No, 173 1913 Donderdag 24 April. 27e Jaargang NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND lid in CHRISTELIJK- HISTORISCH reden lep Mpsioeo. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN De opgaaf van den spoordienst komt In dit nommer voor op de gebrul- kelijke plaats. FEUILLETON. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p.p1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel meer 10 cent. Het eerste isOmdat dienaam Staats- pensioen een leugen en het beginsel socia- listich is. Dat zullen we onze tegenstanders zélf laten zeggen; mooier l&n het toch al niet! De bekende, vrijzinnige heer Elout (in 1909 Kamer-candidaat van de liberalen in het district Enschede) beeft er in het Tijdschrift „De Tijdspiegel* van gezegd „Staatspensioen bestrijd ik, omdat het een vergrijp beteekent tegen de waarheid. Staatspensioneering is het geven van aal moezen onder den leugennaam van pen- sioei Zal dit duideljjk zjjn, of niet En zoo is het ook. Pensioen kan er slechts komen als er is geweest een dienstbetrekking. En die heeft er tus- schen den Staat en de ouden van dagen niet bestaan. Wat nu het beginsel betreft £De bekende, socialistische heer Wibaut heeft in zijn Prae-advies voor de Vereen, voor de Staathuishoudkunde en de Statis tiek aldus over het staatspensioen ge sproken //Verplichte verzekering is roof van staatswege op de arbeiders; staatspen sioneering is teruggave van een deel van hetgeen krachtens onze voortbren gingswijze van; hen is genomen." Zal dit duidelijk zijn, of niet? De maatschappij pleegt lóóf op den arbeider. En een stuksken van dit ont- stolene wordt hem nu door het Staats pensioen weer teruggegeven. Zoojs de"! socialistische leer. En dat is feitelijk het éénige argument, waarmee men het Staatspensioen goed praten kan. De naam is een leugen. En het beginsel is socialistisch. Wie waarheid wil in de wetgeving en wie het socialisme er buiten houden wil, die kèn niet meedoen aan de Staatspen sioneering. Eet tweede luidt: Omdat Staatspensio neering het verantwoordelijksgevoel ver slapt. Wéér zuilen we een man van Links hierover 't woord geven en laten getuigen van het kwaad, dat hij in hst Staatspensi oen ziet. Naastden deftigen, gemaniereerden toon van het leven inj den Franschen tijd treft ons een zekere gemoedelijke mede deelzaamheid, die^ met zekere, niets schromende openbaarheid het private leven van blijdschap en droefheid, van deugden en gebreken aan de groote klok hangt. Hel schijnt dat de scheiding tusschen het publieke en het private leven minder scherp werd gevoeld. Om dat duidelijk te maken ga ik u voor ditmaal een bloemlezing voorleggen uit de advertentie-rubriek der Middel- burgsche Courant, de eenige courant in onze provincie in dien tijd. Ziehier enkele Een overlijdens-annonce is van den volgenden inhoud „Vrijdag 1.1. schonk mfjn dierbare vrouw m(j het zesde pand onzer liefde, 29 beviel gelukkig van een dochter en bondag werd die beminnelijke vrouw, slechts 31 jaren oud zijnde, mij door den dood ontrukt, tengevolge van hevige toevallen. Wie de overledene gekend beeft en wie mijn situatie kent zal een Op 7 Mei 1912 sprak de heer mr. Mar chant, vxijz. dem. afgevaardigde voor Deventer, te Schiedam en waarschuwde daar (dat is dus nog geen jaar geleden) tegen het Staatspensioen. Het vrjjz. dem. weekblad De Wereld, van 10 Mei 1912, gaf verslag van die rede, waar te lezen staat, dat mr. Marchant breedvoerig betoogde het groote nadeel der Staatspensioneering, ook, doordat het verzwakt onder de massa het bewustzijn van voor zijn eigen toekomst te moeten zorgen. Is dit duidelijk, of niet Zonder bülp kan de arbeider niet alléén voor zijn oude toekomst zorgen, dèbt weten we ook wel. Daarom wil Talma's wet hem ook helpen. Zóó zelfs, dat bij de lagere loonen de patroon verreweg het grootste gedeelte van de premie betaalt. Maar de arbeider zorgt mee. En bij de Staatspensioneering schudt hij alle verantwoordelijkheid van zich af de Staat is er goed voor en die moet er maar voor zorgen Het derde argument ia: Omdat het den spaarzin tegenwerkt. Duizenden arbeiders kunnen niet spa ren dat weet iedereen. Maar dat „de" Nederlandsche arbeider niets zou kunnen sparen, is een leugen. Daar zijn er ook niet weinigen, wier omstandigheden dit v èi veroorlooven. Wat is nu het geval? Staatspensioen wordt in den regel afhankelijk gesteld van zekeren graad van behoeftigheid. En als dit geschiedt, houdt natuurlijk de lust tot sparen op, zoodra de arbeider 16 ven dien graad van behoeftigheid zou uitkomen. Voor de niet-aibeiders, die het Staats pensioen eveneens helpen wil, geldt dit in nog hooger mate. Als er een grens van behoeftigheid gesteld wordt, dan houdt het sparen op, zoodra ze die grens genaderd zijn, omdat verder sparen hun het Staatspensioen zou doen verspelen en dus schadelijk zou zijn. Het vierde argument Omdat het den arbeider niet noemenswaard verlicht. Eenzijdigheid en onkunde zfjn groot! Het mooie van de Staatspensioneering moet dan ook hierin gelegen zijn, dat de arbeider heel geen premie hoeft te betalen. Laat nu ieder zelf narekenen. Min. Talma heeft voor zijn Wet be rekend, dat voor een mannelijk persoon in de loonklaase, als hij op 16-jarigen traan plengen bij het aandenken van een voortreffelijke vrouw en moeder en een diep bedroefden vader." Nog een andere: „Onze geliefde zuster is heden in den ouderdom van 53 jaren aan een lang durige borsttering overleden. Zoo voor beeldig als haar geheelen levensloop was, zoo uitnemend was ook haar christelijk geduld in haar laatste lijden, en de vreugde waarmee zij haar naderend einde tegemoet zag. Tot haar laatsten adem tocht waren allen die haar omringden getuigen, dat een volkomen vertrouwen op den inhoud van Jezus' Evangelie een volle bron van troost en blijdschap opent, uit welke stroomen van de reinste ge noegens voortvloeien. Elk die de over ledene kende gevoelt hoe treurig ons het verlies is van zulk een beminnelijke en voortreffelijke aanverwante, maar wij trachten, naar onze christelijke verplich ting in den altijd goeden en wijzen wil van den Hemelschen Vader te berusten en vertroosten ons in het vroolijk uit zicht baar eenmaal volkomen zalig ln de gewesten der eeuwige heerlijkheid te zullen wedervinden. Wij houden ons, zonder schriftelijke verklaring te begee- ren, volkomen verzekerd van de liefde rijke deelneming onzer vrienden en be kenden.» leeftijd begint, aan premie voor ouderdom en invaliditeit per week moet worden betaald 20 9 cent. Daarvan betaalt dan nu, als men weet, die arbeider 5 cent. En trekt dan zoowel ouderdoms- als invaliditeitsrente en wee- zenrente. Maar voor Invaliditeit alléén zou de premie tóch nog 16.1 cent per week bedragen. Reken nu zelf maar na. Het Staatspensioen zou uitsluitend een weg openen voor de ouden. Niet voor de invaliden. Terwijl toch vier vijfden van Talma's premie juist voor de Invaliditeit weggaat. Als dus ooit het Staatspensioen komen kOD, zou daan éést toch nog een inva- Uditeits-verzekering moeten komen. Van den Staat is dan niets meer te wachten. Het Staatspensioen slokt het geld op. Zoodra vier vijfden van de premie, die Talma thans vraagt, toch nog weer voor Invaliditeit zou worden opgevorderd. Al dat zeggen, dat men den arbeider van een vreeseigke premie afhelpen moet en d&Arom wel voor Staatspensioen moet ijveren is een dwaalpraatje, anders niet. Het vijfde argument: Omdat gezagheb bende mannen van Ixnks zoo ernstig heb ben gewaarschuwd tegen volksbedolterij. Var Jauiès weet men het. De bekende socialistische leider in Frankrfjk, die royaalweg heeft gezegd dat hij aan het voorspiegelen van een pensioeD, waarvoor het volk géén premie behoeft te betalen, niet meedoet. Ds. de Haas te Sneek zei daar ten vorigen jare ln openbare vergadering van, toen hij debatteerde tegen den heer Smeenk: „Sterk stond de spreker in zijn beroep op Jau ès.« Van mr. Treub weet men 'took. En van zijn twee groepen, waarin hij de voorstanders van het Staatspensioen verdeelde 1. De naïeve optimisten, die op finan tidel gebied alles hoe buitensporig het ook zij mogelijk achten. 2. De „slimmelingen", die uit de staat- pensioneering politiek voordeel hopen te kloppen en die zich zorgvuldig onthou den de finantiëele zijde van het probleem met den noodigen ernst onder de oogen te zien, en zoodoende ook zichzelven bedriegen om het zelfverwijt te ontgaan van bewust bedrog van anderen. Dèt is het oordeel van Jaurès in Frank rijk en van Treub bij ons. Het spreekt van volksbedotterij 1 Het zesde argument: Omdat het niet vereenvoudigt. En na nog eene merkwaardige geboorte annonce. Niet alleen merkwaardig om den gemoedelijken toon. Het is deze: „Mijne geliefde huisvrouw verloste heden zeer voorspoedig van haar vierde dochter, ons veertiende kind, 't geen met alle overige, welgeschapen en wel varend, onze vreugde en dankstof, maar niet minder onze zorgen en moeiten vermeerdert." En die gemoedelijke openbaarheid blijft Diet beperkt tot het terrein van droeve of blijde gebeurtenissen in het familie leven, maar strekt zich niet minder uit tot het terrein van zonde en dwaling, een terrein dat wtf, zooal niet met den mantel dei liefde, dan toch liefst met een sluier bedekken. Het zou mij waar lijk geen moeite kosten u uit dezelfde rubriek te bewijzeD dat onze vaders in dengoeden ouden tjjd zich aan alle geboden Gods schuldig maakten en de mededeeling daarvan niet alleen onder elkander fluisterden, maar het ln de courant zetten ook. Hoor maar eens: //Alzoo de huisvrouw van Jacobus van de Mosselaar, met den naam van Maria Johanna van Daale, den 16 Augustus is weggegaan en haar huishouden ver laten, zoo wordt dezelve verzogt zich ten spoedigste bij haar man te vervoegen." Het Staatspensioen, zegt men dan, is zoo //eenvoudig" in zijn uitwerking, terwijl de verplichte verzekering zooveel rompslomp medebrengteen „leger" van ambtenaren, groote en lastige bereke ningen, veel omslag voor patroon en arbeider. Nu zal dat 1 èst meevallen Met al zulke zaken staat het zóó: Wie er tegen aan kijkt, ziet een berg en wie er in zit, vindt het een klein heu veltje. Er wordt natuurlijk ook sterk overdreven, om Talma's wet in een hatelijk daglicht te stellen. Maar dan rög. Altijd weer wordt er bij verzwegeD, dat het Staatspensioen alléén dient voor den ouden dag, terwijl de wet van Talma óók dient voor invaliditeit. De mannen van het Staatspensioen, die dan voor invaliditeit apart moeten zorgen, krijgen daarbij vanzelf óók met allerlei romp slomp te maken. Dus die vergelijking inzake de eenvoudigheid gaat heelemaal niet op 1 Het zevendeOmdat het een sprong in het duister ia. Hier doelt men op de kosten. Mr. Treub schat de kosten op minstens 20 millioeD. Het Engelsche stelsel zou hier 25 millioen kosten, als het pensioen op 70 jarigen leeftijd inging en 40 milli oen, als het ingiDg op 65 jarigen leeftijd. Waar het geld weg te halen? Men zegt: haal het, waar 't zit. Maar niemand geeft een goed plan. Ook de heer PatQn niet. Men zegt, de arbeiders kunnen geen premie betalen. Pensioenbelasting soms wel Staatspensioen blijft een sprong in het duister. Het achtste argument luidt aldusOm dat het staatspensioen de zedelijke ver houdingen verstoort. Ook onder de arbeiders moet het besef levendig blijven, dat het pensioen is een uitkeering, die zijzelf hebben veidiend, omdat het onbreekbaar vast zit aan de premie, die er voor is betaald. Staatspensioen verstoort dit. En geeft b.v. aan een arbeider, zonder kinderen, die z'n gansche leven best heeft verdiend, maar die roosje liet zorgen en opmaakte wat er binnen kwam tóch pensioen, waarvoor hij nooit een halven cent heeft betaald. Zülke arbeiders zijn er ook. En voor hén zet Staatspensioen 'n premie op de zorgeloosheid. Op allerlei wijze sloop de laster rond, vooral in een tgd, toen het mysterieuse zoo gaarne geloofd werd. Zoo was een der toenmalige practg- ken om zijn naasten te benadeelen hem of zijne bezittingen met „spookerije* besmet te verklaren. Onder de talrijke annonces aan dit onderwerp gewijd, zij deze eene genoeg als type, ook van vele anderen „Alzoo Johannes Emans bekent ge woond te hebben in het huis van Tho mas Been, staande ln de Gravestraat, dat door hem en zijn huisgezin belastert is met spookerije, bekent het voorden rechter leugenachtig te zijn." Nog weer ean andere annonce spreekt van een ander kwaad. „Wordt verwittigd van wegens Alle- gonda Lieve Blemel, wonende te Vlis- singen in de Rijzende zon, gelegen in de Weststraat, dat zjj hoegenaamd geene schulden, onder welke voorwendsel het ook zoude mogen wezen, dewelke haar gewezen man Cornells van Berkel zou maken of gemaakt hebben, haar eenigszins zal aantrekken oftewel bets- Isd, destemeer also sjj wettig, na be hoorlijke liquidatie van alles, ls gesepa reerd van tafel en bed." Egter volhardt haar opgemelde man, door snoode, onrechtvaardige, gtïnven- Dit is geen ij dele vreeze Over de Deensche staatspensioneering ze^t Sörensen, dat deze wet ln Denemar ken den zin tot sparen bij de bevolking tegenwerkt. En onze Prof. d'Aulnis merkte opGevallen zijn geconstateerd, waarin spaarbanken van werklieden sedert de Inwerkingtreding van het Staatspensioen zijn opgeheven en de spaarpenningen verteerd. Het negendeOmdat Staatspensioen de totstandkoming eener invaliditeitsverzeke ring op de lange baan schuift, zoo niet onmogelijk maakt. Talma zorgt voor beiden asim. Maar als de Staatspensloneerders ooit hun zin kregen, dan begrijpt ieder wel, dat de verzekering tegen invaliditeit van de baan gekegeld is. Al bet geld, al de tfjd en al de aandacht is voor den onder- dom. En voor de invaliditeit is nóch geld, noch tgd, nóch aandacht beschikbaar. Wat dit zeggen wil? Zie dat eens aan Duitschland. Daar liepen in het jaar 1910 slechts 102.362 ouderdomsrenten tegen wel 893.585 invaliditeitsrenten I Vergelijk nu die cijfers eens I Dan ziet ge, hoe de verzekering tegen invaliditeit van veel meer belang ls, dan die tegen den ouderdom. Talma zorgt voor beiden saam. Maar de Staatspensioneerders zouden maken, dat er practisch in geen jaren en jaren van wat het meest noodig ls de invaliditelts verzekering ook maar iets terecht kwam. Tenslotte het tiende argument: Omdat de mannen van Links in vroeger jaren ons tegen het Staatspensioen zoo kras mogelijk hebben gewaarschuwd. „Land en Volk", dat eenige jaren lang het dagblad was van de vrijzinnig-demo craten, noemde het StaatspensioenPoli tieke wisselruiterijals men weet de geniepigste bedriegerij, die in den geld handel kan voorkomen. Voortsiets dat in strijd is met de politieke eerlijkheid en nauwgezetheid en «riets, dat niet iim". Dat was in 't jaar 1909. In hetzelfde jaar noemt mr. Treub dit stelsel van staatsarmenzorg, dat met den leugenachtigen naam van pensioen wordt gesierd: »Bewu8t bedrog". Mr. Veegens in 1910 noemde het: Een „onberaden stap", een „onbekookt plan", een „volkswaan van den dag", een „monopolie der socialisten*. Dr. Bos in 't jaar 1909 teerde acten,wissels en dergelijke schelm stukken, van haar het weinige overschot te krijgen, en alzoo door onbehoorlijke listen, vrouw en kinderen tot den bedelzak te brengen". En leest nu nog ten slotte deze adver tentie „Dewijl baatzuchtige lieden, zoo gezegd wordt uit Middelburg, hebben uitge strooid, dat juffrouw de Bruin-geboren de Geer, te Rotterdam in de kraam heeft ge legen van een zoon, en dat kind aldaar is besteed, belooft ondergeteekende tot repu tatie van gemelde juffrouw, een Premie van Honderd Ducaten, waarvan de helft zal gegeven worden aan de Armen van Middelburg en de andere helft aan den aanbrenger, die bewijs kan geven van deze schandelijke aantijging en weet aan te wijzen, waar dat kind gebleven is en anders houd ik de uitstrooiers voor infame eerroovers en schandelijke voor werpen voor de maatschappij, dewijl de juffrouw en haar deugdzaam karakter mg bekend ls". Wat dunkt mgnen lezers, had Salomo niet geigk, toen hg in zgn Spreukenboek schreef„Zeg niet, dat de vorige dagen beter waren dan deze, het zou niet van wgsheid getuigen" M. DBK. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1913 | | pagina 1