J de mo era' itholieken, No 225 Donderdag 26 Juni. 27e Jaargang NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND CHRISTELIJK- HISTORISCH J iden der rechterzij reeds 5 Roon ïhr.-Hist., 24 R,| l rechtsche en i si 5 a.-r. met v,| b. met v.-l.4 cl rij c.-h.2 r.-k, mei 3 u.-l. met s.-d. chr. historischen, en en 18 sociaal! I „Getuchtigd, doch niet gedood". DE ONVERGETELIJKE. Noordijke. Znldhorn Zwolle. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Stemming 17 j lenstra, V. D. stra, 8. D. A. P. ra, A. B. Herstemming I 0 Stemming 17 j„n| 1 ran Dedem, C H Jbel, U. L. a Leeuwen, 8. d A p |raan, S.D.P. Herstem mine [em Troelstra verklaarde ui Vas Bias, dafc bid 1 eemt en vo'or Ams^J is 55 rj IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p.p1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel meer 10 cent. E5SSBKB3ESES BERICHT. t Zjj, die zich thans op ons blad abon- neeren, ontvangen de tot I Juli a. s. rerschvjnende nummers gratis. 0- De opgaaf van den spoordienst l komt In dit nommer voor op de gebrul- kelljke plaats. •Prov. Staten. Vlissingen. (Herstemming 30 Juni.) IC. BOONE. l Mr. P. DIELEMAN. p. MERCKENS. De verkiezingsstrijd is geëindigd met Je nederlaag der rechtsche partijen, en roornamelijk met ernstige slagen aan de antirevolutionaire partij. Zij toch verloor Van Asch v. Wijck, Middelberg, De Vlugt, Elhorst, Blum, v. d. Borch v. Verwolde, Heemskerk, Van Hoogstraten terwijl zij mede in het district Gorinchem, den zetel van heer Pojlema open gekomen, bene- I vens in het district Leiden den zetel door dr. De Visser aan hen afgestaan, zich intgaan zag. De Chr. historische' Unie zag ook van ïaar beste mannen een drietal niet her- rozen. De Visser, Snoeck Henkemans, Van Dedem beten in het zand, terwijl zetel van Van Lennep in Haarlem I opengevallen, door een liberaal werd in- genomen. De R. K. staatspartij bleek ook nu [weer zoo goed als ontrefbaar. Zij ver- speelde slechts één zetel, dien van Pas- stoors in Beverwijk. P-,Tengevolge daarvan treedt de toestand fin van 1891. Er bestaat een eigenaardige overeen- I komst tusschen dit voor Rechts onge- kige stembusjaar en 1913. 'om, na heltigen strijd verlies aan antirevolutionairen kant van vele zetels, on wel zóó dat slechts 20 antirevolutio nairen overbleven. Nu, na niet minder I hevige worsteling weer 20 antirevolutio- ren met chr. historischen saam. De juiste cijfers toch zijn elf antirevolutionairen, 7 Chr'stelijk historischen en 2 vrij Chris telijk historischen. Toen de Roomschen 25 in plaats van ei pia wegens verlies van eendr. Schaep 18 F E U I L L TON. Vrij naar het Duitsch van D. Speckmann. [(Geautoriseerde vertaling. Nadruk verboden.! -)o(- Terwijl ik zoo ronddoolde, schoot mij plotseling een beeld uit mijn kinderjaren 'e binnen. Alles was daarbij precies ®der als nuhet lichtspel op het wa ter, het schemerende groen der weiden, tet geheimzinnige gefluister der pijn bomen Allerlei beelden passeerden revue, en zoo herinnerde ik mij nog teel goed de kleine provincie, waar ik te'jn jeugd doorbracht, en die ik mij >P den avond vóór de kennismaking tel Ludwig Richter slechts heel in de vermocht voor te stellen. Steeds lijker werd de voorstelling, totdat ■bdelijk alles mij klaar voor oogen ®nd. Natuurlijk niet in het scherpe 1 schelle licht van den middag, doch 1 j-vondklaarheid, zoodat de bijkomstig- rden half omhuld blijven, maar de P°°te lijnen des te duidelijker gezien worden. Nu heb ik U door struiken en door- ju hierheen geleid, in de hoop, dat dit teje, hetwelk vanmorgen die beelden teijn geheugen tevoorschijn riep, mij mdaag zal helpen den sluier zoover P te lichten, dat U er een blik in kunt man, nu weer de Katholieken 25 in plaats van 26, wegens uitwerping van een Passtoors. Toen de liberale partij met de radica len saam 55, nu weer de vrijzinnigen met hunne socialistische geestverwanten saam 55. De tijd zal leeren dat de overeenkomst tusschen 1891 en 1913 nog merkwaar diger is, wat de openbaarwording der vrijzinnigheid aangaat om te regeeren, laat staan om ook maar iets tot stand te brengen van al hetgeen zij bij deze stembus den volke heeft voorgespiegeld. En dan ook toen als nu onze beste mannen, wegens aftreding van het Recht sche kabinet buiten gevecht gesteld. Toen Mackay, Ruys, Bergansius, Lohman, Schaepmannu Heemskerk, Kolkman, Regout, Colijn, Talma. Wij onthouden ons van toekomstbe spiegelingen, daarvoor is het oogenblik niet geschikt, nu wij nog voor een Staten verkiezing staan, die eerst moet afloopen om het eind-resultaat op te maken. Wij hebben alle reden om aan de tegenpartij gegronde verwijten te doen, over haar minne wijze van strijd voeren. Daar is gejokt en gelasterd, gespot en gesmaad, gekuipt en gekonkeld met allerlei slag van volk om de meerderheid, welke men te voren wist toch niet te zullen behalen. En ook nu weer, gelijk in 1888, hebben daarbij dr. Kuyper en de Her vormde kerk weder dienst gedaan. Ook nu weer, gelijk toen, hebben de belijders van dén Christus, die den libe ralen steun boden, niet begrepen dat de steenen en pijlen op den veldheer ge richt, bedoelden het leger te vernielen. Niet wat dr. Kuyper onderscheidt van anderen, maar wat hem verbindt met allen, is de steen des aanstoots. Dr. Kuy per heeft, gelijk Groen en da Costa, en Bilderdijk en Stöcker, en wie nog meer, één fout begaan, namelijk om een woord in het hart te werpen, „een conscientie- kreet voor het recht van den Almachtigen God, tegen het onrecht van den macht- overschrijdenden Staat", vooral in zake de opvoeding onzer kinderen. De Mei boom was in de kapEn tegen dien Meiboom moest en zou het. Alsof men daarmede ook de kap zou wegkrijgen, of de voltooiing van het gebouw voor goed verhinderen kan! En dan die dwaze vrees voor de rechten der Hervormde Kerk Daarvoor moesten nobele vrienden dier kerk, een Blum, een Middelberg, een De Visser, een Van Dedem, een v. d. Borch worden uitge worpen, en aan Joden én ongeloovigen de zorg voor die kerk worden toever trouwd. „Indien zij Mij vervolgen, zij zullen ook u vervolgen", sprak eenmaal de Heiland. Onzen mannen valt dan ook hetgeen hun wedervoer, niet vreemd. Maar indien nu wie zijn volgelingen willen wezen, de Lieftincks, de Van der Laars, de Van der Fliers, de Van Hoo- genhuyze's, de Wagenaars, de Van Koets- velds, de Bichons, zoo kleurenblind zijn, dat zij den aard der vervolging niet meer onderscheiden en met de vervolgers gemeene zaak gaan maken, wat moet er dan van worden Er loopt een ondankbare trek door ons volkskarakter, heeft dr. Kuyper eens gezegd. En d&t hebben nu weer allen ondervonden, die voor de geestelijke be langen des volks in de bres stonden. Het geestelijke werd door het stoffelijke als het ware geheel op den achtergrond geschreeuwd! Het was al geld! geld! geld! waar de strijd om draaide. De aanduiding waar het in den diepsten grond om ging werd overschreeuwd door de wilde kreten over duur brood en dure klompen, afgewisseld door gelamenteer over de stoffelijke goederen der kerk! Niet voor den Heere en Gideon, maar voor den Mammon werden de zwaarden gekruist en weerklonken de schelste kreten. Het was, gelijk in de vorige eeuw: voor Piet Hein, die zilver in de schatkist brengt, een standbeeld, voor Bilderdijk die de natie met geestelijk goed verrijkt, zelfs geen steen op zijn graf! Of zou geld wezenlijk het „sum- mum bonum", het hoogste goed zijn? Ja waarlijk, er is een gevaarlijk spel gespeeld. De predikanten, die er aan mee deden, hebben dit niet, of te laat, door- 1 zien. Maar zoo vragen wij kon het hun dan onbekend, zijn dat er in de staatsleer der vrijzinnigen voor alles plaats is be halve voor de gewetensvrijheid, behalve t voor de ontwikkeling van het leven der kerk of gemeente Den liberalen mogen wij die vrijheid slechts afeischen, zoover de wet het toelaatwij weten dat hun beginselen tegen de onze staan als de wolven tegen de schapen. Maar van belijders van den Christus maggeëischt en moet geëischt dat zij deze hoogst ge slaan maar bovenal dat U de gestal tenis kunt zien, die in elk beeld de zon, de ziel is. Ik voel maar al te goed, dat het een zware taak is. Zal niet het beste verloren gaan, wanneer ik tracht die herinnerin gen met mijn woorden weer te geven Men is zoo gauw geneigd het al te grof weer te geven. En zal het geen verkeerde, onjuiste voorstellingen wekken? U zult kunnen begrijpen, dat ik niet geheel zonder grond bedenkingen opper de tegen deze vertrouwelijke vertellingen. Doch ik zal mij thans moeilijk kun nen terugtrekken Dat gaat niet meer. Laat eens zien, hoe ond was ik Ik herinner mij nog goed, dat een kinder portretje, dat ik nog heb, kort vóór die zomerdagen gemaakt is. Mij dunkt, dat kleine kereltje in z'n grijze kieltje met opgenaaide zwarte sterren, zal hoogstens 'n jaar of twaalf geweest zijn. Ik moet dus erkennen, dat mijn ver telling geen aanspraak zal kunnen ma ken op nauwkeurigheid en volledigheid, wat de bijzonderheden betreft. In mijn herinnering heb ik geen foto van de werkelijkheid bewaard. Ik kan haar waarheid slechts in den spiegel der verbeelding laten zien als ik het met alle bescheidenheid zoo mag noemen. Ik moet de beelden mijner herinnering voor zichtig naschilderen en voltooien. Wellicht vraagt U U af: Kon een twaalfjarige knaap die indrukken ont vangen, welk ik nu weergaf? Ongetwij feld niet. Wij kunnen niet meer onder vinden, wat wij op 12-jarigen leeftijd on dervonden evenmin weten we nauw keurig hóe wij destijds iets ondervonden hebben. Wat toen echter in den knop zat, is sinds dien tot rijke ontplooiing gekomen en heeft overvloedige vrucht geschonken. Zoo wil ik nu van dien knoppentijd ver tellen, terwijl ik daarvan reeds de vrucht mocht genieten. Wel, wel, dat was een lange inleiding. Nu ik er mee klaar ben, bevalt ze mij zelf niet meer. Heb ik Uw verwachtin gen hiermede niet te hoog gespannen Zoodat gij grootsche dingen verwacht? Ik hoop het niet, want, och, het gaat slechts om dingen, die u misschien nau welijks het vertellen waard schijnen, hoe groot ze voor mij ook mogen zijn Nu zal ik echter niet langer als een kat om de heete brei loopen, doch met bekwa men spoed de eigenlijke vertelling be ginnen. Ik had dus dat zooeven genoemde kieltje met sterren gekregen. Mijn vrouw fotografeert, zooals ge weet, alles wat kind is, en sinds jaren heeft ze studie van de kinderziel gemaakt. Zij kan zich dus op ervaring te. dien opzichte beroemen. Op grond nu van dat portretje van mij heeft zij in korte bewoordingen de volgende diagnose vastgesteld „Een slordige jon gen, eenigszins verwend, half professor, wichtige dingen niet verdonkeremanen of neutraliseeren. Voor noch tegen is tegenOf men ga een anderen weg, beter dan de onze, maar doe het dan als 't u belieft spoedigvoor de Hervormde Kerk instrument van het Liberalisme worde. En dat de vrijzinnigheid slaagt met haar gebruiken van de Hervormde kerk als stormram tegen de coalitie,, tegen de antirevolutionaire partij, zelfs op het van ouds Calvinistische Walcheren, ondanks de, zij het ook te late, waarschuwing van de Walchersche pre dikanten, is een hoogst bedenkelijk tee- ken des tijds. Welk een onkennis, welk een beginsellosheid spreekt daaruitEn hoe gemakkelijk laat men zich dan ex- ploiteeren door vrijdenkers en joden, gedekt als dezen zijn door namen van heusche, orthodoxe, hervormde predi kanten Het is met droefheid in het hart, dat wij deze dingen zeggen. Edoch, wij ver sagen niet. Onze sterkte ligt niet in het getal leden in de Kamer. Onze beginse len zijn niet aan menschelijke wijsheid ontleend, en zouden niet zoo en zóódanig bestreden worden, wanneer zij niet het kenmerk droegen van in Gods Woord te zijn gegrond. Indien wij weer maar nauwer de gelederen sluiten Er zal dan wellicht nog meer moeten worden ge streden tegen wie met ons op denzelfden bodem behoorden te staan, ons past getrouwheid en vertrouwenHet ging voor ons en het gaat nog vaak door nederlaag tot overwinning. Denkt maar aan 1905 En dan de dijken van het libera- ralisme zullen steeds minder bestand blijken tegen de woeste stroomen van socialisme en anarchie. Door de liberalen met gejuich binnen gehaald, gaan straks twaalf socialisten naar de Kamer, terwijl nog zes socialis ten op eigen kracht aangewezen mee zuHen komen. Hadden de onzen niet in het Noorden ter wering van den roode op den vrijzinnige gestemd, naar onze voorspelling van den 14en zou het aantal sociaal democraten in de Kamer tot twin tig geklommen zijn. En de verblinde en verdwaasde me nigte door de vrijzinnigen opgezweept juicht, smalend op onze nederlagen, deze triomfen der socialen toe. Hier is iets van de blijdschap van het dikhuidige slachtdier wanneer de slager het uit zijn halfdroomer". Dit moet vrijwel uitkomen. Ik was een achterblijvertje. Toen ik begon te spelen, dachten mijn broers en zusters daar niet meer over. Mijn ouders hadden al heel wat kinderen grootge bracht, zoodat ze over mij gauw angstig en bezorgd waren. Uiteraard kwam ik weinig in aanraking met kornuitjes van mijn leeftijd. In de eerste plaats hadden wij een bovenhuis in een drukke en ge vaarlijke straaten in de tweede plaats was ik gaarne alleen en in mij zelve ge keerd. Met allerlei lekkernijen en zoetig heden verwend en vertroeteld, zat ik dan als moeder's hartediefje tusschen de van broer of zus geërfde poppen, soldaatjes, kookgerij, helmen, paarden, spoortjes en ander speelgoed. Mijn liefste bezit was echter een onverseheurbaar prentenboek met mooie sprookjes en kleurige pla ten. Ik leerde natuurlijk spoedig lezen toen ik zeven jaar oud was, kon ik mijn sprookjesboek al vlot lezen. Zoo gelukkig als Ludwig Richter was ik evenwel niet. Er ontbrak nog maar iemand aan, die mij 's avonds bij het zwakke schijnsel van een keukenlampje mooie verhaaltjes vertelde. Ik kan niet zeggen, dat deze jaren in mijn herinnering bijzonder veel glans en kleur hadden. Chocolade en andere zoe tigheden zijn op een oogenblik wel lek ker, doch voor de latere herinnering heeft men er niets an. Speelgoed, dat is nog iets anders vooral wanneer het met St. Nicolaas of op verjaardagen lang hok bevrijdt om het zijn slachthuis bin nen te leiden. Pax intrantibus (Vrede den binnenkomende Mors exhortibus (dood den uitgaandezou dr: Nassau er van zeggen. Er is iets comisch in, maar toch, wie wordt er niet koud van? Wij herhalen niet versagen. De anti revolutionaire partij is aan teleurstel lingen gewend. Zij gaat met nieuwen moed de toekomst weer tegenVoor bereid op elke gebeurlijkheid. Gereed om als Her Majesty's loyal opposition de nieuwe „regeering" te steunen bij wat zij in 's lands belang van haar vraagtmaar ook van zins om de duur gekochte volks vrijheden, alleen bij de coalitie veilig, tegen eiken aanval van Concentratie en valsche Democratie te verdedigen. God behoede onze geëerbiedigde Ko ningin 26 Juni 1913. Nu de vrijzinnigen bij de herstemming de sociaal democraten steunden, zijn in de volgende districten sociaal democra ten gekozen Amsterdam II, Mendels. Amsterdam III, Kleerekoper. Amsterdam IX, Vliegen. Appingedam, Schaper. Enschedé, Albarda. Franeker, v. Helsdingen. Den Haag I, Ter Laan. Rotterdam I, Spiekman. Rotterdam II, Spiekman. Rotterdam V, K. ter Laan. Utrecht II, Van Leeuwen. Weststellingwerf, Hugenholtz. Hoogezand, Spiekman. Dat is tezamen 13 sociaal democraten, welke door de liberalen zijn binnen ge bracht. Een (Troelstra) was reeds geko zen en 5 kwamen bij herstemming met liberalen er in, zoodat hun aantal nu reeds 18 bedraagt. De liberalen hebben door zulks te doen op roekelooze wijze met het landsbelang gespeeld. Nooit stemmen wij op candidaten die door een zichzelf wegwerpende partij worden aanbevolen, ook al belooft zij den werkman brood met kaas, gelijk heden de Goesche Crt. doet ter aanbeveling van den heer Elenbaas. Onze candidaten blijven Voor Goes gekoesterde verwachtingen vervulde. De laatste dagen van enkele zomer weken, die ik tijdens het verblijf van mijn ouders in een badplaats, bij een ouderen broer van mijn moeder, een arts, doorbracht brachten een ommekeer in mijn jonge leven. De laatste dagen, zeg ik. De grootste helft van dat verblijf op het land is namelijk vrij saai en vervelend voor bijgegaan. Voor een fikschen, vroolijken jongen zon het oude, groote huis met zijn stal len en schuren, en den grooten eenigs zins verwaarloosden tuin van 't eerste oogenblik af een waar paradijs geweest zijn. Het ging mij, vroegwijs kereltje, echter geheel anders. WaWioest ik daar eigenlijk beginnenDieren en planten kende ik immers reeds van de plaatjes met de beschrijvingen. En, eerlijk gezegd, vond ik ze in de papierenwereld veel belangwekkender, dan in de werkelijk heid. Enkele speelkameraadjes uit de buurt, die men ter wille van mij uitge- noodigd had, konden niet met mij op schieten en ondanks de koffie en de koek kwamen ze na één vervelenden middag met mij doorgebracht te hebben, niet meer terug. En ik dacht er natuurlijk niet aan, om ze zelf op te gaan zoeken. Neen, 't klinkt vreemd, maar ik ver- j langde al heel gauw naar ons benauwd bovenwoninkje terug te kéeren. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1913 | | pagina 1