Wo. 55 1911 Maandag 4 December 26e Jaargang.
8HRISTEUJK
MiSTORISeM
VOOR ZEELAND
men
J. A. Vertregt.
VERSCHIJNT ZESMAAL PEK WEEK
Wed. S. J„ DE JONGE-VERWES Fs te Goes
F. P. D'HUIJ, te Jl'dddelbi rg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Middelburg.
IE1 JEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per irie maanden franco p. p.
i vnkeie nummers.
3.25
0.05
UITGAVE DER FIRMA S
EN
van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 30 cent
F, nlilieberichten van 1-10 regel: iedere regel
m> er 10 cent.
s «SE SÜ ti-\'IS3SX&f.
Voor de stemming in het derde district
voor een lid van den gemeenteraad be
velen wy met aandraug aan den candi-
daat der rechtsche partyen:
(Tweede Bogardlezing)
Met bovengenoemd onderwerp trad
prof. dr. P. J. Muller, van Den Haag
Donderdagavond te Middelburg op.
Spreker begint met te zeggen, dathy
vóór pas 8 jaren uit Afrika terug is. Ik
weet, aldus gaat hij voort, dat Afrika en
v ooral Transvaal bij u vele en machtige
herinneringen oproept. Wy hebben met
de Transvalers mee gebeden en gestreden,
ook toen ze ondergingen.
Ma den oorlog ben ik bij de Transvalers
gekomen om de Hervormde kerk te Pre
toria, die in puin lag weer op te bouwen.
Op aandrang van velen ben ik er heen
gegaan. Ik heb het eigenaardig land dus
gezien. Wat natuurschoon betreft behoeft
men niet naar Transvaal te gaan. Als
men het beschrijven moest, zou men
zeggen vlakten en kopjes, en steeds vlak
ten en kopjes.
't Is een eigenaardig, eentonig land.
Maar een land dat z'n inwoners tot den
kers heeft gemaakt. Een land om het te
leeren kennen overwaard. Het klimaat
is hetzelfde als dat in Zuiü-Frankryk, een
eeuwige l6nte. De ïransvaalsche nachten
zyn prachtigin boeken leest men dat
men er by 't licht der sterren lezen kan.
De Boeren zelf zyn een eigenaardig
slag van menschen. Ze zyn Hollanders
van oorsprong, al noemen ze zich dan
ook Hugenoeten van afkomst. 70 procent
zyn van Hollandschen oorsprong. De
overige 30 procent zijn meestal En gel
achen en Duitschers, slechts een klein
deel Franschen.
Scheepsdokter van Riebeek heeft in
üe 17e eeuw Kaapstad gesticht. Geen
enkele Boer verstaat ook Fransch.'tzyn
Hollanders,maar Hollanders die een eigen
aardige ontwikkeling hebben ondergaan.
De jonge menschen die hier in Holland
studeeren, aldus spreker, zyn Kapenaars,
geen Transvalers. De Transvalers dwepen
met Hollanders, de Kapenaars niet, al
wil hy nog zoo graag van Holland ge
nieten. De Kaap is dan ook een Engelsehe
kolonie met eigen traditie en eigen
ontwikkeling. In de Kaap wordt eigenlpk
Engelsch gesproken. De Kaap heeft het»
idee dat wy Hollanders de Kaap aan
Engeland hebben verkocht. Ze zeggen
„Gij Hollanders neemt waar gy komt onze
jonge mannen het brood voor den neus
weg. Juist zooals Kruger, die voor de be
langrijke posten altyd Hollanders nam".
Zy vreezen dat het in het nu geünifi
ceerde Afrika ook zoo gaan zou.
Ik vrees, gaat spr. voort, dat die unifica
tie nog groote ellende zal teweeg brengen.
Op vergaderingen heb ik dikwyis gezegd
begint te federeeren. Maar neen ze moes
ten unificeeren. En unificatie moet nood
wendig op ellende uitloopen, waar het
geldt vier staten van zoo uiteenloopend
karakter.
De rassenkwestie, die wellicht eenmaal
heel de wereld in beroering brengt, zal
eemnaal de hoofdkwestie in Zuid-Afrika
worden. De vraag, wat zal hetzjjn, Wit-
mans of Zwartmans land? Die zegt:
„nooit Zwartmans land", toont al heal
weinig kennis van de geschiedenis te heb
ben. De verhouding van zwart tot blank
is 301. De zwarten zijn de werklui, zon
der hun hulp kan men in Zuid-Afrika niet
klaar komen.
De Transvalers zyn in 1835—1838 uit
Kaapland nair het noorden getrokken.
Waarom zyn die Hollandsche Kapenaars
naar Transvaal gegaan Omdat ze niet
langer onder Britschen invloed wilden
staan. Ze haatten ze met een volkomen
haat.
Daarom trokken ze over De Yaal. Voor
ze daar waren hebben ze veel strijd gehad.
16 December vieren ze nog steeds als den
dag, waarop ze Dingaan, den bevelhebber
der Zoeloes verslosgen. Daar in Transvaal
zijn ze in rust gebleven, zonder door Enge
land te zijn besmet, zonder beschaving te
hebben genoten als wii.
De tegenwoordige Transvaalsche Boer
komt dan ook geheel overeen met onze
vaderen, zooals ge die kennen leert in de
geschiedenis, vooral uit den tijd van de
De Ruyter. Mannen met grooten baard en
knevel, Europeesche kleeding en vilthoe-
den, zooals wij ze dragen. Ze zyn zeer
vroom, maar machtig uitgeslapen als het
hun eigen belang geldt. Het zijnonver-
valschte Hollanders uit de 17e eeuw. Ze
hebben met de Kaapsche gewoonten ge
broken. Een echte Transvaler gevoelt
voor een Kapenaar nog minder dan voor
een Engelschman. Toen de Boeren pas in
Transvaal waren, hebben ze dikwyis
Kaapsche predikanten verzocht om tot
hen over te komen. Maar altyd bedankten
die heeren daarvoor. Een enkele maal
kwamen ze zoo eens, maar nooit namen
ze een vaste plaats aan. Dat begon de
Boeren ten slotte te vervelen en ze vroegen
zich af, waarom ook telkens aan hen ge
vraagd, laat ons het aan de Hollanders
vragen. Dit deden ze,-en in 1853 ging de
eerste predikant, Dirk van der Hof, van
uit Holland naar Transvaal.
En na hem zijn velen gevolgd.
Men heeft wel eens gedacht dat de
Boeren lui zijn. En zijn uitzicht geeft
daar ook aanleiding toe. Maar toch is
dit niet zoo. De Boer moet veel land
als onvruchtbaar laten liggen. Transvaal
is een rotsplateau. Maar waar't vrucht
baar is, daar is de vruchtbaarheid ook
enorm. Mais, tabak en aardappelen zyn
de hoofdproducten. Bovendien is er veel
vee. Als men by een Boer komt eten,
wordt men driemaal per dag vleesch
voorgezet. Er zijn ontzettend veel scha
pen. Er zyn dominees geweest, die met
schapen houden begonnen zijn en aardige
winstjes gemaakt hebben.
De Boer is kalm Na den oorlog is
hij eenvoudig voortgegaan om te trach
ten het verlorene terug te krijgen. Hy
heeft niet het hoofd in den schoot laten
liggen maar de handen uit de mouw
gestoken. Het is niet te zeggen wat
rampen door den oorlog kwamen. Dui
zenden schapen zijn door de Engelschen
stuk geslagen, met petroleum overgoten
en in brand gestoken. Waarom
Maar in Zuid-Afrika kan men meer
vragen.
Wat moet men b.v. zeggen van Botha
en anderen
Ik wacht er weinig goeds van. De
Kaap zal by dit alles welvaren, niet
Transvaal. Als we Betha daar zien als
eersten Minister van hét vereenigd Zuid-
Afrika, staan we wel eens verbaasd. Men
vergete echter niet dat Botha altijd de
groote tegenstander van Kruger is ge
weest. Als ge dat hoort kent ge ook
Botha's verhouding tot het specifiek
Nederl. element. Dezelfde Botha die in
Londen altijd Hollandsch spreekt, is de
man die het doel van den Engelschman
het meest helpt bevorderen. Botha en
zijn medestanders gaan naar Vereeni-
ging, ze komen by Kitchsner en zitten
met hem aan; en tot de Transvalers
zeggen ze daarna„'t Is uit, gooit de
wapens maar neer".
Dat zyn dingen die ons doen staan
voor het Afrikaansch karakter. En zoo
zyn ei dan ook meer staaltjes te noemen.
Dankbaarheid is zeker niet de hoofd
deugd van den Afrikaner. We hebben
veel voor Zuid-Afrika gedaan. Anderhalf
millioen gaven we voor de concentratie
kampen tonnen gouds voor de hospi
talen en scholen, maar 't is de Afrikaners
niet aan 't verstand te brengen dat dit
nu met guldens en dubbeltjes, ook van
de arme Hollanders is bijeengebracht.
Ze denken dat het hun geld is dat
Kruger in Holland deponeerde. En, zegt
spr., er zyD dóór ons ook wel eens men
schen uit Zuid-Afrika vertrouwd die
zulks niet waard warensommen gelds
hun ter hand gesteld waar de Transva
lers geen cent van zagen.
Voor de Zending voelen ze nog niet
veel Ze moeten tijd hebben om te ver
geten wat hun voorouders van de zwarten
geleden hebben.
Er is veel verscheidenheid in Zuid-
Afrika. Er is ook veel amusement, al
vermoedt men zulks niet. Als men van
uitgaan houdt kan men vooral in Johan
nesburg genieten.
Of Zuid-Afrika een toekomst heeft.
Ik hoop het, zegt spr. Wolmazans heeft
eens op Dingaansdag aan de Zuid-Afri
kanen hun groote ondankbaarheid jegens
de Hollanders scherp verweten, maar ze
hebben 't hem betaald gezet. De kans
op een in vloedry ke positie was daardoor
voor hem verkeken, al maakten ze hem
lid van den Senaat.
Na de pauze deelde spreker een en
ander mede over het kerkelijk leven in
Transvaal. Daar de gemeenten verbazend
uitgebreid zyn, kunnen de leden niet
eiken Zondag samenkomen maar doet
men dit om de drie maanden. De samen
komst, die dan gehouden wordt heeft
dikwijls plaats van Donderdags tot Maan
dags. Dan wordt gecatechiseerd, lidma
ten aangenomen, voorbereiding én Avond
maal gehouden.
Op de, groote ossenwagens met kra
kende en piepende raderen, bespannen
met 8 a 10 ossen, een Boscbjesman tot
drijver, de geheele familie gezellig mee-
schommelenü, komen ze er dan van alle
kanten naar toe. Daarbij komen nog
vele ruiters en fietsers.
Wanneer dan de plaats van bestem
ming bereikt is, wordt het doek van den
wagen afgenomen en een tent opgezet.
Den eersten da£ wordt er door den predi
kant gecatecheseerd.Tnuis hebben de kin
deren vooral van hun moeder geleerd.
Meermalen als ik vroeg hoe ze dat
toch wisten was het antwoord „van
myn moeder*, 's Avonds wordt dan
in de tenten gesproken over tijdelijke
en geestelijke dingen. Vrijdags is 'het
aanneming Hierby zijn de ouderlingen
tegenwoordig, behalve enkelen die bang
zijn dat dedominé, als de catechisanten
het niet weten, zich tot hen zal keeren
met de vraag of zij het wel weten. Te
3 uur is het dan eten waarbij ik dan
„uitbesteed" werd in een der tenten,
's Avonds een voor-godsdienstoefening.
Zaterdags begint het weer opnieuw.
Eerst kerkeraadsvergadering, waarby ook
de vrouwen tegenwoordig zijn. Zondags
morgens is het Heilig Avondmaal waar
aan ze allen komen 's avonds nog eens
een godsdienstoefening.
's Maandags nog ean vergaderingetje
en dan'is het klaar. Voor den leerear
zeer vermoeiende dagen, maar de geheele
gemeente teerde er gedurende drie maan
den lang opvoor haar waren het ge
zegende uren.
Op die vergaderingen kwam in de
gesprekken uit deOud-Hcllandsche trouw
en Oud-Hollandsche vroomheid. Er is bij
de Hoeren respect voor den By bel. De
By'oel is voor hen het leer- en leesboek.
Als op die bijeenkomsten de Boeren
en Boerenvrouwen by<?en waren dan
werd weer alles opgshaald uit den droe
ven oorlog. En ik heb altyd den indruk
gekregen dat ze waar waren in hun ver
halen. Wat hebben die vrouwen in de
kampen geleden. Was het niet menig
maal dat, wanneer een Engelsch dokter
een recept had gegeven, en ze by een
eerly k apotheker er mee kwamen dat
deze verklaarde dat het zuiver vergif
wals? Werd in de blikjes met vleesch
niet dikwyis gestampt glas gevonden
Is het wonder dat in de kampen, dooi
de godzalige Engelschen uit „barmhar
tigheid"' opgericht, 20.000 vrouwen en
kinderen omkwamen
In die gesprekken leert met het karak
ter der Boeren zoo kennen. Dan krijgt
men ze lief, die eenvoudige vrome man
nen. Daarom, toen ze mij vroegen weer
terug te komen, was ik nog wel gaarne
naar hen teruggekeerd, maar neen, jonge
krachten moeten thans het werk voort
zetten, daarom heb ik voor de tweede
roeping bedankt.
Vyf en een half jaar ben ik er geweest
en in die jaren heb ik met hen meege
leefd in al hun lief en leed. Het was
dan ook één groote smart by het afscheid
nemen. Toen ik in Krugersdorp afscheid
nam, moest mijn vrouw en ik gaan
zitten en stonden ze allen rond mij, die
gebaarde mannen. En ze zouden mij
toespreken, maar door aandoening over
mand konden ze net haast niet. En ze
legden die groote handen op mijn hoofd
en zeiden dat het hun was of hun vader
of moeder hun ging verlaten.
Op een toespraak bij één der afscheids
maaltijden gehouden, wil ik nog wyzen.
Toen werd er op gewezen dat in Neder
land zoo'n verkeerde beoordeeling van
de Afrikaners is, een beoordeeling die
hen gemaakt heeft tot iets hoogs, zoodat
zy noodzakeiyk moeten tegenvallen. De
Afrikaner is noch engel, noch duivel.
De Afrikaner is mensch. Hadden wij dat
beter geweten, de disiilusie zou niet zoo
groot zyD, wanneer we den Boer leeren
keDnen.
Zoo b.v. op den tweeden dag dat ik
in Pretoria was, ging ik het huis van
Kruger zien. Kruger die ik ook in Europa
had gezien, die ik ook in Transvaal heb
helpen begraven. Ik wilde natuurlijk
het huis, waar hij had gewoond, zien.
Hoe groot was mijn ontnuchtering toen
ik zag dat het een Engelsch pension
was geworden. Toen ik myn hospita
sprak over de weinige piëteit, die daar
uit bieek, zei ze mij dat zijn schoonzoon
Eloff dat had gedaan, Elofi die milliar-
dair is. Die disillusie treft je.
Maar toch als Transvaal niet ge
absorbeerd wordt ia de Unie, dan is er
nog wat goeds van te wachten ook voor
den Hollander. Meen echter niet dat
je er met open armen wordt ontvangen,
dank zij den Kaapschen invloed, e Kape
naar zegt dat ze het zelf wel kunnen.
Maar de echte Transvaler houdt van
Holland. Hij heeft voor zyn kinderen
het liefst een Hollandschen onderwijzer,
als predikant geeft hij eveneens de voor
keur aan een Hollander. Biyve daarom
voor dat oude Hollandsche land ons hart
van liefde gloeien, blyve ons gebed tot
God opstijgen, opdat Hij dat volk zegene
en het groot make
2 Dec. 1911.
Duijs.
De rede die deze „volksvertegenwoor
diger Maandagavond in de Tweede Kamer
ruim drie uren lang hield, tegen de
„klassenjustitie wordt zelfs door libera
len afgekeurd. v
De N. Rott. Crt.chry ft
«Wij hebben van de woorden van dezen
overspannen jongeling, die bij de geeste
lijke ontwikkeling van de sociaal democratie
hier te lande een heel eind ten achter is en
nog in de periode van De Roode Duivel en
dergelyke schandalen uit den bloeityd van
Domela Nieuwenhuis verkeert, een uit
voerig verslag opgenomen, om aan onze
lezers niets te onthouden, waaruit zy zich
een eigen oordeel kunnen vormen over
die in ons parlement tot nu toe ongeëvenaar
de schend- en lastertaal. Als spreker in de
Volksvertegenwoordiging, aan wiens be-
toogen en crit ek fatsoenlijke burgers
aandacht hebben te schenken, in de waar
de van wiens gegevens en „feiten" zij
eenig vertrouwen hebben te stellen, aan
wiens opvattingen en inzichten, schoon
behoorende in het kader eener hun tegen
staande partij, zy eenige achting niet
hebben te onthouden, heeft deze man ook
voor goed afgedaan".
De correspondent vermeldt dan het af
wezig zyn van alle andere socialistische
afgevaardigden Maandagavond j.l. en gaat
aldus voort
„Er moet heel wat gebeuren voordat de
eene sociaal-democraat tegenover bour
geois den anderen verloochenthoogstens
op een onderling congres Doemt de heer
Troelstra (zooals eens den heer Duys over
kwam) den partijgenoot nog wei eens »een
veulen» of erger.
Maar indien het opzettelyk geweest is,
moet een vast aaneengesloten groep als
die der sociaal-democraten toch niet den-
keD, dat zij zich op deze wijze aan haar
mede-verantwoordelykheid voor een zoo
schandaleus gedrag kan onttrekken. De
heer Troelstra heeft veel te doenmaar
eenige dressuur van „het veulen*, dat hy
in de eerste plaats uit de wei heeft helpen
halen, moet er nog by.
Want het dier richt schade aan.
Niet aan de rechterlyke macht of an
dere instellingen waar het naar schopt
Maar schade aan het parlement
Het meest gekuischte parlementaire
gedrag van den sociaal-democratischen
leider, die levenswysheid genoeg heeft om
te weten hoe ver hy in deze omgeving
zelfs bij zyn hartstochtriijkste redevoe
ringen en felste politieke uitbarstingen
kan gaan, is niet in staat de beleedigingen
uit te wisschen, waarmede het jongste
lid van zyn club Maandag de Kamer een
heelen avond lang heeft overstelpt*.
De correspondent wenscht dan ook
artikel 62 van het reglement van orde te
zien toegepast en verklaart dien wersch
als volgt
„Wy hebben, wanneer zoo af en toe
stemmen opgingen in een deel van de
rechtsche pers om op verscherping van
het Reglement van Orde als verweermid
del tegen de sociaal-democraten aan te
dringen, tot nu toe altijd ons daartegen
verzet. Het wilde ons voorkomen dat met
het bestaande artikel 62, hetwelk den
Voorzitter machtigt aan de Kamer voor te
stellen een spreker gedurende een verga
dering over het in behandeling zynde
onderwerp het woord te ontnemen, door
een krachtigen president reeds heel wat
te bereiken viel en dat zehuwprikkelende
verscherpingen van het Reglement een
Voorzitter die de Kamer niet de baas is,
toch niet zouden baten.
Doch wij zouden dan ook wenscheD,
dat het bestaande artikel by buitensporig
heden als nu voorvielen, werd toegepast.
Wy begrijpen volkomen de bijzondere
moeiiykbeid, in zulk een toepassing gele
gen voor een plaatsvervangenden Voor
zitter. Maar wij zyn er byua zeker van,
dat indien de heer Nispen Maandag na
driemaal herhaalde waarschuwing aan
de Kamer had voorgesteld den heer Duys
het woord te ontnemen, dit met overwel
digende meerderheid zou zyn aange
nomen.
Eu zoo iets werkt zeer kalmeerend. Een
paar malen achtereen toegepast, temt
het zelfs „veulens".
De algemeene beraadslagingen op da
Staatsbegrooting zijn ditmaal ingeleid
door prof. Drucker, vryzinnig-democraat,
met een critiek op het regeeringsbeleid,
waaraan hij een beschouwing vast
knoopte die den socialist in het gevlei
kwam, en den vrij Liberaal van zich
stiet,
De Nieuwe Courant beoordeelt deze
poging als volgi
Toen de heer Drucker zoo ver gekomen
was, werden de politieke voelhoorens
uitgestoken door degenen onder zyn ge
hoor die zulke werktuigen bezitten. Zy
bemerkten waar het heen moest. Het
kabinet werd door den vryzinnig-demo-