NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND
isT
Boter,
ieM
No. 237. 1910.
Zaterdag 9 Juli
24e jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Fantasie-Werkelijkheid.
■urg.
ens,
op
et
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed.
DE JÖMGE-VER WEST, te Goes
Snippers uit de oude doos.
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
rant te
cerke.
a p e 11 e.
ilfvaars,
1HIERE,
n Berg-
a. s.
bjj G.
Wol-
RG.
-*, 6,30*
o.iio,-
em., gelk
reder cm
rekkende
6,30*,
0, 10,-,
enz., elk
Wtder om
rekkende
iZondags
gereden.
3,-
3,~
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS»
l rijs per drie maanden franco p. p. 1,2&
I nkele nummers0$2e.
UITGAVE DER FIRMA
EN V AN
Met veerkrachtigen tred en opgeheven
hoofd, een glans van vergenoegdheid over
het gelaat, spoedde de socialistische agita
tor zich naar zijn woning. Zoo pas had hij
een vergadering toegesproken echt
propagandistisch. En wat was de stem
ming er goed. Hoe juichte men hem toe
heerlijke oogenblikken kun jetoch hebben
in zulke volksvergaderingen. Daar was
en bij die gedachte schoot hij haast in een
lach daar was nog zoo'n lastige Tribu-
nist, die zijn onzin aan de markt wou
brengen. De stakkerd men liet hem
niet eens aan 't woord. De brave kerels
zongen, dat het daverde, een mooi lied
over de vrijheid.
Nu erg passend was het niet. Je moet
eigenlijk het vrije woord gunnen, want je
vraagt het immers ook. Maar wat deed die
stomme eend daar ook op te treden Wie
kon al dien onzin met een kalm gemoed
aanhooren
't Gaat toch maar goed zoo. Een socia
list moet zijn volkje kennen. Wij leven'in
Nederland, en daar houdt men niet van al
die marxistische fratsen. De menschen
worden er bang van.
Ook een revolutionair vangt meer vliegen
met honig dan met azijn. Propaganda
natuurlijk. Af en toe eens schetteren over
het mooie van het socialisme en over den
klassenstrijd en die heerlijke toekomst
'tkan geen kwaad. Maar veel meer
waard is, dat je „organisatorisch" het
zaakje in orde hebt. Langzaam aan, dan
breekt het lijntje niet. Ee Nederlander is
kalm, gemoedelijk, bedaard, godsdienstig.
Dus moet een menseh zich een weinig
daarnaar schikken. Overal je netten uit
zetten. Overal trachten tusschen te drin
gen. Overal zorgen, dat je menschen 't
roer in handen krijgen, als 't kan zelfs in
de kerk. Liefst zoo, dat men er eerst niets
van merkt. Zoo gaat ons beginsel er in.
Zoo maak je de maatschappij klaar voor
de overwinning van het proletariaat.
Daar win je Kamerzetels mee. Kan een
mensch er van socialistische stemmen
alleen komen Laat naar je kijken
380
FJKUILLETON.
noon
SCALDIS.
OvezandeDriewegen.
IH.
Alzoo zijn wij het dorpje, met zijn net
voorkomen, binnengestapt, en zien dat
het midden in 't land ligt en geen ge
meenschap met de zee heeftlandbouw
en veeteelt is ook hiér de grootste bron
van welvaart. Wijl er voor ons op het
dorp niets bijzonders is op te merken,
gaan wij maar direct het kerkje bezoeken.
Wij hebben reeds gehoord dat, door
de zorg van de gebroeders Frederik en
Emmerij van Watervliet het gebouw kon
opgetrokken worden. Zij zonderden in
1677 een stuk grond voor den bouw af,
voorzagen grootendeels in de bouwkos
ten, en klopten ook voor verdere hulp
aan bij de Staten van Zeeland, die bij
resol. van 26 Jan. 1678, eene subsidie
verleonden van 600 gulden.
Het stichtingsjaar wordt ons, zooals
wij zien, ook vermeld, met een latjjnsch
opschrift, op den steeD, geplaatst in den
muur boven de kerkdeur.
Toen het torentje, op het gebouw
staande, reeds meer dan 30 jaren, door
de burgerl. gemeente onderhouden was,
en in 1816 weder dringend herstelling
vereischte, is het in dat jaar, door de
kerk, aan de gemeente overgedragen,
behoudens het gebruik der klok voor
het aankondigen der godsdienstoefenin
gen.
Gaan wij de kerk binnen, dan zien wij
er niets wat onze aandacht trekt.
Waren wij vóór 1857 hier geweest, en
En die domme liberalenze snap
pen er niets van, waar 'theen gaat.
Allee» die anti-revolutionairen, die Chris-
telijken Maar het uur van wraak
breekt straks aan.
Hij heeft zijn woning bereik':. Fluks de
huissleutel voor den dag gehaald en dan
eens zien, wat er is
„Meneer, daar zit al een poos een
meneer op u te wachten" zoo klinkt
de stem van het dienstmeisje.
Bezoek f Wie Op het hooren van den
naam komt er een ontevreden trek op
het gelaat. Weer zoo'n dwarsdrijver,
zoo'n marxist.
Nu, er is niets aan te doen. D'r maar op
af. Hij zal wel weer heel wat hebben
Goeden avond amice, zoo roept hij bin
nentredend den wachtenden bezoeker toe.
Goeden avond, klinkt het wat stroef
terug.
Spoedig zijn ze in druk gesprek, want
het was wel waarde marxist had heel
wat.
„Hoe is 'tnu mogelijk" barstte einde
lijk de leider uit, „dat je nu nooit eens
niet mee genieten kunt van den heerlij
ken groei onzer beginselen. Man, zie je
nu niet, hoe mooi alles gaatf We gaan
met reuzenschreden vooruit."
„Reuzenschreden", spotte de ander.
„Ja, daar merkje wat van
„Maar vriend, dat moet ook niet te zeer
gemerkt wordenrepliceerde de leider,
op ieder woord den klem leggend. „Wij
moeten in dit kleine jand voorzichtig
werken. Meen je, dat het met al die dave
rende woorden te halen valt? Maar zie
eens goed toe.
Daar heb je de openbare school. Is onze
leus absolute neutraliteitniet prach
tig Staan onze mannen niet in de orga
nisatie voor op de bres Heb je de mooie
redevoering van Ossendorp dan niet ge
lezen
't Haat immers prachtig.
Absoluut neutraalkeurige vinding.
Je spreekt niet over Oranje, je zingt niet
met de kinderen nationale liederen Je
houdt anti-monarchale samenkomsten
als 't moet buiten de school natuurlijk.
hadden wij den blik naar boven gewend,
dan zou ons oog gevallen zijn op het
kerkdakdoch in genoemd jaar werd
het plafond aangebracht.
En toch, slaan wij nü het oog naar
boven, dan missen we hier ieto, in tegen
stelling met vele plattelandskerken die
wij op onze tochten een bezoek brachten
er ontbreekt n.m. een orgel. Het is in
onze dagen een eisch des tijds, dat de
stichting van het kerkgezang door plech
tig orgelspel verhoogd wordt. En te meer
vinden wij dit gemis hier, jammer, om
reden, worden wij goed ingelicht, de
kerkfondsen het wel toelaten een zoo
danig instrument aan te schaffen.
Wij vinden ais eigendom der gemeente,
ten gebruike bij het H. Avondmaal, twee
stuks mooie zilveren bekersblijkens
het opschrift zijn deze geschonken door
ds. Johs. Dambrinus en „zijn gemaakt
in 1666", zoo staat er, „ten overstaan
van de kerkmeesters Hendrik Schele en
Corns. JBouwense".
Nadat de Hervorming in Z. Beveland
vasten voet had gekregen, werden er te
Ovezande en Drieivegen aanvankelijk nog
niet veel „nieuwe leer"-gezinden gevon
den. Van lieverlede groeide evenwel, op
beide plaatsen hun aantal aan, en wer
den deze, van tijd tot tijd, door predi
kanten van elders bediend.
Met belulp der classis, kon men er
eindelijk toe overgaan kerkenraden te
benoemen, die al spoedig verzochten om
geregeld met het Woord Gods bediend
te mogen worden. Wijl echter het leden
tal, in beide gemeenten, nog lang zeer
klein bleef, maakten de Staten van Zee
land bezwaar, om voor iedere plaats een
dienaar te bezoldigen, 't Gevolg er van
was, dat deze, in overleg met de classis,
van 1—5 regels 40 cent, Iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, Iedere regel
meer 10 "ent
e
O, daar komt zoo'n goede geest in 't on
derwij zerscorps.
Het onderwijs is neutraalmaar on-
dertusschen zullen wij de vruchten pluk
ken. Een geslacht, dat zoo opgevoed
wordt, is meteen „iijp voor de sociaal
democratie.
En hoe zegevierend klonk zijn stem
de liberalen merken het niet, want zij
moeten de neutraliteit immers aanvaar
den
»Ik weet nu werkel jk niet, amice, hoe
je zoo dwaas optimistisch wezen kunt
viel de ander op sarrend drogen toon hem
in de rede.
„Absolute neutraliteit Ossendorp
't is je wat moois
Maar is in de Tweede Kamer niet duide
lijk onze methode uiteengezet door de
anti-revolutionairen En wat zeggen de
liberalen daartegen Niets. Zij juichen
minister Heemskerk toe bij zijn reactio
naire zinnetjes. Pas heeft Ossendorp ge
sproken, of een paar onderdanige onder
wijzers protesteeren. De liberalen kijken
al vriendelijker naar de bijzondeie school.
Men heeft ons al lang in de gaten. En de
openbare school gaat achteruitNeen,
de reactie ziet het heel goed".
„Nou goed, maar er is toch meer. Zelfs
in 't leger komt een andere geest. Heeft
de onderofficiers-vereeniging „Ons be
lang» niet netjes dat geld van de «Voor
zorg" binnen gehaald En lees dan toch
eens wat zoo'n lid van „Ons belang*
schrijft
„Met geld ben je een piet. Pan kan
de vereen, tegen een stootje. Als de mi
nister iets onaangenaams zegt, raakt het
onze koude kleeren niet!" Komt daar
geen kostelijke toon in het leger Onze
propaganda wintHet leger zal de ma
rine straks volgen. En die armelijke
Christelijke) vereenigingen moeten de pap
koelen
„Ach", zuchtte de ander weer, „wat
geeft ons dat nu.
Een Duymaer van Twist verklapt het
heele zaakje. En de regeering is reactio
nair genoeg om zoo'n vereeniging klein
te houden. Ik zie nog niets van onze
besloten, dat Ovezande en Driewegen
voortaan ééne kerkelijke gemeente zou
den uitmaken. Na dit besluit begon men
al spoedig pogingen aan te wenden een
vasten leeraar in de combinatie te be
roepen.
Met gunstig gevolg slaagde men daarin,
door de keuze te vestigen op
LIEVEN COENE,
toen in dienst te Vreemdijke (thans Hoek).
Wij hebben dezen dienaar, te Hoek zijnde,
reeds ontmoet en .behoeven dus niets
meer over hem op te slaan, dan alleen
dat hij alhier in de combinatie beves
tigd werd in Dec. .1582 en dat hij hier,
tot aan zijn dood, in 1592 of '93 werk
zaam bleef.
Velen meenen dat Driewegen steeds
met Ovezande is gecombineerd geweest
dit is echter niet zoo. Driewegen is, zelf
standig nog door één pred. bediend, n.m.
door den schenker van genoemde Avondm
bekers, ds. Johs. Dambrinus.
Door de zwakheid van den dertienden
leeraar ds Wilhs. van Heijst,werd ds Dam
brinus, als prop. hij de Cl. van Z.-Beveland,
voor den dienst te Driéwegen alleen beroe
pen, volgens authorisatie van Gecomm.
Raden van Zeeland van 28 Aug. 1662.
Na 't overlijden van ds v. Heijst,werd nu
verzocht, dat hij ook weder Ovezande
mocht bedienen, en werd hij nu, na ver
kregen toestemming, ook aldaar b troepen
den 30 Aug. 1672 De 200 gld. voor de pre
dikantsplaats te Driewegen uitgetrokken,
werden nu door de Staten weder inge
houden.
Alzoo werd de combinatie weder op den
ouden voet hersteld, onder bepaling even
wel, dat ds Dambrinus zijne woonplaats
te Driewegen zou blijven behouden en dat
die vestiging vervolgens beurtelings in
K3TSa5JT®EKKISBSBÏiS3ffiE3IÜSÏ
winst. Is het klassegevoel gesterkt? Is
de klassestrijd bevorderd? Is er enthou
siasme voor 't algemeen kiesrecht
„Ja" luidde het driftige antwoord
„altijd kom je weer met die oude ver
wijten. Maar laat ik dan eens wijzen op
onze organisatie van spoorweg-ambtena
ren. Met hoeveel slim overleg heeft Oude
geest de groepsvertegenwoordiging niet
om hals gebracht. Op regeeringskosten
zullen onze mannen straks propaganda
maken. Men kan het in die kringen hoo
ren groeien. En wat zulk een organisatie
niet kan, je weet het van 1903
„Wat maal ik" klonk weer 't onte
vreden antwoord „om die slimmighe
den van Oudegeest. Een Van Vliet heeft
de Kamer en het land ingelicht. Meen
je dat onze vijanden niet waken Met
slimmigheden haal je niets uit. Wij
moeten krachtig pleiten voor onze begin
selen
„Maar zie je dan niet de vakbewe
ging
„Zeker wel, maar waar is de revolu
tionaire aandrift Daar merk ik niet veel
van".
„Och man, je zou met je hard roepen
heel onze zaak bederven. De vakbewe
ging moet ook de Christelijke arbeiders
hebben. Zonder die komen we nooit klaar.
En meen je nu werkelijk dat je die
krijgt, als je zoo hard schreeuwt over
revolutie en klassenstrijd en Marxistische
dogma's
„Ja" klonk het nu nijdig „ik be
grijp wel dat je die Marxistische dogma's
niet hoog aanslaat
Een vuistslag op de tafel deed den spre-
kei verschrikt opzien
„Nou", vervolgde hij, „word niet driftig,
we kennen elkaar immers. Ik bedoel, dat
jeer anders over denkt dan ik. Maar
ik blijf er bij, dat het proletariaat zoo
nooit wakker wordt en nooit revolutionair
bewust".
„Ondankbaar wezen" schreeuwde de
leider, - „ondankbaar wezen. Heb je dan
niet gezien hoe mooi wij de Kuyper-zaak
hebben opgezet? Is dat niet prachtig ge
gaan Zelfs de liberalen liepen met ons
beide gemeenten zou plaats hebben. Deze
bepaling wordt thans niet meer gehouden
en wanneer zulks geëindigd is blijkt ons
nietmaar zeker is, dat ds Wilhs. Loker-
mans, die van 1764 tot '69 hier werkzaam
was, toen nog, volgens de geregelde beurt,
zijn domicilie te Driewegen had. Ook de
noodlottig omgekomen ds van de Velde
wij hoorden het reeds moest den 11 Mei
1687 in de pastorie te Driewegen, door
moordenaarshanden, zijn dood vinden.
Tot op onze dagen werd de bediening
der beide gemeenten waargenomen door
drie en veertig predikanten. Van een paar
hunner willen wij nog iets uit hun leven
nagaan, en wel eerst uit dat van
TOBIAS DAMMANN.
Uit diens levensloop zullen wij dan met
een hooren hoe treurig het in den beginne
na de Reformatie met de organisatie van
sommige plattelandsgemeenten nog stond
en hoeveel invloed de gemeenten op den
gang der kerkl. zaken konden uitoefenen,
geheel anders dan bij het beroepingsweik
in onzen tijd.
Ds Dammann dan, was geboortig van
Gent en werd als prop. den 8 Febr 1593 tot
pred. te Oud- Vosmeer beroepen en 4 April
d. a. v. bevestigd
Reeds het volgende jaar, 10 Mei, kwam
er in de 01. van Tholen c. a. een schrijven
in van die van Z.-Beveland, met verzoek
tot ontslag van ds Dammann, als zijnde
18 April te voren beroepen te Ovezande c.a.
op welk verzoek afwijzend werd beschikt,
wijl Oud fosmeer zijn dienaar nog wensch-
te te houden. Dit teleurstellende antwoord
was gansch niet naar den zin der Ovezan-
denaars, waarom deze, in overleg met die
van Driewegen, besloten afgevaardigden
naar de Classisvergadering te zenden, ten
einde nader op het ontslag van ds Dam-
mee. Wij hebben ons aan het hoofd van
de linkerzijde weten te plaatsen. Wij be-
heerschen
„Wacht eens even, vriend,'t was juist
over de Kuyper-zaak, dat ik je spreken
wilde. Dat loopt nu juist heelemaal mis.
Er is mooi gesproken, daar niet van.
Maar wat geeft ons dit? Wat geeft ons
dit zaakje voor onze propaganda, voor de
ware doorwerking onzer beginselen
„Nu wordt het wel fraai", viel hem
driftig de leider in de rede. ,,'t Is waar
lijk, of je blind bent. Manvoel je
dan heelemaal niet, wat het voor ons
waard is als Kuyper valt Kuyper, de
grootste kracht der antirevolutionaire
partij, onze lastigste tegenpartij Kuyper,
de sterke steun der bourgeoisiedie
ons altijd in den weg staat. Die ons
steeds doorzietKuyper moet vallen
riep hij uit, en zijn oogen schitterden
van wraakzucht.
„Nou goed" sarde de ander, „maar
wat win je daar mee. 't Zaakje is hee
lemaal verkeerd aangepakt. Je moest
het bederf aantoonen van de burgerlijke
maatschappij. En zie, je maakt er een
persoonlijk zaakje van
„Maar hoor nu eens" antwoordde
de leider, zich mee moeite er toe dwin
gend om kalm te blijven. „Kuyperdie
heeft de Chr. arbeiders, dat weet je. En
nu gaan wij trachten om hem er uit
te krijgen. De Chr. arbeiders keeren
zich van hem af. En vallen ons toe
„Onnoozele hals", riep de ander uit.
„Door den aanval op Kuyper draait juist
heel de politiek weer om hem. De eisch
van algemeen kiesrecht raakte op den
achtergrond. En de Christelijke arbei
ders, diep beleedigd, omdat hun leider
zoo hard aangepakt wordt, scharen zich
dichter om hem heen dan ooit. Zelfs de
liberalen, mijn vriend de liberalen
beginnen je truc te doorzien. En geloof
je nu waarlijk en hier daalde zijn
stem haast tot een zacht fluisteren
dat je Kuyper klein krijgt?"
Daar vloog de leider van zijn stoel op.
Het was hem aan te zien hij trilde van
woede.
mann aan te dringen.
Dit had plaats '.9 October 1594, bij welke
gelegenheid ds Dammann verklaarde het
beroep te willen aanvaarden.
Op de vraag wat hem daartoe bewoog,
gaf hij ten antwoord„dat de aanwas dei-
gemeente te OudVosmeer zeer gering, en
dat er weinig uitzicht op beterschap was".
De bij hem zijnde ouderling zijner ge
meente gaf echter te kennen „dat de
gemeente ook nu zijn vertrek niet toestond
en dat het onstichtelijk zou zijn, wanneer
de dienaar, die zich aan haar verbonden
had, eene gemeente al zoo spoedig verliet,
waar zoowel de magistraat als de kerken
raad op zijn verblijf gesteld waren." 't Ge
volg er van was, dat hij te Oud- Vosmeer
bleef.
Men verloor hem echter te Ovezande niet
uit 't oog, want na t vertrek van ds Johs.
Dambrinus naar Kapelle,werd hij opnieuw
hier ter plaatse begeerd en 13 Febr 1596
beroepen. Den 30 April d.a.v. verschenen
ni in de Cl. van Tholen, twee gedeputeer
den uit die Man Z.-Beveland, met ver
nieuwden aandrang d& Dammann los te
laten. Dezen verklaarde toen „dat hij zelt
zeer begeerde deze roeping op te volgen,
als zich beklagende over zijne gemeente,
waar jl. Zondag slechts achttien personen
tot het H. Avondmaal waren opgekomen,
en het hem nog niet eens gelukt was een
volledigen kerkenraad tot stand- te
brengen".
De classis, eerst volhardende in haar
besluit hem niet te ontslaan, stond 22 Mei
eindelijk toe, dat hij kon vertrekken, mits
„zullende blijven totdat OudVosmeer van
een anderen dienaar voorzien is".
Het verdere verloop van dit zaakje, want
't was hiermede nog niet uit, hopen we
een volgenden keer te vernemen.
(Slot volgt.)