondere aan het bestuur hunner school.
Kennisgeving, opgave van namen, enz.
geschiedt jaarlijks door het gemeentebe
stuur aan den Minister. De uitbetaling
geschiedt daarna binnen twee maanden.
De toeslag wordt voor de eerste maal
berekend over het tijdvak van 1 Juli
31 Dec. 1913, de kennisgeving bovenge
noemd geschiedt ditmaal tusschen 1 en
10 October.
De wet geldt ook voor vrouwelijke
hoofden van scholen en onderwijzeressen
van bijstand.
Bij het scheiden van de markt leert
men zijn vrienden kennen.
In menig ondezwijzersgezin zal dit
ministerie, alvorens zijn taak neer te
leggen, met eenige voldaanheid, zooal
niet met dankbaarheid herdacht worden.
Dat het niet in de gelegenheid komt
om, overeenkomstig zijn belofte en voor
nemen, aan dezen voorloopigen maat
regel nog een afdoenden toe te voegen,
is natuurlijk zijn schuld niet.
Ontgoocheling.
Maor kiek Maor kiek
Aok dó noe ooit gedocht
En wat ao jie dan nie gedocht
Ah wel'k Zao 't zeienmaor wilder
zulle dan maor ollans praoten.
Ik had nooit gedacht, dat de socialen,
die zoo glad zijn als alen om het zooge
naamde „bewuste volk" alles te laten
slikken, nu zelf met de brokken in de keel
zouden blijven zitten,
j Zoo, wat is er dan wel gebeurd
j Wel, je moet die knappe socialen hoo-
ren praten. Je staat er „compleit be-
i duusd" van. Ze zijn zoo knap, met hun
j mond althans. In een ommezientje kun-
nen ze de heeie boel recht zetten. Ze heb-
ben maar te zeggenéén, twéé, drie
hocus pocus pas en de gansche
maatschappij reilt en zeilt als een schijfje
I gesneden honingkoek door je keelgat.
Welnu, die knappe, grootsprekende
socialen zijn aan het knoopentellen ge
weest net als de kleine kindertjes.
Vinger op de bovenste knoqp van het
buisje. Zullen we nu ook de gevolgen
dragen van onze stoutigheid em 't minis
terie onderste boven te gooien
Opbouwen is grooter kunst dan af
breken.
Zullen we ons „bewuste volkje", dat
geen dag en geen uur kan wachten om de
zaligheden van het Allemans stemrecht te
doen smaken, daar nu ook aan helpen
Stemvee is in alle geval vee en het vee
kan wel even wachten.
Zullen we ons volkje direkt zonder bij
betaling pensioen bezorgen
Daarvoor kan de wet-Talma wel mis
bruikt worden. En dan zullen we ons
volkje wel wijs maken, dat ze het alleen
aan ons, hoofdmannen van de S.D.A.P. te
danken hebben.
Neen, neen, 'tvolk heeft wel het vuur
uit zijn sloflen geloopen om ons de zege te
schenken, maarwacht we zullen de
knoopen tellen.
Ie knoop Troelstra niet doen.
2e knoop Vliegen wel doen.
3e knoop Bebel niet doen.
4e knoop Van Kol wel doen.
5e knoop Kautsky niet doen.
Alzoo niet doenNiet in 't ministerie 1
O onbenullig volkje kinderen van
het niet-denkend deel der natie wat
wordt er met jullie gesold. Laatje tegen
de verkiezingen maar opwinden, stemt en
gaat dan maar weer slapen. Wel te rusten
RENS.
t
f De Balkankrater smeult nog, en zal
nog wel lang blijven werken, 't Is in
Boekarest ook niet alles koek en ei, al
schreeuwt men al van vrede en nog eens
vrede. Óp het punt van de gebiedsver-
deeling blijken de verschillende staten
alle egoistische schrapers te zijn. Uit
Boekarest wordt aan de Köinische ge
meld
Daar alle partijen hun voorstellen
ietwat hebben gewijzigd, is er een kleine
toenadering merkbaar, die nochtans niet
veel hoop geeft, dat men het over de
gebiedsverdeeling en de grensbepaling
eens zal worden.
Van bevoegde zijde verklaart men, dat
Roemenië alle pogingen in het werk
stelt om een hervatting der vijandelijk
heden te voorkomen, ook wanneer de
partijen het niet eens mochten worden.
In dat geval zal Roemenië voorstellen
le. De punten, waaromtrent men het
eens is geworden, vast te stellen; 2e.
Onmiddellijke demobilisatie3e. Aan
houding der punten, waaromtrent men
het niet eens is kunnen worden, met
dien verstande, dat deze aan een Euro-
peesch Congres ter beslechting zullen
worden voorgelegd.
Stel, dat de Staten onderling goed
vinden de belangrijkste aangelegenheden
aan een dergelijk Congres toe te ver
trouwen, zal men dan de oplossing meer
nabij zijn? 'tls niet onze schuld, dat
we zoo weinig vertrouwen stellen in de
diplomatie der groote mogendheden.
Ach, men bemint wel den vrede, doch
men ziet ook gaarne een voordeeltje, zij
het ook ten koste van menschenbloed.
Eindelijk
De Amerikaansch-Mexicaansche ver
wikkelingen zullen waarschijnlijk tot een
goed einde gebracht worden. President
Wilson heeft er zich over uitgelaten, hij
wenscht geen inmenging der Vereenigde
Staten in Mexico. Aan de vijandelijkhe
den zal ook wel spoedig een einde komen.
Het ontslag van Lane Wilson als gezant
te Mexico is aanvaard. Hoewel niet offi
cieel zal John Lind (ex-gouverneur van
Minnosota) naar Mexico gaan, om als
vertegenwoordiger van den President, als
adviseur der Amerikaansche ambassade
op te treden.
De vrees voor een tunnel onder het Ka
naal begint te verflauwen. Zelfs is ze
bezig plaats te maken voe r hartelijke
sympathie-betuigingen.
Minister Asquith heeft gistermiddag
aldus een telegram aan de N. R. C. een
afvaardiging van parlementsleden, ver
tegenwoordigende alle partijen in het
Lagerhuis, ontvangen. De deputatie be
pleitte den aanleg van een tunnel onder
het Engelsche Kanaal.
Na te hebben verwezen naar den tegen
stand van achtereenvolgende regeeringen
tegen het plan, erkende Asquith, dat
thans nieuwe factoren voor den aanleg
pleiten, in de eerste plaats wel de wen-
schelijkheid om een vasten en onwrik-
baren grondslag te leggen voor de betrek
kingen tusschen Engeland en Frankrijk.
De zaak heeft reeds de aandacht getrok
ken der beide regeeringen, dié ze onbe
vooroordeeld zullen onderzoeken en
nauwgezet t >ver wegen.
De verhouding tusschen Frankrijk en
Engeland is op het oogenblik bovenmate
goed, zooals men ziet.
China.
De opstand duurt met groote heftig
heid voort. Hoewel de opstandelingen
telkens versterkt worden, in sommige
streken zelfs geholpen worden door mui
tende regeeringstroepen, hebben zij wei
nig succes. In de provincie Kiangsi
werden zij met groote verliezen afge
slagen. De leiders der troepen zouden zich
algemeen voor -Joantsjikai hebben ver
klaard. Althans in Kanton, waar de
gouverneur-generaal Chang- Wing-Mang
is gevlucht.
Tot zijn opvolger zou commandant So
voorloopig worden aangewezen. De be
volking in Kanton moet zeer verheugd
zijn over het vertrek van den gouverneur-
generaal vreugdevuren werden ont
stoken.
KOLONIËN.
Dook storm en zeeroovers overvallen.
De correspondent te Endeh van de N.
Soer. Crt. schrijft over de benauwde
j oogenblikken doorleefd door den ser
geant-telegrafist Koot. Aan dat verhaal
is het volgende ontleend
Nadat genoemde sergeant met den
aanleg der lijn Endeh-Larentoeka was
gereed gekomen, keerde hij om half vijf
's middags per prauw naar Endeh terug.
Des avonds kwam een heftige storm
opzetten, gepaard met een .geweldigen
regen. Landen werd door de kokende
branding onmogelijk gemaakt en zoo
werd het kleine scheepje een speelbal
voor de woeste golven. Honderden malen
werd het bijna onderstboven gekeerd en
evenveel malen kwam het weer in even
wicht. Doch woester en woester werd
de zee, harder en harder de regen en
elke kans op hulp was door de verschrik
kelijke duisternis uitgesloten. Om 3 uur
eindelijk kon de prauw het niet meer
tegen de elementen bolwerken, een paar
hooge golven, die er van beide zijden
tegen opbeukten, deden haar kantelen.
De inzittenden dachten dat hun laatste
uur geslagen was. De heer Koot was
onder de prauw terecht gekomen, met
zijn hoofd verward geraakt tusschen het
touwwerk. Geoefend zwemmer als hij is,
zag hij kans er zich uit te werken en
boven op de omgekeerde prauw te klim
men, waar de anderen reeds een plaatsje
gevonden hadden. Een dwangarbeider
en een der voerders moesten elk opeen
vlerk gaan zitten waardoor de kans van
kantelen verminderde. De uren in dien
toestand doorgebracht, de ontzettende
angst, die toen werd uitgestaan, de kou
die daar werd geleden, zijn onbeschrij
felijk.
Tegen den morgen werd het weer ge
lukkig wat kalmer. Toen zag de heer
Koot zijn koffer, waarin zijn hebben en
houden zat, drijven en daar dichtbij een
dajong. Dat was voor hem een reden
om in zee te springen en beide artikelen
op te halen. Met de dajong kon toen
een weinig de gewenschte richting wor
den gehouden.
Om 9 uur 's morgens daagde redding
op in den vorm van 3 prauwen. Nauw
eehter zagen de voerders daarvan dat
zich onder de hulpbehoevenden een Eu-