I
No. 140 1912.
Vrijdag 15 Maart
26e
IIEUWSBLAD
VOOR ZEELAMD
shristelük
HISTORISCH
I ol Mug
echt
elburg.
estroo.
DRE¥,
ieweges.
i I e n
an Mei, bij
m e.
ds).
Seroos-
Geit.
SCHAART,
aa
gd
tot 6 jaar
mak'op den
soort.
r, aan het
te Goes.
nst
mui den.
Roe,
n anderhalf-
STROO Sz.,
oe,
if, bij
stro®,
p s k e r k e,
eulen en
nde Meid
aar
'k tusschen
igen polder,
aris VAN
eten* vaa
LAUS te
nwoordigen
e s.
vast werk,
beek.
d methoef-
1. Smid te
T
i, P. 6,,
'k, Krab-
NSE, Stoof-
noodigd, en
Kroon-
ekening 17
bij ABR.
elburgsche
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed, S. J. DE JONGE-VERWES F, te Goes
F. P. D'HUlj, te Aisddelbi rg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
2<y, die ztch met 1 April it.
op ons blad abonneeren, out-
vangen het tot dien datum
grat is.
"ctjet mm
Meliskerke.
JP
AS,
ouwepolder,
1E1 IEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per trie snaanden franco 3.25
Hnkele nummers. 0.05
fssBBsassaM
UITGAVE DER FIRMAS
EN
vin 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Familieberichten van 1—10 regel: 1.—, iedere regel
mi er 10 cent
14 Maart 1912.
Dt misleidende advertenties.
Ook de Nieuwe Zeeuwsche Courant komt
op tegen de plaatsing van de advertenties
van 't Anti-„Tariefwet"-Comité. zy noemt
ze boerenbedrog; en vereenigt zich met
de kwalificeering van de strekking dezer
advertenties, gelijk De Standaard die
.helder en klaar", en wy mogen wel
zeggen: puntig als naar gewoonte, ten
beste gaf in de volgende woorden
„De rfjke kantoren, die van den Vrij
handel schatten en nogmaals schatten,
ten koste van onze eigen vaderlandsche
nijverheid, tot schade van onze patroons
en onze arbeiders beide, binDen krijgen,
hebben er natuurlijk duizenden en dui
zenden voor over, om te zorgen, dat de
Tariefwet er niet doorgaat. Dan toch
slaan ze twee vliegen in één klap. Zy
blyven onbezorgd van hun goudboompje
plukken en ze doen het Kabinet tui
melen."
De Zedeiykheidswetten biyken al meer
goed te werken.
Wel vertelt hier en daar nog een enkele
vryzinnige fanaticus, dat die wet goed
is voor huichelaarsdat de opruiming
der bordeelen de clandestiene hoererij
bevordert, maar het zyn meest theoretici
die dit zeggen.
De practici, te weten zy die de zonde
der ontucht bestryden, oordeelen anders
De vryzinnig-democratische heer Stok
vis prees in De Wereld bedoelde wetten
alleen reeds hierom, dewyl zy de schun
nige tooneelstukken weren.
Een tooneel door hem dezer dagen
bygewoond, en reeds voor de 120e maal
opgevoerd bedoelde hy „Het Zevende
Gebod"? karakteriseert hy als »hel
sche revues, grove clownerie, grove obs
ceniteit (zinneiykheid), walgelyke etalage
van vrouwenvleesch, walgelijk"
Een ander juicht het toe dat de eents-
prentsmarktwagenhandel is gefnuikt, de
engeltjesmakery wordt gestraft, groote
bronnen van zielenbesmetting zyn ver
wyderd
Nu weer lezen wy in het verslag eener
rede door den Haagschen Middernacht-
zendeling Visser te 's-Gravenhage ge
houden, hoe goed de wet ook in Den
Haag werkt.
Spreker zei: dank zy het krachtig
optreden der zedenpolitie kunnen reeds
meerdere souteneurs een paar jaren
„uitrusten" van hun vermoeienissen,
rendezvoushouders en -houdsters, zoo
mede aborteurs en aborteuses in stilte
hun daden overdenken. Advertenties van
«deskundigen" komen in de bladeD, die
ze tot nu toe nog opnameD, haast niet
meer voor. Dan nog dit. Er wordt nogal
eens beweerd, dat de vrouwen en meisjes
afkomstig uit de bordeelen, op eigen ge
legenheid de ontucht gaan benutten. „Het
geeft immers niets", zoo redeneert men,
„het kwaad verplaatst zich maar". Als
tegenhanger kan worden medegedeeld,
dat byv. uit één bekend rytje huizen een
vyftal meisjes, hetzy door huweiyk, be
trekking of terugkeer naar hetouderiyk
huis uit het prostitutieleven zyn gegaan.
Zou dit zonder de Zedeiykheidswetten
ooit gebeurd zyn Immers neenDan
zaten ze er nog in vastgehouden door
geldschuld enz. Bovendien is, in ons land
tenminste, de handel in blanke slavin
nen gefnuikt. Eu met het verdwynen
van de bordeelen wordt voorts ook een
voorname bron van de kamerprostitutie
gestopt.
Tot zóóver deze stem uit de praktyk.
Tegenover het oppervlakkig gebazel
van spreeksters en schryvers, om het
tegendeel te beweren, is reeds één zoo-
panige getuigenis goud waard.
Maar er zullen nog wel meerdere
volgen.
Natuuriyk, wetten op zichzelve zullen
een volk niet verbeteren eu dus zal ook
een zedelykheidswet op.zich zeJf iemand
niet zedely k maken. Maar deze wet tracht
de sfeer waarin ook de jonge menschen
leven, te zuiveren van hetgeen gemeen
en slecht is. En reeds hierom alleen ver
dient zy toejuiching.
#.En 't staat met volken, partijen of per
sonen niet goed, wanneer zy er een regel
van maken, dergelijke wetten, hetzij door
belaching, hetzy door onzuivere critiek,
af te breken of in discrediet te brengen,
De Unieliberalen doen alle moeite om
de vry Liberalen te bewegen zich in
19IS aan te sluiten by de actie tegen
Rechts in de gelederen der vrijzinnigen.
Tot nog toe zijn de vry Liberalen
vry»zinnig.«
De heer Roodhuyzen probeerde 't al
met een negatieve „leustegen het Kuy-
perisme.
De heer De Meester, meerstaatsmaniyk
aangelegd, verbeterde het met de poes
lieve positieve leusvoor grondwets
herziening in vryzinnigen geest.
Doch de De Beaufort's en Tydemans
blyven on ver wrikbaar.
En inmiddels steekt de Haagsche cor
respondent der Zutfensche Courant, die
wel door een bekend oud-minister kon
ingelicht zyn, den vinger op, dat men
toch de pakkende leus: voor algemeen
kiesrecht niet zal loslaten.
Willens en wetens heeft de Liberale
Unie zich aangesloten by de voor
vechters voor het algemeen kiesrecht,
het heeft de urgentie daarvan ten volle
beaamd. Wy hebben het kiesrechtdebat
in de Tweede Kamer bygewoond. Is
er een spoor van toenadering door de
vry-liberalen getoond? Het tegendeel
is waar, de afstand tusschen hen en
andere groepen der linkerzyde leek na
de sluiting van dat débat grooterdan
ooit. Sindsdien is er niets gebeurd,
niets gezegd, waardoor die afstand
werd verkleind. Wel is de band tus
schen vryzinnig-democraten en Unie
liberalen nauwer toegehaald en zulks
op geen anderen grond dan het zich j
by de Unie sterker toonende enthou-
siasme voor het algemeen kiesrecht, j
Een partij, die daarvoor in en buiten
het parlement zich heeft uitgesproken, 1
geiyk de Liberale Unie het by mondp
harer voormannen heeft gedaan, ver
doezelt haar beginselen indien zij bij
eene verkiezing die leuze prys geeft
voor een „grondwetsherziening in be
slist vryzinnigen geest", waarvan de
détails wel niemand bekend zullen zijn,
omdat er buiten de kiesrechthervor
ming, die met de vry-liberalen voors
hands niet in democratischen zin te
bereiken valt, voor vryzinnigen geen
bepaalde behoefte aan grondwetsher
ziening bestaat.
Men ziet het wil dus nog niet.
Wat natuuriyk niet zeggen wil dat
het in 1913 wel „ons ken ons" tusschen
deze allen zal zyn.
Hilversum, en de joDgste Haagsche
Raadsverkiezing waarby alles van
bleek rose tot vuurrood te hoop liep
„tegen rechts" - voorspellen hier wel
een en ander.
Het wordt dan later wel bijv. in
het Weekblad van Het Volk veroor
deeld, maar wie dan leeft die dan
zorgt
ft
Zeer juist.
De Nieuwe Prov. Qron. Crt. drukt over
hetgeen Hel Volk schrijft ter verdediging
van Troelstra's besluit om niet weer in
openbaar debat te treden met Wynkoop.
Het Volk schreef
De heele zaak is dat,nadat deze in zyn
persooniyken aanleg volkomen anar
chistisch gezinde individualist het in
onze party zoo bont gemaakt h&d, dat
hy er uitgezet moest worden, omdat by
zich niet aan dö meerderheidsbesluiten,
waarop elke democratie gegrond is,
wenschte te onderwerpen, .hy nu uit
onze openbare vergaderingen geweerd
moet worder), omdat hy bij voortduring
zich weigert te onderwerpen aan de
leiding van den voorzitter en met zyn
»Ik zal spreken zoolang ik verkies en
zooals ik verkies*, zich zeiven stelde
buiten de regelen, waaraan elke moge-
lykheid tot discussie in meetings ge
bonden is.
Met domperij heeft dit niets te maken.
Het is eDkel verweer tegenover een
amokmaker
Zet nu aldus onze Nieuwe Provinciale
in de plaats van dat „anarchistisch ge
zinde individualist" sociaal democraat
dan past heel dit stukje precies voor ons,
om tot de conclusie te komen wij beper
ken de discussie tot geestverwanten en
menschen, die zich fatsoeniyk weten te
gedragen.
Daar en hier.
Het Frieseh Dagblad wyst terecht op de
volgende eigenaardige tegenstelling
Ook in België bestaat nog de nacht
arbeid voor nakkers.
Eükele Roomsch Katholieke Kamer
leden hebben daar nu voorgesteld te ver
bieden den arbeid tusschen 9 uur des
avonds en 5 uur des morgens uitgezon
derd daD den bakker zelf en zyn huisge-
nooten.
Wie verklaren zich daartegen
De Sociaal-Democraten.
Zy hebben n.l. hun groote Coöperatieve
bakkeryen, die er nu eenmaal op inge
richt zijn, dag en nacht door te werken,
met gebruikmaking van het ploegen
stelsel.
Daarin zou natuuriyk een heele veran
dering moeten gebracht worden, els de
nachtarbeid werd verboden.
't Zou ook geld kosten.
De dividenden verminderen.
En daarmee de bijdrage aan de party-
kas
Zoo ziet men dan nu het eigenaardige
verschijnsel, dat in België de sociaal
democraten zich even sterk tegen de af
schaffing van den nachtarbeid verklaren
als in Nederland voor
Zij zullen dat wel kiaar spelen.
Maar het eenvoudige volk kykt er toch
raar van op
De eerste.
Schwarzburg Rudolstadt is da eerste
staat in Europa die zich beroemen kan
op eene Kamermeerderheid van sociaal
democraten.
Wy zullen af en toe gelegenheid heb
ben te zien hoe deze zich gedraagt, en
welk voorbeeld zy geeft aan eventueel
volgende meerderheden van die kleur
in andere staten.
Voorloopig is deze meerderheid zij
is maar klein r 9 tegen 7door de
regeering zoet gehouden met de toe
zegging van een wetsontwerp tot schei
ding van Kerk en Staat.
Een kolfje naar der heeren hand.
In het sociaal democratisch Luilekker
land zal dit ook wel de eerste groote
opruimingskarwei zijD. Scheiding van
kerk en staat; en de dominees engees-
teiyken op stal of aan den „arbeid"
Al zonderlinger.
Onder dit opschrift schrijft De Stan
daard
De heer A. Baron, een der sprekers op
den Haagschen dag voor de salarisactie,
had de goedheid ons zyn rede in afdruk
toe te zendeD, met een kort woord vooraf.
Dit korte woord is daarom zoo inte
ressant, omdat er uit biykt, dat het
Comité bestond uit 8 leden, waarvan 6
byzondere en 2 openbare onderwijzers,
en dat het Dagelyksch bestuur uit dat
Comité was samengesteld uit 4 personen,
waarvan slechts één openbare en drie
bijzondei'8. We wisten dit niet. Maar
juist hieruit blykt nog duidelijker, dat
men er onze bijzondere onderwijzers
voor heeft gespannen ze er in heeft
laten loopen en er op gevlast heeft, dat
zy het Rechtsche Kabinet wel mores
zouden leeren.
Vooral hierdoor kreeg de actie uiter
aard een nog sterker politieke strekking
iets wat zelfs zoodanig karakter aan
neemt, dat men veilig zeggen kanhet
was ten slotte een actie tegen het Kabi
net. Op blz. 15 toch lezen we, dat men
den minister in de zaak gekend had, en
dat deze met de aldus opgezette actie
niet accoord kon gaan.
Hoe meer men van de zaak te hooren
komt, hoe sterker dan ook het vermoeden
rijst, dat achter de geheele actie een
paar extra-geroutineerde schaakspelers
van Links hebben gezeten, die, toen 't
liep zooals 't liep, wel in hun vuistje
moeten gelachen hebben.
En daD strekt 'c zeker niet in geringe
mate tot verontschuldiging van onze
onderwyzers, dat de Roomsch-Katholieke
collega's onder leiding van den heer
Baron stonden, wiens naam in de on-
derwy'zerswereld als groote paedagoog
klinkt als een klok, maar die ditmaal
de kluts zoo ganscheiyk kwyt was, dat
hy du zelfs liet drukken, sprekende van
het budget van Marine
„Het deert mij niet, al bouwt men
bij een vloot van dryvende doodkis
ten voor de zee nog een vloot van
zwevende doodkisten voor de lucht.
Maar dit besluit valt er toch uit te
,trekkenMen heeft geld, waarvoor
men het hebben wil.
En een regeering, die voor alles en
nog wat geld blykt te hebben, moet
aan 26.000 zyner nuttigste en meest
geprezen ambtenaren in den allerga-
wichtigsten tak van dienst geen 18
millioen weigeren, als die noodig bhj-
ken niet slechts voor de personen,
zooals het is by de officieren, kom
miezen enz., maar in het belang der
school zelve het gewichtigste, wat
de Nederlandsche staatslieden zeggen
te kennen.
De tyd, waarover ik beschikken mag,
is reeds verstreken en ik heb nog
zoo veel te zeggen. Myn aaDteekenin-
gen geven my nog stof tot een be
spreking van een uur.
Ik moet gaan eindigen, maar voor
zie de opmerking„Gy zyt opgetre
den als Katholiek en gy hebt nog
niets gezegd, wat nu speciaal Katho
liek is.
Mogeiyk heeft men gelijk, maar laat
ik dan dit zeggen, dat een zoo noodige
actie als deze, gevoerd met wettige
middelen als deze, geheel strookt met
de Katholieke beginselen. Wy zyn als
Katholiek verplicht ook voor de stof
felijke behoeften van ons zelve en
ODze gezinnen te zorgen. Maar wil
men Roomsche woorden met schier
leerstellig gezag Paus Leo XIII sprak
het gevleugelde woord: „De arbeider
is zijn loon waard!!!""
Lees en herlees nu zulke taal, en let
er dan op, dat de heer Baron de onder
wijzers een stand noemt van de nijpend-
ste armoedeen vraag u dan af, wat er
van terecht moet komen, als zelfs zulk
een paedagoog het mooie woord van Leo
zoo ergeriyk-egoistisch misbruikt.
Sterker nog.
De heer Baron ontziet zich niet, aldus
te besluitenDe Regeering bedenke de
waarheid van deze twee woorden: lo.
armoede zoekt list, en 2o. de wanhoop
geeft aan zwakke handen reuzenkracht.
Zou men niet wanen, dat er een
Marxist van don eersten graad aan het
"woord was
De vice-president Jhr. O. van Nispen.
In de Oprechte Haarl. Courant schryft
volgens De Rotterdammer, Politicus
Reeds kort na zyn komst in het Parle
ment heeft de tegenwoordige vice-presi
dent van de Tweede Kamer zeer ijverig
aandeel genomen in de werkzaamheden
van het college. Telkens voerde hij het
woord, en gaandeweg begon het besef
door te dringen, dat men hier met iemand
te doen had, bestemd om „hervorragende"
figuur in de Kamer te worden, Laat ik
er aanstonds by voegen, dat de waarde
van den inhoud zyner betoogen h'er
gansch en al den doorslag moe-t geveD.
De slanke, zacht-pratende jonkman met
de bescheiden, haast-bedeesde manieren,
was allerminst iemand, geschikt om
door oratorische kracht een vergade
ring te beheerschen.
Trouwens, de heer O. van Nispen legde
het daar geen seconde op toe. Wanneer
het rumoer in de vergadering al te hin
derlijk werd, dan kon hy gedurende
enkele oogenblikken, kalm-en geduldig
afwachtend, zwygen.
De voorzitter hamerde om stilte
De afgevaardigde zette zyn rede voort,
geen seconde uit het veld geslagen
onverschillig voor het ongeduld en de
onverschilligheid der heerenvolkomen
en kompleet zeggend wat hy noodig
achtte in het midden te brengen.
In dat ijzeren zelfbedwang ligt zeer
stellig een zeer belangryke factor van
den invloed, door Jhr. O. van Nispen
gaandeweg veroverd. Dat hy een man
van solide, uitgebreide kennis mag hee-
ten, weet men thans. Maar het prestige
van hem uitgaand van zyn kloek, vast
beraden, rustig, krachtig optreden, deed
inzien dat hy van het hout is, waaruit
de beste praesides worden gesneden
De heer O. van Nispen heeft, als leider
der zoo moeilijk te besturen parlemen
taire vergadering, tegen zich het weinig-
imposante van zyn verschijning en het
schrale, tamelijke zwakke van zyn stem
geluid.
Zittend onder het presidiale hemeltje,
komt het tengere, jeugdige van zyn ge
stalte nog scherper uit.
Maar weldra zal deze vice-president
tooneD, dat de hand waarmee hij de
leidsels voert, een stevige, krachtige is
Hy luistert met onverdroten, ge
spannen, geen oogenblik verslappende
aandachtHy wacht er zich voor om
«in te grypen" zoolaDg het niet beslist
noodig iszoolang hy, waarnemend
voorzitter, niet volkomen zeker is van
zijn „goed recht"Maar komt het
zoover, dan brengt hy in toepassing den
verstandigen raad van „gryp nooit in
een wespennest, maar doet ge het toch,
zoo, grijp stevig
Hy, vice-praeses, laat daD niet los.
Poogt de geïnterrumpeerde hem in de
rede te vallen te overbluffen j tusschen
z'n woorden in te ratelen zich aan de
presidiale censuur te ontrukken, de ha
mer manoeuvreert, tikt, bonkt net-zoo-
lang tot de weerspannige bet moet op
geven Taai is de methode, maar in
de praktyk voortreffelijk.
Er zijn, in de wijze van-doeD, den heer
O. van Nispen eigen en die van jhr.
Röell, oud-voorzitter van het Parlement,
wel punten van overeenkomst. Datzelfde
koelhoffeiyke, alle toenadering belettend
dezelfde strikte onpartydigheid, die ech
ter de verhouding van „speaker" tot
vergadering maakt tot zóó koud vorme-
ïyke plechtstatigheid, dat op zeker mo
ment de gaDg van zaken erdoor kan
gestremd worden. Om dit te begrypen
moet men eenig besef hebben van wat
er „achter de schermen" wordt afgespeeld.
Zoo vaak gebeurt het, dat de presi-