26e Jaargang.
E1IWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 209 1912
Vrijdag 7 Juni,
nog
er
HISTORiSet!
Tuin,
len,
Itten.
ISTEUJK
burg.
5e),
GSTE
vallei
I.
terschap
sten Ier-
Jrijving
groot
ten een
Ingen is
pós ver-
r-6riffier
|rijvings-
ïni moe-
In op 15
ijkgraaf.
iGriffier.
LI Juni
1ke te
Ier te
litkelde
r k e.
i er e.
IA JA
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DEJONGE-VERWES F, te Goes
Buitenlandsch Overzicht.
F. P. D'HUIJ, te Midrielbt rg.
PRÏJS DER Ai>VERTENTIËN
ÏR'
iBlifeK
bij
tekerke
iburg.
is van
Ant-
erdam
versa
funi 5
kr12
luni 6
kr 80
IZater-
fcGops,
1 Jg* e- «sasEsas»
1EI IEREN WERKDAG DE3 AVONDS.
Prijs per irie maanden franco p. p,1.25
tfnkele nummers. 0.05
EN
2.1), cU«> zteh met 1 Juli a. m.
op ou» blad abonneeren, out
vangen h.et tot dle« datnrn
gral is.
België, HoDgaitje en Portugal zyn op
't oogenblik tooneelen van stryd en ver
zet. Het motief is eigeniyk^ voor alle
drie hetzelfde; afkeer van het wettig
en wettelijk gezag en van het cleri^a-
lisme, ook in zijn beste uitingen, gelijk
in België. Want het clericalisme, gesteld
dat deze scheldnaam voor de Belgische
regeericg de juiste is, moge in zijn reli
gieus bedoelen den vrijdenker een hin
der zijn, wat het op stoffelijk gebied
heeft tot stand gebracht is van zeer
groote beteekenis. België is onder een
nagenoeg dertig jarig „clericaal* bewind
groot geworden.
In Portugal daarentegen is onder het
clericale Rijksbestuur het land ziender-
oogen achteruitgegaan. Er kwam echter
ter andere zijde vijandschap tegen Ko
ningshuis en Monarchaal geaag, bene
vens valsche vrijheidszin bij, en dit
bracht het tegenwoordig regime aan
het bewind, hetwelk evenwel nu reeds
in den korten tjjd van zijn bestaan, zijn
totale machteloosheid en onmacht om
iets goeds voor land en volk te doen
getoond heeft.
In Hongarije is de revolutiekoorts
geen acuut verschijnsel meer. Daar is
de revolutie altijd aan het opspelen, de
koorts is bij dezen patiënt nooit af.
Dat zit 'm in den rassenhaat, de per
soonlijke intriges, en het socialisme dat
van verschillende wanverhoudingen mis
bruik maakt fom het gezag te onder
mijnen.
Openbaart in België de revolutie zich
op de straat, als weerklank op die welke
zich af en toe in de vergaderingen der
volksvertegenwoordiging doet hooreD, in
Hongarije is het vooral het Huis vaD
Afgevaardigden door hetwelk de regee
ring gedwarsboomd wordt als weerklank
op de straatkabalen.
Gisteren ging het er weer heftig toe,
Het was er vooral om te doen om den
nieuwen president van het Huis, den
oud-minister graaf Tisza te bestoken.
De regeering had op kabaal zoo in
als buiten het Huis gerekend. Heel Buda
Peoth was in roere- Daarom was het Huis
aan alle kanten door soldaten en gendar
merie omgeven, en de toegang tot de
vergaderzaal door sterke politieafdeelin
gen bezet. Om kwart voor tienen trekt
de oppositie onder aanvoering van Justh
en Aponyi de zaal binnen. Onder de leden
van de oppositie is ook de afgevaardigde
Kovacs, die voor 30 vergaderingen ge
schorst is, maar die besloten was de zaal
met geweld binnen te dringen.
Om half tien komt graaf Tisza de zaal
binnen; om half elf opent hjj onder ge
weldig rumoer de vergadering Deleden
van de opposiiie blazen op trompetten,
sirenen en andere levenmakende instru
menten.
Justh roept: „Gy zjjt een ellendige
schurk!" Polonyi schreeuwt: „Gy hebt
staatsgelden verduisterd!" en tot den
minister-president gewend„Gy zljt de
grootste schurk 1"
De afgevaardigde Zlinsky roept tot den
minister-president: „Wy ijjn reeds een
maal de dupe van dezen schurk gewor
den. Jullie zal hy ook nog te pakken
hemen
Onder het geweldige rumoer kan de
voorzitter zich niet verstaanbaar maken
en hy schorst daaróm de vergadering.
Graaf Tisza verlaat de zaal, maar de
minister-president Lukacz biyft en wordt
door de geheele oppositie uitgescholden
Het regent uitdrukkingen als.Ellende
ling, schurk!" Hetoorverdoovend geraas
duurt een kwartier, waarop weer een
inspecteur van politie met 50 politieagen
ten in de zaal verschynt en de afge
vaardigden van de oppositie, met Justh
aan het hoofd, de deur uitsleepen.
By de hervatting van de vergadering
werd Tisza door de regeeringspartyen toe
gejuicht doch de oppositie behield den
boventoon; zy schreeuwde: „Verraad I*
en verliet daarna de zaal. Hierop nam
de voorzitter het woord ter rechtvaar
diging van de genomen maatregelen, in
zake de verwydering der rumoermakers.
Hy vraagde het Hui3 streng op te treden
tegen de 36 leden der oppositie, die de
orde verstoord hadden. De rede van den
voorzitter werd door opgewonden toe-
lüichingen onderbroken.
Het Huis nam hierop een motie aan,
waarin de gevallen beslissing inzake het
weerplicht-ontwerp werd verklaard zon-
der twyfel de opinie van het Huis weer
te geven.
Wat den toestand in de stad aangaat,
die biyft ernstig. Het zal wel uitloopen
op een staat van beleg. Straten en pleinen
zyn militaire kampementen. In de voor
steden patrouilleeren gendarmen. Acht
eskadrons huzaren en 47 compagnieën
infanterie zyn onder de wapenen. Alle
toegangswegen tot het parlement en de
woningen van de voornaamste politieke
personen worden door de politie bewaakt.
Het hoofd van de politie maakt bekend,
dat de politie en de gewapende macht
met veel nadruk zullen optreden. De
gewapende macht zal als ze maar in
het minst aangevallen wordt, na een
waarschuwend trompetsignaal onmiddel-
ïyk van de vuurwapens gebruik maken.
Niet minder ernstig is de toestand in
de hoofdplaatsen van België. De onlusten
worden gaande gehouden door een ver
bitterde vryzinnige en socialistische pers,
welke open of bedekt tot straatprotest
tegen de uitspraak der kiezers aanzet.
Te Luik werden zelfs gisteren nog tal
van straatlantaarns verbryzeld; en nu
schynen de kerkramen er aan te moeten.
De betoogera hebben verscheidene agen
ten gewond. Te Brussel hebben, na her
haalde aanvallen op katholieke instellin
gen de verdedigers der orde charges uit
gevoerd en de menigte uiteengejaagd.
Verschillende personen werden gekwetst.
In den avond zyn betoogers door de stad
getrokken, *de ruiten ingooiend van trams
en auto's. Zy braken de deur der Nikolaas-
kerk open en poogden brand te stichten.
Maar het vuur kon gedoofd worden.
Hetzelfde gebeurde aan de St. Antonius-
kerk te Anderlecht. Van twee andere
kerken werden de ruiten verbryzeld.
Uit Bergen wordt gemeld dat de sta
king in de Borinage aanmerkeiyk is uit
gebreid. Arbeiders van allerlei vakken
doen er aan mee. Allerwegen worden
gewelddadigheden gepleegd. Men gelooft,
dat heden in de Borinage de staking
algemeen zal zyn.
Van stakingen gesproken, ook in Spanje
werken socialisten en republikeinen in
de mynen en in de Kamer saam om het
gezag op losse schroeven te zetten. Hoe
kan 't ook andere, daar Spanje zoo dicht
aan Portugal grenst. Zoo heeft de Kamer
goedgekeurd dat tegen een drietal afge
vaardigden een gerechtetyke vervolging
wordt ingesteld. In het kolenbekken van
Oviedo is de staking algemeen, en in dat
van Asturië dreigt zy het te worden.
Reeds kwam het te Oviedo tot bloedige
botsingfcD, en werden werkwillige arbei
ders op schandelyke wyze vervolgd. In
de bekkens van Turon, Tudella, Veguni,
Lengre, Sigaredo hebben 15,000 mynwer-
kers tot stakeD besloten.
Hoe 't gisteren in de Portugeesche
Kamer is toegegaan, hebben wy in de
Telegrammen vermeldook van de
straatoproertjes gewaagden wy reeds
vroeger. Het onweer is er niet van de
lucht afde relletjes op straat en in de
Kamer volgen elkander met weerzin
wekkende eenstemmigheid op. Het mini
sterie heeft dan nu zyn ontslag aangebo
den, dank zy de oppositie der gematig
den onder leiding van den oud-minister
d' Almeida.
De aanleiding tot de jongste straatge
vechten was de vryspraak van de ver
dachten in zake een monarchistisch com
plot, dat, altyd volgens het roode minis-
nisterie, zou hebben bestaan en getracht
het koningschap te herstellen, een be
schuldiging die totaal onwaar is gebleken
doch welke het kabinet meende noodig
ta hebben om het volk in bedwaDg te
houden, en de aandacht van zich af te
leiden. De vrysprekende vonnissen waren
het'sein tot den aanval, en de regeering
moedigde dien aan. Het was te verwach
ten dat de gematigden haar in de kamer
hierover zouden aanvallen. Daarom moest
een nieuwe afleider worden gezocht, en
de regeering „vond" dien in de tramsta
king, een omstandigheid die de oppositie
deed besluiten haar aanval uit te stellen,
zoo werd door deze toevallige staking
de val der regearing vertraagd. Maar
gisteren is dan toch de bom gebarsten
na een tweedaagsch heftig debat waarby
volgelingen van Affonso Costa en d' Al
meida elkaar letteriyk in de haren vlo
gen zelfs de ministers deden hieraan
mee.
Een Affonsist die een Almeidistischen
spreker in de rede viel, kreeg van dezen
het verwyt te hooren„Je liegt", waarop
een ander hem zyn bril in het aangezicht
sloeg. Hierop volgden vuistslagen, blauwe
oogen, verwonde gezichten en bloed
neuzen.
De president (wy citeeren hier weer
maar eens de vrijzinnige N. RottCrt.)
zwaaide wanhopig en hopeloos de bel,
niemand luisterde meer.
Terwyi de afgevaardigden beneden
„klopten" begonnen de galeryen even
eens te betoogen, en weldra was het
ook daar een kluwen van vechtende en
schreeuwende toeschouwers.
De afgevaardigden, die niets te schel
den hadden, accompagneerden het gegil
der anderen met de deksels hunner les
senaars. De president werd moe van het
bellen en zette zyn hoed op. „Eruit,
eruit met zulke Kamerleden!" gilde een
hooge stem van boven.
„Eruit met het publiek" beval," de
president. Maar de heeren op de galeryen
weigerden. Door het gebouw klonk het
gedraaf van soldaten, een nieuwe worste
ling op de galeryen ontstond... einde
ïyk waren ze leeg.
De klok wees vyf uur.
Maar op de gangen bleef het publiek
protesteeren, weigerend heen te gaan.
De aanwezige soldaten waren zoo goed
als machteloosDaarop sprak de vice-
presideDt der Kamer het volk toe en
beloofde, dat het, als ze zich verder rus
tig hielden, weer de plaatsen in mocht
nemen.
In de zaal was het nog-levendig, men
ging voort elkaar de huid vol te schel
den en nu en dan hadden weer hand-
tasteiykheden plaats: de heeren werden
echter wear gescheiden.
Eerst om zes uur kon de zitting her
opend worden en begonnen de hate-
lykheden opnieuw.
By het uiteengaan van de Kamer (de
zitting had van twee tot tien ,nur ge
duurd) raakten de afgevaardigden Martins
en Amaro vóór het Kamergebouw weer
handgemeen, welk voorbeeld door enke
len uit het publiek nagevolgd werd. Maar
men slaagde erin de vechtlustigen te
scheiden.
De algemeene opinie was, dat de Al-
meidisten (ook evolutionisten geheeten),
al leden ze de nederlaag, moreel toch
de overwinning behaalden. Zy hadd9n
argumenten, de Aflonsisten alleen woor
den tot hun beschikking.
Tot zoover deze vryzinnige verslag
gever, die reeds meermalen een treurig
tafereel ophing van den janboel in het
Portugeesche „parlement".
Zooals wy gister reeds meldden, is
gisteren na verwerping van een motie
van wantrouwen door d'AImeide voor
van 1—5 iegels 50 cent, tencre regel meer 10 cent
Familieberichten van 1—10 regel, L- iedere regi s
mi er 10 cent,
gesteld, het kabinet, levensmoe en ten
einde ïaad, afgetreden. Afgetreden en
dat ondanks de verwerping 1 Men moet
echter begrypen dat reeds vroeger een
motie van vertrouwen met slechts een
een stem meerderheid aangenomen was,
en dat het hooge cyfer 37 die 't gister
met d'Almeida eens bleken tegenover
de 73 die 't kabinet getrouw blevtn, de
ministers zal hebben afgeschrikt.
De vertooning heeft uit.
Rrrrrt weer een ander „stik".
In het staatje der Belgische verkiezin
gen in ons vorig no. staat dat te Brussel
gekozen zjjn 11 K. 9L. en6S. Dit moet
zyn 12 K., 8 L. en 6 S.
De verkiezirig voor den Senaat heeft
over het geneele land den volgenden uit
slag gehad. De oude Senaat telde 64 ka
tholieken, 46 libeialen en socialisten, dus
18 stemmen katholieke meerderheid. Er
moesten Zondag 93 Senatoren direct ge
kozen wordeD, van wie er 10 nieuwe
zetels in zouden nemen. De katholieken
hebben 54 zetels verkregen, de liberalen
en socialisten 39. De volgende maand
moeten de provinciale raden eeD aantal
(37) Senatoren aanwijzen.* Totdusver be
schikt de regeering dus over 15 stemmen
meerderheid.
"UXT 3D® MtëlgL
Noordtzjj's Benoeming.
De Nederlander geeft nog eenige pers
stemmen over deze zaak. Wy nemen er
uit over de beschouwingen van dr. Bak
huizen v. d. Brink in de Ned. Kerkbode en
dr. J. Schokking in de Geref. kerk.
Eerstgenoemde schryft:
Aan dr. Noordtzy brengen wy onzen
gelukwensch met de zéér eervolle be
noeming. Want het zegt niet weinig"in
Valeton's plaats te komen, die in
bmnen- en buitenland als geleerde,
mensch eH Christen de hoogste achting
genoot.
Velen zullen teleurgesteld zijn in de
hoop, dat een leerling en geestverwant
van prof. Valetoh zou zyn benoemd.
Velen zullen het ook betreuren, dat
riet een man, dietotdeNederlandsche
Hervormde Kerk behoort, benoemd is.
Een plaatsvervanger van prof. Vale-
ton kan dr. Noordtzy niet wezen. Im
mers staat hy buiten de Kerk die Vale-
ton trouw bleef dienen en liefhebben.
Hij kan de leegte niet vervullen, die
door Valeton's heengaan in Zendings-
Vereeniging en Zendingsschool, als
Kerkvoogd der Utrevhtsche Gemeente,
als prediker in onze Kerk is ontstaan.
Maar sedert de Theologische faculteit
neutraal is gemaakt, kan men geen
overwegend bezwaar inbrengen tegen
de benoeming van een geleerde, die niet
tot onze Kerk behoort. De hoogleeraren
Lake en Kristensen te Leiden zyn ook
niet Nederduitsch Hervormd. Welis
waar behioren deze niet tot een Kerk,
die aan de onze vyandig is. maar van
een man als dr. A. Noordtzy mag nie
mand veronderstellen, dat hy de be
krompenheden van zijn kerkgemeen
schap deelt. Hinderlijker is, dat ook
hier voor de Theologische faculteit een
litterator voldoende werd geacdt en
geen Theoloog benoemd ishy zal
toch exegese hebben te onderwyzen.
Overwegingen van kerkelykt n (ten
minste van Ned. Hervormd-kerkeiy-
keD) aard kunnen by dezen minister
van binnenlandsche zaken niet geacht
worden te gelden.
Wat den benoemde zelf betreftby
is gebleken te zyn een man, die op het
terrein zyner studie uitmunt en aan
wien met vertrouwen de te doceeren
vakken, uit wetenschappeiyk oogpunt,
kunnen worden toevertrouwd.
Iemand, die zich niet met de politiek
inlaat, doch zich tot de „liberalen" rekent,
verdedigt de benoeming in een merk
waardig artikel in de N. Crt. In de eerste
plaats acht hy ongegrond de critiek, ge
oefend op bet feit, dat niet een theoloog
maar een kenner van de Semitische let
teren is benoemd, want de Protestantsche
theologen, zegt hy, weten over het alge
meen van die letterkunde te weinig af
Verder richt zich de oppositie tegen het
feit dat de benoemde Gereformeerd en dus
misschien tegenstander is van Bybelcri-
tiek. Doch die critiek komt voort uit illi-
beralisme of onverdraagzaamheid, zegt
de schaver. En dan voegt hy daaraan
deze merkwaardige woorden toe:
Men s immers nóg niet wy-zer ge
worden. De pyramiden zyn geopend,
de Assyrische paleizen zijn ontsloten,
Hammurabi's Wetboek is bekend ge
worden. Delitzsch' Babel und Bibel-
vortiage zyn in de gansche beschaafde
wei eld gelezen en al wil ik gaarne
toegeven, dat door dit alles de bybel-
critiek haar recht van bestaan biyfö
behoudeD, men moet toch erkennen,
dat wat een Weilhausen en in navol
ging van hem Kuenen in zyn stan
daardwerk „Het Historisch-critisch on
derzoek" en zooveel anderen, als apo-
cryphe sprookjes hadden voorgesteld,
als historisch vaststaande is bewezen.
Uitgemaakt is derhalve, dat voor een
conservatief standpunt ook zonder
starre orthodoxie, Dog voldoende re
denen bestaan en toch wil men van
een leeraar, die op dit standpunt staat,
niets weten. Is dat liberaal, of
veeleer het omgekeerde? Waar er
duizenden en duizenden in den lande
z(jn die in eerlyke overtuiging aan den
by bel een goddelijk karakter toekennen,
waarom mag daar ook niet ter wille
van die duizenden een hoogleeraar
worden aangesteld, die onderrichten
zal op de wy'ze als hun dierbaar is?
Is dat soms de opvatting van onze
hooggeroemde vryheid vanonderwys?
Dr. J. Schokking schryft in de Ger.
Kerk
Wanneer wy enkel letten op de vak-
keD, welke de nieuwbenoemde hoog-
leer-aar te behandelen heeft, en het
straks blijkt, dat dit niet geschiedt
naar modern ciitische methode, maar
inderdaad op zoodanige wyze, dat eer
biediging van de Heilige Schrift als
Openbaring Gods de stilzwygende on
derstelling is, dan kunnen wij er ons
slechts over verheugen, dat eindeiyk
ook een man van Gereformeerd be
ginsel gelegenheid krygt op het gebied
van Oud-Testamentische studie zyn
kracht te ontwikkelen.
In zooverre wenschen wy onze in
genomenheid met de benoeming uit
te spreken.
Maar het gaat hier ook om de opleiding
tot het ambt, de Utrecütsche studenten
behooren byna alle tot de Hervormde
Kerk, en studeeren er met het doel in
die kerk predikant te worden.
By dezen stand van zaken nu komt
het ons eun feiteiyke anomalie voor.
een hoogleeraar te benoemen, die niet
slechts tot een andere kerk behoort
dan zyne leerlingen, maar bovendien
tot eene, die juist als kerk tegenover
de He vormde meest vyandig staat.
Wy spreken opzetteiyk van een fei-
teiyke anomalie, want formeel is er
geen bedenking te maken.
Foimeel onderhoudt de Regeering
geen band meer met eenige kei k, wat
de Theologische fnculteit aangaat;
maar dat zy daatom by de benoeming
der hoogleeraren ook geheel onver
schillig zou mogen zyn omtrent hun
kerkeiyk standpunt by de wetenschap,
dat de studenten met een enkele
uitzondering misschien, overigens
allen tot een bepaalde kerk behooren,
lykt ons voor het minst betwistbaar.
Men ziet wel, dat de meeningen nogal
verschillen.