No 245 1913 Zaterdag 19 Juli. 7e Jaargang NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN OE ONVERGETELIJKE. Binnenland. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p.p1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel meer 10 cent. 19 Juli 1913. Het minne stukje van De Goesche. Wij hadden geschreven„Dat er nog vrijzinnige staatslieden zijn en vrijzinnige kiezers, voor wie men tot zekere hoogte achting kan hebben, spreekt van zelf." Hierin hebben wij toch niets miszegd Een vrijzinnig staatsman die op be paalde punten toont aan onze rechtmatige grieven te willen tegemoet komen, al slaat hij bij 't zicht der verkiezingen wel een weinig om, mag men tot zekere hoogte toch wel respecteeren Een vrijzinnigen kiezer die blijken van verdraagzaamheid geeft, doch bijvoor beeld 's nachts nogal eens dronken thuis komt of naar huis „gebracht" wordt, mag men toch tot zekere hoogte wel achting toedragen En toch schreef in haar no. van 15 Juli De Goesche Courant Wie heeft dit oordeel neergeschre ven? Hm, man van eer, die niet zijn von nis velt, zonder dit wèl overwogen te hebben Een man van karakter, wiens eigen hm onbevlekt ist Een wetenschappelijk man Nm waarlijk nietlezer Dit oordeel, geveld over vrijzinnige Staatslieden en vrijzinnige kiezers, is afkomstig vanden heer J. Buijse, tot voor enkele wekenmarkt meester van de gemeente Goes. Wij hebben enkele woorden in deze aanhaling gecursiveerd. Wij onthouden ons van verdere be- De schrijver van bovenstaand stukje ras kort geleden, naar hij zelf eens moet hebben uitgeroepen, Kamer-candidaat Welk een weldadige gezindheid begint f al te ontwaken tusschen liberalen en uit, saam thuis", blijft blijk- de leus. :s b.v. deze uitlating van P. v. d. ™s in het Marxistisch Weekblad van Volk, van 1 Juli jl. ijHet verwerpen van iedere oorlogs- ^grooting, ook van een die als de uitdrukking van een gezonde reactie tegen het uiterste van militarisme zou kunnen worden aangemerkt, acht Troelstra overbodig en zelfs verkeerd. Wij stemmen hierin met hem overeen. ij gelooven zelfs niet dat velen in ue Partij van het stemmen tegen de uorlogsbegrooting een dogmatisch L-MEJJJ l le t o n._ Vrij naar het Duitsch van D. Speckmann. (Geautoriseerde vertaling. Nadruk verboden.) )o(— Pu "*an en sliep als een os. °teeling werd ik echter door een kleine ®ud wakker geschud en het vol- 8 nctó oogenblik hing het kleine ding dat ^6n ^a^s" Sleurde wel meer, zij door angstige droomen wakker jn iaakt werd, uit haar bedje stapte en zopD armeu van haar pleegmoeder troost M. Deze stonden voor haar natuurlijk „J uacht open. Of zij er niet aan Was j ^ad, dut haar moeder op reis Wa«' °K aar an8sk ditmaal zoo groot miie °°k ZÜ> nu was zij naar .Jgekomen en lag zij daar sidde- mijn armen. ut moest ik er mee beginnen m ilaar eenigszins gerust te stellen, Zii stu een verhaaltje vertellen, dat't daarbij zulke lieve vragen, voor de eerste maal bemerkte, hoe ffuwekt en schrander zij eigenlijk was. agzamerhand was zij in mijn armen voorschrift, een geloofsartikel zouden willen maken. Ja, hoe wenschelijk ook „belangrijke bezuinigingen" door iedereen geacht zullen worden een goed leger is nu eenmaal een zeer dure zaak, ook een goed volksleger. Daarom, niet naar de hoogte van de oorlogsbegrooting, maar naar den aard van de legerinrichting behoort, gelooven we, onze partij in de eerste plaats te zien". Intusschen laat Het Volk, meer diplo matisch aangelegd dan v. d. Goes, zich minder beslist uit. Misschien wil het den sprong wel in tweeën doendat wekt minder opzien dan wanneer die, gelijk door haar partijgenoot, in eenen geschiedt. Het blad schrijft n.l Onze (soc.-dem.) partij kan natuur lijk niet voor haar rekening nemen dat de opdrijving der militaire uit gaven ongestoord wordt voortgezet. Er moet een soort wapenstilstand worden gesloten. Het ministerie van Oorlog moet zich getroosten, dat het eindcijfer, thans bereikt, niet hooger mag klim men. In dat geval zou onze Kamer fractie, indien van uit de rechterzijde werd gepoogd het kiesrechtkabinet omver te werpen, de grondwetsher ziening te doen mislukken, door ver- v rping der oorlogsbegrooting, zich in die val niet moeten laten vangen, maar feitelijk, door te stemmen voor de begrooting, stemmen tegen een aanslag op het Algemeen Kiesrecht. Vrijzinnige bladen hebben bereids hun ingenomenheid betuigd met dit veran- deiile of veranderende standpunt. liet Handelsblad waarschuwt echter alva st den (nieuwen) minister van oorlog dat deze zich niet „zal verbinden de kosten der landsverdediging niet op te voeren, ook al meent hij dat de veilig heid van het land, het belang der lands verdediging dit eischt. „Veel liever zien wij zoo gaat het vrijzinnige blad moedig voort een oorlogsbegrooting door dit bekend soort kerkelijke obstructie weer vallen, veel liever zien wij een mogelijk concentratie- kabinet dan plaats maken voor een libe raal zakenkabinet, dan dat wij de zaak van landsverdediging zouden laten offe ren voor de steun der sociaal demo craten." I Het blad neemt hier een kloeke hou ding aan. Maar is die houding niet wat comedie-achtig i Vasthouden aan de landsverdediging i ook al moet zij meer gaan kosten. En i ingesluimerd. Ik liet haar liggen, zooals j zij lag en sliep zelf ook weer in. Den volgenden morgen deed zij zoo lief, alsof wij sinds wie weet hoe lang vader en dochter geweest waren. Nu, ik ben van nature ook geen onmensch j Tegen den avond hield zij niet op, of ik moest haar op de knie nemen en nog j eens het verhaal van dien nacht ver- tellen. Daar zat ik nu, totdat mijn vrouw, die vroeger terugkwam, dan was afge sproken, plotseling binnenkwam. Hoera, Victoriaklonk het. Ho, dat is niet waar. Ik ben dadelijk naast je komen zitten en heb er mij over Verheugd, hoe goed je dat vadertje spe len stond. Vooral de hartelijke toon, waarop je vertelde, heeft mij goed ge daan. Er moest iets belangrijks gebeurd zijn. Vroeger klonk alles zoo koud en onverschillig, wat je tot onze Annie zeide. j De kleine kring was nu inniger ver- t bonden dan ooit. Het was ons een lust samen te zijn. Als wij dan hand in hand zaten, dan voelden wij hoe wij steeds meer onafscheidelijk aan elkander ge hecht werden. Onze kleine Annie was ons een mid- delaies geworden. Hoe ik door haar iets ontving, heb ik reeds verteld. Doch ik als de socialisten niet meegaan dan lie ver een liberaal zaken-kabinet voor het concentratie-kabinet in de plaats Abracadabra Wanneer gij dit liberale kabinet be moeilijkt, moet er maareen ander liberaal kabinet komen. Het klinkt u ongeveer tegen als wan neer u mij geen fijn taartje gunt, neem ik een ander fijn taartje. Voldoend lager Onderwijs. Wat is dat f In de Grondwet van '48 schreven de liberalen„overal wordt van overheids wege voldoend openbaar lager onderwijs gegeven." Nu is de Grondwet geen huishoude lijk reglement en kan niet elk begrip worden ontleenddoch in de lager- onderwijs-wet had de gewone wetgever toch behooren te omschrijven, wat te verstaan zij onder den termVoldoend lager onderwijs. Noch de „groote" Thor- becke, noch de „groote" Kappeijne heb ben 't gekund. Vijftig jaar hebben de liberalen de politieke lakens uitgedeeld, vijftig jaar een hoogst partijdige onderwijs-politiek gevoerd, doch de heeren hadden geen tijd, of geen capaciteit te verklaren, wat voldoend lager onderwijs is. Tot op van daag toe, weten we zulks nog niet. Laten ze dat maar eerst eens in de wet schrijven en dan pas komt de tijd, waarop we met Links de vraag zullen bespre ken, of het Bijz. Onderwijs al dan niet aan dien nieuwen wettelijken eisch vol doet tot zoolang hebben we tenminste den tijd ons Leerplan te onderwerpen aan den wettelijken keur. Rotterdammer. De plannen voor een spoorwegverbin ding Apeldoorn-Arnhem met een zijtak Hoenderloo-Otterloo en Harskamp naar Lunteren zijn zoover gevorderd, dat bin nenkort zal worden overgegaan tot de oprichting van een Naaml. Vennootschap. Christelijke volkspartij. In een te Utrecht gehouden vergadering is besloten tot de oprichting van een Christelijke Volkspartij voor Nederland. Deze nieuwe partij is geen Christelijk-socialistische, doch wenscht op grond van de rechtzin nige belijdenis veel verder te gaan dan de bij de coalitie aangesloten partijen en geen. compromissen met Rome. Er is besloten tot de uitgave in October van een eigen orgaan.De Christelijke Volkspartij. N. R. C. heb haar ook iets kunnen gevenj Mag ik dat wel vertellen Mijn man knikt goedkeurend. Ik ga dus verder. i Ikzelf had het van mijn liefste on- i vergetelijke, mijn moederAlvorens zij mij 's avonds in mijn bedje legde, pleegde zij mij op den schoot te nemen, om van Jezus te vertellen, Die voor ons zondaren op aarde gekomen was. O, hoe heerlijk kon zij dat doen. Het was al uit haar hart gegrepen. Zoo leerde ik reeds vroeg mijn Zaligmaker kennen. Jezus was mijn grootste schaten is dat steeds gebleven. Dit erfdeel moest ik nu ook mijn kind bekend maken. En 's avonds, als zij in haar hemdje op mijn schoot zat, ver telde ik haar van den trouwen Kinder vriend, evenals mijn moeder het voor mij pleegde te doen. Op zekeren avond, toen ik als naar gewoonte weer aan het vertellen was, kwam mijn man stil binnengeslopen en bleef hij luisteren. Later gebeurde dat menigvuldiger, totdat hij tenslotte als regel iederen avond verscheen. In het begin hinderde het mij wel een weinig. Het was mij, alsof ik voor hem niet zoo kinderlijk en hartelijk vertellen kon. Wellicht waren wij niet genoeg eens Gistermiddag heeft de Kabinets formateur dr. D. Bos te zijnen huize geconfereerd met mr. P. J. Troelstra. Kamerverkiezingen. Dr. D. Bos, die voor Winschoten en voor Groningen gekozen was, heeft voor Groningen be dankt. Het onafhankeljjkheidsfeest te Kattendjjke. (Slot.) Zetten wij ons thans tot een meer ge regeld verslag van de verdere feestelijk heden van gisteren. Ten huize van ds. Faassen de Heer ('t was de woning van den heerFeleus) werd geruimen tijd vertoefd. De Prins werd daar begroet door den schout,een der schepenen, de commandanten der schut terij en eenige Scheveningsche visschers met hunne vrouwen, waarop de 80-jarige Berkenbosch Blok geen onbekende in de historie een toespraak hield. Hij sprak er zijn hartgrondige blijdschap over uit, dat hij den Prins mocht aanschouwen, op wien hij zoo lang heeft gewacht, en den wensch dat hij een redder van ons arme dierbare Vaderland mocht wezen. Namens de Breede Watering wordt Zijne Hoogheid nog toegesproken door den dijkgraaf, den heer Oele. De Prins antwoordt in een paar hartelijke woor den, waarbij hij zegt, dat men op zijn vaderschap kan rekenen. Na deze begroeting werd den tocht naar Den Haag aanvaard. Het weder was intusschen iets gunstiger geworden. Ge lukkig voor de talrijke fraaie costuums. Op weg naar Den Haag ontmoette men de rijtuigen van Van Limburg Stirum, van Van der Duijn van Maasdam en van Hogendorp, in een van welke hij plaats neemt. De optocht was intusschen opgesteld. Schitterend samengesteld, bleek deze verre de verwachtingen te overtreffen menigeen zal daarvan een blij venden in druk hebben behouden. Het wemelde in het anders zoo stille dorpje, niet alleen van de talrijke prinsgezinden, maar ook van leden van de eerewacht, in hun deftige pakjes, kleurige costuums van commandanten van vloot en schutterij, enz. enz. Volge hier de samenstelling van den grootschen optocht, waaraan door onge veer 140 personen werd deelgenomen. Aan het hoofd een eerewacht te paard, uit 30 personen bestaandedan een rijtuig met eerevoorzitter en comman danten van vloot en schutterij. Daarop volgde het Prinsenrijtuig. De Prins was vergezeld van de heeren van 's Lands geestes, verstonden wij elkander nog niet goed op dit punt. Hoe het zij, het was eenigszins pijnlijk voor mij, en in zijn tegenwoordigheid over deze heilige zaken te spreken. Toen ik evenwel bemerkte, dat hij volstrekt niet kwam met zijn oordeel of zijn opmerkingen, doch rustig bleef toe luisteren, overwon ik mijn beklemdheid en sprak ik, zooals het mij werd inge geven Het werd ook hem tot een zegen. Als Annie sliep, verlieten wij stil haar kamertje en zetten het gesprek op den zelfden eenvoudigen toon voort. Ik bad vurig, dat Godset Zijn geest in ons midden zou zijn en het uitgestrooide zaad zou doen opwassen en vrucht dragen' Dat gebed is ruimschoots verhoord. God was met ons en versterkte ons beider geloof. Hij bereidde ons steeds meer voor tot een algeheele overgave en deed ons verstaan, hoe ons heele leven moet die nen tot grootmaking van Zijnen naam alleen. We verstonden tevens hoe wij de vol tooiing van ons 'aardsch geluk slechts aan God te danken hadden. Ja, toen waren wij eens willens, en toen eerst zetten wij samen, nauwer dan ooit aan elkander, onze reis voort, welke bestuur, het bekende edele driemans schap. Dan volgde het rijtuig van Fagel, de Perponcher, Torrington en iemand van 's Prinsen gevolg, 't Was een en al schittering van met goud en zilver be legde uniformen. Dan het rijtuig met het damescomité, en dat met het muziek gezelschap Oefening en Uitspanning van Kattendijke. In hun nette pakjes mocht men hen zien, hoor(Het fanfare van Kortgene nam intusschen de honneurs waar in de tent op het dorpsplein.) Het rijtuig met de jonge matroosjes, trok zeer de aandacht. De roeiers, die den Prins van den oorlogsbodem hebben afgehaald, hadden in het daarop vol gende rijtuig plaats genomen. Dan volg den de Scheveningsche Yischvrouwen en Visschers men zou zeggen kersversch uit Scheveningen gezeten in oude Zuid-Bevelandsche kapwagens op riemen, van het type, dat nog uiterst zelden in onze Provincie wordt gezien. Tenslotte volgde het rijtuig met de gevangen ge nomen Fransche soldaten, bewaakt door de schutters van... Kattendijke. Zij,de gevangenen n.l., staken in frissche kleu rige uniformen, en wekten volstrekt niet den indruk, dat het groote misdadigers waren. Het tegendeel zou dan ook aan stonds blijken. De lange stoet werd ge sloten door twee leden van de eerewacht te paard en reed langs Noorddijk, Mui- dijk, Monnikendijk naar de hofstede „Monnikenhof", waar gekeerd werd. 'tWas aardig te zien, hoe de Prinse lijke stoet zich door de groene weiden slingerde. Vermeld dient nog, dat bij het verlaten van Scheveningen de school jeugd van Wilhelminadorp den Prins toezong. Ook de „Polderschen" vierden natuurlijk het feest mede. De kinderen waren gekomen onder geleide van een onderwijzer van bijstand en een lid van de schoolfeestcommissie (de heer Mais was zeker verhinderd) en deelden niet weinig in de algemeene feestvreugde. Bij het aan land stappen van den Prins zou de Kattendijksche schooljeugd een welkomstlied zingen. Hiervan moet helaas gezegd worden, dat het in 't water gevallen is. De Prins steeg in Den Haag af voor het huis van Van Limburg Stirum, waar een groote menschenmenigte verzameld was. De optocht, die enorm veel belangstelling wekte (op (den dijk b.v. zag het zwart van menschen) werd nu ontbonden. Intusschen had het zonnetje zich even laten zien, om weer gauw achter de lage, grauwe wolken schuil te gaan. Toch bleef het vrijwel droog. In genoemde woning waren ook de niet weinig veraangenaamd werd door onze lieve kleine, die het gansche huis met haar lieflijkheid vervulde. De zomer was teneinde, en koning winter kondigde zijn komst aan. De laatste jaren hadden we nooit ge weten of we met Kerstmis een kerstboom zouden ©patellen, ja dan neen. Nu be stond daaromtrent geen twijfel meer. Mijn man zorgde voor een prachtigen boom, dien we beiden zorgvuldig opge tooid hebben en op den bewusten avond zat daaronder, in het helle schijnsel van de tallooze lichtjes, een gelukkig drietal. Nimmer tevoren was er zooveel kracht uitgegaan van onze kerstfeestviering, nimmer tevoren was ons Gods Woord zoo duidelijk geopenbaard als op dat oogenblik. Bij deze twee menschen, die gevaar liepen door uitgestelde hoop en onbe vredigde verlangens te vereenzamen en van elkander te vervreemden, was een derde gekomen, een lief meisje met koude handjes en wangetjes en ziedaar, het ge luk was in hun woning teruggekeerd. Gode alleen zij de eer (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1913 | | pagina 1