No. 36 1912 Maandag 11 November 27e Jaargang. N1EUWSBLAD VOOR ZEELAND mrnrnmt ng te koop GHRISTELIJK- HISTORISCH ëïnmülIHB™" oor 7 jaren, De Balkan-Oorlog. Uit de Provincie. D TE KOOr wUe, aan de Oost- weg, groot 0,95,90 tot den 21 No- kantore van Nota- apeil e. terstond eimenshoek, groot cA. bekomen ten kan- PILAAR vóór 12 rderden leeftijd ds beklante rmans- \rs-Affaire, ide in IS, WERKPLAATS rdere TIMMER. ingewacht tot en dagelijks te bo rn des Zondags bij iANSE te Melis- of zonder loodon AART, Ritthem. Mei iWi tori ODDE, St. Janshof, Maart [necht C. CRUCQ, older, Arnemuiden. Mei VISSE Sz., Meliskerke. COPPOOLSE Pz., I. Rhijnsbnrg. Aan zoo goed als nieuwe &chine met of ;e koop en twee maanden. amilie te Ostende, November, wegens itbode, tegen boog rBODE neid-alleen, een le koken en van rzien. Brieven on- Bureau van de ïari a. s. oerendienstmeid oog loon, bij JSE, landbouwer, te Kruiningen. scben niet noodig. ntiën aan Mej. J* straat, Boskoop. lagd: or huishouding, en )m kan gaan tegen WIJTMAN, Lange d e I b u r g. IEL B-ROTTER DA If- >er 1912. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE jONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIEN De voortzetting van den strijd. Goes. In een Zaterdagmiddag alhier ge houden vergadering van de Goe3Che Es peranto vereeniging is o.a. besloten een maandblad voor Zeeland uit te geven en verschillende lezingen op touw te zetten. )OP aspompen, iandknecht be- (Z.-H.) wordt ge- mstbode, otdient ndags) van Vlissin- lburg 8.30 van Rot- rboot -ZIERIKZEB. er 1912. urg op werkdagen ndagen alleen 7,30. 3 dageiyks, uitgezon- 2,15op Donderdagen om 6,30 en andere dags 7,30. onge-Verwest, Goes- IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1.25 Enkele nummers0.05 11 Nov. 1912. UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 1—10 regels 1.—, iedere regel meer 10 cent. ïèïSJSSBIB Cijfers van moraliteit. Ook het geboortecijfer teekent den volkstoestand, en nu is het toch metter daad opmerkelijk, dat de Bulgaren, Ru- meniërs en Serviërs, die alle drie vroeger onder Turkije stonden, sinds zich vrij hadden gevochten, en nu zoo sterke en cordate militaire positie innemen, verge leken met ons land, in het geboortecijfer zoo gunstig staan. In 1907 waren deze cijfers voor de Bulgaren 43 6 per duizend inwoners, voor de Rumeniërs 41.7, en voor de Serviërs 40. Cijfers, voor dat jaar door de geboor ten in geen ander land overtroffen. En daartegonover wjjst men dan wel sma delijk op Frankrijk, dat in 1907 op 19.7 stond, maar toch vergete men niet, dat ook Nederland in dat jaar reeds op 30 gedaald was; en wat nog veel erger is dat we in 1911 van dit cflfer van 30 reels wter gezonken waren op 27.8, in vier jaren tjjds. Hoe verder men teruggaat, hoe meer dan ook blykt, dat het geboortecijfer in z|jn gestadige daling voor Nederland een statistieke aanklacht is. Nog in de periode van 1875—'79 stonden we op 36,5. Nu evea dertig jaren later z|jn we reeds op 27,8 gedaald, en in de grootere steden zelfs op 26.9. Dat heet dan vrucht van beschaving, en geleerde doctoren komen er u b|j ver zekeren, dat zelfs het afdrijven van de vrucht geoorloofd is, en raadzaam kan zijn. Zoo gaan ook w|j den weg van Frank rijk op, en is 't alleen de hygiëne die door een verlaging van het sterftecijfer voor het op streek houden van de bevol king zorgt, en dat teiw|Jl ginds in het verre Oosten de volken in het doorzetten van het natuurlijke leven nog de kracht vinden, niet alleen om een oorlog aan te durven die een ieder verbaasd heeft, maar om ook, door hun geboortecijfer, steeds tair|jker legers te kunnen uitbrengen. Zoo wordt het zedel|jkheidsg6diDg ook voor ods volk en z|jn toekomst van steeds gewichtiger beteekenis. Immers gaat 't zoo door, dan wordt ons toch reeds zoo klein percentage op de bevolking van Europa gestadig van minder bedmdenis en verliest zelfs ons stamleven in Amerika en Afrika in repre sentatieve kracht. Standaard. o— Gansch de pers hoort men gewagen, Dat men in de laatste dagen, Oie de Wij umaand bieden mocht, d' Oorlogsfazkei nog niet biuschte, 't Zwaard niet in de scheede rustte, Men voortdurend hevig vocht. Wat November gaf t' aanschouwt n, Kunnen wy de pers vertrouwen, W|jst ons bjj vernieuwing aan, Dat de Chnsten-bo.ndg6nooten Onvermoeid en onverdroten Keer op keer de Turken slaan. D' optimistische verhalen Van de Turksche zegepralen, Kwamen niet uit goede bron. 't Waren doekjes voor het bloedeD, Schoon zjj geen verlies vergoeden, Men geen duimbreed er mee won. Macht noch wreedheid konden baten, De verbonden BalkaDstaten, Gingen voort aan allen kant Immer verder door te dringen, Dorp en stad den Turk ontwringen, Het ae wapens in de hand. Voet voor voet zag men hen winnen, Serviërs rukten Uskub binnen, Stelden er hun woord tot wet. Eu het leger der Hellenen, Voor Saloniki verschenen, Heeft reeds deze stad bezet. De Bulgaren niet in 't minste tevreden met de vrinste, Die men zich beschoren zag, Blijven al hun kracht inspannen, 't Leger van de Muzelmannen, To verzwakken dag aan dag. In de laatst verloopen dagen, Z|jn den Turken zware slagen En verliezen toegebracht. Niets hield de Bulgaren tegen, En geen zwaard, noch kogelregen, Brak hun moed, weerstond hun kracht. Dapper en stoutmoedig strjjden, Zegevierend voorwaarts schrjjden, Overwinnen slag op slag, Kan men zonder overdryven, Van 't Bulgaarsche leger schaven, Van 't begin tot op deez' dag. Immer blfjft de strfjd nog duren, Het is vangen, veehten, vuren, B|j het licht van zon en maan. Menschen wonden, dooden, slachten, Houdt bjj dagen en by nachten, Immer en voortdurend aan. En wat zal er nog geschieden, Bl|Jft de Porte weerstand bieden Ter voltooiïDg van zyn val? Ed hoevele duizendtallen Zullen door het zwaard nog vallen, E^r men vrede sluiten zal? Volk van Neêrland, looft den Heere Geeft zyn Naam en goedheid d'eerei Voor den zegen, dien Hy geeft, Dat men u niet roept ten stryde, Met uw zonen aan uw zyde, Gy in rust en vree nog leeft. A. WABEKE. Wemeldinge, 10 November 1912. Nog verkeert Europa in bet onzekere omtrent den naasten toekomst. Wat zal die brengen De gevechten om da linie van Tsja- raldzja duurden neg voort, doch wellicht staan de Bulgaren, op het oogenblik waarop w|j dit schrijven, reeds voor de hoofdstad van het Ottomaanscbe ryk. Want het zag er naar uit, dat de Turken ook by deze linie een zwaren nederlaag zouden ïyden, en van den uitslag van dezen stryd hangt, naar de algemeene opvatting, het lot van Konstantinopel af. Winnen de Bulgaren het, dan is de toestand in .één wooiü hopeloos. De over heidspersonen zullen terstond Koostan- tinopal moeten verlaten en naar Broessa oversteken. Alle gezag zal ophouden. Dan zal de Zieke Man daar teneerlig- gen, verslagen, ontzield. Daar liggen dan de strijders voor Mohammed als slacht offers van hun valschen misleider. De Halve Maan veiblpekt, en maakt plaats voor het Kruis, het symbool van de beiydenis van den levenden God, die niet voortdurend met Zich laat spotten. Het recht is aan de zyde van de Bulgaren De bezieling, die hen voortdry ft, werkt veel meer kracht, dan de eisch van Mo hammed, wiens leer by tegenspoed als hier ondervonden, terstond in twyfel ge trokken wordt. Daarom zullen de Bulgaren zegevieren. De begeerde viyheid was reeds zoo lang onderwerp hunner vurige gebeden. Zjj vertrouwen op hun God, en zyn over tuigd, dat Hjj hen helpen zal, hetzy vroeg of laat. Om op de oorlogsfeiten terug te keeren, er bestaat nog een sprankje hoop voor de Turken. Dit zal echter ook weldra vervliegen. Sedert de aankomst van de buiten- landsehe oorlogsschepen heeft men in Konstantinopel weer moed gevat. Aller oogen zjjn nu op de Tsjataldzja-iyn ge- vestigd.Zoolang de Turken die handhaven, voelt men zich daar vrijwel gerust, 't Zal wel weer de vrucht zyn van het dikwyis ongelooflijke optimisme, dat gedurig by den Turk valt waar te nemen. Want ook op andere plaatsen krijgt Turkije slag op slag, niet minder hevig, dan in Thracië. Adrianopel is als het ware geheel in de macht der Bulgaren gekomen na de verovering van de twee stellingen, Kartal Tepa en Papa Tepe. Ieder oogenblik kan de stad vallen. Eregli, de kustplaats aan de Zee van Marmora, voorby Rodosto, is thans ook bezet, dus ook langs de kust schrijden de Bulgaren langzaam maar zeker verder. Van niet weinig invloed is de hui dige weersgesteldheid. De winter moet reeds ernstig begonnen z|jn. Het vriest al flink. Hierdoor is de grond hard, hetgeen weliswaar bet wagen verkeer vergemakkelijkt, doch daarentegen het graafwerk zeer moeilijk maakt. Er kan niet genoeg nadruk op gelegd worden hoe buitengewone goede diensten de Bul gaarsche ossentreinen verrichten. De ossen kunnen op alle wegen voorwaarts, ook, waar paarden zouden blijven steken. Z|j gaan over alle hoogten heen en de kolonnes gaan steeds geluidloos hun weg en er heerscht nimmer verwarring. De dieren loopen zoo goed in de ry, dat er tusschen twee kolonnes, die elkaar ont moeten, steeds Dlaats voor de voerlieden bljjfc. In één woord, ze zyn onbetaalbaar. Ondertusschen ljjdt Turkije ook ge durig in Macedonië en Albanië den nederlaag. Saloniki heeft zich overge geven. Een stiydmacht van OEgeveer 25000 man is daardoor onschadeiyk ge maakt. De Serviërs en Montenegrynen hebben Dzjakowitsa verlaten en trekken verder in de richting van de Adriatische zee, zoo men weet de door de Serviërs zoozeer begeerde kust. De Albaneezen bereiden een nieuwe actie voor. Dezer dagen zal een deputa tie, die uit twee katholieken, twee ortho doxen en drie Mohammedanen bestaat, naar het buitenland gaan om de mogend heden hun eischen mede te deelen. Deze bestaat daariD, dat de Albaneezen als het status quo op eenigerlei wyze ver anderd wordt, steuDen op de afspraak van 1897 tusschen Prinetti en Golochefs- ki, die volkomen zelfbestuur en neutra liteit van de Albaueesche kust oischte. Daarom moest ook de tegenstand te Skoetari, waarin 18000 Albaneescbe vry- willigers staan, zoo hevig zyn, daar het onvoorwaardeiy'k by Albanië moet biy ven. Wat de mogendheden intusschen uit voeren? Het isbyna niet mogeiykuitde chaos van ambtelijke, half-ambteiyke, officiëele, offleieuse en tegenstrydige be richten w|js te worden. Ziehier enkele berichten en geruchten, ontleend aan een particulier telegram aan de Nieuwe Crt. Het zou aan de Balkanstaten overge laten worden zelf te verdtelen en Europa zou dat moeten sanctioneeren. De actie van Oostenryk is daarom voorbarig. Wel moeten de Balkanstaten de Turk sche staatsschuld overnemen en zouden zy daartoe reeds, vertrouweiyk hebben toegestemd. Tegen het verleenen van eco nomische voordeelen aan Oostenryk is geeD bezwaar mits deze bevoorrechting niet te ver ga. De Fransche pers gelooft aan de mo- geiykheid van een compromis en heeft den indruk, dat Oostenrijk door Duitsch- land en Italië teruggehouden wordt. De Eogelsche pers is zeer pessimistisch. Bonar Law (leider der conservatieve op positie) zeide in een rede te Liverpool, dat met de mogelykheid van een Euro- peeschen oorlog rekening gehouden moet worden. De Engelsche biaden ontkennen dat de Triple Entente reeds een gemeen- schappeiyk standpunt heeft vastgesteld. Een Reutercommuniqué verklaart dat er voor al te groot pessimisme geen reden bestaat, al is de zaak ernstig. Het beste is, niet te veel te praten. Beter is 't, dat de groote mogendheden de Alba- neesche kwestie oplossen, dan Oosten ryk en Servië alleen, want de Europeesche vrede is het gewichtigst. In Weenen geeft men officieus toe, dat nog niet te zien is, hoe de moeilijkheden opgelost kunnen worden, maar heeft men hoop, dat dit in vrede gelukken zal. Erger dan een blanco-artikel. Het is nu al meer duideiyk geworden de sociale paragraaf van het concentratie-program werd door mr. Tydeman geïnspireerd, schryft volgens Het Centrum het Arn- hemsch Dagblad. De oud-liberalen kunnen tevreden z|jn. Mr. Tydeman wil een minimum-uit- beering aan behoeftige ouden uit de Staatskas, eene uitbreiding der armen zorg. Tegeiykertyd moet echter de viy- willige verzekering mogelijk gemaakt. Van een verplichte ziekte- en invalidi teitsverzekering wil hy niet weten. Ook hier moet bet viywilligheidsbeginsel triumfeeren. De viyzinnig-democratische heer Bos gaat hiermede accoord. Maar hy verwacht wel, dat die triumf van het vrywillig- heidsbeginsel niet schitterend zal zyn. Men zal eerlang tot de ervaring komen, dat men zonder verplichting weinig be reikt. Deze verwachting van dr. Bos rust o. i. op goede gronden. Maar wat is dan het gevolg van een overwinning der vry- zinnige concentratie Dat de sociale wet geving voor lange jaren wordt stop gezet. Ten slotte zal men dan weer terugkeeren moeten tot een verplichte regeling als minister Talma voor ziekte en invalidi teit reeds nu in ontwerpen belichaamde. De „concentratie* is een wezeniyk ge vaar voor onze sociale wetgaviDg. De geest van mr. Tydeman, de vryheids- idee van het liberalisme komt in het concentratie-program tot uiting. Dat merkt ook de oud-libnrale hoofdartikeien- schryver in De Controleur met groote biydschap op. Hy ziet in aie concentratie een herleving van de oud-liberale begin selen. Mr. van Hoaten beleeft op zijn ouden dag nog pleizier vaD zyn geest verwanten Wat de concentratie, bezield door zulk een geest, zal doen met de Stuwadoors wet byv., behoeft men niet te vragen. Evenmin of van haar iets is te verwach ten voor eenige regeling van den arbeids duur, voor ae bestryaing der huisin dustrie, enz, Het sociaal program der vryzinnige concentratie is oud-liberaal. Terecht spreekt de heer G. W. S(annes) dan ook in zyn tweede artikel van „een concessie aan de oud-liberalen". Het program als geheel doet den aictater-ader van den Weekblad-scbry ver vloeien. Hy wyziüt een oud versje aldus: „Bluf, bluf, allemaal bluf, Wat zou de vryzin anders geven? Bluf, bluf, allemaal bluf, Zonder bluf is de vrljjzin duf." Niet onaardig „Bluf" is de zoogenaamde Staatspen- sionneeiing*. En al het andere is buiten gewoon «duf". Voor die „concentratie" waarschuwen wy allen, die een krachtige sociale wet geving binnen den kortst mogeiy ken tyd begeeren. Om ten voorbeeld. Onder uit opschrift schryft De Stan daard Wat thans zich op den Balkan afspeelt, kan ons ten voorbeeld strekken. Turkije telt, volgens de opgave van den Gotha-Almanak, ruim 24 millioen inwo ners, en de drie Balkanstaten, met Grie kenland incluis, nog niet de helfr. Ze stonden in 1910 nog pas op 10341,118 In woners. Op zichzelf zou men dus gezegd hebbeD, was een oorlogsverklaring van die vier kleiDe Staten aan het machtige Tuikye een wanhoopsdaad. Wat zouden de tien tegen de vier en twintig vermogen Een vraag die te meer kiemde, daar de troepenmacht, die over en weet in 't veld kon worden gebracht eveneens zoo onge- lykmatig in de verhouding was. Turkye rekende op by na anderhalf millioeD sol daten, de vier geallieerde Staten slechts op 700.000 saam, reservisten en achterban er by genomen. Ook was uit de historie te over bekend, wat verwoede en uitnemende solde ten de Turken reeds van nature waren,eD boven dien wist men tot wat hoog peil van ver- weerkracht de Duitsche generaal Von der Goltz deze massale militaire macht had opgevoerd. Wie den toestand niet kende, beefde dan ook op het denkbeeld van wat aan de overmoedige Balkanstaten op het oorlogs veld te wachten stond. En toch viel het zoo heel anders uit. Niettegenstaande een legermacht, uit de legers van vier 8taten saamgebracht, altoos zwakker staat dan het leger van één enkele Mogendheid, bleef dusver de overwinning op schitterende wyze aan de zyde van de in 't getal verre inferieure volkeren. Een succes dat ze dankteD, zeker ook aan hun uitstekende wapening, maar toch bovenal en in de eerste plaats aan de heilige geestdrift, die in aller hart voer, en de soldaten op het slagveld met een schier ontembaren moed tegen de Turken deed oprukken. Nu vormen wy met België een Sta ten tweeheid, die veel sterker bevolkt is dan de vier Staten die thans in oorlog zyn. Zij tellen saam even 10 millioen inwoners, wy met België by na 14 millioen. Reken daarnaar nu af, wat troepenmacht wy saam te velde zouden kunnen brengen, byaldien onze legers naar verhouding even talryk waren. Althans kort aan de 980.000 man, en, by een iets hooger span ning, licht een millioen. Toch komt de statistiek u zeggen, dat reeds deze etjfeis er niets naar Ijjken, en als ge nu de gesprekken van de publieke opinie raadpleegt, dan beluistert ge onder ons publiek schier niets dan moedeloos heid. Wat zouden twee zoo kleine staatjes als Nederland en België ooit vermogen Antwoord Niets, 5 oo ge uw moedeloos heid niet laat varen. Maar ook alles, in dien ge Bulgaren en Serviërs, Grieken en Montenegrynen in geestdrift en in liefde voor uw land weet te evenaren. Op hetzelfde aanbeeld slaat De Neder lander. De Bulgaren hebben begrepen, dat een volk, dat vooruit wil komen, vóór alles moet zorgen sterk te zyn. Zy hebben ingezien, dat slechts het zwaard hUD v/yheid en onaf hankelykh-id geven kon, mat de natuuriyke grenzen, waarop zy aanspraak hebben en dat z|j, zoo z|j tot welvaart en ontwikkeling wilden komen, zich eerst met het zwaard in de vuist eene eervolie plaats moesten veroveren. De socialisten gaan nog maar steeds voort te schimpen op het militarisme en het volk te verzekeren, dat het geld voor de sociale hervormingen door be zuiniging op leger en vloot kan worden gevonden, maar de gebeurtenissen der laatste dagen weerleggen hen volkomen en de Nederlanders mogan zich nu wel eens afvragen, of zy, mut hun zooveel grooteren rykdom en hun ze.:'- millioen inwoners, als het noodig was, evenveel kracht zouden kunnen ontwikkelen als het arme Bulgarye, dat ongeveer drie millioen inwoners heeft en nauweiyks dertig jaar bestaat. Goes. Wy herinneren er aan, dat het morgen, Dinsdae. geen toondag is. De toondagen zyn 19 en 26 November. De verordening is gewyziga alleen de twee laatste Dinsdagen iD November zyn toondagen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1912 | | pagina 1