NIEUWSBLAD
ÏOOR ZEELAND
No. 290. 1910,
Vrijdag 9 September
24e Jaargang,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Pe Zelfstandigheid der
Volksschool.
/ERSeWJNT ZESMAAL ?EH WEEK
Wed
S. J. DE JONGE-VERWEST. te Goes
F. P. DV.UU, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Snippers uit de oude doos.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
1 rijs per drie maanden franco p. p. ifiïi.
I nkele nummers „0,02*.
UITGAVE DER FIRMA
W VAK
III Willing
van 1—5 regels 40 cent, Iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 ''ent
X{5, >lie aiich met 1 Oct. a,]s.
op ons lad abonneeren, out
vangen liet tot dien datunt
gratis.
De heer J. C. Wirtz, districts-school-
opziener te Winschoten, breekt in de
N. Prov. Gr on. Grt. een lans voor de
zelfstandigheid der volksschool.
Hoe hij dit bedoelt, licht de heer W.
toe met eenige belangrijke historische
herinneringen, waarvan wij er enkele
overschrijven.
De lagere school in Nederland heeft
lot heden steeds de rol vervuld van
dienstbare. De graven van Holland zijn
begonnen met het onderwijs onder het
aanleeren van gepaste en nuttige kundig
heden dienstbaar te maken aande
bevordering der regeeringsinzichten.Daar-
mee is men voortgegaan onder de Repu
bliek en in de dagen der Pransche over-
heersching dee.l men het op de meest
brutale wijze. Dat de vrijzinnigen in
Nederland hetzelfde bedoelden, is reeds
jaren geleden opgemerkt; men denke
aan de uitspraak van Meester van Otter-
loo, die zeivan 1806 1815 heeft men
de school gebruikt om de natie te pro-
testantiseeren van 18151830 om ze
te liberaliseeren en na 1857 om ze te
modernise! ren. Als hij langer geleefd
had, zou hij vermoedelijk nog een periode
erbij gedaan hebben.
Nu zou ik gaarne zien, dat de lagere
school in Nederland in zoover zelfstandig
werd, dat ze niet langer gebruikt kan
worden tot bevordering der regeerings-
inzichtenik vind dit te meer noodig,
omdat in ons goede vaderland zoo on
geveer om de vier jaar de regeeringsin
zichten veranderen. Letten we b.v. alleen
op de neutraliteitsquaestie, dan nam mr.
Kappeyne daarbij een heel ander stand
punt in dan mr- Rink.
In de tweede plaats is de lagere school
dienstbaar gemaakt aan de kerk. Niet
slechts, dat de classis onderzocht, of de
onderwijzer goed onderlegd was in de
4ol
FEUILLETON.
DOOS
SCA LDIS.
INisse.
II. (S1 o t.)
Eenig kunstig houtsnijwerk in de kerk
aanwezig, dagteekenende van de stichting
van het gebouw, werd in 1795 door de
heethoofdige Bataven, die vrijheid, gelijk
heid en broederschap predikten, baldadig
vernield.
Beter kwamen er af de ruw gehouwen
beelden, twaalf in getal, welke de Aposte
len voorstelden, zich bevindende aan de
balken van het koepelwerk en nog herin
nerende aan den voormaligen eeredienst.
Ook de mooie, gebeeldhouwde pre
dikstoel en dito doophek, trekken vooral
onze aandacht nog.
Ter bediening van de Sacramenten ont
moeten wij hier de volgende zilveren voor
werpen een groote broodschaal, waarop
wij het alliantie wapen Van der Nisse- Van
Borsele gegraveerd zienhet werd in 1700
geschonken door David van der Nisse, ter
gedachtenis van zijne overledene, eerste
echtgenoote Clara van Borsele van der
Hoogetwee kleinere schalen, waarop
alleen op de achterzijde, de initialen M. A.
Deze schalen, met het doopbekken,waarop
yve lezen „Maria Alegoed 1893", werden
in genoemd jaar, bij testamentaire be
schikking geschonken door gezegde mej.
Alegoed, overleden te Nisse 17 Juni 1893.
Zij had ook een bedrag van 2000 gld. aan
de diaconie toegezegd; en twee Avond-
maalbekers, waarop gesneden kerk en
gereformeerde religie en ook toezicht had
op het godsdienstig gehalte van hei on
derwijs, maar ook op andere wijze. Pe
zang b.v. werd in de oude volksschool
niet beoefend om zich zelf, maar ter wille
van de kerk, want de predikant gaf op
welke psalmen op den volgenden rust
dag gezongen zouden worden en dan
moest meester die op school aan de kin
deren leeren. Dit was nawerking van den
Roomschen tijd, toen de school voor een
groot deel de koorknapen leverden. Zelfs
is er een tijd geweest, dat de meester,
tevens koster, niet veel meer was dan
de knecht van den predikant.
Aan deze zeer juiste geschiedkundige
toelichting voegt de geachte schrijver
nog eenige zeer juiste herinneringen toe.
De lagere school is ook alle eeuwen
door dienstbaar gemaakt aan de belangen
van het lager en middelbaar onderwijs.
Ook dat is verklaarbaar. De eerste lagere
scholen in ons land werden bezocht door
aanstaande geestelijken, die dus verder
moesten studeeren. En het heeft eeuwen
geduurd, eer heel het volk in al zijn ran
gen en standen, gebruik maakte van de
lagere school. Zoover zijn we nu geko
men. Zelfs vóór de invoering van de
leerplichtwet werd de school in Nederland
bezocht door de kinderen van alle Ne
derlanders, die een vaste woonplaats
hebben. De zwervende bevolking, en
daaronder ook de schippers, heeft men
door de leerplichtwet niet op school kun
nen brengen.
Volgens het laatste jaarverslag werd
de lagere school in Nederland bezocht
door 891646 leerlingen, terwijl alle uni
versiteiten saam 4827 studenten telden.
Daaruit blijkt dat slechts een half pro
cent van de kinderen, die de volksschool
bezoeken, een wetenschappelijke oplei
ding krijgen.
Is het nu billy k, dat de lagere school
zich nog steeds in de keuze der leerstof
moet schikken naar dat betrekkeiyk
kleine getal studeerende Nederlanders?
In dit opzicht heeft het rapport der in-
eenschakelingskommissie mij beslist
teleurgesteld, daar de eisch kennis van
deFranscbe taal tot toelating aan Boogere
Burgerschool en Gymnasium gehand
toren van Nisse, waai omheen „kercke-
beeker van der Nisse Anno 1659", bene
vens het wapen der heerlijkheid. Deze
bekers zijn waarschijnlijk geschonken
door mr Gerard van der Nisse.
En nu nog even een bezoek gebracht
aan den kolossaal hoogen toren. W y vin
den er twee klokken in aanwezigde een
gegoten door Johs. Burgerhuijs in 1674 en
de andere door Alexis Petrus Petit in 1763.
Op het eiland Zuid-Beveland kwam de
Reformatie, in vergely king met de overige
deelen van Zeeland, slechts traag en niet
zonder moeite tot stand. Eerst ten gevolge
van de Gentsche Pacificatie, den 8 Nov.
1576 getroffen, werd 't eiland, bij verdrag
van 22 Maart 1577 van de leerschappij
van Spanje verlost, om zich onder het ge
bied van den Prins van Oranje te stellen,
doch onder uitdrukkelijke voorwaarde dat
de R. Kath. eeredienst zou gehandhaafd
blijven.
Toen evenwel de godsdienstvrede, dooi
den Aartshertog Matthias met de Alge
meens Staten den 22 Juli 1578 te Antwer
pen gesloten was, en intusschen uit Wal
cheren predikanten afgezonden waren om
te Goes het Evangelie te verkondigen,toen
kon de afkeerigheid des volks van de
Roomsche religie niet langer bedwongen
worden, hoezeer ook de Roomschgezinde
Overheden, ambts. heeren en vooral vele
priesters al het mogelijke aanwendden tot
het verhinderen van de Hervorming.
Zoodra dan nu de beeldstormerij en al
taarvernieling op den 30 Sept. 1578 te
Goes en daarna ook ten plattelande, waar
bij ook het inwendige van de kerk te Nisse
't deerlijk moest ontgelden, hadden plaats
gehad, werd het eerste artikel van de Sa.
haafd wordt. De inrichtingen voor voort
gezet onderwijs moeten geen eischen
stellen aan de lagere school, maar een
voudig vragenhoe ver kan een goed
ingerichte volksschool een normaal kind
brengen? En dan moet bet Gymnasium
beginnen, waar de volksschool ophoudt.
Het omgekeerde is tot groote schade
van 199 op de 200 kinderen.
In de toekomst dreigt nog een ander
gevaarde lagere school is bezig zich
het juk van de medici op den hals te
halen, 'tls wel eigenaardig, maar som
mige menschen kunnen niet anders dan
slaaf zijn. Zoo gaat het ook met instel
lingen. Het juk van de Kerk is verbro
ken dat van den Staat is gebarsten, en
nu vraagt men zelf om een geneeskun
dig juk. Als die bede verhoord wordt,
dan zal men ook met den profeet van
den ouden dag kunnen spreken over
houten jukken, die verbroken zijn en
ijzeren, die er voor in plaats zijn geko
men. Ook tegenover de medici, evenals
tegenover of liever naast Gymnasium en
Hoogexe Burgerschool wenscht dus de
schrijver de zelfstandigheid der school
te handhaven.
Men versta mij wel, zoo eindigt hij.
Ik ben er diep van overtuigd, dat het
kind moet opgevoed worden naar lichaam
en geest; dat de school een deel van
die taak op zich neemt; dat daarvoor
noodig is kennis van het kind naar
lichaam en geest en dat dus alle we
tenschappen, die daarop betrekking heb
ben, te hulp geroapen moeten worden,
'k Wil graag theologie, filosofie enz
enz. en ook de wetenschap der genees
kunde in dienst stellen van de school;
maar niet omgekeerd de school dienst
baar maken aan den Staat, de Kerk, de
Universiteit, ook niet aan de Genees
kunde.
Daarom is mijn ideaal een lagere
school, bestuurd door een kommissie
als vertegenwoordigers van de ouders,
waarin onderwijs gegeven wordt door
volledig bevoegde, degelijk opgeleide on
derwijzers een school, die in de maat
schappij een zelfstandige positie inneemt
naast de Kerk en naast het middelbaar
en hooger onderwyseen school die
allen dient en ook allen kan dienen,
omdat ze aan geen van die dienstbaar
gemaakt is.
j Dewijl de wenschen van den heer
Wirtz liggen in de lijn van »de vrye
school voor heel de natie", en in de lijn
I die voert naar de vrije examens, ver
dient zijn voorslag de aandacht en een
1 ruime vrije bespreking. Maar men be
ginne met zich bij zijn verlangens
aan te sluiten.
I In dezelfde lyn komt ons voor gelegen
te zijn het pleidooi dat prof. mr. D. P.
D. Fabius dezer dagen in zijn „Studiën
en Schetsen" leverde voor de Vrije School.
Z.H.Gel. neemt als uitgangspunt Groens
oude leusde vrije school regel, de
openbare (school) uitzondering.
In verband daarmee schrijft hij
Wat de wetgeving aangaat, strijden we
voor de vrije school als regel, en de open-
bare uitzondering.
Voor de vrije school, die wat nog te
veel geschiedt niet met de christelijke
verward mag worden,
j Of de christelijke school de overhand
zal hebben, moet aan de vrij werkende
krachten van het leven worden overge
laten.
1 Maar wèl kan de Regeering verklaren,
dat zy bedoelt de openbare school meer en
meer door de vrije te doen vervangen,
j Openbaar en vrij onderwijs is eene te
genstelling, die niets met den geest van
het onderwijs te maken heeft, alleen met
het al of niet uitgaan van het openbaar
gezag.
In dien zin is samenwerking voor de
vrije school ook met liberalen mogeiyk.
Gelijk Prof. Krabbe zich in 1C-01 in naam
van de vrijheid voor haar verklaarde1;
Prof. Bruining in 18992) de vrije school
zijn ideaal noemde; Mr. Van Bouten ten
Rechtsgel. Magazijn 20ste jg., bl.
475/76.
2) Op eene vergadering van den Protestan
tenbond te Assen. En in denzelfden geest twee
jaar later op een verg. van moderne predikan
ten te Leeuwarden.
tisfactie, den godsdienst beti effende, ver
nietigd, waarna de Staten van Zeeland
order stelden op de Evangelieprediking,
zoo te Goes als op de dorpen van het eiland
bij brieven van voorschrijving, op den 1
Nov. 1578 verleend aan alle magistraten
en wethouders der parochiën in Zuid-
Beveland.
En zoo behoorde ook Nïsse onder de
eerste zeven gemeenten,aan welke op den
1 Dec. 1578 'n predikant werd toegewezen
en wel voor deze plaats
LUDOVICUS WILLEMOT HYPERIUS.
Deze was te voren een der drie predikan
ten, die, ofschoon dan ook voor slechts
korten tijd, de gemeente te Dixmude, in
Vlaanderen, bediende. Vermoedelijk is hij
te Iperen geboren en daarom Hyperius
genaamd.
Hij was reeds pred. te Wingene, mede
in Vlaanderen gelegen, toen hij op de
classis te Gent van 3 Nov. '578 geëxa
mineerd en aangenomen werd.
Ten zelfden jare, maar dan op het
laatst werd hij, zooals we boven zagen,
te Nisse predikant en gaf zulk een ge
noegen te dezer plaatse, dat de classis
van Z. Beveland in de moelijkste zaken
van zijn dienst gebruik maakte.
Zoo benoemde zij hem den 29 Febr.
1580, om in Vlaanderen eenige predikan
ten voor dit eiland te gaan beroepen.
By deze gelegenheid predikte hij in zijn
oude gemeente Dixmude met zóó'n groot
genoegen, dat men hem van de classis
Z. Beveland, voor deze plaats, gedurende
eenige weken, Ier leen verzocht wat be
reidwillig werd toegestaan.
Teruggekeerd zijnde, overleed hij nog
in 't zelfde jaar, den 17 November.
Ds Hyperius werd, tot op onze dagen,
door een en dertig ambtgenooten opge
volgd. Zooals we reeds hoorden was deze
eerste dienaar bij zyne gemeentenaren
zeer in aanzien. Dit schijnt, volgens de
class, acten van Z. Beveland, minder het
geval te zijn geweest met den vierden
leeraar
FRANQOIS DE G'OCK.
Diens eerste standplaats was Baarland
waar by den 14 April 1586 tot pred. was
aangenomen en vanwaar hij den 6 April
van het volgende jaar, naar Ierseke werd
beroepen.
Op bevel der Staten van Zeeland, werd
hy, om reden ons onbekend, naar Nisse
verplaatst den 27 April 1593. Reeds den
20 Juli van hetzelfde jaar beklaagde hij
zich bij de classis, dat sommige leden
van den kerkenraad hem niet wilden
erkennen voor hun predikant.
Tijdens zijn klacht door de classis
onderzocht werd, zeide hy inmiddels, den
4 Oct. 1593, zelf zyn dienst op, doch
slechts voor een korten tijd, want reeds
den 9 Nov. d.a.v. erkende hij zich zeiven
wederom als een wettigen dienaar van
de gemeente.
Zoo'n wonderlijken gang van zaken,
zouden wij in onze dagen moeilijk kun
nen gelooven, doch met de officieele be
scheiden voor ons, moeten wy het als
een feit aannemen. Hebben wy vroeger
al meermalen gehoord, dat parochianen
en leeraar, wederzijds soms wonderlyk
met elkander omsprongen, dan kan de
handel wy ze van ds de Cock, tegen oi er
zyne gemeente ons niet meer verbazei
Hoe hij het verder met zijne gemeente
naren maakte, hiervan vernemen wij
vorigen jare erkende3), dat de wet Vfackay
en de wet-Kuyper aan alle richtingen ten
goede komen; de Heer Zernike 15April
11. in eene vergadering, door de Haagsche
afdeeling van den Bond van vrye libera
len belegd, volgens het verslag in de
N. B. Gt. uitsprak te gelooven, „dat het
beginsel, waarvan de anti schoolwetman
nen 50 jaar geleden uitgingen, juist was,"
Terwijl hij tevens verklaard zou hebben
te gelooven, dat dit weldra door iedereen
zou worden ingezien, en van oordeel te
zyn, dat zijne geestverwanten „volstrekt
niet om hun beginsel verplicht vzijn) aan
het „heilige" van het openbaar onderwijs
vast te houden."
Intusschen is het er nog ver van af dat
de vrije school reeds regel zou zijn.
De Standaard wees den SOsten Juni te
recht daarop, er aan herinnerende, dat
tegenover de 1900 vrye scholen nog meer
dan 3000 openbare staan, de vrije sc len
350.000 leerlingen tellen, en de openbare
ruim 550.00
Al ware dus de verhouding omgekeerd,
zelfs dan kon nog moeilijk worden gezegd,
dat de vrye school regel was.
Uit eene byiage van Mr. A. Polak by
het Verslag aangaande den toestand van
het L. O. in de gemeente Amsterdam over
het jaar 1909 blijkt zelfs, dat in de laatste
40 jaren het getal openbare scholen te
Amsterdam gestegen is van 87 tot 183, en
dat der bijzondere verminderd van 153 tot
104en dat, terwijl in 1899 44 pet. der
scholieren op de openbare school gingen,
en 56 pet. op de vrye, thans de verhou
ding ongeveer deze is 72 pet. op de opeD-
bare en 28 pet. op de vrye.
Minister Heemskerk heeft 21 Dec. 11. in
de Tweede Kamer gezegd „wy naderen
meer en meer, door de kracht van de fei
ten, den tijd, dat de openbare school wordt
aanvulling en de byzondere regel."4)
Maar wij verlangen meer.
Met de leusde vrije school regel
wordt niet maar bedoeld, dat dit door de
kracht der feiten geschieden zal, maar dat
door de Begeering, doer de wet, dit proces
s) In de S t a a t k. Brieven, no I, van
2 Jan. 1909.
l) Hand. der S-G., 1909/10, II, bl. 1218.
niets meer, alleen zeggen onze bronnen
„dat hij den 13 Oct. 1599 door de classis
by na is afgezet geworden", waaruit wij
kunnen besluiten dat hij terecht of ten
onrecht meermalen van het een of ander
is beschuldigd geworden. Nadat hij „by-
na" is afgezet geworden, diende hij de
gemeente nog ruim vijf jaren en wel tot
aan zijn dood, den 1 April 1605.
Een eenigszins zonderling afsterven
vernemen wij ten opzichte ds.
PIETER VAN LAREN.
Deze werd geboren te Arnemuidenen
was de zoon van den bekenden Joost
van Laren, pred. geweest o.a. te Vlissingen
Hy werd, als prop, by de Cl. van Wal
cheren, te Nisse beroepen 10 Oct. 1619.
Als pred. van deze plaats werd hij van
wege de classis afgezonden naar de Pro
vinciale Synode, te Tholen gehouden van
8 tot 21 April 1638.
„Hier zynde", zoo wordt in een doods
bericht van hem gemeld, „werd het pri
vaat van zijn logement geruiöfd, en hy,
te huis komende, zóódanig door den
stank getroffen, dat hy, kort daarna, in
een razende koorts verviel en in zijn
logement overleed."
Zyn lijk werd naar Nisse overgebracht
en aldaar, onder algemeene deelneming
begraven.
Eindelijk vinden wij nog geboekt, dat
het 300-jarig bestaan der gemeente plech
tig herdacht werd op 1 Dec. 1878, door
ds van Selms, met eene leerrede naar
Ps 26 8.
(Bevolking in 1824 447
in 1910 644 zielen).