NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 265. 1910 Donderdag i! Augustus 24e Jaargang, CHRISTELIJK- HISTORISCH Wörth /ERSGHIJNT ZESMAAL PEk WEEK Wed. FEUILLETON. S. X DE JÖNGt-VERWEST. te F. P. D'tfüIJ, te Middelburg. Goes PRIJS DER ADVERTENTIËN BINNENLAND. IEDEREN WÊRKDAQ DES AVONDS. 1 rijs per drie maanden franco p. p. 1,25. I nkele nummers <A(Ks®. 10 Aug. 1910. Nu de staking en uitsluiting te En schedé aanhouden en volgens beter dm wij ingewijden nog lang niet afgeloopen zijn, dringen wij bij vernieuwing aan op steun, men geve derhalve spoedig, hetzij aan de comité s of rechtstreeks aan den heer Diemer, lid van den gemeenteraad te Rotterdam. Galvijn, de vader van den Psalmbundel. Ds Tazelaar schrijft, volgens De Rotter dammer, in De Zuider Kerkbode De Fransche Protestanten zongen eerst by hun godsdienstoefeningen niet. Zwer vende en dolende, steeds beloerd door hun vervolgers, wisten zij niet waar te schui len. Daarom zongen zij bij hun prediking geen psalm en zy vergenoegden zich met ze in proza voor te lezen. Vóór de Refor matie bestond het kerkgezang, zooals wij het kennen niet.Men had er geen woorden en ook geen wijzen voor. De beteekenis van Calvijn voor het kerkelijk lied, voor het Psalmgezang, is uitermate groot. Nadat hij in Genève tevergeefs beproefd had het in te voeren, weerklonken in het Fransche Kerkje te Straatsburg de Psalmen Davids voor het eerst.ten jare 1538. Calvijn stond er op, dat niet alleen eerbare, maar ook heilige liederen in de kerkelijke samen komsten zouden worden gezongen. „Augustinus" zoo schreef hij, „zeide reeds, dat niemand Qodewaardige liede ren kon zingen,als hij ze niet van God had ontvangen. Daarom, als wij hier en daar gezocht hadden, konden wij geen betere Maarschalk Mac-Mahon lag te Hagenau, toen hij het bericht ontving der neder laag, die zijne divisie bij Weissenburg geleden had. Hij begreep, dat de Duit- schers thans naar de Vogezen zouden marcheeren en dit wilde hij beletten, want indien de kroonprins verder door drong, liep het bij Metz staande Fran sche leger gevaar. Daartoe nam hij stelling op de uitloopers der Vogezen, ten westen van het stadje Wöith, dat tusschen Saltz en Reichshofen aan het riviertje de Sauer ligt. De stelling, die hij hier bezette, was zeer gunstig; ze werd in het front beschermd door de Sauer, die op dit tijdstip zeer gezwollen was en slechts op drie plaatsen door middel van bruggen kon overtrokken worden. Ten westen van Wörth op een hoogte lag Froschwillermeer zuidelijk Elzashausen, dat aan de westzijde be grensd werd door het Niederwald. Was deze positie reeds door hare natuurlijke gesteldheid uitstekend voor verdediging geschikt, Ze was bovendien nog zeer versterkt; eene lange rij van tirailleur loopgraven strekte zich langs de rivier en den voet der heuvelen uit, ijzerdraad versperringen waren overal aangebracht en op met zorg gekozen punten stonden batterijen opgesteld. Met 45,000 man, over een front van twaalf kilometer, wachtte Mac Mahon hier den vijand af. In den avond van 5en Augustus lag het derde Duitsche leger tegenover de Vogezende voorhoede dicht bij de Sauer, op den rechtervleugel de Beieren, bij Saltz, waar de kroonprins zyn hoofd kwartier had gevestigd, het elfde korps, bij Gunstett het vijfde. Het plan van den kroonprins was den 7en slag te leveren, daar de Wurtemburgers en Ea- densers onder von Werderen het eerste Beiersche korps nog achter waren; ook Mac-Mahon verwachtte versterking van de Tailly en Felix Douay. Toch had de slag den 6en Augustus plaats. In den morgen van dien dag meende generaal w althar, die de voorhoede van het vqfde korps commandeerde, dat de Franschen Wörth entruimden en zond een bataljon infanterie met een batterij zangen vinden dan de Psalmen Davids, die de Heilige Geest hem had ingegeven". En inderdaad pasten de Psalmen met hun roepen uit diepten van ellende, hun smeeking om redding, hun vertrouwen op God almachtig, uitnemend bij de kerk der 16e eeuw, die in bij zonderen zin een strijdende kerk. mag heeten. Naar luid der historie is Calvijn de va der van den psalmbundel. Hij zelfheeft de eerste Psalmen ervan op rijm ge bracht. Psalm 25, 45, 91 en 138 werden door den hervormer in het Fransch be rijmd. Denkelijk ook Ps. 36, Simeons lofzang en de Tien Geboden. Psalm 46 was zijn eerste proeve. Opmerkelijk is hierbij, dat het hoofddenkbeeld van Luthers schoonste lied „Een vaste burg is onze God" (dat in 1529 gedrukt en ver spreid werd; ook aan Psalm 46 is ontleend. Doch waren er woorden, nu werd het de vraag, vanwaar wijzen voor die berijmde Psalmen te vinden. Door de schoonheid van zekere Straatsburgsche melodiën getroffen, heeft de hervormer deze voor de Psalmen, die hij berymd had, gebruikt. Zoo ontstond de eerste Gereformeerde Psalmbundel,welke in 1539 te Straatsburg door Calvijn is uitgegeven onder den titel: „Eenige Psalmen en gezangen op muziek gezet", 't Was maar een klein boekje, be vattende achttien Psalmen en drie gezan gen. Zeven daarvan waren berijmd door Calvijn en acht door Marot, den beroemd- sten dichter tusschen de middeleeuwen en den nieuwen tyd. Dat kleine bundeltje is de zaadkorrel, waaruit straks heel de oogst zou voortkomen, 't Is de bron van op verkenning uit. Dit battaillon drong het stadje binnen, rukte voort tot de brug over de Sauer, aan wier overzijde eene sterke Fransche troepenmacht lag en keerde, nadat eenige kanonschoten gewisseld waren, terug. Het donderen van het geschut was echter voor de beide vleugels het sein geweest, eveneens aan te vallenop den rechter rukte het tweede Beiersche korps tegen Frosch- weiler, op den Imker het elfde onder generaal von Bose tegen Gunstett op. Weldra woedde voor beide plaatsen het gevecht met groote hevigheid en thans werd ook in het centrum de strijd hervatde geheele artillerie van het vijfde korps werd tegen de Franschen opgesteld en opende met hare vier en tachtig stukken geschut een zoowelge- richt vuur op de vijandelijke batterijen, j dat deze weldra tot zwijgen werden ge- j bracht. Kroonprins Frederik Wilhelm achtte zich echter niet sterk genoeg om den slag door te zetten en zond generaal von Kirchbach, die op den linkervleugel het commando voerde, bevel, het ge vecht af te breken. j Door eene vergissing werd dit bevel ook bij den commandant van het tweede Beier che korps, dat tegen Froschweiler oprukte gebracht en deze, die in het boschachtige, door ravijnen en hoogten doorsneden terrein, slechts met grootf moeite en ten koste van zware verlie zen kon voortdringen, haastte zich daar aan te voldoen en trok langzaam naar Langensalzbach terug. Doch op andere plaatsen was dit af bi eken onmogelijk, want niet overal was de kans voor de Duitschers even gunstigwel waren zij bij Wörth overwinnaars en'stond hunne infanterie reeds aan de overzijde der Sauer, doch bij Gunstedt hadden de Franschen hen teruggeslagen. Afbreken van het gevecht zou thans noodlottige gevolgen kunnen hebben en generaal von Kirchbach besloot dus, het bevel niet op te volgen hij liet dit den kroon prins weten en verzocht den bevelheb bers van het tweede Beiersche en het elfde korps hem te ondersteunen. Beiden beloofden dit en nu ging ook de rech tervleugel opnieuw tot den aanval over. Intusschen hadden de korpsen, die tot dan toe nog achter waren, met groote UITGAVE DDR FIRMA EK VAN de geheele litteratuur der Psalmen, die vier eeuwen lang over schier de gansche wereld hebben geklonken. Dat boekje doet ons denken aan het kleine mosterd zaad, dat tot een boom is geworden tus schen welks takken de vogels van alle hemelstreken kwamen, om er in lieflijke schaduw te zingen. Dat kleine boekske is voorts op won derbare wijze vermenigvuldigd. De Psalm bundel van 1539, die slechts achttien lie deren bevatte, is in 1562 volgroeid tot een complete verzameling van al de psalmen. In dien bundel zijn 50 liederen door Marot vervaardigd. Later liet Calvijn zijn berijmingen vervallen, wijl hy ze van Ma rot beter vond. Maar vanwaar zijn nu de andere, en dat niet minder dan honderd in getal, gekomen, zoo vraagt ge Theo- doris Beza, de medearbeider en opvolger van Calvijn, heeft, gelijk hij zelf in de voorrede derLatijnsche omzetting ver klaart, dit groote werk ondernomen voornamelijk op aandrang van Johannes Calvijn. Doch hoe kwam de hervormer nu aan wyzen voor al deze liederen Ze zijn bewerkt door Louis Bourgeois, Claude Goudimel en Guillaume Franc, allen groote meesters der toonkunst, die onder bescherming van Calvijn en onder zijn leiding dezen monumentalen arbeid verricht hebben. Wijl zij den volkszang in de kerk hebben ingevoerd (in Rome zong immers alleen een uitgezocht koor) gaven zij door de geheel nieuwe zangmethode die zij (en met name Bourgeois, de meest geniale componist van het Protestantsch Europa dier dagen) uitvonden, 't voorbeeld snelheid gemarcheerd om aan den slag te kunnen deelnemen. Het was omstreeks één uur, toen het eerste Beiersche korps onder von der Tann Görsdorf bereikte en terstond zyne artillerie in stelling brachteen uui later kwamen de Wur- tembergers en Badensers bij Gunstett aan. Doch eer zij zich met het elfde korps kunnen vereenigen, hebben ze een geweldigen aanval te doorstaan. Met ontstuimige dapperheid wierpen de turco's en zouaven zich op de Duit schers en er ontstond een vreeselijk gevecht van man tegen manonver poosd rukken nieuwe diommen van woeste krijgers aan en tegen hunne doodsverachting schijnt geene krijgs tucht bestand. Doch daar dagen de Hes- sische jagers ter hulp en 1 un welge richt geweervuur doet honderde turco's j neerstortennog eenmaal wagen de dap- pere zonen der woestijn een stormte- j vergeefs, de kalme moed der Duitschers weerstaat hunne onstuimigheid, ze j worden teruggedreven en thans vereeni- gen zich de Wurtembergers en Baden sers met hunne krijgsmakkers. i Met de grootste hardnekkighe;d wordt intusschen om de ten westen van Wörth gelegen hoogten gevochten Elke voet gronds wordt den Duitschers tot het uit erste betwist, meer dan eenmaal worden ze door de Franschen teruggeslagen, doch ze ontvangen versterking en nu nemen ze den Gaigenbergsteeds meer batail- lons trekken over de Sauer, steeds meer geschut komt in het vuur. Thans ontvangt het elfde korps bevel, Morsbronn en Albrechtshauserhof aan te vallen. Daartoe moeten de soldaten een deel van het Niederwald doortrekken en hier ontmoeten ze krachtigen tegenstand. Doel het hevigst is de strijd om Albrechts hauserhof, eene groote pachthoeve, die door de Franschen met evenveel beleid als dapperheid verdedigd wordtverschil lende malen worden de Duitschers terug gedreven en eerst na versterking gekre gen te heben, gelukt het hun, de hoeve te nemen. Ook Morssbronn wordt geno men, doch nog geven de Franschen den moed niet opdoor een stouten ruiter- aanval tracht generaal de Lartigne den slag eene andere wending te geven, en met alle hem ter beschikking staande cavallerie ondernam hij een charge op van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 --ent van de muzikale toonzetting, waaruit heel de nieuwe muziek ls opgekomen. Zelfs Roomsch Katholieke schrijvers moesten, huns ondanks erkennen, dat de weg- sleepend schoone rijkdom, waartoe de laatste eeuwen op muzikaal gebied zijn opgeklommen, goeddeels aan 't kettersch, inzonderheid aan het Calvinistisch kerk lied zijn opkomst dankt. Het dienstbodenvraagstuk in Amerika. Een huisvrouw in Amerika schreef ons onlangsHoe gaat het bij jullie toch met de boden Ik heb nu een mannelijke meid alleen en ben zeer tevreden. De vrouwelyke dienstboden stellen hier zoo hooge eischen, dat wij, burgervrouwtjes, er niet aan kunnen denken, er een te huren. Daarom heb ik maar een ad ver ten tie geplaatst„Man voor alle huiswerk gezocht". En ik vaar er wel bij". Dus in Amerika doen niet de vrouwen den mannen, maar de mannen den vrou wen concurrentie aan. 't Zijn meestal oudere mannen, die zulke betrekkingen als „meid" zoeken. Ook buitenlanders nemen deze betrek kingen voor korten tijd waar, om ge makkelijk en goedkoop Engelsch te leeren. En zelfs studenten gaan in New-York als dagmeisje voor halve dagen in dienst. (Voorhoede.) Kostbare wetten." Onder dezen titel geeft de heer Paul het voortdringende Duitsche voetvolk. Doch de aanval, niet met de noodige be kwaamheid geleid, wordt gemakkelijk afgeslagen en slechts weinige ruiters keeren tot de hunnen terug. Omstreeks half twee bereiken de Duitschers het einde van het Niederwald en nu begint, vereenigd met de reserve, die inmiddels de Sauer is overgetrokken,en de Wurtem bergers, de aanval op Elzashausen. Van alle zijden winnen de Duitschers thans veld. Op den rechtervleugel begin nen de Franschen onder Ducrot te wijken; in het centrum dringt het vijfde korps oteeds voorwaarts en noodzaakt de ver dedigers hunne stellingen te verlaten tegen Elzashausen rukt generaal von Bose op Mac Mahon ziet, hoe de toestand steeds gevaarlijker wordt, steeds meer sluiten de Duitschers hem in en van de korpsen, die zijn leger moesten versterken, zijn slechts enkele divisies gekomen. Hij wil een laatste poging wagen om den gordel van vuur en ijzer, die hem dreigt te ver pletteren, te verbreken daartoe brengt hij de divisie de Bonne-mains, vier regi menten kurassiers, m het vuur. Als een orkaan werpen de in het staal gedoste ruiters zich op den vijand; niets schijnt bestand tegen den aanval dier dapperen, op zware paarden gezeten, die voortruk ken als een yzeren massa, welke neer zal werpen, wat weerstand biedt. Tot op eenige honderde passen laten de Duitschers hen naderen, daar klinkt een commando een salvo, en honderde ruiters en paarden vallen in het stof. Weer rukken de kurassiers voorwaaits, terwijl de lucht van hun „Vive l'Empe- reur", weergalmt, doch salvo op salvo kraakt en eene batterij rukt gansche gelederen tegelijk weg, de ruiters gera ken in verwarring, zij slaan op de vlucht en op die vlucht worden opnieuw hon derden gedood. Tot op een handvol mannen na is de prachtige divisie, een der schoonste van het Fransche leger, vernietigdMac- Mahon's laatste poging,om de kans nog te doen keeren, is mislukt. Elzashausen wordt na een heldhaftige verdediging gen omen,alleen Froschweiler is nog in handen der Franschen. Yan drie zijden tegelijk wordt het thans aangeval len, van uit het oosten door het vijfde Goulmy in de Tijd van 29 Juli jl. een opsomming van de nieuwe bestuurs organen, welke door de sinds het jaar 1900 afgekondigde nieuwe wetten in het leven zijn geroepen. Wy laten zijn stuk h:er volgen: „Toen het ontwerp-Ziekteverzekering voor eenige dagen verscheen, was mijn eerste gedachtewat zullen er tenge volge van deze wet in de toekomst wederom een groot aantal posten moeten bezet wordenImmers, al aanstonds viel mijn oog op die arbeids- en verze keringsraden. 't Valt moeilijk te ont kennen, dat door het in het leven roepen van tal van nieuwe bestuurslichamen onze wetten èn omslachtig, èn dit vooral kostbaar worden. Gaan wij zeer in 't kort ten einde een en ander te bewijzen, eens even na, welke nieuwe bestuursorganen door onze jong ste wetten in 't leven geroepen zijn. Ons zal dan duidelyk blijken, dat deze in de laatste jaren ons op millioenen zijn komen te staan, welke sommen bij eenige vereenvoudiging zeer veel ver minderd hadden kunnen worden welke sommen en dit klemt vooral men nuttiger had kunnen besteden. En nu ter zake I. De Ongevallenwet en de daarbij zich aansluitendeBeroepswet riepen in 't leven!: lo. De Rijksverzekeringsbank te Am sterdam met Raad van Toezicht, drie hoofdig bestuur, secr.-generaal, een leger van ambtenaren, enz. 2o. Twaalf dienstkringen voorcontro leerende geneeskundigen. korps, van uit het zuiden door Wurtem bergers, van [uit het noorden door het 2de Beiersche korps. Met den moed der wan hoop verdedigen de Franschen hunne laatste stelling. Elk huis is als het ware een vesting, die ten koste van nieuwe offers moet genomen worden bij hoopen liggen de dooden en gewonden in straten en tuinen. Eerst om half vijf is het dorp in de macht der Duitschersde slag is beslist, naar alle zijden vluchten de Fran schen, het is alsof zich eene paniek van hen heeft meester gemaaktindegioot- ste wanorde, zonder naar de bevelen hun ner officieren te luisteren, snellen ze voort in de richting van Hagenau en de soldaten die straks met heldenmoed gestreden hebben, werpen thans hunne geweren en ransels weg en snijden de strengen der trekpaarden door om sneller te kunnen vluchten. De Duitsche artillerie richt groote verwoestingen aan in dien dichten menschenhoop en de ter vervolging afge zonden ruiterij maakt vele gevangenen. 1 Schier met geweld moet Mac-Mahon door zyne adjudanten van het slagveld worden weggevoerd. Hij, de oude krijgs man, de held van zoovele gevechten in Afrika, in de Krim, in Italië, de afgod zijner soldaten, kon er niet toe besluiten de plaats te verlaten, die van zijne neder laag getuige was geweest. Somber reed hij eindelijk heen, met verscheurde uni form, met losgerukte epauletten, zijn paard met schuim en bloed overdekt. Te vergeefs trachtte hy de orde onder de vluchtelingen te herstellen, de soldaten luisterden niet naar hemeerst den vol genden dag gelukte het hem. 't overschot van zijn leger eenigszins te verzamelen. De Duitschers hadden de overwinning duur gekochtongeveer tienduizend man waren gedood of gewond vooral het 5de korps had vreeselijk geleden. De overwin nmg was echter schitterend. Negendui zend Franschen waren gevangen geno menmeer dan achtduizend waren ge vallen. Ontzettend had de dood dien dag in de anders zoo rustige, schoone streek gewoedduizenden mannen, de meesten in de volle kracht des levens, waren weg gerukt en bedekten met hunne lijken den met bloed gedrenkten grond. Gentrum

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1910 | | pagina 1