rzzh'tih^
RS
i. Markt
Maandag 9 Juni.
27e Jaargang
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No 210 1913
CHRISTELIJK-
HISTORISGH
n met paard.
4 Juni 1913,
WEIDE
[ANTHOOI,
in 19 Juni 1913,
G. NI. N00RDH0EK.
Baron von Münchhausen.
DE ONVERGETELIJKE.
deantirevolju
eeniging voornoemd
Voorzitter.
S, Secretaris.
schen 8 en 5 uur.
rRs.
Voorhandeneen
groot lager belegen
Bordeaux-, Port-,
Spaansche en
Fijne Fransche
Zoete witte Wijnen.
scourant.
perkoopen
A. 74 cA.
(VERS,
88 cA.
A. 53 cA.
W E I
en ERF met
in TUINGROND,
ramsingel, in de
loudekerke, wijk
en 132, groot on-
ien 50 Centiaren.
MOESLAND, al-
(perceel een, groot
i.ren 20 Centiaren.
en ERF met
aan den Seis*
ïemeente Middel-
no. 161, groot
^ntiaren.
^len BOUWTER-
het Stadswegje
4 Aren 94Cen-
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
m tare j0ngSitfl
lande verkiez ns n
iddelburg
VAN DISSEL te Croes,
n l1/» uur, te 's-1
herberg van dhr. D.
uzoeke van den heer
.z., te 'a-Heer Arend?-
Ier),
vruchten onder Wol-
rcombineerd op kavel
|snede, in een perceel,
peiceel.
etende, iD een perceel.
|ten omschreven,
3LAUPOTTENCATB
iur, op de bovenzaal
Vergenoeging", aan de
id del burg, in het
rer3E@ope&
arceelen 1 en 2 groot
pn.
tJken gecombineerd.
Je huizen daags vóór
verkoop van 10 tot
ur, op vertoon eener
nadere inlichtingen
tore van voornoem-
burg, aau de Lange-
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
EN
van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel
meer 10 cent.
WISSENKERKE.
g Zeeuw steunt voor den gemeente-
de eandidatuur van
Twee artikels in de Middelb. Courant
trok dezer dagen onze aandacht, waarin,
zoo oppervlakkig en hatelijk mogelijk
over Indië en onze regeering gesproken
werd. Wij dachten terstond bij de lezing
ion hier de een of andere nieuwbakken
candidaat voor een Kamerzetel, die zich-
zelf wel voor wetenschappelijk houden
kan, doch van de zaken een heel klein
beetje af weet, aan het schrijven geweest
en door de Middelb. Crt. voor deskundig
gehouden zijn
Wij stelden ons voor op dit artikel in te
jaan, (doch achten beter onderstaand arti
kel uit De Nederlander over te nemen.
fij [merken op, dat hetgeen De Ned.
omtrent v. Heutz opmerkt, juist is. Alle
bladen van beteekenis, ook de Middelb.
Crt. hebben indertijd de mededeelmg ge
had, dat Vair Heutz wel geboren Katho
liek, doch overigens man van links is.
Wie kent niet de vermakelijke verhalen
van dien baron Men treft ze echter
tegenwoordig maar zelden meer aan.
Er verscheen echter dezer dagen een
nieuwe gewijzigde uitgave van dat
beroemde werk. Men koope de Middel-
krgsche Courant van 30 en 31 Mei. De
verzinsels zijn talrijk we hebben er wel
17 geteldte samen zijn ze wel een dub-
beitje waard.
Er is verschil en overeenkomst.
Baron von Münchhausen zoog de ver-
hakn „uit zijn duim". Dat ziét ook de
domste lezer, en daarom zijn ze ook zoo
amusant. Hoe komt de man er bij
De Zeeuwsche verhaler echter houdt er
authentieke bronnen op na. Hij" heeft alle
beweringen en verhaaltjes bijeengebracht,
die een kwaadaardige pers in Indië ver-
ndigd en de lichtgeloovige pers in
l Nederland naverteld heeft, maar daarna,
ffl de openbare vergaderingen des lands,
alle gewogen en te licht bevonden zijn.
f telkens en telkens heeft de Regeering uit
jde stukken onwederlegbaar aangetoond,
tvlr a')s?^uu* onwaar die verhalen waren.
0 y herinneren ons niet, dat er iets van
heel gebleven is.
En wat doet nu deze origineele verha-
Alsof er niets tegen gezegd, alsof
hiets hoegenaamd weerlegd ware, harkt
FEUILLETON.
Vrij naar het Duitsch van
D. Speckmann.
(Geautoriseerde vertaling. Nadruk verboden.)
Pe burgemeester van Bohlersen had
]L 'wee nieuwsgierige vragen van den
koninklijken landraad gelukkig beant-
Lk°i en beloonde zich met een pijpje
r toen een heer binnentrad en hem
Pet een politie-aangifte van zeven per-
jpnen nieuw schrijfwerk verschafte. Onze
1 rpsautoriteit vond deze formaliteiten
zijn vredig en gemakkelijk te overzien
IJ tamelijk wel overbodig, doch hij
f! toch aan den arbeid, zij het ook
namende. Toen de bezoeker hem over
t? wilde aanspreken, zeide hij
f°rtaf: „Stil! ik schrijf!"
«Nu, wat hebt U nog meer vroeg
Br' i e??11.ësziös uit de hoogte, toen de
pchnjving goed en wel geschied was.
!,uaarne nog een verzoek. Zoudt U
K. Pachter van 't vischwater mij ook
T: toestaan gedurende 'n week of
'!l oe Werle te visschen
Li' m ,T llm wie is U dan van de
1 'h die ik hier opgeschreven heb
»De dominé."
»D hm, bedoelt U voor niets,
hij al die verhaaltjes bijeen maakt daar
een bundeltje van, en presenteert die aan
het publiek,'met de bedoeling om heel het
Kabinet weg te jagen.
Het herinnert aan zekere pamtletten,
op het einde der 18e eeuw in ons land ver
spreid, teneinde Stadhouder Willem V
het land te doen verlaten, en op wiens rug
daarom alle kwalen geladen werden,
waarover men meende te moeten klagen.
Die verhaaltjes kunnen zijn geschied,
die van den beroemden Baron niet. In
zoover zijn ze minder onschuldig, of
schoon wij niet gelooven, dat onder onze
Zeeuwsche kiezers er velen zijn, dom ge
noeg om zich te laten foppen.
Maar er is ook zekere overeenkomst
met de Miinchhausensche literatuur. Ze
zijn evenals deze amusant.
Een paar voorbeelden.
Ieder, natuurlijk ook de nieuwe Baron
von Münchhausen, weet, dat na den oor
log tusschen Japan en Rusland de Oos-
tersc.hë rassen zich ervan bewust gewor
den zijn, dat, als zij gebruik maken van
wat de Westersche volken hebben uit
gevonden, en tot stand gebracht, zij door
hare numerieke meerderheid eene voor
■de Westersche volken gevaarlijke kracht
kunnen ontwikkelen. Er zijn dientenge
volge in het Oosten geheel nieuwe
toestanden ontstaan, die met grooten
ernst onder de -oogen moeten worden
gezien.
Nu had dat reeds moeten geschieden
onder het vorige liberale Kabinet. Er
had, evenals in Engeland met groote
snelheid gehandeld moet worden. Er
had niet gewacht moeten worden op
Indische adviezen, die in deze zaak niet
het meest vertrouwbaar warendaar de
Indische administratie zeer bureaucra
tisch is, en aan sleur gewend.
Er gebeurde echter niets doortastends,
vóórdat de nieuwe landvoogd Idenburg
optrad, die, in overleg met Koloniën
hier te lande, terstond de koe bij de
horens gepakt heeft. Dat hij in elk bij
zonder geval volmaakt juist zal gehan
deld hebben, is onwaarschijnlijk. Maar
de zaak is zoodra hij optrad, ten ern
stigste onder de oogen gezien.
De nieuwe Münchausen evenwel weet
daarvan niets. Hij weet alleen, dat Iden
burg christen is en dit nimmer verbor
gen heeft. Genoeg voor Indische en
Nederlandsche liberalen, om, als één.
man, Idenburg voor te stellen als een
idioten, fanatieken bewindsman, „een
man die op de preekstoel in een ortho
doxe gemeente op het Hollandsche
platteland, maar niet op den Buitenzorg-
dominé
Nadat hij over dit punt gerustgesteld
was, schreef hij na wat over en weer-
praten het volgende bewijsje
„Houder dezes ontvangt van onder-
geteekende gedurende deze maand het
recht, om in de Werle te visschen, echter
j alleen met den hengelen met dien ver-
stande, dat voor eiken snoek, die meer
1 dan 2 K.G. weegt, een gulden ver
schuldigd is.
Datum. Stempel. Onderteekening".
Verheugd stapte de houder van het
biljet naar buiten, waar hem opnieuw
vreugde wachtte. Zijn vrouwtje kwam
daar vlug aangeloopenhaar wangen
gloeiden, de oogen straalden, en het
mollige handje hield een brief in de
hoogte.
„Uit Ho hono loeloe riep zij
buiten adem uit, „onze jongen is zoo
gezond als een visch 'k Heb de
postbode dadelijk maar'n kwartje
fooi gegeven vier-en-zestigkantjes
volalles genummerdin Engeland
al begonnen't lijkt wel een dagboek
ik heb juist even op de laatste bladzijde
gezien, dat hij het goed maakt
„Gelukkig."
„Waar zullen wij den brief lezen.?"
„Op het water, in de boot van vrouw
schen „troon" thuis hoort."Mitsdien
is deze man de schuld van geheel de
beweging onder de Chineesche en de
Javaansche bevolking. Geheel die, overal
zich openbarende, beweging, die China
tot een Republiek maakte komt van
den furor evangelicus van Idenburg.
't Is waarlijk om te lachen.
Niet minder vermakelijk is het volgen
de
Ieder weet, dat de Gouveneur-Generaal
Van Heutsz zich voor ons land en vóór
Indië buitengewoon verdienstelijk heeft
gemaaktdat hij de groote Buitenbezit
tingen als het ware geopend heeft voor
cultuur, door ze ook daadwerkelijk aan
onze macht te onderwerpen. In Engeland
zou zoo'n groot Nederlander om zijn ver
diensten buitengewoon zijn vereerd, met
dotaties of met titels. Om echter een
mensch niet hoogmoedig te maken ont
houdt men zich van zoo iets in Nederland.
Wat meer is, daar zijn er zelfs, die zoo
iemand beschuldigen van minderwaardi
ge handelingen, waarvan de waarheid
niet, wel de valschheid bewezen is. Dat
deed het Kamerlid mr. Marchant, die een
eigenaardige opvatting heeft van zijn
plichten als advocaat. 2)
De Middelburger Ct. nu, zich voegende
bij mr. Marchant, brengt ook den ver
dienstelijken Van Heutsz, die immers
door het rechtsche Kabinet Kuyper tot
Gouverneur-Generaal is voorgedragen,
ter sprake. Maar wat ter wereld heeft
dat nu met „de rechtsche'politiek" te
maken
Ja ziet ge, Van Heutsz is.Katho
liek. 8)
Nu zijn we er.
Heeft Von Münchhausen ooit zoo'n
grap uitgehaald?
Daarom nog eens, koopt de Middel
burger
J Eene omschrijving, voorkomende in een
Ha igsche Courant van 2 Juni, een blad dat zich
als «neutraal* aandient
Deze advocaat stelt eene vordering tot
schadeloosstelling in tegen den recensent van
lijn eigene b-ochure, omdat deze ln die recensie
de brochure had afgedrukt. Maar de recensent
had aangekondigt, dat hij zulks doen zou. Daarop
zweven de uitgever en de schrijver. Maar toen
eenige weken daarna de recensie voltooid was,
stelden zij de actie in
3) Wij waren steeds in de meening, dat Van
Heutz niet «rechts» maar »links< stond, en dat
hij is voorgedragen tot Gouverneur-Generaal
ondanks die omstandigheid. Naar zijn godsdienst
hebben wij ons nooit geïmformeerd. Maar wij
herinneren bij deze gelegenheid aan den Gouver
neur-Generaal De Eerens, die ook Katholiek was
en in 1836 onze kolonie beheerde. Deze bezocht
9 Juni'1913.
Zierikzee.
In het district Zierikzee is de heer
ds. Hogerzeil de antirevolutionaire can
didaat voor de Kamer, de heer Timmer
man voor de Staten.
Wij hogen dat alle man van Christe-
lijken huize dezen laatste a.s. Vrijdag
stemmen zullen, ook als protest tegen
de onhebbelijke manier waarop de vrij
zinnigen, althans sommigen, te Zonne-
maire (en misschien ook wel elders) den
heer Hogerzeil hebben bejegend.
De Zierikzeeënaars zijn van ouds be
kend als een goedhartig volkje, zij ont
vangen gaarne op de thee. „praeten"
gaarne met u over'koetjes en kalfjes, en
gunnen aan uw beeltenis gaarne een
plaatsje in hun album.
Doch niet zoodra zijn de verkiezingen
in het zicht, of het is alsof de duivel in
hen gevaren is. Dan zijn zij zenuwachtig
en schelderig, gunnen u het licht in uw
oogen niet, en overladen u met de grove
vruchten van hun haat.
Dat hebben van ouds vooral de anti
revolutionairen ondervonden.
Natuurlijk de goeden niet te na gespro
ken. Maar over 't geheel zijn deZierik-
zeeenaars, goedlachsch als zij overigens
zijn, niet te houden, wanneer zij een fijne
in het vizier krijgen.
Wij herinneren ons nog goed dat met
name de „knikkers" bij hen in een slecht
blaadje stonden, en de kinderen van die
„knikkers" niet minder.
Liberaal, vrijzinnig noemden zij zich,
die onbeschaafden, maar den plicht die
vrijzinnig zijn oplegt, raakten zij zelfs
met den kleinsten vinger niet aan.
Nu is dit in de laatste jaren wel iets
verbeterdmaar de nawerking van dit
oude zeer wordt altijd levendig wanneer
daar een antirevolutionair binnen hunne
landpalen komt om te dingen naar den
Kamerzetel van hun god Patijn.
Wij hebben al meer gezegdwie can
didaat in Zierikzee wil zijn tegenover
Patijn, moet moed bezitten. Nu, dien
moed had ds. Hogerzeil.
Natuurlijk is hij niet best ontvangen.
Men heeft hem gehoond en bespot, en
o welk een liefde voor dé vrijheid,
Siems. Ga maar vooruit, 'k zal dan even
mijn vischtuig halen, in twee minuten
ben ik terug".
De boot dreef op de blanke golven
over het goudgele zand en het donker
groene plantenkleed, tusschen het fris-
sche groen van de pas gemaaide* weiden
en het zilvergrauw der wilgen stroomaf
waarts. Onze vriend stond in de boot en
hield haar met een boom van den oever
af. Zijn vrouw zat en las steeds maar door
van het scheepsgewoel in het kanaal, van
den storm en de stilte ep den oceaan, van
halsbrekende klimpartijen in de ra, van
den evenaar, van de Kerstfeestviering in
het oliepak aan het stuurrad, van de jacht
op haaien en stormvogels, van uit de
waterwoestijn omhoogrijzende palmeilan-
den, waarheen het verlangen van den jon
gen schipper, die zijn eerste reis mee
maakt, zoozeer uitgaat. Intusschen was
de' boot reeds lang op een schaduwrijk
plekje vastgelegd. De toehoorder boog
even over den rand van het vaartuigje en
liet het koele heldere water langs zijn
handen stroomen. Daarna voederde hij
de vischjes met broodkruimels en verlus
tigde zich in hun kinderspel.
Eindelijk liet de goede moeder den
brief in haar schoot rusten, met de gevou
wen handen er op. Met vochtige oogen
keek zij naar de glinsterende kabbelende
1 de Roomsch-Katholleke kerk, maar ook jomwij-
len do Protestantsche Kerk, waartoe zijne echt-
genoote behoorde. Tot den Apostolischen Pre
fect zeide hij eenseen soldaat biecht slechts
driemaal in zijn leven bij zijne eerste H."Com-
munie, als hij trouwt en Op- zijn sterfbed. Be
hoort ook de beer Van Heutsz tot die R.K..
dan is misschien de Middelburgsche wat gerust
gesteld. Laat zij zich er naar in'ormeeren-
golfjes.
„Onze jongen is daar in z'n element 1"
zeide de vader geroerd. „Moeke, het was
toch wel goed, dat wij een offer deden en
hem lieten gaan".
„Ja", zuchtte zij, „de liefde tot't water
was bij hem wel echt
„Móeder, thans hebben al onze kinderen
hunne bestemming bereikt".
„Ja, en ik geloof, dat het bij allen de
goede bestemming is".
„Dat geloof ik ook 't is toch een
heerlijke gedachte. Toen wij begonnen,
hadden wij geen rooden cent. Nu hebben
wij ook niets, maar ook geen cent schuld,
en zes kinderen, die hun weg gevonden
"hebben en die zich er zullen weten door te
slaan".
„Ja, maar we hebben het dan ook dik
wijls moeilijk genoeg gehad".
„Doch we zijn er toch eigenlijk altijd
welgemoed doorgekomen".
„Dat is waar".
„En nu kan het zelfs vier weken lijden".
„Ja, wie had dat kunnen denken
„Mij dunkt, je blijft het liefst hier zitten
0111 aan je lieveling in-den vreemde te
denken. Ik wou de Werle nog een eindje
afgaan, om mijn visch terrein te onderzoe
ken. Daarna haal ik je af".
Zij reikten elkaar de hand, drukten die
met warmte en zagen elkaar gelukkig in
het spreken hem onmogelijk gemaakt
door beestachtig tieren en janken.
Dat is nu het liberalisme van Zierik
zee, opgevoed en voorgelicht als het is
door De Nieuwsbode, het van ouds
bekende schendblad.
Hiertegen is niets anders te doen, dan
dat wij de Zierikzeeënaars die aan deze
schandelijkheden geen deelhebben, uit-
noodigen Vrijdag trouw op Timmerman
te stemmen, en Dinsdag met alle man
op Hogerzeil. En wanneer dan straks
toch de heer Patijn gekozen wordt, en
hij zich niet gecompromitteerd acht de
afgevaardigde van zulk „canaille" te zijn
als bijv. de Zonnemairsche schreeuwers
van den 4en Juni, hem een condoleance
kaartje te sturen.
Doch scherts ter zijde. In 1905 was
de vrijzinnige leus van de Zierikzeeë
naars „pompen of verzuipen." Wij dur
ven voorspellen dat zulk liberalisme j
om in zijn schunnige taal te spreken
binnen niet zoo langen tijd „verzuipen"
zal.
De vrome hoofdredacteur van Het Han
delsblad schrijft„voorwaar ik verheug
mij met den heer Patijn dat, gelijk hij
in zijn krachtig geargumenteerde ver
kiezingsrede zeide een kentering duide
lijk waar te nemen is in Protestantsche
kringen".
Als tegenhanger knippen wij onder
staand slot van een verslag eener kie
zersmeeting met debat, waarin ds. Hoger
zeil (te Zonnemaire) optrad
De heer Kluit had het vooral over
't gevaar voor de Hervormde Kerk en
was daarbij zeer persoonlijk.
In zijn repliek werd de spreker her
haaldelijk geinterrompeerd, wat zeer
hinderlijk was. Tenslotte stelden som
migen zich aan als dollen, als men-
schen die hun verstand niet meer ge
bruikten. Allerlei onzin, buiten ver
band, werd er tusschen gevoegd. Kon
den nu de voormannen te Zonnemaire
nog niet zooveel invloed hebben op
hun kiezers, dat ze tenminste plaats
lieten voor het woord van den spreker.
Is het niet treurig dat de spreker
ten slotte moest ophouden en de ver
gadering gesloten werd.
De heer Kluit!
Kluiten of „kluten" zijn in Zierikzee's
lage land menschen met weinig bescha
ving. Er schijnen onder de Zonnemair
sche vrijzinnigen nogal van die kluiten
te zitten.
de oogen. Daarop stapte hij op een hoekje
weide, kroop door de struiken en ging
langs de rivier naar beneden. Nu en dan
bleef hij even staan, om spiedend langs
den oever te kijken. Of hij liet even de
kunstvlieg over het water dansen. Ze werd
evenwel niet gezien door de bewoners van
de Werle, zoodat haar bedriegelijke haak
op dezen blijden zomermorgen geen
schepseltje leed deed.
Mevrouw was onderwijl weder tot haar
brief teruggekeerd zij bladerde gedurig
en las hier en daar een stuk voorde
tweede of derdemaal. Doch niet die pas
sages, waarin de koene zeeheld verkon
digde, dat bij de zee tot zijn eeuwige bruid
heeft verkoren en zelfs bij het gekraak
van de schipbreuk niet versaagtalleen
die zinnen, waarin bij de gedachte aan de
dierbare betrekkingen in het vaderland
warme liefde was uitgestort. En dan
welde opnieuw een traan op. Plet duurde
echter niet lang, of haar oogen schenen
weer helder, vroolijk en dapper, en de
vlijtige handen, die vier sterke zonen en
twee lieve dochters geleid hadden, zetten
zich, hoven den brief in haar schoot, en
onder den lustigen dans van de muggen,
aan het breien van den stuggen zeemans
broek.
(Wordt vervolgd.)