No. 44 1911, Dinsdag 21 November 26e Jaargang
SKRISTEUJK
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed* S. J* DE JONGE-VERWES r, te Goes
De V. D. te Zutphen.
F. P. D'HUIJ, te FiiddeSfoi tg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
BXHMBIHL.ABÜ
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per trie maanden franco p. p.. S.25
Hnkele nummers. 0.05
UITGAVE DER FIRMA S
EN
II. (Slot.j
Zaterdag en Zondag 4 en 5 Nov.
wij zeiden het reeds vergaderde onder
voorzitterschap van den heer Herman
Snijders uit Middelburg de vrijzinnig
democratische bond.
Aan de hand van de rede des voor
zitters, van welke rede wij een en ander
onder de aandacht onzer lezers brachten,
wezen wfl op een enkel uitspraakje dat
dat aan den indruk der rede afbreuk
deed. Veel meer echter geldt dit van het
op Zondag verhandelde.
Daar was meer de inconsekwentie dan
wel de stabiliteit aan het woorden
maakte het hoofdbestuur van den Bond,
wat dit laatste aangaat, geen al te krach
tig figuur.
Het was bij de behandeling van het
groote onderwerpde bespreking van
de conclusies van het hoofdbestuur in
zake invaliditeits- en ouderdoms-verzeke-
ring.
Het hoofdbestuur had een zestal con
clusies voorgesteld waarvan de eerste
inhieldinvaliditeits- en ouderdoms
verzorging behooren gelijktijdig en in
onderling verband te worden geregeld.
Invaliditeitsvooiziening moet stellig niet
minder urgent worden geacht dan ouder
domsvoorziening.
De overige conclusies eischten een
combinatie van verpiichte verzekering en
Staatspensioneeringde verzekerings
premie voor de helft te betalen door de
werkgevers, voor de andere helft door
de werklieden, inzoover de Staat de pre
mie betaalde voor de werklieden met
lage loonennamelijk van 6 tot 10 gul
den. De leeftijd voor de ouderdomsrente
zou zjjn 65 jaar. Het geld voor de ver
zekering mocht niet gevonden worden
uit de verhooging van de invoerrechten.
Dit is 't standpunt ingenomen door de
leidersprof. Drucker, prof. Treub, dr.
Bos, mr. Tasman, e.a.doch er fel tegen
over bleken te staan tal van sprekers,
onder anderen prof. Kohnstamm, mr.
v. Drooge, Frans Netscher, en de klaroen
blazers van het Algemeen Nederlandsch
Werklieden verbond.
Reeds vroeger was er groot verschil
gebleken in de politieke groep omtrent
de sociale verzekering. Treub en Tasman
en Nijpels rekenden herhaaldelijk voor
hoe duur het Staatspensioen zou komen
en hoe onuitvoerbaar het denkbeeld
Staatspensioneering blijken zou. Eerst
genoemde legde herhaaldelijk ook zijn
zedelijke bezwaren bloot. Doch de onder
officieren en korporaals van dit vrijzin
nig democratische legerken waren het
met deze officieren oneens, en de soldaten
gingen met het kader mee.
Al meer drong en dreef men in de
richting van Staatspensioneering. De
staatslieden werden geacht het niet te
weten, de werklieden die wisten het wèl.
Trouwens wat is gemakkelijker en ver
leidelijker dan te sturen op Staatspen
sioen Dat wil zeggen een vast weekgeld
van den Staat op den ouden dag zonder
dat men er ook maar iets voor heeft be
hoeven te doen
Zoo stonden de zaken al van den be
ginne in 1905 stond het al zooen de
verhoudingen werden al meer gespannen.
Tot j.l. Zondag voor acht dagen de twee
spalt tot uiting kwam bij de behandeling
van bovengenoemde conclusies.
Amsterdam ging voorop. Arnhem,
Dordt, Beverwijk, Zwolle, Rotterdam
volgden.
Amsterdam wilde eerst doen uitspre
ken dat ouderdomsverzorging en invali
diteitsverzekering niet gelijktijdig behoe
ven geregeld te worden, dat ouderdoms
verzorging voorop moet gaanen dat
zoo dit geschiedt de invaliditeit daar
onder niet ïyden mag.
Dit laatste was natuurlijk een doekje
voor het bloeden een uitgeworpen spie
rinkje om een kabeljauw te vangen
een phrase om het slikken van deze
conclusies te vergemakkelijken.
Door een onzer bladen De Nieuwe
Provinciale niet onaardig en niet on
juist aldus gekarakteriseerdeen saam
koppeling van twee bepalingen als deze
gij moet zonder parapluie in den regen
loopen, doch daarbij zorgen niet nat te
worden. Voorts wilde Amsterdam doen
uitspreken dat de volksovertuiging moest
gevolgd worden en dat die zeer beslist
er vjor is dat de ouderdomsverzorging
voor gaat. En ook dat deze ouderdoms
verzorging moest bestaan in Staatspen
sioneering overeenkomstig het Deensche
stelsel.
Een en ander stond nader omschreven
in een motie, misschien wel door pro
fessor Kohnstamm gesteld, althans door
dezen verdedigd.
Deze filosoof, blijkbaar een handig
volksleider, wist de meerderheid te win
nen voor de beide eerste clausules zijner
mot.e, welke lijnrecht ingingen tegen
het rapport der commissie en het prin
cipe van het hoofdbestuur, en ook tegen
de waarschuwing van den voorzitter, om
niet op te treden als leden van den Bond
voor Staatspensioneering maar als leden
van den Vrijzinnig democratischen Bond.
Over de zwakke argumenten, waar
mee de voorstanders der motie deze
waarschuwing in den wind sloegen,
laten wij ons nu niet uit. Maar eigen
aardig is dat punt a en b niet werd be
streden. Integendeel het werd zelfs door
het Kamerlid Drucker in een dubbel
zinnige speech aangeprezen. Commissie
en hoofdbestuur waren eenstemmig van
meening dat, al hadden zij geconstateerd
dat gelijktijdige invoering van invalidi
teits- en ouderdomsverzorging moest
plaats hebbeD, die gelijktijdige invoe
ring toch ook niet behoefde plaats te
hebben
En zoo ging zonder hoofdelijke stem
ming de tegengestelde uitspraak van
Amsterdam er door
Hetzelfde geldt van punt b waarvan
de voorzitter verklaarde dat het hoofd
bestuur er zich mee kon vereenigen.
Dat dit bij sommige principiëele tegen
standers der Staatspensioneering het
bloed wel eenigszins aan het koken
bracht, blijkt wel hieruit, dat mr Tasman
terstond na deze mededeeliDg van den
voorzitter 't woord nam om te zeggen, dat
Amsterdam door zijn verstandig manoeu
vreeren een instemming won, die zijn
voorstellen toch niet mochten hebben. En
om te waarschuwen, dat hetgeen nu aan
genomen was, wel onschuldig leek, maar,
dat er nog eenige onaannemelijke voor
stellen aan vast zaten, namely k om de
invaliditeitsverzekering eenvoudig los te
laten en de ouderdomspensioneering zon
der verplichte premiebetaling over te hou
den dus te-kiezen voor Staatspensionee
ring. Maar professor Treub, die evenals
professor Drucker Kamerlid is, en der
halve de eendracht en de Staatspensio
neering tegelijk had in het oog te vatten,
corrigeerde de rede van mr Tasmanwaar
mee hy 't,zoo sprak hij,overigens wel eens
was, doch die eigenlyk 't punt in quaestie
niet raakte. En hij diende een wyziging
in, waarin verklaard werd, dat de gelden,
die beschikbaar konden worden gesteld
voor invaliditeits- en ouderdomsverzeke-
ring, niet mochten worden opgeslokt door
het Staatspensioen of de ouderdomsverze-
karing alleen. Een wijziging, waarmede
het hoofdbestuur by monde van den voor
zitter zich terstond vereenigde. Toen ging
ook dit tweede deei der motie er zonder
hoofdelyke stemming door. Hetgeen te
verwachten was na deze formuleering,
welke blykbaar de geit en de kool tegelijk
spaarde.
Voor het hoofdbestuur en de commissie
biyft deze beslissing evenwel een neder
laag, ook al hebben zij ze zeiven aanvaard.
De overwinning was hier aan de zyde dei-
mannen van de Staatspensioneering.
De leiders volgden Treub voorep
den „volkswil" van prof. Kohnstamm, en
zulks in weerwil der waarschuwing van
mr Tasman, die duidelijk in het licht
stelde, datjjmen hier bezig was een beslis
sing te nemen, welke vierkant inging
tegen het rapport en de meening van het
hoofdbestuur, en tegen het vooropgezette
beginselbeide tegelijk, en geen Staats
pensioneering
Met groote lichtzinnigheid werd over de
quaestie van de kosten door de vergade
ring heengegleden. Trouwens, die licht
zinnigheid was ook aan de zijde der com
missie te zien geweestzy was dan ook
wel een weinig zelve de schuld er van, dat
het zoo geheel anders liep.
De Nieuwe Courant wees er reeds op
„De commissie," zoo zegt zij,//adviseert
tot gelijktydige invoering van invalidi
teits- en ouderdomsverzorging. Maar aan
de uitkeeringen wil zij intusschen den
eisch gesteld zien wöat deze niet alleen
den betrokken verzekerde, eventueel met
een gezin, voor direct broodsgebrek be
waren, maar zoo eenigszins en zoo na
mogelijk laten in den toestand waarin
hy, wat zyn inkomen betreft, verkeerde
voordat de invaliditeit of deouderdoms-
grens intrad". Dat voorstel wordt ge
daan zonder dat ook maar met een enkel
woord wordt aangegeven hoe te voor
komen de verwoesting in den volksgeest,
in Duitschland reeds aangericht door de
zéér lage invaliditeiterente, die daar zelfs
bij de laagste loonen nimmer stijgt boven
de helft van het genoten inkomen.
„In verband met haar voorstel wil de
commissie de invaliditeitsrente niet hoo-
ger doen worden met het aantal jaren
dat er premie betaald is, maar na een
korten wachttijd onmiddellijk tot het
volle bedrag doen uitkeeren, Zy acht
zegt zy zich buiten staat op te geven
wat de kosten van de door haar voor
gestelde maatregelen zijn Wij gelooven
dat, naar een zeer ruwe schatting, de te
betalen premiën zouden stijgen tot 10
a 15 pCt. van het loon
„Patroon en arbeider moeten daarvan
ieder de helft betalen, maar de premie
betaling der laagbezoldigde arbeiders
zoo stelt het hoofdbesteur voor zal
door den Staat worden overgenomen. By
de door de commissie gewenschte uit
keeringen zal dat, ruw geschat, den Staat
op twintig millioen gulden per jaar komen
te staan.
„Het hoofdbestuur zwijgt in zijn con
clusies over do hoegrootheid der uitkee
ringen. Het wil de sociale verzekering
als één samenhangend geheel beschouwd
zien, maar laat de mogeiykheid van par
tieels regeling- ervan open. Vanuit dit
gat in de tien jaar oude stellingen begon
prof. Kohnstamm ter vergadering zyn
tactische manoeuvres om de bezetting
ongemerkt uit de vesting te leiden."
En eenmaal zooveel toegegeven, was
't geen kunst meer voor den voorzitter
om er door te krijgen dat men zich uit
sprak voor Staatspensioneering (lees
Staatsarmverzorging) van de ouden, die
er thans zijn.
Maar nu wilden de mannen van Am
sterdam ook alles hebben, en wijzigden
punt 4 der motie in dien zin dat het
Staatspensioneering voor allen zou zijn.
Met groote lichtzinnigheid en oppervlak
kigheid verdedigde men dit. Ik ben tegen
premiebetaling, zei v. d. Voorden een
der schreeuwende propagandisten uit het
Algemeen Nederlandsch Werkliedenver
bond want een regeling zonder premie
heffing is 't gemakkelijkste stelselEd het
geld, daar bemoei ik mij niet mee Zorg
voor den ouden dag moet Staatszorg zijn
In denzelfden geest spraken ook Fransch
Netscher en anderen. Nogmaals waar
schuwde mr. Tasman, om toch niets
te beloven wat nooit zou kunnen wor
den verwezenlijkt. Staatspensioneering
op 65-jarigen leeftijd zal dertig miljoen
kostenhoe hieraan te komenvergeet
niet dat in Denemarken de helft van
de normale Staatsinkomsten uit de in-
i in 1 -5 regels 50 cent, iedere regel meer 20 cent
f, milieberichten van 1-10 regeL 1.—iedere regel
mi er 10 cent
voerreebten komt. En dan Staatspensio
neering verlaagt het volkspeil. Profes
sor Treub sloot zich hierby aan. Ten
slotte stelde de voorzitter de vraag of
een bijdrage zal kunnen worden gevraagd
in welken vorm dan ook boven een zeker
bij de wel te bepalen bestaansminimum
en ten behoeve der ouderdomsverzorging.
Deze vraag word met 48 tegen 18 stem
men bevestigend beantwoord.
Dit votum was een nederlaag voor de
Staatspensioneerders.
Men is echter geneigd te vragen of de
voorstemmers wel allen behoord hebben
tot het //denkend deel der natie*en te
twyfelen of niet meer dan een die voor het
voorstel van den voorzitter heeft ge
stemd meende zich te verklaren voor
Staatspen sioneerin g.
Immers toen de voorzitter verklaarde
dat door deze beslissing bet vierde deel
der motie-Amsterdam vervallen was,
had men de poppen aan het dansen.
Men was 't oneens en gaf dat eenigs
zins luide te kennen. Het was een for-
meele afwisseling van 't is wel en 't is
niet
De vergadering was ook wel eenigs
zins aan 't verloopen.
Totdat ten slotte de voorzitter nader
overleg op dit punt met de voornaamste
woordvoerders in deze quaestie toezegde,
en vaststelling van hetgeen in de Mei
vergadering nog kan worden besproken.
Ja, meende professor Drucker, op
voorwaarde dat op de nu gevallen be
slissing niet mag worden teruggekomen.
De vrijzinnig democratische bond heeft
zich derhalve, door misverstand of niet,
tegen Staatspensioneering verklaard-maar
met oehoud van dezen afgekeurden vorm
voor de ouden van thans.
Een tweeslachtig stelsel, een twee
drachtig gezelschap, het eene is al ge
volg van het ander. En kans op beter
schap is er niet bij zoo zwakke leiding
die aan de klacht van Glemenceau doet
denkenja, ik ben nu eenmaal leider,
dus ik dien wel te volgen.
De vrijzinnig-democratische bond
de volgers, niet de leidei s, of hetzy met,
hetzij zonder de leiders, loopt groot ge
vaar op die wijze een bijwagen van den
Bond voor Staatspensioneering te wor
den. Op 't voetspoor van de Liberale
Unie een huwelyk, met welke hij reeds
in uitzicht heeft gesteld.
De pilitieke slimmelingen in één
schuitje met professor Treub
Laat ons zieii wat de Mei vergadering
brengt.
20 Nov. 1911.
Onder de .leiders der sociaal democra
ten zijn menschen die op poenige manier
uit den hoek kunnen komendat zijn
de meer practische, zooals bijv. de heer
Schaper die den heer Lohman „sloeber
streken* verwijt,op zyn adeldom schimpt,
hatelijke uitroepen doet als bijv. „hij kan
niet anders" en den voorzitter dreigt met
stoelen en inktkokers te zullen gooien
of onder daverend gelach als Duys aan
dr. Kuypers waarschuwing dat Neder
land open en bloot ligt, vraagtstaat er
niet „staan*.
Maar zoo iets behoeft men niet te ver
wachten van de meer philosofisch aan-
gelegden als 'oijv. de heer v. d. Goes.
Toch hebben wij wel eens op leelyke
uitlatingen, zy 't ook van een ander soort
ook van die zijde de aandacht gevestigd.
Tot dezulken behoort ook hetgeen de
heer Wibaut dezer dagen in Het Volk
schreef naar aanleiding van de zeelieden
staking en het terrorisme door zijn geest
verwanten daarby gepleegd. Hy betoogt
daar hoe de socialisten denken ®ver ge
weldpleging en gewapend verzet.
„De eerste letter van het alfabet van
den klassenstrijd is, dat alle wetteiyk-
heid die op de handhaving of verster
king van het kapitalisme gericht, of
die, indien niet rechtstreeks er op ge
richt, voor zijn versterking of hand
having wordt gebruikt, door de arbeids
klasse als wettelijk geweld wordt be
schouwd
En de tweede letter is, dat alle ge
weld, dat dq arbeidersklasse ooit zal
hebben aan te wenden in haar stryd,
in elk opzicht zeer gunstig zal afste
ken bij het geweld, dat zij eeuwenlang
heeft ondergaan".
Wij wisten het wel, het socialisme is
de poes die slechts tijdelijk de nagels
inhoudt, "maar die tegelijk ook scherp
houdt om ze, zoodra zij de nuttigheid er
van (niet het recht er toeinziet, ter
dege in uw vleesch te zetten.
Wanneer slimheid het kenmerk van
staatsmanswysheid is, dan behoort de
oud-minister Goeman Borgesius tot de
eerste-klas staatslieden.
Hy is de vorige week zelfs den beer
Troelstra te slim af geweest, nam den
voorzitter en nagenoeg de gansche
rechterzyde in het oo-tje, spyt de
waarschuwing van den heer Lohman,
en dwong ten slotte de socialisten om
hem den tol hunner hulde te brengen
voor zyn prachtige vondsteen motie in
te dienen waar zij zeiven tegen waren
doch die zij toch moesten helpen aan
nemen.
Troelstra bad een voorstel ingediend
voor op partieele grondwetsherziening ter
regeling van het Kiesrecht aan te dringen.
Borgesius doorzag direct dat niemand
dan de socialisten voor deze motie stem
men kon, en deed hun daarom heel graci-
euselyk een motie aan de hand, waarin
geviaagd zou worden om algemeen kies
recht.
Troelstra had gemeend slim te doen
door dat „algemeen" er af te laten. Hij
ving daardoor allicht eenige stemmetjes
van Rechts.
Borgesius begreep echter dat er dat
»algemeen« juist wel in moest; en hy
deed er met 't oog op de rechtsche voor
standers van evenredige vertegenwoor
diging ook die nog bij.
Het was derhalve een motie waarby
hy de heele Kamer dwong om kleur te
bekennen. Rechts vooral. De heer Loh
man doorzag dit spelletje en drong er
op aan de motie op een later te bepalen
dag te behandelendoch de voorzitter
had al toegegeven, en de Kamer meende
biijkbaai dat 't nu wel kon.
Troelstra bestreed de motie doch zou
er voorstemmen. Eerste overwinning. De
socialisten gaan mee.
Tydeman bestreed haar eveneens, en
zou er tegen stemmen. Tweede overwin
ning. Ge vry-Liberalen blijven achter by
de groote concentratie van alle vooruit-
strevenden tegen de conservatieven.
De Geer gaat mee. Derde overwinning.
Een scheurtje in de coalitie.
Lohman is heengegaan, de geharnaste
tegenstander heeft zichzelf het zwygen
opgelegd wegens diens uitspraak inzake
de wefteiykneid van dadeiyke behande
ling der motie. Vierde overwinning
Zoo was 't dan in vier opzichten Don
derdag de dag van Goeman Borgesius.
De oude vos kon, na zulk een jachtje,
likkebaardend zich neervlijen.
Heel links en De Geer aan 't lyntje, en
aan zijn lyntje 1 Dat zegt wat.
Men proeft er 1913 in
De sociale weitenvan minister Talma.
Zondag beeft te Utrecht een byeen-
komst plaats gehad, belegd door de Ne-
derl. K. K. werklieden organisatie en
volksbonden en het Bureau voor de B.
K. vakorganisatie, om instemming te
betuigen met de plannen van sociale
wetgering van minister Talma en te
protesteeren tegen den tegenstand, wel
ken genoemde minister by de uitvoering