NIEUWSBLAD
fOOR ZEELAND
No, 238. 1910
Maandag IS Juli
24e Jaargang,
HISTORISCH
CHRISTELIJK-
/ERSGH1JNT ZESMAAL 9EU WEEK
Wed. S. X DE JONGE-VERWEST, te Goes
DV.Ü'J, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
IEDEREN WERKDAO DES AVONDS.
L rijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
I nkele nummers 0,C2£.
£V
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 '"ent.
9 Juli 1910,.
Er is dan toch nog één liberaal in den lan
de geweest, die geprotesteerd heeft tegen
het onzedelijke spel zijner geestverwan
ten om, tot wering van den Rechtschen
candidaat, dus zuiver uit anticlericalisme
en ter berging van eigen veege lijf, met
loslating van den eigen in herstemming
komenden candidaat, een bondgenoot
schap met den sociaal democraat aan-
te gaan,om diens candidatuur.te steunen.
De man die tegen dit berispelijk be
drijf protesteerde was professor De Lou
ter, van de Utrechtscne hoogeschool.
Hij schreef
De Utrechtsche Kiezersvereeniging
acht het in het belang der liberale
partij, desnoods tegen de zoogenaamde
coalitie een tijdelijk verbond te sluiten
met de sociaal democraten. Ik ben van
een tegenovergesteld gevoelen en acht
dit niet minder ongeoorloofd dan soort
gelijk verbond met de antirevolutio
nairen tot bestrijding der sociaal de
mocraten. yele liberalen vinden dit
laatste zelfs'minder erg. M. i. zijnde
liberalen echter nog niet zoozeer ge
slonken, noch zoo diep gedaald, dat zij
genoodzaakt zijn, hunne eigen begin
selen prijs te geven, teneinde zich hij
hunne tegenstanders aan te sluiten.
Het doel heiligt de middelen niet
ook niet op staatkundig terrein. Ware
het anders, zoo zou de politiek met
recht een onzedelijk spel mogen hee-
ten. Met principieele tegenstanders ge
zamenlijk slag leveren tegen de ver
bonden kerkelijke partijen, die zichzelf
den eerenaam van christelijke partijen
geven, is in mijn oogen een onverge
felijke fout. Het eervol verleden dei-
liberale partij verbiedt haar zulk een
opportunistische kansberekening.
Inderdaad kan er een tijd komen,
waarin zij hare beginselen in den strijd
der tegenwoordige uitersten tydelijk
ziet ondergaandit gevaar mag haar
echter niet verleiden reeds bij voorbaat
naar links of rechts over te loopen
allerminst indien zij bijna met zeker
heid kan voorzien dat zij het gelag
zal moeten betaleh en gehavend uit
den vernederenden kamp zal te voor
schijn komen.
De profetieën van dezen hoogleeraar
mogen wij laten voor hetgeen zij zijn.
Het ^liberalisme ten onzent heeft zijn
eigen weg in den lande verdorven, door
zijn partijpolitiekhet heeft jarenlang
de minderheden getiranniseerd en daarbij
allengs verleerd te leven uit zijn begin
sel. Als het er nog beginselen op na
hield. Want bij menschen heugenis was
hetgeen de vrijzinnigen bijeen hield de
negatieve leus van „anti-clericalen". Een
leus, die hen nu doet te hoop loopen
met hunne ontaarde geesteskinderen de
sociaal democraten.
Want ook dezen zijn in hun groote
massa in de eerste plaats anticlericaal.
Hoe men ze zag draven, o.a. in Goes,
voor de vooruitstrevend vrijzinnigen.
Van beginselen is in den stiijd, zooals
die nu reeds jaren lang door de linker
zijde wordt gevoerd, weinig meer te be
speuren.
Baron v. Heeckeren v. Keil, het straks
voor Zuid-Holland afgetreden antirevo»
lutionaire Eerste-Kamerlid zal in de zes
jaren van zijn parlementaire werkzaam
heid slechts weinigen hebben voldaan.
Door zijn herhaalde nota's in zake de
kustverdedigings-quaestie, zijn klappen
uit de diplomatieke school, zijn zwaaien
met zekere niet door hem onthulde ge
heimen, zijn ingezonden afschriften in
een vrijzinnig blad, nu weer een" zeker
bericht in het vrijzinnig-democratisch
dagblad, dat alles te zamen wekt 't ver
moeden dat deze antirevolutionair voor
de antirevolutionaire beginselen mis
schien wel veel voelen kan, doch voor
lid der antirevolutionaire partij bijzon
der weinig geschikt is.
Aan de Staten van Zuid-Holland, die
straks over zijn herkiezing hebben te
oordeelen, zouden wij willen adviseeren
waardeert zijn groote bekwaamheden en
goeden wil, doch brengt door zijn her
kiezing niet langer de gemoedsrust der
natie, der vrijzinnige pers, der antire
volutionaire partij en van den minister
van buitenlandsche zaken in gevaar.
Gelijk Plato te Athene eens van Ho
merus zeideLauwer hem en zet hem
stil de poort uit.
De S. D. A. P. plaatst zich op het
standpunt van den klassenstrijd.
Hetgeen echter niet zeggen wil dat de
sociaal-democraten reeds alle gevoel voor
klassenonderscheiding en standsverschil
hebben afgelegd.
De directie van Het Volk organiseert
reisjes naar de Brusselsche tentoonstel
ling. En nu zegt een inzender dat
„diegenen die zich (geldelijk) wat meer
kunnen veroorloven, behoefte zullen ge
voelen aan reisgezelschap waarvan men
geestelijk niet al te ver verwijderd is"
Hetgeen zeggen wileen sociaal-
demoeraat die 2e klas kan reizen, gaat
liever niet met geestverwanten van de
3e klas naar de Tentoonstelling.
Natuurlijk is er veel voor te zeggen
dat niet in den trein, maar op het
terrein de soc. dem. technici niet bij
voorkeur wandelen met soc. dem. sla
gersknechts en kolendvagers. Er is nu
eenmaal „geestelijk verschil".
Maar is dat nu sociaal democra
tisch? Rijmt zich dat met den strijd
tegen de bourgeois-taktiek en voor het
„allen als broeders een"
De stemming voor drie leden dei-
gedeputeerde staten van Friesland had
't volgende verloop. Bij herstemming Bin-
Derts (oud-lib.) 17, Nauta (a.) 22 blanco 8.
Blijkbaar zegt Het Volk is door v.
d. Zwaag op Binnerts gestemd.
In de vacature v. d. Zwaag, v. d. Zwaag
18, Besuijen (s. d.) 7 blanco 22. In de
vacature OkmaOkma (c. h.) 23, Hane-
ma (1.) 16blanco 8.
Blijkbaar heeft v. d. Zwaag op Okma
gestemd.
De vrijzinnigen hadden elke samen
werking inzake de verkiezing van gede
puteerden en een lid der Eerste Kamer
met de sociaal-democraten afgewezen.
Dientengevolge heeft dan ook reeds een
der vrijzinnigen S. Brandsma zich
aan het vrijzinnig partijverband onttrok
ken.
Het Handelsblad meldt
„Blijkbaar zat de heer Besuijen er ach
ter, die het maar niet verkroppen kon, dat
twee jaar geleden niet hij, maar de heer
Yan der Zwaag, door de samenwerking
van de toen nog 22 liberalen met de
sociaal-democraten, tot lid van de Gede
puteerde Staten, werd gekozen. Het
College van Gedep. Staten bestaat nu uit
2 antirev., 1 chr. hist., 2 liberalen en 1
socialist. Als de stemmen der 6 staken,zal
de voorzitter, de heer Van Harinxma thoe
Slooten, dus een beslissende stem heb
ben. Deze is wel niet clericaal, maar ook
niet wat men onder liberaal verstaat. Hij
is, gelijk men zal weten, mede-oprichter
van de een paar jaar geleden gestichte
Nationaal-Histc rische partij. Met het rijk
der liberalen in het provinciaal bestuur
van Friesland is het voor de eerstvol
gende drie jaren uit".
En wij mogen hier wel bij voegen dat
is verdiend.
Ouderen van dagen onder ons herinne
ren zich nog wel den schoolstrijd in
dat deel van ons vaderland. De beruchte
leege openbare scholen (o. a. te Wons en
Schraard) waar de gedeputeerden toch
maar 't personeel handhaafden,zoodat ten
slotte een koninklijk besluit hen dringen
moest hun eigen woorden op te eten. En
dan de niet mider berispelijke districts-
verknipping tengevolge waarvan het in
zijn minderheid liberale Friesland iri de
Tweede Kamer geheel door liberalen werd
vertegenwoordigd met name de overwe
gende rechtsche districten Dokkum en
Sneek door vijf.
Zoo ooit een ongerechtigd bestaan van
jaren zich gewroke n heeft, dan is 't nu dat
der Friesche liberalen.
De bouwvakstaking te Amsterdam is
mislukt na een dertienweekschen strijd
en gelijk het meer gaat, de verliezende
partij der bouwvakwerklieden zoekt de
oorzaak der nederlaag heelemaal buiten
zichzelf. De soc.-democrateD, die van den
beginne de staking hebben weerstaan,
krijgen nu de schuld en dit wordt hun in
openbare vergaderingen door verbitterde
„vrijen" of anarchisten toegebruld.
Reeds hadden een paar van die vergade
ringen plaats, waarin voor- en tegenstan
ders dezer staking tegen elkander in na-
pleiten over de misslagen voor en in dien
verloren strijd begaan.
Heftige tooneelen speelden zich daarbij
af tusschen de soc. democraten en hun
naaste geestverwanten van 1903.
Van een vergadering eergisteren te
Amsterdam gehouden ter voortzetting
van den in een vorige vergadering wegens
het late uur afgebroken debat geeft Hei
Hand. een verslag dat de verhoudingen
teekent.
Het volgende drukken wij er uit over
Reeds lang vóór den aanvang der ver
gadering was de zaal tokvol en de verga
derden kortten zich den tijd door tegen
zich op te zingen en te fluiten.
Om half negen wil de heer Pothuis
(soc.dem) die de bijeenkomst presideert,de
vergadering openen.
Iemand uit de bijeenkomst deelt mede,
dat de heer Kolthek er nog niet ismaar
hij heeft met Ifem getelephoneerd en hij
is onderweg.
De heer Pothuis zegt daarop dat de
meest ruime gelegenheid is gegeven tot
debat (protesten) en tot schaamte van de
schreeuwers en joelers wil hij mededee-
deelen, dat het bestuur besloten heeft om
nog een kwartier te wachten.
Een stemLaat Ordel nu zeggen wat
hij te zeggen heeft.
De heer Pothuis zal den heer Ordel het
woord geven, mits hij uitscheidt, zoodra
de heer Kolthek verschijnt.
(De heer Kolthek (vrij soc.) verschijnt
nu ter vergadering, daverend toegejuicht.)
De heer Pothuis vervolgt zijn toespraak
bijna niet verstaanbaar. De heer Ordel,
die voor den lessenaar staat, wil het
woord nemen, doch de heer Pothuis gaat
naar hem toe, evenals de heer Kolthek, en
in een korte samenspreking keert de heer
Pothuis voor den voorzitterszetel terug en
roept„hij krijgt het woord niet
De heer Pothuis wil voortgaan, doch
rumoer maakt zijn woorden onverstaan
baar.
De heer Kolthek wenkt de vergadering
toe en oogenblikgelijk is het stil.
De heer Pothuis zegt nu dat het in het
vervolg zoo moet gaan, dat elke groep ar
beiders, hoe ook vereenigd, op eigen bee-
nen moet leeren staan. Hij wekt de leden
van de moderne vakorganisatie op om
zooveel mogelijk steun in te zamelen
voor Enschede. (Geroep: „Er zijn er niet
veel hieren „Er zitten hier nog'zooveel
slachtoffers!") Den heer Kolthek verzoekt
hij om zoo kort mogelijk te spreken. (Ge
roep „Geef hem maar tien minuten
Kan hij niet kort zyn, dan moet het maar
langer. Pe tegenstanders hebben vier uur
het woord gevoerd; onze sprekers bij el
kaar maar l'/2 uur, zegt spi>. en als er één
uit de vergadering weer wat schreeuwt,
roept hij uit„Hou nou toch je mond, ke
rel!", waarop de man, die schreeuwde,
terugroept: „Jij bent een kerel
Na nog meerdere interrupties zwijgt
deze voorzitter en krijgt Kolthek het
woord.
Als deze eindelijk over „verraders"
gaat spreken dreigt Pothuis hem het
woord te zullen ontnemen. (Gejouw).
De heer KolthekLaat u niet intimi-
deeren door Pothuis. Pothuis zal mij het
woord niet ontnemen, want dat durft hij
niet. Ik zal voortgaan.
De heer PothuisAls gij hij het onder
werp blijft
De heer Kolthek voortgaande, bestrijdt
uitvoerig den heer Wollring.
Als hij beschuldigingen uitspreekt, die
blijkbaar verzonnen zijn, schreeuwt men
in de zaal: „Bah"!; en aan de bestuurs
tafel „Je liegt".
Na nog meerdere onder tumult gezegde
woorden eindigt deze spreker zijn dave
rend toegejuichte rede en wordt de rumoe
rige vergadering verdaagd.
Wat verstaan deze vrijheidshelden toch
slecht de vrijheid Wat zal het er toch
droevig uitzien in den zoo hoog geroem-
den sociaal-democratischen toekomst
staat
De consekwentie.
In de Spaansche Kamer van Afgevaar
digden zetelt een socialistIglesias. Deze
heeft gisteren in een rede in de Kamer ge
zegd dat ee socialistische partij met de
republikeinische partij had saam gedaan
om Maura, den conservatieven minister
uit het laatstvorige kabinet ten val te
brengen, en te zorgen dat hij nimmer
meer aan het roer kwam. Zulks uit wraak
voor Mefilla en den Ferrer-„moord".
Ja zelfs zoo voegde deze socialist er
aan toe het komt mij wettig voor, voor
't geval Maura weer aan 't roer mocht ko
men, hem dood te schieten. „Een per
soonlijke aanslag liever dan, hem weer
terug te laten keeren".
De Kamer heeft tegen deze gruwbre
woorden geprotesteerdde liberale minis
ter Canaveegs heeft met strenge wetstoe
passing gedreigd de eveneens liberale
voorzitter der Kamer heeft gezegt dat de
woorden van Iglesias niet in het protocol
der Handelingen van de Kamer zullen
worden opgenomen.
Alles goed en wel. Maar het hooge
woord is er nu uit. Van Spanje begint de
ontsluiering van de sociaal democratische
beginselen.
Het is consekwentiemand wiens
openbaar optreden ingaat tegen het lands
belang flan isbelang natuurlijk naar de
opvatting der sociaal-democraten) dien
moet dit belet worden, dat is, (ook weer
volgen der sociaal-democraten opvatting)
wettigen tot dit wettige beletten behoort
(natuurlijk in het uiterste gevalhen te
vermoorden.
Voor dit laatste zorgen natuurlijk wel
de (misleide) volgelingende leiders, de
Kamerleden, de philosophen blijven bij
dergelijke aanslagen buiten schot.
't Is in Nederland ook wel gezien, in den
tijd toen Oomela Nieuwenhuis nog socia
list was, de aanvaller van den inspecteur
Stork en de moordenaar (Ockeloen) van
den politieagent v. d. Berg gingen de kast
indoch de aanstokers van den moord- j
aanslae en den moord bleven in hunne
villa's.
_V
*Van de Brusselsche Tentoonstelling. j
Omtrent 't bezoek van den Koning en
de Koningin van België aan het Neder-
landsche Paviljoen schrijft men onder
meer aan Het Handelsbladt
Kwart voor vijf kwam het koninklijk
paar aan. De ministers, de gezant, de.
commissaritsen enz., gaan de vorsten te
gemoet, de onivangst is zeer hartelijk. De
Koning drukt cordiaal de hand der offici-
ëele aanwezigen, en terwijl het volk, in
tweetalig enthousiasme, nog roept
Vive le RoiLeve de KoningLeve de Ko
ningin - vangt dadelijk het bezoek aan.
De heeren Tutein Nolthenius en Le
Grand, voorzitter en vice-voorzitter der
Afdeeling van Kunstnijverheid, worden
voorgesteld. Hun valt de eer te beurt om
langs de belangrijke sectie van toegepas
te kunsten de vorstelijke bezoekers te
begeleiden.
De Koning heeft vluchtig de stands
der ceramiek bezocht. Pij apprecieerde
zeer de Hollandsche potterij, als Brou
wers, de Distel, Amstelhoek, Rembrandt,
en voor een enkel potje eischte hij de be
langstelling der Koningin. De mandjes
van Ellis trokken zeer zijne aandacht, én
dan trad hij, met zijn gansche gevolg, de
simpele kamer van Penaat binnen. Het is
hem niet ontsnapt dat hier eenvoud en
pure kunstsmaak vermengd waren tot
een vriendelijk, gezellig geheel. Ook de
dameskamer van Jac. van den Bosch
vond hij aardig. Hij zei bij 't heengaan
„Comme c'est bien Hollandais, tout
ceci
De bibliotheek van Berlage trof hem
minder, terwijl ze in de oogen der Konin
gin zeer verdienstelijk bleek te zijn. Hij
bewonderde de rijke wandledere van
Mensing, en begeleidde verder de vorstin,
die zich dadelijk en zeer spontaan aan
het werk van mevr. Van Schoonhoven,
Van den Burgh, van Oudendijk, deGraaff,
IJmker, Reesma, e. a. ging interesseeren.
De Koningin, onder den breedgeranden
zwarten hoed, buigt zich over alle voor
werpen.
Nogt stijgt de belangstelling van vorst
en vorstin wanneer ze de mauve eetzaal
van Le Grand binnengaan. Zij blijven hier
lang. Zij gaan om de tafel, willen alles
nauwkeurig zien en verbazen zicb over
het schoorsteenstuk en de fries uitge
voerd door de Haarlemsche School van
Kunstijverheid. De Koning drukt de hand
van M. Le Grand en wenscht hem geluk.
De indruk dien hij heeft opgedaan ver
mindert niet bij 't zicht der oud-Engel-
sche eetkamer der gebroeders Jansen.
De heer Regout presenteert de heeren
Jansen die een kort onderhoud met den
Koning hebben. De Koning neemt zelf op
de tafel een reclamekaartje der firma en
volgt de Koningin in verdere afdeelingen.
De pharmacopeische produkten zijn
niet van aard om door de Majesteiten ge
detailleerd te worden, maar bij de magni -
fleke sigaren van Earners blijven zij even
stil staan, waarna de Koningin de sectie
van den vrouwenhandenarbeid binnen
loopt. Zij wil over alles ingelicht worden.
De Koning blijft bij 't zicht van een
prachtig paar olifantstanden schielijk
staan. Hij vraagt
„Vous avez de l'ivoire aussi dans vos
Colonies
Hij gaat nu de trap af naar de afdeeling
der juweliers. Een kruis met kandelaars
door Jan Brom wekt zijne belangstelling
en hij meent, zoo zegt hij, in de bewer
king ervan een kunstige toepassing van
oude op nieuwe stijitranten te zien. De
zilverwerken van Voet en die van Begeer
bewondert hij eveneens, en met de Ko
ningin blijft hij dan een tijdlang bij de
vitrien der firma H oeting staan.
Men verlaat thans de eerste verdieping
voor goed om de Koloniale Afdeeling in
te gaan.
De heer Regout stelt aan de vorsten
den heer van Deventer voor, voorzitter
dezer sectie, en den heer Cuypers, den ge
lukkigen architect en jongen ridder. Ook
de Djaksa van Soemadang wordt door Al-
bert I ontmoet, en eigenaardig is de pre
sentatie. De jonge Koning, groot als een
reus, buigt zich verwonderd over den ge-
knielden Indischen prins, die, zedig en
bescheiden, het hoofd neigt en zijne saam-
gevouwen hadden eerbiedig op de lippen
brengt, sprakeloos. De Koning ook zwijgt
even. Een wereld, een eeuwenverleden
ligt, als een donkere gaping, tusschen bei
den, en, in één blik meet men het wijde
verschil van twee oude'en wijde bescha
vingen. De Koning bloost, iets onthutst
en dan herkomt over hem die bloodheid,
die zoete schuchterheid, welke hem zoo
jeugdig-liefelijk staat. Op het kalme,