No. 283 1912
Maandag" 2' September.
NIEUWSBLAD
HISTORISeM
VOOR ZEELAND
CHRISTELIJK-
op 28 Octobt
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Oranje Boven
EEN CHRISTELIJKE 0VERHEID7
gevestigd
1880.
31 Augustus.
1912.
goedgekeurd bij Kon. Besluit van
zal dit jaar gehouden
Agent te Middelburg, de heer G. C. Rï
.adgenooten met inteekenlijsten en loten
n de bekende Correspondenten buiten
inden.
or belangstellende inwoners van gemeei
tigd zijn, zijn loten verkrijgbaar bij der
De goede zaak zij allen'
Het Bestuur der
L. A. VA
J. F. H.
H. B. W
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1.25
Enkele nummers0.05
UITGAVE DER FIRMA'S
EN
van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer li cent.
Familieberichten van 1—10 regels ƒ1.—, iedere regel
meer 10 cent.
Onze geliefde Koningin vierde heden
haar 32en verjaardag.
Luide hebben op dezen dag de feest-
tonen geklonken, wie Oranje liefhebben,
baden dat de Heere God die Nederland
en Oranje samen grootgemaakt heeft,
deze onze laatste Oranjetelg nog lange
jaren sparen moge.
De 31e Augustus is een der gelukkigste
dagen voor het Nederlandsche volk, ook
voor de kinderen onzes volks.
Dit zal op de scholen wel weer in her
innering gebracht zjjn.
De ouderen hebben dit zoo niet noodig.
Toch is ook hun die herinnering aan
hetgeen z(j reeds weten, zoet. Want
Oranje en Nederland zyn één
Gods arm verloste Nederland uit het>
Spaansche diensthuis. Gods liefde schonk
ons een Willem van Oranje die ons de
onafhankelijkheid dezer landen bevocht
een Adolf van Nassau, een Lodewjjk en
Hendrik die hunne liefde voor de vrijheid
der Nederlanden met hun bloed bezegel
den een Maurits die zijn gansche leven
aan den strijd voor vrijheden wijddeeen
Frederik Hendrik die den vrede bracht;
een Willem III die het Calvinisme tot zijn
recht deed komen en het staatkundig
overwicht in Europa redde.
God, Oranje, Nederlanddat is het drie
voudig snoer dat door de vaderlandsche
geschiedenis loopt.
Blijve het tot iD lengte van dagen het
zegel van het onverbreekbare verbond
door Neerlands God met Neerlands Volk
en Neerlands Vorstin gesloten het waar
schuwend teeken dat het Land en Volk
slechts dan wèl zal gaan, wanneer daar
het „Vreest God, eert den Koning'', in
trouwe aan Gods Woord betracht wordt
en de Vorstinne die ons regeert, bjj hare
zeer zware taak, recht en gerechtigheid te
oefenen alleen kracht en wijsheid zoekt
bij den God barer VadereD.
Leve Koningin Wilhelmina!
Aan vrijzinnige zijde ergert men zich
aan ons gebruik van het woord „Chris
telijk". Overal toch plaatsen wjj dat
woord voor. Wjj spreken van Christelij
ke school, Christelijke volksbibliotheek,
Christelijke zangvereeniging, Christelijke
werkliedenvereeniging. En dat geeft hun
te vrageD, wat dat al, nu met het woord
„Christelijke" heeft te maken. Christelijk
optellen, aftrekken, vermenigvuldigen zal
toch geen andere uitkomst geven, dan
wanneer men het niet christelijk doet.
En bij een zangvereeniging is het niet
te doen om gesticht te worden, maar-
zal het indien het werkelijk, eene
gawpvereeniging is en niet een uientap-
pery - in de eerste plaats om de oefe
ning in den zang te doen zjjn endaar
voor gebruikt men dezelfde noten, ja
zelfs gedeeltelijk dezelfde liederen en
komt het meermalen voor, dat een neu
trale zangvereeniging, zonder dien ver
heven titel, dat christelijk etiquet voor
zich op te eischen, schoone godsdienstige
zangen zingt. En zoo is het met alles,
derhalve meent de vrijzinnigheid in ons
gebruik van het woord Christelijk aanstel
lerij, farizeïsme of nog erger.
Die ergernis der vrijzinnigen rs zrel-
kundig te verklaren. In onze maatschap
pij neemt het woord Christelijk een eer
volle plaats iD, althans vele loffelijke
deugden, ook op zedelijk terrein, worden
er aan verbonden. Dat is juist, wat er
voor het besef van den vrijzinnige nog
wezenlijks In hetj Christelijke overgeble
ven is. Een Christelijk man is dan een
ernstig man, die aan uitspattingen met
meedoet, die wellicht wat bekrompen is,
maar die dan toch is eerlijk, solrea en
trouw 1 Zoo is Christelijk op zyn best
genomen nog altijd een eeretrtel.
Nu houdt echter elk bjjvoegelijk naam
woord een tegenstelling in. Sieren u>y
onze actie en onze vereenigiugen met
het woord Christelijk, dan geeft dat zoo
den indruk, dat de actie en vereenigin-
gen owser tegenpartij, welke dat etiquette i
missen, het kenmerk dragen van het j
tegendeel van Christelijk te zijn.
Onchristelijk zijn, dat ergert hen, dat
stuit hen tegen de borst, en spijtig wordt
de vraag gesteldzijn wij dan paganis-
ten, zijn onze vereenigingen onchristelijk?
En in verontwaardiging roept mr. Goe
man Borgesius, de vader der woningwet
met verheven stem uit, dat zijn kindeke,
d9 woningwet geheeteD, al is hy een
vrijzinnige en al loopt hjj niet met zijn
christendom te koop, naar zijn oordeel
dan toch wel een echt christelijke, ja,
wat nog sterker is een ««christelijke
wet is.
Der vrijzinnigen ergernis spruit voor
een groot deel voort uit misvatting en
dat mis verstand wordt veroorzaakt door
het niet juist verstaan van de beteekenis
van het woord Christelijk. Aan gene zijde
vat men dat woord op als gelijkduidend
met 'n ziekelijk verschijnsel in het chris
tendom, als of dit in Doopersche bekrom
pen- en gemoedelijke vroomheid, //meteen
boekje in een hoekje* opging. Ze meenen
dat dit christelijk naar onze beschouwing
iets is voor de binnenkamer. Leggen zij
beslag op dat woord, dan leggen zij
daarin de beteekenis van zedelijk, braaf,
humanistisch. Maar als wij het bozigen,
dan kan het en mag het, huns inziens,
geen andere beduidenis hebben dan ge
moedelijk vroom. En wat heeft een zang
vereeniging bijv. nu met die gemoede
lijke vroomheid uit te staan? Niets. En
zoo zjjn wij valsch, als wjj spreken van
christelijke scholen enz.
Dit misverstand wegnemen is hoogst
moeilijk, temeer waar bij onkunde onwil
zich paart.
Onze beteekenis van het eeuwenoude
woord christelijk is veel ruimer en rijker.
In de bijzondere Godsopenbaring is het
geworteld en de geschiedenis heeft er
haar stempel op gedrukt. Gelijk Christus
een dubbele beteekenis heeft voor Zjjn
kerk en voor de wereld, koninh der kerk
is en met alle macht bekleed in hemel
en op aarde, zoo beperkt de beteekenis
van het woord christelijk zich niet tot
het kerkelijke of godsdienstige leven in
de bidcel, maar komt met een eisch voor
heel het leven, in kerk en school, weten
schap en kunst, in staat en maatschappij.
Feitelijk is op elk gebied slechts tweeër
lei leven mogelijk. Een leveD uit het be
ginsel des geloofs in de bizondere open
baring, öf een leven bij het licht der bloot
menschelijke rede. Christus is ons de
hoogste Godsopenbaring. Wat met die
hoogste Godsopenbaring, in de Schrift
neergelegd rekent, met hare eischen voor
heel het menschelijk leven rekent, en dat
leven, elk ding naar zijn aard naar de be
ginselen van Gods Woord zoekt in te rich
ten, dat is Christelijk in den ruimeren zin
En zoo wordt door ons dat woord ge
bruikt, wanneer wij het plaatsen voor
den naam onzer vereenigingen. Een Chr.
zangvereeniging wordt alzoo niet Christe
lijk enkel door de liederen die er gezongen
worden, maar verdient dien naam, omdat
zij als vereeniging zich gebonden acht aan
het Woord van God en de eischen der
Schrift ook voor hare zangoefeningen laat
gelden. Zoo is een huisgezin niet chris
telijk omdat er niets anders dan vrome
gesprekken gevoerd worden. Dat zou al
te dwaas zjjn, zoo te redeneeren. Een
gezin toch is dan christelijk, wanneer
get ook in de dingen van het natuur
lijke leven met de eischen door Gods
Woord gesteld, rekening houdt en den
Christus als den Zaligmaker erkeDt. Zoo
is een werklieden-vereeniging Christelijk
niet doordat', op hare bijeenkomsten
gemoedelijke, stichtelijke gesprekken
gehouden worden of er een leerrede ge
lezen wordt, maar de erkenning als
richtsnoer ook voor het maatschappelijk
leven en streven van de Godsopenbaring,
die Christus tot middelpunt heeft en in
Hem haar hoogtepunt heeft bereikt.
In dien zin nu spreken wij ook van een
Christelijken Staat, zelfs al zijn er ook
velen, dieuit de moderne theorieën leven,
als burgers in dien staat; van een Chris
telijke Overheid.
Wie dus meent, dat een Staat eerst dan
den naam Christelijk kan dragen, als al de
burgers, hoofd voor hoofd, overtuigde
Christenen zijn, of voor het minst belijde
nis doen van den Christelijken Gods
dienst, die vergist zich. In het afgetrok-
kene laat het zich denken, dat er op een
gegeven oogenblik in den Staat geen enkel
Christen aanwezig is en dat allen het
ware zaligmakende geloof missen en dat
toch nog van een Christelijken Staat ge
sproken kan worden, al zal dit in de wer
kelijkheid nooit voorkomen en al zou
zulk een Staat zeker niet duurzaam een
Christelijk karakter dragen.
Toch, zoolang zulk een Staat, afge
dacht van het persoonlijk geloof zijner
leden, als Staat zich bond aan de Christe
lijke praktik, aan de Heilige Schrift
ontleend, in wetten en instelliugen op het
publieke leven de Christelijke beginselen
deed uitkomen, dan was zulk een Staat
metterdaad Christelijk. Hiermede gevoe
len wjj, dat men vooral goed moet onder
scheiden en vooral niet verwarren of ver
eenzelvigen, het leven van den enkelen
burger, zelfs al noemt ge alle burgers
bij elkaar en bet leven van het volk als
éénheid gedacht, en als Staat zich open
barende.
En naar baar aard moet die onder
scheiding ook bij de Overheid gemaakt
worden, die onderscheiding tusschen het
persoonlijk leveD en het leven in het
ambt. Het Christelijke van een Overheid
bestaat niet daarin dat de Overheidsper
sonen persoonlijk het geloof bezitten.
Zelfs kan het geval zich voordoeD, dat
een atheist toch als Christelijke Overheid
mag en moet erkend worden, al is daarbij
zeker een droeve tegenstrijdigheid in het
leven van zoodanigen persoon.
Wie in ons vaderland den troon be
klimt, onder aanroeping van den Naam
Gods, het ambt aanvaardt en in elke
uitgevaardigde wet belijdt te regeeren
bij de gratie Gods, wat overigens ook
zijn persoonlijke overtuiging zij op gods
dienstig gebied, moet door ons als Christe
lijke Overheid worden geëerd.
En zoo ook de lagere Overheideen
gemeenteraad bijv., die zijne vergaderin
gen met gebed en dankzegging opent
en sluit, en zoo als overheid belijdt
dienaresse Gods te zijn en daarvan ge
tuigenis aflegt ook in bestuursmaat
regelen en verordeningen, is een Christe
lijke plaatselijke overheid.
En dat karakter gaat niet taloor, al
zijn enkele leden persoonlek ongeloovig,
al vormen zij een groep die daarvan ook
als overheidspersonen geen geheim
maakt, al worden er in de Raadsver
gaderingen soms stemmen vernomen
en voorstellen gedaan, die met het Chris
telijk bestuur niet overeenkomen. Waar
de Raad in zijne offlcieele handelingen,
in zijne verordeningen en regeerings-
daden als eenheid gedacht, met zoodani
ge groep niet medegaat, maar, hetzij
dan meer of minder trouw, en zoover
dit met de bestaande rijkswetgeving
mogelijk is, rekening houdt met het
Christelijk beginsel, is zulk een Raad
als Christelijke plaatselijke Overheid te
erkennen.
Zasr de Trots van Nederland;
wik zal op een dag als dezen
Dankbaar voor dit voorrecht wezen.
wsdle Vrouwe! die wjj eeren,
soljksvorstinne, hoog bemind,
raat ons ook die trouwe zweren
3»an den Prins en 't Koningskind.
Zaken er nocit onheilsvlagen,
öie het Vorst'iyk Huis belagen
na biyv' door de eeuwen heen
Z^êrland en Oranje één
Van Sijns Geïllustreerd Volksblad.
31 Aug. 1912
Het heeft Hare Majesteit de Koningin
behaagd een tweetal verdienstelijke man
nen te Middelburg te ridderen of te be
vorderen in de Orde van Oranje Nassau.
Het zijn de heeren ds. N. M. de Ligt
en mr. A. A. de Veer.
Beide mannen bewegen zich op meni
gerlei, onder anderen ook op sociaal-
philantropisch gebied, en verdienden der
halve ten volle deze koninklijke onder
scheiding.
Ds. de Ligt's benoeming bewijst hoe
zeer de arbeid van Kinderzorg door H. M.
wordt gewaardeerd.
Mr. de Veer's bevordering toont dat
H. M. de bemoeiingen van mr. de Veer
op maatschappelijk gebied, met name
in 't belang der Middelburgsche Am
bachtsschool en in zake de Armenzorg,
en zjjn voorlichting ook wat dit laatste
betreft, op hoogen prijs stelt.
Met de benoeming van den eersten
redacteur van ons blad legde H. M. hare
hooge en zeer gewaardeerde belangstel
ling aan den dag voor den arbeid der
kleinere pers in onze provincie.
Voor den geridderde en voor hen die
boven kern gesteld zjjn om gezamenlijk
de belangen van ons Zeeuwsche volk te
behartigen zjj dit een aansporing om
hieraan krachtig de hand te houden.
Dat, ook buiten de provincie, zoo me
nige //kleine m»D" een bewijs van ko
ninklijke hulde ontving, wordt door allen
die uit de kringen van den //kleinen man"
zjjn voortgekomen, of zeiven er nog toe
behooren, hartelijk op prijs gesteld.
Onze geliefde Koningin handhaafde
dus doende weder Haar populairen naam
als Vriendin des Volks en geljjk haar
naam ook aanduidt als Beschermster
van de maatschappelijk zwakken.
Heil onze Koningin
Heil den Prins!
Heil de Koningin Moeder!
Heil de Prinses!
Koningin der Nederlanden
Onze jubel klinkt thans weer
zeêrlard's volk, uit alle standen,
s in geestdrift, U ter eer.
Zu vindt onze Koningsvrouwe
Ood zjj lof voor al Zijn trouwe
n den jaardag, Haar bereid,
Zieuwe stof tot dankbaarheid.
Daverende schoten knallen,
Wn van Oost tot Westerstrand
ïOuischt een lied vol welgevallen
Behalve de by de wet voorgeschre
ven opneming der boeken en kas van de
gemeente-ontvan gei s werden in 1911 van
wege Ged. Staten van Zeeland onver
wacht opgenomen de kassen van de ont
vangers der gemeenten Axel, Borsselen,
's-Heerenhoek, Hontenisse, St.-Jansteen,
Kortgene, Krabbendyke, St.-Kruis, Noord-
gouwe, Oostburg, Ouwerkerk, Retran-
chement, Rilland-Bath, Stoppeldijk, We-
meldinge en Wissekerke. In slechts drie
gemeenten kwam de stand der kas met
de boeken overeen,
De verschillen worden toegeschreven
aan geldwisseling, aan het niet in reke
ning brengen van zegel- en legesgelden,
en aan het niet in ontvangen boeken
van bygeschreven rente op een Rykspost-
spaarbankboekje.
De bedoelde kasopnemingen gaven Ged.
Staten aanleiding eeDige opmerkingen
aan B. en W. van twee gemeenten mede
te deelen en later nog een onderzoek
naar de administratie in een dier ge
meenten te doen instellen.
Middelburg. Herhaaldeiyk .is ons de
laatste dagen de vraag gesteld, wat zou
den toch die „reien" zyn, die Maandag
a. s. worden uitgevoerd en waarvoor zoo'n
kostbaar podium is opgeslagen. Wy wil
len thans een tipje van den sluier, die
over deze zaak hangt, voor onze lezers
oplichten.
Gisterenavond had in het Schuttershof
eene repetitie met vol orkestbegeleiding
plaats en daar in ons gebleken, dat Mid
delburg weer iets heel nieuws, iets wer-
keiyks moois wacht. De „reien* zitten
er byzonder goed „in" en wy durven
ieder raden als gy maar eenigszins kunt
dan Maandag naar de Markt.
Van deze gelegenheid maken wy tevens
gebruik om te melden, dat het programma
nog eens aangevuld met een muzixale
wandeling door het Fanfarekorps uit
Vli3singen aanvangende om 1 uur op de
Markt en gaande door de Noordstraat,
langs Noord- en Veersche Singel, door
Nederstraat en langs de Kaden en door
de St. Janstraat en Lange Delft weer
naar de Markt.
Middelburg. Gisterenmiddag is alhier
de viering van den Koninginnedag inge
zet met wedstryden van de onderoffi
cieren en manschappen van het garni
zoen.
Jammer dat even na den aanvang een
hevige regenbui een pauze noodzakeiyk
maakte en het toch reeds natte Molen
water in een modderpoel herschiepen.
Des ondanks werden de wedstryden, die
het weer in aanmerking genomen door
nog veel belangstellenden werdeD gade
geslagen, tot het einde toe met opge
wektheid uitgevoerd.
Na afloop sprak de kapitein H. G. M.
Mathol de Jongh de deelnemers en ver
dere aanwezigen toe; en wees hen op
de noodzakelijkheid, dat de militairen
zal bekwameD, doch spreker hoopte, dat
de vrede nog lang bewaard moge bljjven
Sprekende over de aanleiding tot het
feest, sprak de he8r de Jongh de wensch
uit dat H. M. de Koningin en haar huis
een langdurige goede gezondheid moge
ten deel vallen.
Deze woorden werden door de aan
wezigen met een driewerf „hoera" be
zegeld.
Hier werd door kapitein de Jongh de
uitslag der diverse wedstryden bekend
gemaakt die wy hieronder laten volgen.
Ringsteken onderofficierenle prys J.
van Looze2e J.Loewenstein3e Keyzer.
Hoogspringen onderofficieren: leprys
de Boere; 2e Reybering; voor springen
onderofficieren le prys Pagter2e van
Looze Polsburg (het vlug in elkaar slaan
van een brug bestaande uit polsstokken
en planken door manschappen).
le prys: Rombouts, Haverman en De
Vlieger2e pr.Coppoolse, Augustyn
en Verlare3e pr.Verkaart, Ruissen,
Van Belzen.
Estafetteloop manschappenle prys
Wyk, Ockenburg, Reynierse en Tichel
man; 2e pr.Krienselokker, Van der
Griek, Hujjsse, Rombouts; 3epr.: Van
Fraasse, Van der Pas, De Schipper en
Havermants.
Hindernishaan voor manschappenle
prysOlree, De Rooye en Scheepman j