Sop
fooDhuis
No. 122 1912.
Vrijdag 23 Februari
26e Jaargang
IIEIIWSB
EELAH
koop
:ht
hl
löurg.
IS,
twland.
sknecht
ligen voor-
lissingen.
lomende
Itmeid
Va,-*, 12,19,
ti
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWES F, te Goes
F. P. D'HÜIJ, te JWddelbi rg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
1".
ir by
Vestkapelle.
I. ROELSE
hetzelfde
Beit en
P-
tel en
rte,
|ier geschikt
den Veer-
derde der
Apotheek er
|bjj desver-
tNDERTSE
bRT,
1 s e m e e r.
of onge-
renwerk en
G. TAAL,
Irg.
[raagd, die
lolenzicht,
Idres drie
len aan de
lostdijk,
Ie n dij ke.
aerenstand,
kelaarstraat
leen aan*
aodigd, bij
iekerke.]
jMei
te 's-Heer
(am
LBURG.
14,40a, 4,45a,
I, 8.55d, 9,30
111,50,12,10,
kd, 2,10, 2,30,
4,303, 4,50,
|0,7,10, 7,30,
9,40, 10,15,
|5,10a, &,15a,
18,55, 9,30d,
I, 2,10, 2,30d,
4;3ö, 4.50,
6,50, 7,10a,
9,40, 10,15,
i 2,30 en 4,50
wcrkmans-
r-en op werk-
Imise.
r der dan de
goederen ai-
laul Kruger-
he, Keersluis,
fbuan, Tram-
s>..&
IEI IEREN WERKDAG D.1S AVONDS.
1.25
0.05
Prys per trie maanden francc p. p.
Hnkele nummers.
a z o e o
o e o e o
UITGAVE DER FIRMA'S
EN
- aqmSSSff séstssstSma» 3SRShïSP
vi m 1—5 regeis 50 cent, iedere regel meer 1G cent
Familieberichten van 1—10 regel: L—iedere regcï
mi er 10 cent.
VII.
We hebben in ons vaderland ook bier
brouwerijen en zoo als ge weet wordt het
bier beschermd met een gulden per hecto
liter, dat is met ongeveer 20°/o, dus veel
hooger dan het hoogste tarief dat minis
ter Kolkman thans voorstelt. Dat scheelt
zelfs 8°/0. En wat zien we nu in onze
vaderlandsche bierbrouwerijen? Dat zij
een zeer bloeiende tak van onze nijver
heid zijn. Juist doordat beschermend ta
rief, Is dat geen sprekend bewijs? Zoo
deze nijverheid niet bloeide, hoe zou er
dan tegen dit tarief geprotesteerd wor
den. Maar de praktijk leert juist, dat het
onze bierbrouwerijen onder dit bescher
mend tariet voor den wind gaat.
In de tweede plaats heeft men de ver
duurzaamde levensmiddelen. Daar wordt
een invoerrecht op geheven van 25 cent
per.kilogram Een vrij zwaar beschermend
recht. Maar juist tengevolge van dit in
voerrecht is er in ons vaderland op dit
gebied een groote en uitgebreide industrie.
Langs de Rijnstreek zijn er zeer veel
fabrieken van verduurzaamde levens
middelen.
En eindelijk noemen we nog het arti
kel sigaren. Ook dit artikel wordt be
schermd en wel met een recht van f 40
per 100 K. G. Dat is op sigaren van 2
cent per stuk een recht van 10°/o. En nu
is er geen land ter wereld, waar de siga
ren-industriezoo gunstig bekend staat als
Nederland.
Ons land staat bekend om zijn goede
sigaren, die hier gemaakt worden. Als
een Belgischen koetsier de keuze wordt
gesteld tusschen een Hollandsche sigaar
of een franc dan kiest hij het eerste.
Door de bescherming bloeit de sigaren-
industrie ten onzent.
Bier, verduurzaamde levensmiddelen
en sigaren worden in ons land flink be
schermd en dat zijn juist de artikelen
waarin de nijverheid sterk staat. Het
Hollandsche bier, de Hollandsche ver
duurzaamde levensmiddelen en de Hol
landsche sigaren zgn wereldberoemd.
Spreker meent dat met het oog op de
industrie in Twente en de nijverheid in
bier, verduurzaamde levensmiddelen en
sigaren de onhoudbaarheid van de stelliDg,
dat de ng verheid by de nieuwe Tarief wet
geen baat zal vinden, voldoende is aan
getoond.
7 erwest Goes
Met de Zedelij kheidswetten, het werk
van een Roomseh Katholieken minister,
wordt door sommige tweede-klas bladen
van vrijzinnige richting onverdiend de
draak gestoken. Onverdiend, want hoe
licht gebeurt het niet eens dat een poli
tieman die op den eersten aanblik onze-
delpheid niet vaD kunst weet te onder
scheiden, wat haastig naar potlood en
boekje grijpt en eeD onnoodige, niet ge
rechtvaardigde strafvervolging tracht uit
te lokken. Dat ligt dan niet aan den
politieman, maar aan het feit dat hij nog
niet voldoende in de quaestie in zit. Doch
de minister Regout heeft het nog
onlangs herinnerd dat komt wel
terecht. Zoodanig een vergissing, die zich
allicht slechts een enkele maal herhaalt,
wettigt den strijd tegen deze Wetten
niet. De Zedelgkheidswetten hebben al
heel wat goede gevolgen gehad. Al die
hatelijke stukjes tegen de Zedelijkheids-
wet, gelijk wij er dezer dagen nog een
signaleerdenen al die spotprentjes en
apot-anecdotes vermogen in de volks-
conscientie den indruk niet uit te wis-
schen dat de wetgever bezig is een in
het volksleven diep invretenden kanker
'weg te snijden. Er wordt op het gebied
van Kunst en wat er voor doorgaat in
menigen kring zwaar gezondigd. En dat
niet het meest in de achterbuurten.
■Neen, is de kringen der beschaafden
offert men maar al te veelaan den Tg d-
geest
Ir moet op het Tooneel heel veel ver
toond worden, dat niet door den beugel
kan. en tot de schunnige stukjes moet
gerekend worden. Het spgt ons maar
dat er zoo weinig vrijzinnigen zijn, die
er tegen protesteeren. Daarom doet het
ons te meer aangenaam aan, wanneer
er eens een vrijzinnig man opstaat, die
openlijk verklaart het met de ernstige
levensbeschouwing der „fijnen" niet eens
te zijn, maar toch tegelijk zijn walging
uitspreekt voor wat hg terecht een
volkskaDker noemt.
Zoo schreef dezer dagen de heer Stok
vis in het vrgz.-dem. blad De Wereld
een en ander naar aanleiding van de
schandelijke vertooningen waarop avond
aan avond de Amsterdammers „vergast"
worden. Hg woonde de 120ste voorstel
ling bg van een tooneelstuk. Waarom,
zoo vraagt hg
Waarom worden die helsche revues
die buitengewoon in trek zgn, bgDa
zonder uitzondering door dik en dun
geprezen in de groote en kleine pers.
Is het een goede methode kanker te
genezen door hem te laten voortwoe
keren Of is men zich niet bewust
hoe groot het kwaad is Als er nog
kunstgevoelige menschen zgn die mee-
nen dat ik overdrgf, dan raad ik hen
aao mgn voorbeeld te volgen en den
moed en de geestkracht te toonen een
voorstelling zooals die van tot het
slot toe bg te wonen. Ik geloof niet
dat het mogelgk is een afschuwelgker
combinatie van kunstloosheid en obs
ceniteit te aanschouwen in eenigland
dat voor beschaafd doorgaat, dan deze
„revue» te zien geeft. Er was geen
intrige, geen samenhang, geen geestig
heid, geen vroolgkheid, geen muziek,
geen dans. Sr was alleen grove clowne
rie, grove obsceniteit, een walgelijke
étalage van vrouwenvleesch, monster-
achtig-leelgk décor. Maar de costumes
zgn toch zoo duur geweest, hebbeD
de kranten destgds verteldIk ver
moed dat het de 120ste voorstelling
zal geweest zgn die ik heb bggewoond,
en het was propvol en de menschen
amuseerden zich, bgna zonder uitzon
dering, dol.
En dan vertelt de schrgver hoe moei
lijk het hem viel deze walgelgkheden
tot den einde bg te wonen.
En 't verschrikkelgkste is dat ook
honderden leerplichtige kinderen van
deze schouwspelen komen genietenen
dat er niets tegen gedaan wordt. En
dat in dit verband nog van kunstgenot
gesproken wordt, en de „pers", waarmee
dan natuurlgk de vrgzinnige pers be
doeld wordt, deze schunnigheden aan-
prgst.
Waar men van vrgzinnige zgde deze
Zedelgkheidswetten lastert, is het woord
van een vrgzinnig man als den heer
Stokvis ons dubbel welkom.
Trouwens, wanneer men nagaat dat
zoovele huizen van ontucht, dank zg de
Zedelgkheidswetten zgn opgeruimd
zoovele gevallen van onzedelgkheid
waartegen de strafrechter niets vermocht,
thans worden berecht,zoovele souteneurs
mannen die van de ontucht hunner
vrouwen of vriendinnen een broodwin
ning maken en vrouwen die in haar
huis gelegenheid tot het plegen van on
tucht geven rendez-vous-huizen
worden vervolgd en gestraft; tegen den
schandelgken handel in vuile briefkaar
ten wordt opgetreden, enz., enz., moet
men zich verbazen dat er nog men
schen zgn die meenen, dat deze Zede
lgkheidswetten ten gunste van de schgn-
heiligen zijn uitgedacht.
In dit verband ontleenen wg aan Ons
Tijdschrift via De Nederlander het on
derstaand protest tegen de miskenning
van de Zedelgkheidswetten en dervrg-
zinnigen exploitatie van den te grooten
ijver van een enkel politieman bij de
uitvoering.
Niet alleen toch wordt er de hatelgke
verwarring tusschen prikkellectuur en
onzedelijke lectuur (ook de N. R. Gt
doet in tegenstelling met het Handels
blad, hieraan tot onze pgnlgke verwon
dering, helaas, zij 't op meer deftige
wgze, mee) opzettelgk en welbewust in
de hand gewerkt, maar bovendien wordt
de indruk gewekt of de geheele „zede-
lgkheid" wetgeving culmineert in, en
moet beoordeeld worden naar de ge
melde onhandigheden.
Dat met behulp van de nieuwe arti
kelen 451 quater, 248 ter, 250, 250 bis,
250 ter en 432 een zeer ingrgpend op
treden is mogelgk gemaakt en o. a. te
Amsterdam en, hoewel minder scherp,
te Den Haag en te Rotterdam, ook ge
schied is tegen de verleiding van min
derjarigen, de koppelarg, de rendez-
vous-huizen, de souteneurs, den vrou
wenhandel en de verfoeielgke engeltjes-
makerg wordt verzwegen.
Dat zelfs met behulp van het in op
spraak gebrachte artikel 451 bis, men
vrage er denRotterdamschen marktmees
ters eens naar een der grootste bron
nen van psychische infectie, gedempt is
die oniet de „bourgeois-kinderen,
maar de «kinderen des volks" vergif
tigde de z.g. ceutsprentsmarktwagens
waar onder de schgnbaar onschuldige
bovenlaag van „prentbriefkaarten", de
ellendigste rubbish verkocht werd
het schgnt aan die bladen niet ter oore
te komeD.
Maar neen! Omdat een enkele para
graaf der wet, aanvankelgk hier en daar
wat mal en links wordt toegepast, door
eenige ontactische ambtenaren, moet de
geheele wet worden verdacht en belache
lijk gemaakt.
En de aap, die in de mouw dezer „zede-
lgkheidsapostelen a ricochet" schuilt?
«Zorg voor de kunst?" „voor de we
tenschap «voor de rondborstigheid
Ach, welneenik hoef u zijn naam
immers niet meer te noemen. Gg be-
grgpt immers allang dat de scbuld van
al het onheil ligt moet liggen bg de
„christelgke heeren", die het „moreel
bederf", hoe zou 't anders kunnenook
met de zedelgkheids-wet weer in da hand
werken..., gelgk immers ten slotte hun
geheele politieke existentie, op niets
anders berust dan op „moreel bederf"
mystificatie en zelotisme
Ook dat is psychologie
Enfin, Jan Rap heeft bij Jaantje Salie
dus weer een nieuwe spruit geteeld„Jan-
anti-'t-clericale-zedelgkheids-gehuichel."
Voorloopig brengt deze Jan zgne leerja
ren door m9t in Flora, Henri ter Halls
revue's en Nap de la Mar'sche bescha
ving te beapplaudiseeren. Weldra zal ook
hg zgn meesterjaren intreden
Arm volk, zoo besluit de schrgver,
waar ongebreidelde „anti-clericale" par-
tghaat zóózeer het inzicht verblindt in
een zóó groot algemeen belang als dat
van de zinnelgke integriteit der volks-
jeugd.
Zie Dr. Colenbrander's beschouwingen in
de Gids van deze maand.
22 Febr. 1912.
Reeds eenige dagen wacht op publi
ceering het ons van geachte zgde gezon
den, door den minister goedgekeurde
tarief en reglement voor waterlevering
door de „Naamlooze Vennootschap Water-
1 leidingmaatschappg Zuid-Beveland
Wg drukken nu het Tarief af. Later
volgen nog eenige artikelen uit het Regle
ment. Wg merken evenwel nu reeds op
dat het Tarief niet meer zoo bezwaarlijk
is, en 't beletsel voor aansluiting door
de gunstige wgziging wat de grootte der
vertrekken aangaat, bij velen wel zal
zg'D weggevallen.
Het tarief geldtvoor heel Zuid-Beveland.
Wij zgn nog maar een goede maand
van de levering af; derhalve kan spoe
dige kennismaking en bespreking met
moeder de vrouw of met den huisbaas
bg zonder worden aanbevolen.
Hoe meer men zich haast me de aan
vraag, hoe zekerder men zgn kan van
Bpoedige en minst kostbare aansluiting.
De motie-Troelstra was, bedoeld of niet,
een steen op den weg naar afwerking
van het regeeringsprogram.
Zoo oordeelde altgd na de verwer
ping een vrgzinnig bladDe Nieuwe
Courant.
Of Rechts ook verstandig deed met
haar af te wgzen.
Verstandiger dan Links, die ook
weer volgens datzelfde vrg-liberale blad
nog wel „daargelaten hun sympathie
voor den inhoud", er voor stemden, „aldus
volkomen handelende naar de regelen
eener parlementaire oppositie".
Een Kamerzitting als die van eergister,
waarin haast alle leden present zgö,
biedt een mooie gelegenheid voor de pers
om den stand der partgen op te nemen.
Hg is deze.
De Kamer telt 26 Katholieken, 21
Antirevolutionairen,, en 12 christelijk
historischen2Ï Unie-liberaleD, 9
VrgziDnig-democrateD, 7 Sociaal-demo
craten en 4 Vrg liberalen.
Nog merken wg op dat van de Zeeuw-
sche afgevaardigden slechts één voor 't
vooropstellen van behandeling der Bak
kerswet stemde. Er tegen stemden de
heeren Patgn, Blum,Lohman en Fruijtier.
Niet gelukkig.
Zg zgn niet gelukkig die alleen op het
aardsche goed hun vertrouwen stellen.
Maar nog minder gelukkig zijn diegenen,
welke dit aardsche goed den rijke benij
den, klagen over hun staat, arbeiden niet
omdat zij mogen maar omdat zg moeten,
en niets willen weten van hat Koninkrijk
Gods en Zijne gerechtigheid.
Het Volk ontleende onlangs aan een
werk van zekeren Adolf Levenstein een
aantal stemmen uit de arbeiderswereld.
Die schrijver heeft een onderzoek inge
steld naar de stemming van een groot
aantal arbeiders in de groot industrie.
Lust in het werk, tevredenheid met hun
lot blgkt slechts uit een klein deel der
5040 antwoorden,die de schrgver ontving.
Bij de antwoorden der mijnwerkers
spreekt 60,5 procent van tegenzin in den
arbeid, bg de metaalbewerkers is dat aan
tal 57- procent en bij de textielarbeiders
75 procent.
Een enkel voorbeeld van de bittere
ellende, waarin vele dier menschen zich
gevoelen, laten we hier volgen.
„Ik gruw van iederen nieuwen ar
beidsdag en als ik 's morgens het werk
begin,kan ik mg nauwelgks voorstellen
de marteling tien uren te zullen verdra
gen", zoo schrgft er een.
Een werkelijke smartkreet is ook
deze„Als ik als mijnwerker te midden
van het lawaai van den arbeid er over
nadenk, hoe het komt dat de vloek van
den arbeid zoo loodzwaar op mij drukt,
dan zou ik het uitschreeuwen willen,
wild van woede en ergernis. Maar ik
moet zwggen, moet mgn hart tot zwg-
gen brengen, en toch zucht diep in mijn
hart de doodmoeie ziel. Dagelgks afge
daald in de diepten van het verkoolde
oerwoud, zoek ik koelte voor het gemar
telde hoofd tegen de rotsgesteenten der
Jura. Waarachtig, een smadelgke vloek
ligt op dit werk. Als een graflied klinkt
het mg eiken dag in de oorenWg
moeten onze hoeveelheid kolen hebben
nog een paar scheppen kolen wat
is de hitte drukkendaltgd maar ko
len een paar scheppen nog de
steiger wil kolen hebben,kolen kolen
kolen
„Er valt niets te denken, antwoordt
er een, je kunt alleen maar vloeken".
Een ander: «Ik denk aan de vervloekte
kwellingen hier beneden - en dan nog
het vooruitzicht te hebben om na den
dood in de hel te komen
„Ik denk meestal, zoo zegt weer een
ander, aan mgd treurigen toestand, en
als ik op zoo'n oogenblik in mgn nabg-
heid directeuren, commissarissen en
meer zulk lui gedierte zie, dan schiet
mijn hart vol bitterheid en haat tegen
de hommels, die mgn honig opslurpen
en verbrassen".
Er gaat van deze bittere klachten een
sprake uit jegens de Maatschappij, die
maar al te lang van den arbeid dezer onge-
lukkigen geprofiteerd en hun naar ver
houding er te weinig voor terug geschon
ken heeft. Een sprake ook tot de Kerk, die
deze massa maar al te lang aan haar lot
overgelaten en haar de ver tvoostingen van
het Woord onthouden heeft. Maar een
sprake vooral tegen het Socialisme, dat
den werkman van zgn grootsten steun in
den strgd om het bestaaD heeft beroofd,
hem gemaakt heeft tot een slaaf der
zonde, en door de voorspiegelingen van
den hemel op aarde, hem het burgerschap
in de hemelen heeft leeren versmaden, en
daarmede den weg tot het ware geluk hem
heeft doen uit het oog verliezen.
Of was het niet Bebel, de groote leider
der internationale sociaal democraten, die
zeide: „Gij weet zoo goed als wg, dat hoe
meer het geloof aan een leven hierna
maals bg de massa's verdwgnt,de massa's
met des te meer nadruk verlangen, dat zg
hun hemel op aarde hebben".
Hier is de berinnering van De Maasbode
gerechtvaardigd aan wat Keizer Wilhelm
voor eenige jaren uitsprak: „Het volk
moet den godsdienst behouden blgven",
en wat Bismarck reeds in 1847 zei„Daar
om, mgDe he?ren, brengen wg bg het volk
zgn Christendom niet in minachting".
4
Vader, ik hoor menschenstemmen*
Het was op een stormachtigen herfst
dag in het jaar 19Daarbuiten, ver van
de zeekust, op een eenzame kale rots,
stond een vuurtoren bewoond door een
ouden lichtwachter en zgn eenige doch
ter. Zg waren de eenigste levende
wezens in den ganschen omtrek.
Ze zaten samen boven in den toren
op een kleine kamer. Vre selijk huilde
de stormwind om het muurwerk, dat
in alle zgne voegen sidderde en schudde.
De hoog opgezweepte golven wierpen
huD schuim tot tegen cie ruiten van de
lantaarn, wier licht ver en klaar viel op
de wild razende oppervlakte der zee.
Vader en dochter spraken geen woord.
Beiden luisterden als met ingespannen
aandacht naar de geweldige samenspraak
die de storm met de woedende golven
scheen te voeren
Op éénmaal, daar roept Greta heftig
bewogen uit: „Vader, ik hoor menschen-
stemmen 1"
„Mgn kind zegt de vader je
bent in de war; het is het huilen van
den storm. Wee hen, die in dezen nacht
zich te dicht hebben gewaagd bg de
riffen aan de kust, de zee heeft hun
stellig een treurig watergraf bereid"
„En toch... hoor vader, het zgn
menschenstemmen, en zg schreien om
hulp Zg heeft het venster niet
zonder inspanning opengesmeten en
staart in de donkere verte Zij kan ech
ter niets onderscheiden Zou ze zich
hebben vergist NeeD, daar klinkt weer
een akelig hulpgeroep in haar Oor; het
komt duidelgk van de plaats waar een
tweetal steilie rotsen u t het water op-
rgzen...Nu kan zij hrt in de kamer
niet J meer uithouden De oude wil het
roekeloos kind terughouden, maar Greta
is reeds de trappen afgehold naar bene
den De vader volgt haar zoo snel als
zijn oude beenen het toelateü, doch als
hg aan den toreningang komt, ziet hg
I