No. 201 1912 Woensdag 29 Mei, NIEUWSBLAD Jaargang. HISTORISCH fOOB ZEELAND CHRISTEL! JK- VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWES F, te Goes F. P. D'HUÏJ, te Middelbt rg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Buitenlandsch Overzicht. I -B& &J mtsehe Eigenheimers f 0,— a f 0,—. 'neigenheimers f0, a f O, ita's 9l/a 10 c. per kilo. Spring per kilo 10 k 14 c. -nvoer 8 ladingen. Telegrafisch Weerbericht. "".ar waarnemingen in den morgen van 28 Meimedegedeeld door het Ned. Meteor. Instituut te De Bilt. achting tot den avond van 29 Mei Dgste barometerstand 769 6 te Hoi- aagste stand 752.9 te Skudesnaes. akke tot matige zuidwestelyke tot westelijke wind. Zwaar tot half- kte lucht. Waarschijnlijk nog re ien. Warmer. van ons woor allen- Oc e ben|| IEI IEREN WERKDAG DES AVONDS» Prijs per trie maanden franco p. p.1.25 énkele nummers» 0.05 UITGAVE DER FIRMA'S EN vin 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent Frmiliebericnten van 1—foregelc L—iedere regel ffu gr 10 cent. 28 Mei 1912. Fan twee kanten. De vrijzinnigheid heeft een mes dat snijdt van twee kanten. Herhaaldelijk blijkt dat bij gemeente- raads- en andere verkiezingen, waarbij 't gaat tusschen een Roomschen candi- daat en een vrijzinnigen. Dan wordt er gespeculeerd op het antipapisme van sommige antirevolutionairen, en is dan met behulp van deze afwijkers door de vrijzinnigen de overwinning behaald, dan schrijven zij dat op en slaan met dit droeve feit bij een latere gelegenheid de antirevolutionaire leiders om de ooren. Te Sluis is tot tweemaal toe by een stemming voor den gemeenteraad op die wijs eeD Roomsche uit den Raad ge weerd, en zoo de meerderheid aan den „Protestantschen" kant gebleven. Nu circuleerde in de pers dezer dagen een bericht uit het district Oostburg dat de Roomschen aldaar in 1913 een Katho lieken candidaat zullen stellen voor de Tweede Kamer. Wy hadden reden om van dit bericht niets te gelooven en lieten het derhalve .zwemmen". In de N. Zeeumche Grt. kwam dan ook al uit de allerbeste bron de tegen spraak. Maar wat doet het (vryz.) Weekblad van Z. VI. W. D. Het blad dikt het bericht Dog eens aan en tracht een scheur te trekken in de Oostburgsche coalitienaluuriyk met de Sluische geschiedenis er by. Het blad schryft „Dit bericht houdt naar onze mee ning niets anders in dan een vermomd dreigement tegen de antirevolutionai ren, die by een paar gemeenteraads- verk'ezingen getoond hebben, dat zy nog niet slaafs in het gareel van Rome wenschen te loopen." Zoo snydt het mes v^n twee kanten. De vryzinnigen winnen het, en de coalitie biyft in de minderheidwant de eene maal moeten de antirevolutionairen „tegen Rome" opgezet, en de andere maal de Roomschen tgen die sty ve calvinisten ingenomen worden. Nu hebben te Sluis de antirevolutio nairen altyd den Roomschen candidaat trouw gesteund. Maar wat hindert dit. Ben paar grensbewoners onttrokken zich aan de actie of lieten zich door den vry zinnigen vogelaar verschalken. De winst is behaald, en zal later door datzelfde middel van „verdeel en heersch worden bestendigd. Af en toe is het wel eens goed tegen dergeiyke praktyken te waarschuwen, ofschoon voor de groote meerderheid der onzen al sinds lang geen waarschuwing meer noodig is. Met twee maten. In 1909 heeft prof. Eerdmans in som mige plaatsen, onder anderen te Dor drecht, waar dr. Kuyper. candidaat was, de anti-revolutionairen bestreden met tal van gezochtheden, o. a. het meenings- verschil tusschen gereformeerden en Chr. gereformeerden, tusschen Kuyper en Bavinck, en ook nog de schrapping der bekende dwangclausule in artikel 36 der Geloofsbeiydenis. Vooral dit laatste was teekenend, want het wekte den schyn als ware de vry zinnige hoogleeraar het met die schrap ping oneens, en stelde hy zich aan de zyde van de Friesch- en andere Chr Historischen. Thans levert de theologische mede werker van Het Handelsblad in de ru briek „Godsdienstig leven in Nederland' een critiek op dr. Kromsigts „reactionaire wenschen" in zake de zuivering der (Nederl. Hervormde) kerk. Het slot van zyn bestry ding luidt aldus Maar de geneesmiddelen van dr. Kromsigt slikken wy niet. Genezing te zoeken door reorganisatie der Hervorm de Kerk in de con fession eele richting en door steun voor die kerk van Staats wege en door tuchtmiddelen teD op zichte van haar leden dat schynt ons een verkeerde keuze en in plaats van hiervan verbetering te verwachten, schynt het ons het aangewezen mid del om de Kerk alle voeling met het volksleven te laten verliezen, in snel- toenemende mate en voor onafzien- baren tyd. Dit laatste begrypen wy. Yerwezen- ïyking van dr. Kromsigts ideaal zou de vryzinnigen uit hun kerk dryven. Maar wat de schryver in een noot er aan toe voegt, wekt in 't licht van prof. Eerd mans critiek op een synodaal besluit der gereformeerde kerken gezien, den indruk van een meten met twee maten. De opmerking van den modernen schryver luidt: Art. 36 is dat artikel der Ned. Ge- loofsbeiydenis, waarin aan de overheid de bescherming des geloofs en de uit roeiing der kettery opgedragen wordt, 6d dat voor eenige jaren door de Ge reformeerden afgeschaft is. Wenscht dr. Kromsigt het gehandhaafd toegepast Hier wordt met zooveel woorden de schrapping der bekende,clausule goed gekeurd. Maar waarom er dan een wapen uit gesmeed by de politieke verkiezingen Of zal men dit straks weer doen Waard,eer end oordeel. Dèt mag even aangeteekend Er is geen onbiliyker critiek de laatste uitgeoefend, dat het lawaai, dat men van Links gemaakt heeft overdeZedeiykswet. Volmaakt is geen enkele wet. Ook déze heeft haar gebreken. En 'n enkelen keer zullen uit onkunde ot overdreven y ver weieens vreemde ioe- passiDgen van deze wet voorkomen. Doch zoo iets gebeurt altyd. Het veroordeelt de wet niet. En 't is en biyft een brandmerk op de Linkerzyde, dat ze deze wet, die zooveel goede en heilzame bepalingen biykt te bevatten, belacheiyk en bespotteiyk heeft gemaakt. Een uitzondering mogen we maken voor den heer mr. Marchant, vryzinnig democraat. In een rede, onlangs te Schiedam ge houden, heeft hy openiyk zijn volle sym pathie met deze veel gesmade wet uit gesproken. Uit overtuiging heeft hy er zyn stem aangegeven en sind« is hy ver sterkt in de meening, dat deze Wet noodig was en nuttig werken zal. We nemen gaarne acte. Er ziju dan toch ter Linkerzyde nog mannen, die het goede weten te waar- deeren, óók als het van hun tegenstan ders komt. 't Geeft moed voor de toekomst. De tyd z£l komen, dat de schampere spotters van Links zich schamen zullen over veel, dat ze tb&ns hebben ge zefidl Gevaar voor stranding. Ook dit mag zeker herinnerd. In dezelfde rede zette mr. Marchant nogmaals uiteen, de bezwaren, die be staan tegen Staats-pensioneering. Maar wees er vooral op, dat de gansche zaak der arbeidersverzorging dreigt te stranden op déze klip. Zeg, dat het den tegenstanders, gelukt Talma's wet te doen vallenwat dan Volgens mr. Marchant niéts I Voor Staatspensioee is tóch geen meer derheid te krygen en van al het gewurm worden de arbeiders de dupe. Zóó ziet mr. M. het in. En geiyk heeft hy ook. Onze Courant. De noodlottige dood van den hertog van Cumberland roept de herinnering terug aan den historischen stryd tuschen Guelfen en Ghibeliy nen, voortgezet in dien tusschen de huizen van Hannover en HohenzoTern. g De oude, lang vergeten strijdkreet „Hie Welf, hie Waiblinger!*zoo schryft Het Handelsblad weerklonk nooit krachtiger dan in de jaren, volgende op oorlog van 1866, waarin de eerste grond slagen werden gelegd voor de Duitsche eenheid, maar waarin ook een aantal Duitsche vorsten, wyi zy zich verzet hadden tegen -Bismarck's plannen, hun land en troon moesten verliezen. „Een dier vorsten was de blinde koning van Hannover, George V., die in 1866 na de capitulatie van Langensalza, met edele waardigheid zyn lichamelijk en vorsteiyk leed dragend, naar Oostenryk vluchtte. Het was de Oostenryksche mi nister, graaf Mennsdorf geweest, die hem vóór den oorlog had gedreigd„Zoo gy u niet by Oostenryk aansluit, is het einde uwer duizendjarige dynastie nabyVoor de waarheid dier voorspelling vreezend, verbond koning George, door verkeerde raadgevers voorgelicht, zjjn lot met. dat van het Oostenryksche keizershuis. Maar hy bleek zyn geluk op een verkeerde kaart te hebben gezet. En Hannover moest, als Nassau en Keurhessen, de on juiste staatkunde van zyn koning boeten met bet verlies zyner zelfstandigheid/ Het Handelsblad haalde de geschiede nis nog eens als volgt op Het Welfenhuis, een der oudste Duit sche vorstengeslachten, dat eens een groote rol heeft gespeeld, en naast kei zers van het rjjk ook de felste en onver- zoeniykste tegenstanders van keizer en ryk heeft opgeleverd, stamt, volgens de legende, van Wittekind, den Saksischen koning af. De niet-legendarische stam vader was Welf I, (f 821) de stichter van de oudere Welfische lyn. De jongere werd gesticht door Welf IV, den zoon der schoone Kunegonde, een dochter van Welf III en van Azzos, den vorst van Milaan en Genua. Uit diens geslacht is Otte bet Kind (f 1252) voortgekomen, die de stam rader werd van het huis Brunswyk, waarvan in de vorige eeuw nog twee takken bestondendie van Brunswyk-Wolffenbuttel en van Bruns- wyk-Luneburg. De eerste stierf uit iD 1884 met hertog Wilhelm van Brunswyk, de laatste nam den naam Hannover aan en kreeg in 1692 de keurvorsteiyke waardigheid. Na den dood van koningin Anna kwamen de keurvorsten van Hannover in Engeland aan de regeering. De persooniyke unie tusschen Engeland en Hannover dat in 1814 eveneens een koninkryk was ge worden bleef voortbestaan tot 1837. By de troonsbestyging van koningin Vic toria in Engeland moest, op grond der voor Hannover geldende 8aliscke wet, haar oom, de hertog van Cumberland, koning worden in Hannover. Diens zoon, Gerorge V. was de laatste koniDg van Hannover. Vóór den stryd tusschen Pruisen en Oostenryk had Bismarck aan de Duitsche staten, die op voorstel van de regeering te Weenen als protest tegen de schen ding van den tondsvrede door Pruisen, hunne troepen gemobiliseerd hadden, doen weten, dat Pruisen dit als een oor logsverklaring zou opvatten. Pruisen eischte het terugbrengen^ van het leger op voet van vrede. Koning George V weigerde dit; en nu rukten, ODder bevel van Vogel von Falckenstein de Pruisische troepen het koninkryk binnen. By Lan gensalza wisten de Hannoveranen de overwinning te behalen maar het mocht ni°t baten. Van alle kanten waren zy door de Pruisen omsingeld. En op 29 Juni 1866 moest koning George zich over geven, met zyn geheele leger. Veertien dagen na de weigeriDg van het Pruisische ultimatum had het koninkryk Hannover opgehouden te bestaan. Het Hannover sche leger werd ontbonden de koning, na een vergeefsche poging tot onderhan deling, verliet met den kroonprins het land en vestigde zich in Oostenryk, van waaruit hij vooral door middel van de Fransche pers, onder anderen met den tegenwoordigen revolutionairen socialist Guesde in zyn dienst, een campagne tegen Bismarck en Pruisen opende. Meer nog, de aanhangers in Hannover van den onttroonden koniDg, vooral de adel die „nog naar vroegeren voorrang haakte" ondernamen het, in Frankry keen legertje te onderhouden, net Welfenlegioen, dat de kern moest vormen van een troepen macht, die, zoo de gelegenheid zich voor deed, den koning weer op zyn troon zou herstellen. ÜJjjHet was vooral deze daad, meer nog dan de onvruchtbare poging om in Fran sche bladen de verloren zaak van den Welfenkoning te verdedigen, die Bis marck er toe bracht het kapitaal, dat len blinden vorst als schadeloosstelling was toegekend, in beslag te nemen, om met de renten daarvan alle tegen het ryk ot den koning van Pruisen gerichte ondernemingen van Hannoveraansche zyde te bestry den. 'i Mokkend over zyn verloren waardig heid bleef koning George V alle toena dering weigeren. En toen bfl in 1878 stierf bleef zyn zoon Ernst August de zelfde bouding volgen. Id een schiijven aan de voornaamste vorsten van Europa baDdhaafde by zyn rechten op het koninkryk Hannover, en verklaarde hLj tot aan het herstel dier rechten den titel van hertog van Cumberland. Bruns- wijk en Lunebuvg te zullen voeren. By het kinderloos overly den vaB den laaisten hertog van Brunswyk in 1884 vaardigde Ernst Augus' dan ook een proclamatie uit, waarin hy als hoofd der jongere linie van het Welfenhuis verklaarde, bezit te nemen van de regee ring over het hertogdom. Maar terwfcl hy bleef weigeren de, aanspraken op het koninkryk Hannover op te geven, en den staat van zaken ce erkennen, die de facto in 1866 was ingesteld, werd zyn opvolging in Brunswyk door den Keizer en den Bondsraad „niet vereenigbaar met de grondbeginselen van de bonds- verdragen en van de rijksgrondwet" ge acht, en werd in Brunswyk een regent schap ingesteld. Aanvankelijk trad prins Albrecht van Pruisen als regent op, er: na diens dood bertog Johann Albrecht van Mecklenburg. Wel zond hertog Ernst August in 1906, na den dood van prins Albrecht van Pruisen, een verzoenend scbryven aan den Keizer, maar zonder resultaat„zoolang de Welfische woe lingen voortduren, en stilzwygend be gunstigd worden door den hertog van Cumberland", sctreef Bülow toen, als voorzitter van den bondsraad, „kan Pruisen geen Welffischeregeering in een der bondsstaten dulden, die zich de her overing van Bannover ten doel kan stel len en daardoor het bei it van Pruisen kan bedreigen." Sedert dien tyd is de Brunswyksehe qua-stie onveranderd gebleven. Wel heeft een kle'ne toenadering plaats ge vonden tusschen de Welfische preten denten en de Hohenzollern, waardoor het beslag op het Welfenfonds is opge heven, en is de tweede zoon van Ernst August van Cumberland in het Duitsche leger in dienst getreden. Maar dit heeft de quaestie ter opvol ging niet verder gebracht. Thans is George Wilhelm, de erfprins van het Huis Cumberland, dood, en zyn rechten en plichten gaan nu over op zy n jongeren broeder, Ernst August- Tot die plichten behoort het handhaven van het, pretendentschap op het Koninkryk Han nover en zoo de jonge prins dit deel van zyn erfenis even consciëntieus op vat als zyn vader en grootvader, is voor het huis Cumberland voor lange jaren de kans verkekeD, dat ooit een zyner leden in Brunswyk aan de regeering komt. Deschanel is Vrijdag toi voorzitter der Fransche Kamer gekozen. In zekeren zin is dat Delcassé's neus voorby. Dalcassé is minister geweest in 1906 in het kabinet dat de quaestie Marokko wilde aangrypen om een breuk met Duitschland voor te bereidenvan deze intrige was hy de zieldoch hy werd in de kaart gezien en op de vingers getikt, door de Volksvertegenwoordiging uit het zaal geworpen en door zyne collega's prysgegeven, en zoo lag daar Delcassé „d'aile cassó", maar de vrede van Europa was gered. Maar Delcassé is eerzuchtig. Een tyd geleden trad hy weer op het politiek staatstooneel als minister van marine met hernieuwden, vermeerderden invloed. En niet zcodra was de Kamer-president Brisson overleden, of Delcassé hengelde naar de gunst om zyn plaats te mogen bezetten. Immers in Frankryk is het ge woonte dat de Kamerpresident later pre sident der republiek wordt, en dat baantje a mbieerde hy. Daarom moest en zou hjj Kamerpresident worden. Gematigd radi caal als hy is, meende hy op het ver trouwen der meerderheid te mogen reke nen. Maar by heeft een aantal roerige tegenstanders in de socialistisch-radicale groep. En deze hebbeD, in overleg met zyn eigen naaste vrienden zijn candida- tuur verydeld. De socialistisch radicale groep stelde Renault, en de gematigde groep verlangde een algemeene vergade ring, hetwelk door een aanzieniyke min derheid uit haar, dë spelbrekers, gewei- gord werd. Hetgeen beduidde dat Delcassé geen meerderheid zou hebben. Toen by dat dan ook zag aankomen, trok hy zich terugen zoo kwam het dat niet hy noch Renault maar Deschanel voorzitter werden hy zelf weder d'aïie cassé dat wil zeggen met gebroken vleugel, vry vertaald, met de kous op den kop naar huis kon. Op de volgende berichten uit het bui- tenlanland vestigen wy nog de aandacht. De volksvertegenwoordiging van Samos nam een aan de mogendheden en aan de Porte gericht protest aan tegen de schending der privilegies van het vor stendom. De geest onder het Turksehe land leger is nog niet van de beste. De regee- ring riep onlaDgs vier lichtingen onder de wapenen maar gaven in het vilajet Adrianopel slechts 40 pCt. der dienstplich tigen aan den oproep gehoor. Nog meldt men dat verscheidene infanterie officie ren van het garnizoen te Adrianopel gefusileerd werden, zonder vorm van proces, alleen onder beschuldiging, dat zy onder de troepen tegen de regeering propaganda maakten. De blokkade van Rhodes is door den bevelhebber opgeheven. Niettemin biyft de staat van beleg op het eiland ge handhaafd. Nieuwe onlusten zijn uitgebroken te Fez. Een nieuwe aanval werd in den afge- loopen nacht gedaan door een honderd tal Marokkanen, die met verlies werden teruggeslagen, De transport-arbeidersstaking te Lon den houdt aan. Honderdduizend transportarbeiders de monstreerden gisterennamiddag op Tra falgar Square. Een groote politiemacht was op de been, maar de stakers ge droegen zich zeer ordeiyk. Een motie werd aangenomen, waarby een uniform- loon van 10 pence per uur en voor over werk 1 shilling twee pence per uur ge vraagd wordt. Besloten weid den arbeid niet te hervatten, dan nadat aan alle eischen voldaan is. Ook de republiek Peru. Lima is het tooneel van stiyd. In de hoofdstad, naar aanleiding van de presidentieele ver kiezing, kwam het tot onlusten, waarby

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1912 | | pagina 1