No. 286 1912 Donderdag 5 September. 26e Jaargang. N1EU WSBLAD VOOR ZEELAND. GHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Zij die zich met 1 Oct a. s. op ons blad abonneeren, ontvangen de nog in September verschijnende nummers gratis. Buitenlandsch Overzicht. Frankrijk. Marokko. Turkije. Duitschland. Vlisslngen. Men deelt ons mede dat het s.s. Kursk, dat vermoedeiyk op de Zeeuwsche kust is vergaan, geloodst werd door den Belgischen zeeloods L. Minnecré te VlissiDgen. De heer Minnecrö staat bekend als een zeer oppassend man, hy is vadsr van vier jeugdige kinderen. Rilland-Bath. In den tuin van dhr. P. de Hamer is eene witte kool aange troffen, die het kolossale gewicht be reikt» van 20 pond. •*•1 A- IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 1# eeat. Pamilieberichten van 1—li regels 1.—, Iedere regel meer 10 cent. Aller oogen zjjn op de Middellandsche Zee gevestigd. Dat is te zeggen, Oosten- rjJk-HongarjJe, Italië en Frankrijk laten zich er veel aan gelegen geliggen, wie daar op macht kan bogen. Engeland heeft er niet zoo veel meer te zeggen. Zeker, nog een paar aardige posten bezit het, maar toch gaat het er tegenwoordig om, welke van de drie eerstgenoemde landen aan de Middellandsche Zee de meeste bezittingen heeft, of daar de grootste kracht kan ontwikkelen. Voor Frankrijk staat het er niet meer zoo gunstig vooralthans, dit mogen wjj ge rust aannemen, als een Fransch blad zelf de toekomst somber voorstelt en ons door vergelijkingen duidelijk maakt, dat de Fransche vloot niet veel beteekent, en het pas aangenomen vlootprogram beslist onvoldoende is. Ziehier enkele cijfers, die ons doen zien, dat er voor Frankrijk werkelijk wel eenige reden tot bezorgdheid bestaat. De Figaro wijdt een beschouwing aan de tegenwoordige en toekomstige sterkte der vloten van Oos- tenrljk-Hongarjje, Italië en Frankrijk, natuurlijk met het oog op de Middelland sche Zee politiek. Op het oogenblik kunnen Italië en Oostenrijk samen 17 moderne slagsche pen uitbrengen, bewapend met 216 kanon nen van zwaar kaliber; Frankrijk kan 12 linieschepen met 150 stukken van zwaar kaliber hiertegenover stellen. In het jaar 1913 wordt de Italiaansch- Oostenrjjksche groep versterkt met 5 dreadnoughts, de Fransche vloot met slechts 2 dergelijke oorlogsbodems. In 1914 komen 2 Qostenryksche en 2 Itali- aansche oorlogsschepen in dienst, tegen 2 in Frankrijk. In 1915 en 1916 wint Franzryk eenig terrein, hoewel de beide anderen ook niet stil zitten. In deze periode zullen twee Italiaansche superdreadnoughts voor den dienst gereed komen, welke de eerste zjjn van een zestal dergelijke typenOostenrijk krijgt tusschen 1913 en 1917 acht groote pantserschepen tot zijn beschikking. De vergelijking blijft derhalve steeds ten nadeele van de repu bliek. Het ziet er alzoo niet gunstig uit. Het valt ons niet vreemd. Immers Frankrijk gaat met reuzenschreden achteruit. De energie verflauwt, de geest verslapt. Op elk gebied openbaart zich achteruitgang, ea waarom zou die niet in de landsver dediging ontwaart kunnen worden? De Fransche pers wijst er, zooals ge zegd, zelf op. Uitstekend, tenzjj het te laat is. Wat het meesterschap in de Middellandsche Zee betreft, komt Fran krijk lang niet vooraan. De actie der Italianen treft het meest. De Turksche oorlog is een uitvloeisel van het streven aaar versterking en uitbreiding van de kustplaatsen. En de vlootbouw is er op berekend. Aan Marokko denkende, spieken wij nog eens over den pas afgetreden sultan. We kennen allen Moelai Hafld. In vele iUustratiën prijkte zijn portret, en onwil lekeurig werden wij getroffen door dien schranaeren kop, dat robuste uiterlijk. Het is een forsche prachtkerel. Op zijn wandeling door Parijs maakt hü een kraningen indruk, zóo dat een dame je verontrust zeideAls ze allemaal zoo zijn, de Marokkanen, en ze vallen ons op het HJf, dan zullen onze soldaten het niet gemakkelijk hebben Het lflkt wel een mengsel van majes telt, zinnelijkheid en overpeinzing, van kracht en list, zegt men, ook vian list, hoor! Bn men houde hem in de gaten. Want hij mag nu onschadelijk zjjn, zich zich bezighouden met onschuldige lief hebberden temidden van een beschaafde natie, geloof niet, dat hij voor goed on schadelijk is. Zeker, hij ziet er barbaar- scher uit, dan hij werkelijk is, het lijkt een flink geschoold persoon, maar dat maakt den indruk niet minder veront rustend, want hij is blijkbaar niet gaauw te verschalken. Zoo zit men zich te Parijs al bang te maken voor den Marokkaan- schen burger, en deze gedraagt zich niet anders dan een Zeeuwsch burger man netje, dat zijn vacantie te Scheveningen doorbrengende, z'n oogen de kost geeft, z'n bewondering laat blijken bij het zien van al de vreemde kleederdrachten en in een recht behageiyke stemming komt bij al de geriefelijkheden, die een moderne badplaats biedt. Zoo slentert Moelai Hafld door Parijs, zooals begrijpelijk, overal de aandacht trekkende. De noodige souvenirs worden ingeslagen. Zaterdag heeft hij b.v. twee herten, twee Normandische koeien, twee Deeosche doggen en nog twee andere honden gekocht. Aan het negerdorp in den Jardin d'acclimation bracht hij een langdurig bezoek. H(j wilde negers koo- pen en wie schetst zijn verbazing, toen men hem aan het verstand bracht, dat reeds lang de slavenhandel in Frankrijk en al zijn bezittingen was afgeschaft. Dat was iets nieuws voor den ex-sultan, doch ook daaraan zal hij wel gewennen, als hl) nog een poosje in het verlichte Frankrijk mag vertoeven. Nu wij zoolang bij den ex-sultan heb ben stilgestaan, past mij ook een woordje over zijn opvolger, Moelai Joessef. Wat valt°er omtrent zjjn persoonlijkheid te vertellen Moelai Joessef is een man van 31 jaarhij is slechts eenige weken jon ger dan zjjn halfbroer Abd-el-Azis. Zijn moeder is een Circassische, die hem met haar groote liefde koestert, sinds haar andere kinderen haar ontvielen. HU heeft een knap en aangenaam uiterlijk en is niet zoo donker getint als zijn voor ganger. Moelai Joessef wordt geprezen om zijn eerlijkheid en nauwgezetheid, als Muzel man moet hij onberispelijk geleefd heb ben. Moelai Hafld had reeds vroeger groot vertrouwen in zijn broeder gesteld, meer dan in al zijn andere broeders, waarom hij hem gewichtige posten liet bekleeden. Veler hoop is dus thans op den nieuwen sultan gevestigd. Men ge looft, dat hy zonder bijgedachte en eerlijk zjjn medewerking zal verleenen aan de organisatie van het protectoraat. Jammer, dat de stammen hem niet voldoende kennen, doch dit is maar een kwestie van tijd; spoedig zal hij de meest popu laire saltan zijn, want hjj zal niet licht door zijn optreden zjjn volk van zich vervreemden. Thans nog een en ander over den toe stand van Marokko zelf. Wat er met de acht Franschen in Marakesj gebeurd is, weet men nog niet met zekerheid. Nu en dan bereikt ons wel een geruchtje, dat ze zouden zijn uitgeleverd, doch we kunnen daaraan nog geen geloof hech ten. Ze smaken nog wel steeds de ge dwongen rust. Frankrijk begint intus- schen een groote actie op touw te zetten. De Fransche resident in Fez, generaal Lyautey, heeft het verklapt. De regee ring zou hem alles gegeven hebben, waarom hy gevraagd had en hfl zou weldra over een strijdmacht beschikken, die hem althans het minimum van het noodzakelijke voor dit oogenblik zou verschaffen. En werkelijk, de laatste berichten be vestigen de woorden van generaal Ly autey en overtuigen degenen, die geen onvoorwaardelijk geloof aan zijn woorden hechtten. Twee transportschepen, de Anatolie en de Chaouïa met afdeelingen Alpenjagers, genietroepen en artillerie- batterijen zjjn van Marseille naar Ma rokko vertrokken. Een derde s.s,, de j Turenne, lag gereed om den volgenden dag nieuwe versterkingen te vervoeren. Deze week zou Lyautey reeds over 56009 man .troepen beschikken. En hjj vraagt er nog meer, want de Marokkanen zyn fel geworden, 't Is een wespenfiest, dat niet voorzichtig genoeg aangepakt kan worden. Aan Generaal Lyautey is de zaak toe vertrouwd. Dat is de algemeene indruk in Frankrijk. Eerdaags springt de bom Om het beeld van den zieken man over te nemeD, de toestand van de pa tiënt is nog niet van dien aard, dat er vooralsnog hoop op herstel bestaat. Hoe staat Turkije tegenover Italië, hoe te genover de mogendheden? De Oosten- rtjkschü minister Berchto'.d heeft zich goed voor de zaak gespannen. Alle mo gendheden hadden verklaard de uitnoo- diging van Oostenrijk, tot het houden van besprekingen over den toestand in den Balkan aan te nemen. Turkije iaat zich evenwel maar niet voetstoots be werken, en als de mogendheden zich met het voorstel van Berchtold in den inwendigen toestand van Turkije willen mengen, zal de Porte onvoorwaardelijk dit voorstel afwjjzen. Zij wil niet naar de doktoren, de mogendheden, die eens op eigenbelang berekend mochten zijn. De Porte had al spoedig bemerkt, dat het doel der mogendheden was, zich ook den inwendigen toestand van Turkije aan te trekken en moest daarom dat voorbe houd maken. De Turksche gezanten heb ben last gekregen, om in gelijken geest van antwoord te dienen, wanneer men hen over het voorstel van minister Berchtold mocht aanspreken. De vredesonderhandelingen worden in- tusschen nog voortgezet. Turkije wil niet veel toegeveD, waarin het trouwens ge lijk heeft, en Italië wil geen vrede, zonder de kroon op het werk gekregen te hebben, in den vorm van de alge- heele souvereiniteit in Tripoli. Over de volgende punten zou men het eens ge worden zjjn, althans als wij een Fransch blad mogen gelooven: le Italië doet af stand van zjjn eiscb, dat in het vredes verdrag het Italiaansche annexatie decreet genoemd wordt; 2e Italië betaalt een schadeloosstelling voor de annexatie (hoeveel deze moet bedragen, zal natuur lijk weer een nieuw onderwerp van strijd uitmaken) en zal de eilanden in de Egeïsche zee oDder nader te bepalen voorwaarden ontruimen, zoodra de vijan delijkheden gestaakt zullen zjjn en de kwestie van het achterland van Tripoli geregeld is (leesten gunste van Italië); 3e Turkije verlangt niet, dat de Turksche souvereiniteit over Tripoli wordt erkend 4e Italië verklaart zich bereid toe te staan, dat in de Cyrenaïka (Noord-Afrika) Turksche troepen na het sluiten van den wapenstilstand blijveD, totdat alle han gende kwesties zullen zjjn opgelost. Men ziet, Turkije wil nog niet tegen eiken prijs den vrede koopen. De onder handelingen zijn dan ook al lang gaande en het ziet er wel naar uit, dat ze het langzame proces niet verhaasten. Be grijpelijkerwijs begint Italië wel onge duldig te worden. Vandaar de geruchten van ee>n grooten opmarsch naar het binnenland jvan Tripoli. Of ze werke lijkheid zullen worden De jongste telegrammen meldden daar omtrent niets. We moeten niet vergeten, dat wanneer Italië zich dergelijke maat regelen veroorlooft, het zich danig in de lasten werkt, die toch al zwaar drukken. Ed vooralsnog bestaat er geen uitzicht, dat Turkije voot de kosten opdraait. De volgende conclusie trekken wij uit een en ander: De mogendheden moeten indien zij iets willen bereiken, andere maatregelen nemen ten opzichte van de strijdende naties, zonder daarbij h8t oog te hebben op Turklje's inwendige aan gelegenheden, die toch wel aan de orde zullen komen. Keizer Wilhelm, tusschen twee haak jes we weten, dat hjj thans geheel her steld is, heeft dezer dagen naar aanlei ding van het bezoek der vertegenwoor digers van de provincie Brandenburg een redevoering gehouden, waarin in plech tige woorden Duitschland's sterk leger en groote vloot verheerlijkt worden. Dit nu is niet van zoo bijzonder gewicht. Leger en vloot kernen zoo dikwjjls ter sprake, worden zoo dikwijls bezongen. Ieder wijde zich aan de werken des vre- des, zoo heet het, leger en vloot waar borgen een ongekende veiligheid. Het feit echter, dkt de rede gehouden werd, acht men wel van belang, want het be wijst, dat de ernstige aandoening, die het eenige dagen achtereen noodzakelijk maakte om bulletins over 's Keizers toe stand uit te geven, en zelfs pessimistisch gezinde factoren deed praten over den politieksn toestand van de wereld onder zyn opvolger, geweken is. Ja, keizer Wilhelm is weer de oude. Gisteren lazen wjj reeds, hoe hij voor het Zwitsersche bezoek vertrokken is. Wel zal de reis wat verkort worden, doch dit neemt niet weg, dat de Keizer het dezer dagen druk genoeg zal hebben. Bij het lezen van het programma vaart een huivering ons door de leden. Allerlei militaire plech tigheden en manoeuvres zullen door den keizer moeten worden bijgewoond. Na het beztek volgen de herfst-manoeuvres van het Duitsche leger in Saksen, dan de oefeningen van de vloot. Het wordt dus voor den keizer een tijd van veel zieD, veel feesten bijwonen en wellicht veel speechen. Over de politieke beteekenis van de reis naar Zwitserland wordt weinig ge schreven. Zwitserland's leger en voik worden nog al eens bezongen door de bladen. Men acht het wel eens nuttig, dat de keizer de manoeuvres bijwoont. Hij kan er uit leeren, dat de Duitsche dril- methode niet onvermijdelijk noodzakelijk is voor de vorming van een goed leger, want de Zwitsers, al marcheeren zij niet zoo mooi als de Duitsche soldaten op de parade, zijn uitmuntende soldaten. BINÏÏEKLl&HD. Trekhonden bij leger en- post. Het hoofdbestuur van deD Antitrekhonden- bond heeft zich tot den minister van oorlog en tot het hoofdbestuur der pos terijen en telegrafie gewend met adres sen, waarin het verzoekt terug te komen op de in ons blad vermelde besluiten om trekhonden te bezigen voor het ver voer van mitrailleurs en van niet te zware postpakketten ten piattelande, zulks in het belang van den mishandel den trekhond, van de opvoeding van het volk en het kind, en ook ter wille van de eer van den Nederlandschen naam, die in het buitenland groote schade lijdt zoolang op de openbare wegen de trek hond, zonder dat de politie daartegen iets vermag te doen, gruwelijk mishan deld word;. N. B. O. Br. A. Kuyper. 20 September a. s. zal het 50 jaar geleden zijn, dat dr. A. Kuyper aan de Groningsche Hoogeschool promoveerde tot doctor in de theologie op proefschrift: »JoannisCalvini et Jo- annis a Lasco de Ecclesia Sintentiarum inter se Composition De verkoop van de OraDjebleem ten bate van de Christelijke militaire Tehuizen heeft te Rotterdam ongeveer f 1300 opgebracht. Het geschenk, dat Prins Hendrik aan de Koningin op Haar verjaardag heeft geschonken, bestaat, naar het Hdbl. meldt, uit twee groote antieke zand- steenen vazen op hardsteenen voetstuk ken. De Prins kocht deze te Amsterdam. Ze zjjn ongeveer 300 jaren oud en door kunstkenners gerestaureerd. Zij staau nu véór het cour, eenige meters buiten het hek, waar vroeger de groote lantaarns stonden. De wethouder van onderwijs, mr. S. de Vries Czn., is, zoo meldt de Tel., Maandagmiddag te Amsterdam terug gekomen en heeft gisteren zijn werk zaamheden ten stadhuizeten deele hervat Hjj kan zich nog slechts met moeite voortbewegen. "CXT ss psto-Txsrexs. Goes. Het Rijkstelegraafkantoor alhier verzond gedurende de maand Aug. 1912 1168 Telegrammen, ontving er 1346, opge nomen en verder geseind werden er 1912, totaal 4426. Gesprekken. Uitgaande 1393, inkomende 1447,overgenomen 3369; locaal 1226; totaal 7435. Voorts werden door de Hulpkantoren op Znid- en Noord Beveland behandeld Telegrammen. Ver- Ont- Kantoren. tonden, vangen. Totaal. Baarland 18 36 54 Borssele 37 43 80 Coljjnsplaat51 64 115 Driewegen 33 41 74 Ellewoutadijk 40 49 89 's-Gravenpolder 54 62 116 's-Heer Arendskerke 108 123 231 's-Heerenhoek41 55 96 s-H.Hendribskinderen 13 17 80 Heinkenszand 29 63 92 Hoedekenskerke 86 43 79 Kamperland 54 31 85 Kapelle 126 159 285 Kats 35 40 75 Kloetinge 34 32 66 Kortgene 106 87 193 Krniningen92 101 193 Kwadendamme. 18 14 32 Nieuwdorp 38 39 77 Nisss18 36 54 Ondelande 24 19 43 Ovezand19 45 64 Rilland64 84 148 Schore 39 54 93 Waarde15 21 36 Wissenkerke 25 42 67 W olph&artsdijk 85 103 188 Gesprekken. Kantoren. Vert. Ontv. Locaal. Totaal. Colijnspiaat Ellewoutsdijk 's Gravenpolder Kapelle Kruiningen Ovezand. a Rilland Wissenkerke 87 34 6 126 29 8 37 56 109 165 162 134 4 300 58 21 79 27 7 34 49 55 18 122 53 35 88 's-Heer Arendskerke 39 58 97 's-Heerenhoek 34 5 39 Hoedekenskerke40 11 51 Kamperland 52 20 72 Kortgene 167 67 7 241 Kwadendamme 50 36 86 In den nacht van Vrijdag op Zater dag, vertelt de T. firt., vertoefden eenige zeelieden in het café Sum Kaleer Trie- drich ts Terneuzen. Terwijl de anderen in de gelagkamer bleven was een hunner naar de achterplaats gegaan in zooda- nigen benevelden toestand, dat hjj in eenzakte. Toen hy weer tot bewustzyn kwam miste hy naar zyn zeggen eene portefeuille met bankpapier. Het vermiste is nog niet gevonden. M. C. Hansweert Maandagavond is de ten toonstelling alhier gesloten.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1912 | | pagina 1