UWS No. 261. 1910, Zaterdag 6 Augustus 24e Jaargang. CHRISTELIJK HISTORISCH Het einde fan Voltaire. /ERSeHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D°r!U-j, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN FEUILLETON. UIT DE PROVINCIE. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. 1 rijs per drie maanden franco p. p. 1,2k I nkele nummers B Offd*. UITGAVE DLR FIRMA ÜN V AN van 1—5 regels 40 Gent, iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 "ent. KT De twee ernstige ongevallen in onze omgeving met doodelijken afloop het eene ongeval trof den landbouwer-werk- gever Vette te Wolfaartsdijk, het andere den lar dbouwer-werkmaw Borgs te Nieu w- dorp brengen opnieuw den wensch naar voren naar een afdoende regeling van de verzekering voor allen die werkzaam zijn in het landbouwbedrijf, zoowel patroons als vaste knechts en arbeiders. De vraag naar de mogelijkheid van de opneming van het landbouwbedrijf in de Ongevallenwet is reeds bij de behandeling dier wet in 1899 onder het vrijzinnig kabi- net-Pierson ontkennend beantwoord. Een desbetreffend amendement werd door de Tweede Kamer afgestemd, en mannen van alle richtingen waren onder de tegenstemmers. Toch bestond het voornemen bij het toenmalig Kabinet om zoo spoedig moge lijk een regeling uit te denken die ook de landarbeiders in de Ongevallenwet zou opnemen. Toen in 1901 de Kamer omging, trad het Kabinet-Kuypei op, en werd de zaak ernstig aangepakt. Een wetsontwerp werd door minister Kuyper aanhangig gemaakt; doch toen dit Kabinet in 1905 aftrad bleef 't ontwerp aanhangigen 't opvolgend kabinet De Meester hield't ont werp in dit stadium. Toen in 1908 het kabinei Heemskerk optrad, heeft minister Talma terstond het ontwerp herzien en er zelfs nog een nota van wijzigingen aan toegevoegddoch van een behandeling van 't ontwerp is 'tnog niet gekomen. Dit Heeft tweeërlei reden. In de jaren, die verliepen zijn lo. de denkbeelden over de landbouwongevallen- verzekering eensdeels gewijzigd en 2o. hebben zij anderdeels meer vasten vorm aangenomen. Van meet af werd gevoeld, dat de verzekering tegen ongevallen in het landbouwbedrijf op anderen grondslag opgetrokken moest worden, dan in de industrieele bedrijven. Reeds in 1903 had het Nederl. Land bouw comité op de desbetreffende vraag van het toenmalige kabinet geantwoord dat er van een eenvoudig opnemen der landbouwbedrijven in art. 10 der wet van 1901 geen sprake kon zijn, en wel op grond van tweeërlei bezwaten. Die bezwaren waren ontleend aan den opzet der ongevallenwet, en aan haar praktyk. (S1 o t.) Voltaire kreeg het bang, schrikkelijk bang. Zijn vrienden probeerden hem te vertroosten met aanhalingen uit zijn eigen geschriften, doch deze maakten hem zyn toestand juist des te vreese- lijker. De gedachte aan een God en de dingen hiernamaals schokten htm zoo danig, dat hij ten einde raad een briefje schreef, zeer kort, aan den abt Gautier, inhoudende vriendelijk verzoek om hem te komen bezoeken. De abt voldeed hieraan, en tot zijn niet geringe verba zing vond hij den godloochenaar van welter in dezen schrikkelij ken toestand. Hoewel in de Roomsche Kerk gedoopt en opgevoed, had hij deze verlaten eD kerk en priesters met smaad overladen, en thans aan 'teind van zijn, stond de geestelijke letterlijk als verplet, toen hij Voltaire in dezen toestand van wanhoop schier aantrof, sterker nogde ongeluk kige man verklaarde, dat hij met smart aan zijn vorig leven terugdacht, waarin hij God en de Kerk zoo ontzettend had beleedigd. Hij verklaarde van zyn on geloof terug te keeren, en verzocht '.tS3Z5ül$l De wet (art. 1) verzekert alleen de werk lieden in de bedrijven en vordert (artikel 42) de middelen tot dekking der kosten van de werk gevers. Nu bestaat er in de meeste geval'en in den landbouw tusschen werkgevers en werklieden geen onderscheid, zooals dat bij de industrie-bedrijven het geval is. De boer staat voor dezelfde onge vallen bloot als zijn werklieden. Ja zelfs in vele gevallen is er geen sprake van werkgever en werklieden, en wordt 't bedrijf alleen door den boer zeiven uit geoefend, welke slechts met „eigen volk" werkt. Een vader met zijn zonen. Of een vader alleen. Wanneer men derhalve alleen de werklieden naar den zin van art. 1 op nam, zou men stellig niet het doel be reiken, om nl. verzekering te scheppen ook tegen ongevallen bij het gewone werk van het landbouwbedrijf voorko mende. De praktijk der ongevallenwet, duur en omslachtig als die is, lokte ook niet uit tot uitbreiding. Daarom gaf het Landbouw Comité het volgende in overweging 1 o. de onderscheiding tusschen werk lieden en werkgevers behoort te verval len 2o. loonlijsten behooren niet te wor den verlangd; 3o. er behooren een of meer andere factoren te worden aangeduid onr den landbouw de kosten der verzekering te doen dragen. Minister Kuyper heeft in zijn voorge dragen wetsontwerp met deze adviezen rekening gehouden, doch volgens het Nederl. Landbouw Comité niet voldoende. Daarom bleef men in dien kring werk zaam om de landbouwverzekering in 't gewenschte spoor te leiden. De geschiedenis der laatste maanden bewees dat dit gewenschte spoor gevon den is. Bet particulier initiatief, uit ei gen beweging of gewaarschuwd, uit belangstelling of uit vrees voor een dwangwet die nog duurder zou zijn, 't zij ons om 't evenmaar 't parti culier initiatief is aan het werk ge togen en heeft een onderlinge Land- bouw-Ongef allenverzekering in het leven geroepen, welke uitstekend voldoet en werkt. Voor deze onderlinge verzekering wer den de hoofdlijnen vastgesteld, welke wij kort saamgevat hieronder weergeven. lo. De verzekering geschiede op on- derlingen grondslag. daarom weder in den schoot der kerk te worden opgenomen. De abt Gautier, niet tevreden met deze wonderlijke verklaring, verzocht van den terugkeer van zijn ongeloof en herroe ping van zijn geschriften schriftelijk be wijs, opdat hij het aan de betiokken geestelijken kon overleggen. Voltaire aarzelde niet zulk een schriftelijke ver klaring te geven. Ze werd door den markies de Ville Keilie en nog een ander getuige mede-onderteekend. Aan den abt verzocht hij nu om met de verklaring den pastoor van de St Sulpicekerk en den aartsbisschop in kennis te stellen. De abt voldeed aanstonds aan dit ver zoek. De betrokken geestelijken drukten allen hun bewondering uit over dezen ommekeer van zaken, en overlegden met den abt, wat in dezen hun te doen stond. Om thans nader met Voltaire te spre ken en naar bevind van zaken te han delen, diende de abt zich andermaal bij den ongelukkigen lijder aan, wat hem evenwel door D'Alembert en Diderot, zijn vrienden, werd belet. Dezen toch gehoord hebbende wat er gebeurd was, spraken met nog eenige andere hunner vrienden af, om verder elk bezoek van geestelijken te verhinderen Zij en nog een twintigtal anderen, hielden om beur ten de wacht bp de Kamer van Voltaire, en welke pogingen ook door den abt of 2o. De deelnemers vormen verzeke ringsorganisaties, geënt op gewestelijke landbouwvereenigingen, een of meer in een provincie, of een voor meer dan een provincie. De organisaties wijzen com missies van ontvangst aan, zooveel mo gelijk gevormd uit de besturen van de plaatselijke landbouwvereenigingen of afdeelingen en dragen de financieele ver antwoordelijkheid voor de betaling dei- schadeloosstellingen, welke de onder 3o bedoelde ongevallen vereischen. Het be stuur dier organisatie zorgt voor een zooveel mogelijk eervormige toepassing der verzekeringsbepalingen in zijn kring. Het ziet toe door middel van de plaat selijke commissiën, dat, waar noodig en zooveel mogelijk, de veiligheid wordt be tracht en roekeloosheid wordt tegenge gaan, daarbij steunende op gegevens, welke het uit de ongevallengeschiedenis sen der in den geheelen kring voorgeko men ongevallen verkrijgt 3o. de afwikkeling der ongevallen met vermoedelijk geringen invaliditeits duur als gevolg daaronder begrepen de be paling van het bedrag der uitkeering, de uitbetaling daarvan, het toezicht op de getroffenen en hunne geneeskundige be handeling geschiede zooveel mogelijk plaatselijk 4o. voor de afwikkeling der ongeval len, welke blijvende of uit anderen hoofde zware financieele lasten tengevolge heb ben, is samenwerking noodig van de ge westelijke organisatiën, daartoe vereenigd in een centraal lichaam 5o. de aan de getroffenen te geven schadeloosstellingen behooren voor het geheele land in hoofdzaak overeen te stemmen met die, welke thans in de On gevallenwet 1901 voor de industrie zijn voorgeschreven 6o. de juridische constructie der vrij willige ongevallenverzekering zijn zoo danig, dat de landbouwarbeider ingeval hun een ongeval treft, aan de te maken bepalingen een recht ontleent op schade loosstelling 7o. er worde eene regeliDg gemaakt waardoor ieder der belanghebbenden die meent in zijne rechten te zijn verkort bij eene Commissie van onpartijdige per sonen kosteloos in beroep kan gaan. Dit beroep blyve beperkt tot de ongevallen, bedoeld onder 4o. Wanneer nu 't aantal deelnemers maar toeneemt, zoodal de proef slaagt en 't particulier initiatief het zonder staats- krukken zal doen, dan behoef! de wet gever met zyn verplichte verzekering wie der zijnen ook, werden in het werk gesteld, om den zieke te spreken te krijgen, zonder eenig gevolg bleven. Hoe meer het einde van Voltaire na derde, hoe banger het hem werd. Wel trachtten zijn vrienden in het ongeloof hem moed in te spreken, doch tevergeefs. Integendeel werden zij hem voorwerpen van verachting. „Gaat weg van hier, en laat mij met rust, gij wilt mij een verfoeilijken roem laten behoudenGaat weg uit deze kamer, het is uw schuld, dat ik zoo lijd 1 Gij spant allen saam tegen mijGaat weg, gaat weg! Uw bijzijn is mij tot een last!" Deze uitroepen ontgleden bij herhaling zijn lippen, als uiting van den haat, dis thans tegen hen zijn hart ver vulde. Daar geen priester hem thans kon be reiken en de angst voor den dood steeds grooter werd, riep hij nu eens lasterend, dar. weder smeekend tot dien God, tegen Wien hij zijn leven had gesteld. Ja, menigmaal riep hij met een sterke stem tot Hem, Dien hij zich niet ontzien had, een Onbeschaamde, een bedrieger te noemen: „O Jezus, Jezus Christus En in de oogenblikken van bangste wanhoop en vertwijfeling schreeuwde hy het uit, handen wringend, dat hij van God en van de menschen was verlaten. Zijn geneesheeren, en inzonderheid de niet te komen. Maar mislukt de proef, wegens gebrek aan steun of onttrokken mt dewerking, dan zal de wet hebben tusschen te treden; en wij verwachten dat minister Talma daarmede niet aarzelen, en flink toetas ten zal. Want de proef kan niet te lang duren. Daarvoor is de zaak te ernstig. Dat wijzen de cijfers uit van de door de Regeering ingestelde en door het Landbouw Comité uitgevoerde enquête betreffende Land bouwongevallen in Nederland, over het tijdvak van 1 Aug. 1909 tot en met 1 Juli 1909. Het resultaat toch van dat onderzoek was, dat er 2893 personen door een on geval getroffen werden, waarvan 75 °/0 mannen, 6 °/o vrouwen, 15 °/o jongens en 4°/o meisjes. Van deze 2803 ongevallen waren 75 onbeduidend, 1652 licht, 1004 ernstig, 72 levensgevaarlijk, (20 genezen en 52 doodelijk). Uit deze en andere resultaten der enquête blijkt, dat er voor het landbouw bedrijf wel degelijk behoefte bestaat aan eene ongevallenverzekering. En de twee ernstige ongevallen van deze week kwamen ons in deze meening versterken. Onze conclusie blijft, gelijk wij die reeds meermalen stelden. De landbouwer sluite zich aan bij de Onderlinge. De minister lette op of hij dit doet, en kome, by verzuim, zoo haastig mogelyk met een wetsontwerp, dat zekerheid en gerust stelling biedt aan den landarbeider, en ook den lanbouwer beschermt. Middelburg. Donderdag werd op de houtzagerij der naamlooze vennootschap Houthandel voorheen G. Alberts Lzn. Co. alhier een werkman, B. genaamd, de rechterhand half doorgezaagd. Hij werd naar het gasthuis vervoerd. M. G. Krabbendyke. Woensdagavond werd de Wilhelminalaan alhier in opschudding gebracht doordat de Echtelieden H. voor de zooveelste maal aan het vechten wa ren. De vrouw kwam met een bloedende hand naar buiten geloopen, terwil de vader met een griep gewapend den zoon achteraan liep, zonder hem echter te kunnen krijgen of steken. De politie welke op het geschreeuw spoedig ter plaatse was kon de gemoederen weer eenigszins tot bedaren brengen, zoodat de twistenden weer binnenshuis trokken. Krabbendijko. De werkman J. Z., al- heer Frouchin,werden telkens aan zijn sterfbed geroepen. Met de trekken van de bangste vertwijfeling op het gelaat smeekte hij hun, al hun krachten en al hun bekwaamheid in het werk te stel len, om hem te doen herstellen. Docji wat konden zij, hoe kundig ook, tegen de doodelyke krankheid, die steeds voort ging zijn levenskrachten te sloopen. Later verklaarden deze heeren zeiven, dat zy eiken keer met angst aan zyn bed ston. den en de heer Frouchin, die hem zeer dikwijls bezocht en met wien hij meer dan met de anderen vertrouwd was, kon niet nalaten er aan toe te voegen, dat de dood van den goddelooze verschrik kelijk is. Bij een zijner laatste bezoeken riep Voltaire hem toe: „O, dokter, ik lijd zoo vreeselijk. Ik ben van God en menschen verlaten. Ik geef u de helft van alles wat ik bezit, als ge my nog zes maan den leven kunt toezeggen!" „Helaas", antwoordde de geneesheer, „gij vraagt mij het onmogelijkeuw le vensdraad loopt af." „Is dat werkelijk zoo, dokter, is er dan geen hoop op herstel meer voor mij, moet ik dan werkelijk sterven, den dood, dien verschrikkelijken dood in, o, dan ben ik verloren, dan ga ik voor eeuwig naar de hel. En daar moet gij allen ook heen gaan 1" riep hij zyn vrienden toe, die hier, bezig zijnde met het schoonmaken van zijn rijwiel, had het ongeluk bekneld te geraken tusschen de ketting en de versnelling. Na langzaam terugdraaien kwam de vinger weer vry, welke direct door dr. Geill verbonden werd, nadat door hem geconstateerd was dat de vin ger gebroken was. Niet alleen dat de man veel pijn lijdt maar door het onge val zal hij nog al een poosje rust moeten nemen wat voor hem dubbel erg is daar hij thans aan den dijk een goed loon kon verdienen. Terneuzen. Het bestuur van den Nieu we Neuzenpolder heeft tot bode benoemd den heer H. D. Bol alhier, zulks inplaats van den heer J. v. d. Welle, die deze gemeente metterwoon heeft verlaten. Schore. 2 militairen welke Woensdag uit de klas te Vlissingen zijn weggeloo- pen, hebben zich Donderdagavond om streeks 9 uur bij den heer Hemmekam gemeente-veldwachter, berouwvol aange meld, die ze onder bewaring stelde en Vrijdagmorgen per eerste spoor naar Vlis singen heeft teruggebracht. Driewegen. De 86-jarige L. heeft zich door ophanging van het leven beroofd. De oorzaak schynt hierin gelegen te zijn dat hij vreesde om aan de armen te moe ten vervallen. De Schietvereeniging „Prins Hen drik" te Gapinge die op 27, 29 en 30 Juli een schietwedstrijd gaf vergaderde gisterenavond in het Café van den heer Wesdorp, teneinde de prijsuitreiking te doen plaats hebben. Aan de uitnoodi- ging van de eventueele prijswinners om daarbij tegenwoordig te zijn hadden vele gevolg gegeven. De voorzitter heette allen hartelijk welkom en dankte allen voor de steun en medewerking tot het welslagen van dezen wedstrijd. In het bizonder bracht hij dank aan den Edelachtb. heer H. A. v. Doörn Burgemeester, alsook aan het hoofdbe stuur van „Pro Patria" de Zeeuwsche Scherpschutterbond waarvan Prins Hen drik te Gapinge zich een waardige af- deeling wil toonen. Verder aan allen die finantieel of moreel steun boden. Met een toepasselijk woord van den voorzit ter werden de pryzen aan de winners overhandigd of aan hunne gemachtig den medegegeven. Den niet aanwezigen zullen ze worden toegezonden. De Heer Meulmeester te Middelburg algem. sec retaris van den Zeeuwschen Scherp- schuttersbond „Pio Patria" was blijkbaar mede zich om zijn bed hadden verzameld. Korten tijd daarna was de wijsgeer Voltaire niet meer. Ziedaar dan het einde van den man, die zyn volk geleid heeft naar de heil- looze Revolutie van 1789, waarby onder den naam van neutraliteit als stelsel werd aanvaard, dat God en Zijn Christus en Zijn Woord werden uitgesloten uit alle gebied van het openbaar leven, uit staat, uit maatschappij., uit wetenschap, uit school en waaruit al niet meer. Een stelsel, dat ook in Nederland werd aan vaard en jaren aaneen heeft gezegevierd doch waaraan Gode zij dank aanvanke lijk een einde is gekomen door het krach tig opereeren der drie christelijke partyen, Anti-revolutionairen, Chr.-Historischen, en Roomschen, die, hoe ver ze op kerke lijk gebied van elkander mogen afstaan, nochtans hierin met elkander overeen komen, dat God en Zyn Christus niet van het openbaar leven moeten worden geweerd, maar geëerd, en daarom bij elkaar op dit gebied behooren. Moge het verschrikkelijk ziek- en sterf bed van Voltaire velen leeren wat erin de ure des stervens komt van den mensch die met den Heere der heeren, en den Koning der koningen in het leven niet heeft gerekend. (Bruinisser Crt.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1910 | | pagina 1