H -A- No. 221 1912 Vrijdag 21 Juni, 26e Jaargang, is, NIEUWSBLAD HISTORISGh VOOR ZEELAND |s Hengstveulen, Ie Koezjjo 3e Kali, lermansknecht. «hl oi aaukomende Ie Dieuslliode. J Middelburg elft b.d. Markt, e 1 b u r g. emmers vermist, rugbekomen tegen =foe- [jrtentiekosten bij ZoutelandeSt Janshof. 3RGEM, Veerscheweg, 3IJ INSCHRIJVING iet Hooier as. letter A worden in- met 24 Juni. Adres iureauvan „Ue Zeeuw" KOOP een Koe, bij P. LOUWERSE, dorp. Te bevragen bij [MAN, W olfertsdijk. KOOP Werkpaard, JAN MINDERHOUD Ipelle. It October indknecht P. GESCGIERE, Breeweg, Koudekerke. aan - ADR. FLIPSE, Mr. teliskerke. fraagd voor vast werk, |NENBERG, Buttinge, e r k e. irstond W. LEENPOEL, Mr. i r 1 a n d. 3t October indknvcht A. VOS, Souburg |agd voor dadelijk MARCUSSE, Peperdijk ;en. VERSC HIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWES T, te Goes F. P. D'HUÏJ, te f iiddelbi rg. PRIJS DER ADVERTENTSËN rwerkeo, Zilver, lophonen, lepbonen. IOLTHUIZEH, \JKSKAA<R1EJÏ. \onge- Ver west - Goes SCOOX3 |T Pz., Biggekerke. IT TELEGRAAF. Juni lezonderd Maandags van |rdereiland) en van Ant- is 7 uur. Van Rotterdam naar Gent vice versa las en Selzate; 19 Juni 6 uur, 26 Juni 2 uur30 Bren Woensdag en Zater- van Brussel 11,30. i* ®e .Tonve YerwestGoes, hSiSTEi-iJK m. sj (El IEREN WERKDAG DSS AVONDS. Prijs per irle maanden franco p. p125 Rnkele nummers. 0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer iü cem Familieberichten van 1—10 regelr 1.—iedere regi.'s tn> er 10 cent ms i B&RflHSfln MSIUIM 56It, dl» zloh met 1 Juli u. m. op ons ItliKl abonneeren, out rangen het tot <lieu datum SC rat ls. In Pe Nederlander komen dagelijks ingezonden voor over de benoeming van Prof. Noordtzjj. Vele tegen, enkele voor, de meeste scherp afkeurend en valsch bBschuldigend, een enkele tegen dit laatste opkomend. Dit.; laatste doet ds. Steenkamer, van 'sHeer Hendrikskinderen. ZEerw. schrijft: „Ik meen dat een protest niet onge- wenacht is (hier) tegen dat maar als een axioma wordt uitgesproken, dat de Geref. kerken vijandig staan tegenover onze kerk. Zoo o. a. ook in het adres van eenige Leidsche studenten. Zonder iets af te doen van de waarheid dat dit eene benoeming is, die ons Ned. Hervormden niet aangenaam is, meen ik toch te moeten zeggen, dat het niet aangaat zoo maar te beweren, dat de Geref. ker ken „uitgesproken vijandig" staan tegen over onze kerk. «Al zjjn er iD die kerken, die daaraan schuldig staan, daarom toch allen niet; en evenmin daarom die kerken q. t. Hier is weer dat generaliseeren en dat blind ageeren aan 't woord, dat in de verkiezingsdagen zoo onverkwikkelijk en somtijds ook vermakelijk geschiedt. De geest der liefde gebiedt ons hieraan niet mede te doen". Dr. Bronsveld verwijt in De Stemmen voor W. en Vr. allereerst de Regeering dat zij in den cursus 1911—'12 de theol. faculteit te Utrecht slecht heeft verzorgd. Bijna het geheele jaar is er in de vakken door prof. Valeton gedoceerd, geen les gegeven. Voor het halve jaar verlof van Valeton werd geen plaatsvervanger aan gewezen. Ook in de leemte, door Prof. Van Veen's ongesteldheid ontstaan, werd nagenoeg niet voorzien, Wat nu de be noeming Noordtzjj betreft, dr. B. meent, dat Minister Heemskerk „voor zichzelf ervan overtuigd was, dat prof. Obbink de aangewezen man mocht heeten, om prof. Valeton op te volgenmaar de Minister is bezweken voor den aandrang van Gereformeerde zijde op hem uitge oefend. De politiek heeft ook hier den doorslag gegeven. »De Minister Talma, diB prof. Valeton op z(jn sterfbed nog heeft bezochten dr. De Visser, wiens beschouwing van Isrel's godsdienst in radicalisme prof. Valeton voorbij streeft, hebben zeker óók al hun invloed aangewend om den Minis ter te bewegen tot het voordragen bij H. M. de Koningin van prof. Obbink, maar het heeft niet mogen baten." (Het resumé is uit De Nederlander; ook het volgende): Evenwijdig aan de schaduwen, welke het verkiezingsjaar 1911 voor zich uit werpt, loopt de onrust van dr. B. over de wijze, waarop de Rechterzijde ook dan weer „als één man" het liberalisme zal bekampen. En hij vraagt zich in de Kro niek afmogen wij tegenover de coalitie de socialisten steunen Neenze zijn vijanden van godsdienst en kerk, ze ij veren eenzijdig voor maar een gedeeite van ons volk, en zjj houdtn veel te veel van „Vadertje Staat.» Wat dan P De liberalen 't Antwoord luidtHoe jam mer, dat de liberalen onderling zoo ver deeld zjjn. En dan'komt „de aap uit de mouw" Ik doe hier bij voorbaat een beroep op mijn ambtgenooten in onze Ned. Herv. Kerk. Hoe kunt gjj, zou ik hun willen vragen, eraan denken, om weder om als uw vertegenwoordigers te stem men mannen, die onze Kerk baten met doodel(jken haat, hetz(j ze Roomsch zijn of Gereformeerd? Gij bemoeit u niet met politiek, zoo zegt gij. Doch wij bedoelen niet, dat gij als agitator zult optreden, en van den kansel een staatkundig manifest zult doen hooren. Gij weet echter wel, dat gij door uw passieve houding in de kaart speelt van onze vijanden. Ik vrees zeer, dat het aan moed ontbreekt, om te getui gen tegen die leden der Gemeente, die door het lezen van De Nederlander of De Standaard zijn gewikkeld in dat net van sofismen, waarmee deze bladeD de coalitie trachten goed te spreken. Vele predikanten meenen, tot eiken prijs, den scbjjn te moeten vermijden van ooit of ergens iets gemeens te heb ben met een „liberaal". Al is die libe raal een belijder van het evangelie, vriend van christelijk onderwijs en van onze Kerk men durft hem niet aanbevelen, en werkt positief of nega tief mee tot de verkiezingen van Roomschen en Gereformeerden. Nog een ander inzender in De Neder lander dringt er op aan-dat de chr. histo- rischen zullen treden uit de coalitie. Weer eeü ander ds. Groot Enzerink stelt voor dat de classicale vergaderingen den minister den eisch zullen stellen intrekken de benoeming of de kerke lfjke hoogleeraren uit Utrecht weg te nemen. Een andere toon klinkt u tegen uit artikelen van den theologischen student Couvee, den hervormden predikant dr. Kromsigt en den (liberalen) doopsgezinde ds. K. Vos. Laatstgenoemde schrijft Nu van de Ned. zijde zoo 3Cherp over de benoeming van Dr. Noordtzij tot hoog leeraar geoordeeld wordt, enkele opmer kingen. Ie. Minister Heemskerk Jr. heeft tegen over de Ned. Herv. Kerk meer vrijmoe digheid getoond dan Minister Heemskerk Sr. Bekend is dat de Remonstrant Tiele indertijd tot staatshoogleeraar benoemd is. Minder bekend, dat meermalen een faculteit een niet-Herv. heeft voorgedragen of willen voordragen. Tijdens een vorig kerkelijk ministerie (Mackay) is een voor dracht bestaande uit een Ned. Herv. (modern) en een Doopsgezinde terugge zonden met verzoek er ook een orthodox man op te plaatsen. De faculteit ant woordde, dat er slechts één was dien z(j wegens wetenschappelijke bekwaamheid voordragen kon nl. Dr. H. Bavinck, toenmaals docent te Kampen, maar dat de faculteit dezen niet kon voordragen omdat bekend was, dat deze eeü benoe ming niet zou aanvaarden. De Minister benoemde buiteD de voordracht om Dr. Gunning uit Den Haag,die kortTna zijn be noeming ruiling van vakken aan de facul teit vroeg. Tfldens het Ministerie Heems kerk Sr. werd voor kerkgeschiedenis voor gedragen de Doopsgezind'e A. W. Wybrandt- lid der Kon. Akademie. Deze werd gepas seerd door den Minister,die een orth.Herv. benoemde, v. Rh(jn, die eveneens ruiling van vakken aan de faculteit vroeg. Zoo is tweemalen een ethisch man benoemd, voor een vak, waarvan korten tijd daarna bleek, dat de benoemde niet in staat was dat ook te doceeren. En nu nog lijdt de Groningsche faculteit er onder, waar de moderne Meyboom zich opgeofferd heeft en jaren lang kerkgeschiedenis en zede- kunae heeft gedoceerd, alhoewel hij zijn beste studiën steeds heeft gewijd aan Nieuw Testamentiscbe onderzoekingen en wat daarmee verband hordt. 2e. Wat de vacature Valeton belangt Hiervoor zijn in de pers vijf persenen genoemd Prof. Bleeker (Groningen), Prof. Obbink (Amsterdam), Noordtzij, Kromsigt en A. Troelstra. De benoeming van één der 2 eersten had de moeilijkheid slechts verplaatst, dan zou elders iemand zijn benoemd. Van de drie overigen is Dr. Ook een tweede faculteit iou dezen heb ben willen voordragen. Nadat een ander be noemd was deelde een hoogleeraar dit mij mede. Noordtzij bekend als een bekwaam vak man, die boewei Gereformeerd, in zjjn tekstcritiek zoo radicaal is, dat men over sommige resultateri het hoofd schudt gaat een gereformeerde zóó verre? en daarbij die zoo volgens de regelen der moderne wetenschap arbeidt, dat hij ODder de medewerkers aan het (moderne) Theologisch Tijdschrift behoort. De beide andere genoemden hebben alhoewel zi) in een roep van geleerdheid staan, nim mer iets gepresteerd op Oud Testamen- tisch gebied. Wilde men dus een vak geleerde dan was Dr. Noordtzij de eerst aangewezene. Dr. Kromsigt schrijft o. m. het volgen de Niemand zal mij wel verdenken van te veel sympathie voor het separatisme, doch ik acht het zeer onbillijk, dat men voortdurend slechts één zijde scherp be licht en voor de andere zijde geen oog heeft of haar althans onbesproken laat. En die andere zijde is voor onze kerk naar mijne meening (ed ik weet dat ik hierin een ze9r groot deel der gemeente aan mijne zfide heb) nog van veel.grooter gewicht dan de kerkelijke positie van Dr. Noordtzij. Het gaat hier namelijk om de Schrift beschouwing. De groote vraag was, of wjj te Utrecht voor het onderwijs in het O. T. nu eindelijk eens iemand zou den krijgen, die de traditioneele Schrift beschouwing der getoovige Gemeente gegrond op het gezag van Jezus en de Apostelen, deelt, dan wel iemand van de critische school, welke school bijv. ont kent dat de wetgeving op den Sinaï heeft plaats gehad, zooals het ons in den Bijbel wordt bericht, ontkent, dat de tabernakel en de eeredienst daarmede verbonden, zooals de Bijbel dat ons verhaalt, ooit heeft bestaan, ontkent, dat de muren van Jericho door het geloof zjjn gevallen enz., welke school dus m. a. w. niet al leen het O. T., maar indirect ook het N. T. en ons in den Christus als den Zoon van God en Hoogepriester des N- Verbonós aantast. Het was m. i. hoog tjjd, dat de regee ring nu eindelijk eens toonde, ook hier het audi et alteram artem (hoor ook de wederpartij) te willen toepassen, waar tot nog toe voor al onze hoogescholen zoowel voor de theológische als voorde literarische faculteit (onlangs ook nog weer te Leiden door de benoemiDg van Prof. Wensinck) niet anders dan critische geleerden voor het O. T. zijn benoemd en dus een soort monopolie is toegepast Bij deze hoofdquaestie vergeleken, is de quaestie van Dr. Noordtz^'s kerkelijke beschouwing ongetwijfeld, hoewel niet van belang ontbloot, toch van veel min der gewicht Moge de kerkelijke quaestie in deze zaak tot hare juiste afmetingen (zooals ook de Nederlandsche Kerkbode ze zag) worden herleid en de hoofdquaestie hierbij in het oog gevat, waarom het gaat in den wetenschappelijken strijd van onzen t(jd en die vooral ook aan ODze openbare universiteiten niet moge worden gene geerd, nl. het „Daar staat geschreven." j TFYS Onze Vloot. Gisterenavond had in de groote zaal van het Schuttershof te Middelburg de aangekondigde propaganda-avond plaats, uitgeschreven door een 32 tal heeren met het doel te geraken tot de oprichting eener afdeeling van de vereeniging „Onze Vloot». De heer jhr. mr. E. A. O. de Casem- broot heette de, met het oog op het warme zomerweer, tamelijk goed opgekomen aanwezigen welkom en gaf daarna het woori aan den eersten spreker, den heer H. M. van BemmeleD, oud-marine officier en voorzitter der afdeeling Haarlem. Spr. begon met mede te deelen dat het hoofdbestuur thans druk in de weer is het terrein van haar werkzaamheden uit te breiden, en daardoor reeds 20 afdee- lingen bestaan, terwijl hedenavond Middelburg voor de deur stond. Spr. zeide dat zijne grootste verwach ting overtroffen is door het aantal aan wezigen en sprak zijn bijzonder genoe gen uit over de aanwezigheid van den hoogedelgestreng n heer mr. H. J. Dljck- meester, commissaris der koningin, en zijne familie. Spr. zeide als zijne meening, dat de nationale welvaart afhankelijk is van het hebben van een goede marine. De Nederlanders hebben de slechte eigenschap van groote geringschatting van zichzelf. Overschatting van zichzelf is slecht, maar geringschatting is nog slechter. Men denkt gewoonlijk alleen aan dat kleine landje tusschen de groote mogend heden gelegen maar men geeft zich zoo weinig rekenschap van het bestaan van onze koloniën en de daarbij betrokken flnantieele ondernemingen. Wat zou er van ons worden, vraagt spr., als wij die koloniën eens verloren, als wi) plaats moesten maken voor buitenlanders. Wijzende op Spanje waarschuwt spr. er tegen, dat ook voor ons het „Mosterd na den maaltijd* niet van toepassing wordt. Neutraliteit bewaren is noodzake lijk, wil men niet in een oorlog worden medegesleept. De heerVan Bemmelen ging vervolgens na wat een neutrale staat in tijden van een zeeoorlog moet nakomen, dit is be paald in een contract dat op de laatste vredesconferentie is gesloten, o.a. is be paald, dat men de neutraliteit desnoods gewapenderhand moet handhaven, zon der dat de betrokken oorlogvoerende natie daarin een onvriendelijke daad mag zien. Dat het bewaren van de neutraliteit noodzakelijk kan zijn bleek in den Rus sisch Japanschen oorlogtoen bleek weer dat het noodzakelijk is, dat inlndiëeen goed eskader ligt. Bjj een treffen tusschen de groote mogendheden in Europa zelf, b. v. tus schen Duitschland en Frank'ijk of tus schen Duitschland en Engeland, welke laatste oorlog spr. wiskuD dig zeker acht, is schennis der neutraliteit op de Neder landsche kusten zeer goed mogelijk. In het begin van zulk een oorlog, zullen beide landen volledig reden hebben de neutraliteit van Nederland te handhaven, maar wanneer het een tijd geduurd heeft zal dit veranderen-, en als dan Neder land krachtig genoeg is zich te verwe ren, al is het dat men niet kan over winnen, men zal toch den indringer afbreuk doen, en daarom zal bij zich wel tweemaal beden keD. Men moet niet mopperen over gelden uit te geven voor de kustverdediging, men moet zien hoe in Denemarken en Zweden ten deze is geschied. De belasting voor een goede verdedi ging en de handhaving van de neutrali teit vergelijkt spr. met de premie van een brandverzekering of van een levens- vei zekering; men moet niet ontzien millioenen uit te geven om later milli- arden te behouden. De belangstelling in de marine is niet groot, doordat wi) in 70 jaar niet in een Europe?schen oorlog gewikkeld zjjn ge weest en men niet gelooft aan ten nieuwen oorlog. Anderen rekenen op hulp van andere naties. Hoe bedrogen men daar mede uitkomt, heeft de Boerenoorlog bewezen. Een derde categorie zijn zjj die zeggen, dat Nederland zich toch niet verdedigen kan. Toch is spr. overtuigd dat als het er op aankomt, ieder Nederlander.per soonlijk z(jn diensten zal geven, maar persoonlijke moed is niet meer voldoende tegenwoordig, er moeten goede schepen zjjn en hiervoor zullen de Kamerladen geld geven als er een drang uitgaat van de kiezers achter hen. Het aankweeken van dien drang is 't doel der vereeniging „Onze Vloot», en deze vereeniging staat buiten de politiek. Ieder kan lid worden voor een cootri- van minimum f 0,5C, waarvoor men o. a. een tijdschrift ontvangt. Het doel is aan kweeken van belangstelling in de zee macht. Uit een paar aanhalingen van buiten landers bewees spr. dat onze marine in het buitenland goed staat aangeschreven, zoowel wat betreft haar werken als haar gedragingen aan den wal. Ook de Nederlandsche pers heelt goed geschreven over de jongste manoeuvres. Oorlogvoeren doet niemand voor zjjn pleizier en ieder zou liever vrede krijgen door recht. De vootzitter van de vereeni ging „Vrede door Recht" en ook «Glad stone" hebben beiden zich echter tegen ontwapenen verzet. Spr. drong ten slotte er op aan dat ook afdeelingen van de vereeniging „Ons Leger" zullen worden opgericht en dat deze zullen samenwerken met de afdee lingen van „Onze Vloot". Met dank aan de jonge dames, die zich bereid verklaarden leden te winnen, eindigde de heer Van Bemmelen. Vervolgens werd een kwartiertje ge pauzeerd en begaven de dames zich on der de aanwezigen om leden te winnen. Na de pauze was het woord aan den heer H. Quispel, lid van het Hoofdbestuui die allereerst mededeelde, dat 47 personen zich als lid opgaven en de afdeeling Mid delburg staat te worden geconstitueerd. Aan de hand van een aantal lichtbeel den zette spr. vervolgens de wordings geschiedenis van de tegenwoordige oor logsschepen uiteen en deelde daarop mede welke soorten van schepen men bjj onze marine heeft, pantserschepen, pant- serdekschepen, monitors, rivierschepen en kanonneerbooten, welke laatste soor ten verdwijnen. Verder nog mjjnleggers en ten slotte de torpedobooten en torpedo- bootjagers. Nog een nieuwe rubriek ia de laatste jaren hierbij gekomen, name lijk de onderzeebooten, waarbij nog komt in Indië de gouvernementsmarine. Een groot aantal kiek jas werden ver toond, waarna spr. mededeelde, dat de Maatschappij „Zeeland" de leden van „Onze Vloot" tot een tochtje heeft uit- genoodigd. Nadat het strijkorkest, dat de pauzes aanvulde, bet „Wien Neêrlandsch bloed" ten geboore had gebracht, sloot de heer jhr. De Casembroot met dank aan de sprekers de vergadering, mededeelende dat het aantal leden reeds tot 56 is ge stegen en Woensdag a.s. een vergadering gehouden zal worden ter verkiezing van een bestuur. Rest ons Dsg mede te deelen dat de Padvinders in costuum de,bijeen komst bü woonden. Ylissingen. Het muziekgezelschap „Ons Genoegen" bracht gisterenavond een serenade aan het nieuwgekozen liberale raadslid den heer Krijger. Zelfs werd da opvoering in de muziektent er om .ver laat. Zou men dergelijke demonstratus maar liever niet afschaffen Z(j zijn naar onze meening tamelijk onkiese h tegenover den gevallen tegen candidaat, en de kiezers die den gekozene niet hebben begeerd. Trouwens er was voor deze pret nu al bijzonder weinig aanleiding. District I kan alleen door de liberalen gewonnen of behouden worden, wanneer de soeia- listen een handje helpen en die hebben nu, zegt men, hun „stille kracht" wel getoond, uit dankbaarheid -dat de vrij liberalen hun candidaat in III niet hebben hesLeden. De Vliss, Crt. schrijft beden zoo volkomen juist: dat bjj gemeente raadsverkiezingen de politiek den door slag geeft. Dit is nu ook weer gebleken want, niettegenstaande Vlissingen onder hetvrijzinnige beheer achteruit vliegt, hebben de kiezers aan dat beheer door deze verkiezing toch weer bun zegel ge hecht. Maar om kort te gaan wanneer 360 kiezers iemand niet begeeren en 364 dus slechts vier meerwel, dan is het een beleediging voor de minderheid

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1912 | | pagina 1