N1EUW8ELAD
VOOR ZEELANS.
No 233. 1910,
Dinsdag 5 Juli
24e Jaat gans
RHRISTEUJK-
HISTORISCH
Wed.
DE JGNGE-VERWEST, te
Goes
Snippers uit de oude doos.
DdU:i, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
UIT DE PERS
3*
A
/ERSeHIJNT ZESMAAL PER WEEK
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
I rijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
I nkele nummers 0>0k*.
UITGAVE DER FIRMA
UN VAN
LIL
De Uitslag.
Wat we zoo zeer gehoopt hadden, waar
voor we ons Tebben ingespannen met al
onze krachten, is geschied. De anti revol.
candidaten z^in gekozen. Groote reden
hebben wy tot dankbaarheid. Over geheel
ons vaderland is een winst behaald van
niet geringe Deteekenis. De christelijke
beginselen zjjn gebleken proefhoudend te
zijn.Duideljjk heeft ons volk uitgesproken
dat het nog wenscht te blijven gaan in de
aangegeven richting van de christelijke
politiek. Dat achten wjj dan ook een ver
blijdend verschijnsel en geeft hope voor de
toekomst. Wg zijn uit dezen provincialen
stembusstrijd weer aanmerkelijk ver
sterkt te vooischijn gekomen. Hoe men
van vrijzinnige zijde ons smaalde; Kuyper
en Encycliek als wapen tegen ons han
teerde, het hieft niet mogen baten. Het
wapen heeft zich tegen hen zelf gekeerd.
Over de gans ihe linie is de vrijzinnigheid
geslagen en I ebben ze bun zetels moeten
afgeven aan rechtsehe mannen en de
socialisten. I roevige feiten, welke ons
met scherpe kleuren het verval van het
liberalisme teekenen. kien heeft zich voor
de sociaal-democratie vernederd door
eigen manne 1 terug te trekken en de kan
sen van het s icialisme te bevorderen. Dat
zulk een hai deling zich in de toekomst
wreken zal, behoeft wel geen betoog. Ook
in ons district Goes hebben wij reden tot
erkentelijkheid. Wat wjj bij eerste stem
ming tekort kwamen, kon op ruime wijze
bjj de herst imming worden aangevuld,
zoodat onze candidaten met een mooie
meerderheid gekozen w.erden. Hoe men
ook persoonlijk ageerde in 't Nieuw Volks
blad, tegen onze mannen, het heeft niet
geholpen. E1 al mocht men ter elfder ure
nog uitbazuinen, dat de heer Kakebeeke
niet éen gulden, maar éen gulden en twin
tig cent beta ilde per dag, ook dat kon hem
de meerdert eid niet verschaffen. Trou
wens, de feiten spraken te duidelijk, waar
enkele dagen te voren een werkstaking
was uitgebroken onder het personeel
377
FKUIULETON.
DOOB
SOALDIS.
Pieter Mogge.
III. (Slot.)
Eindelijk, na al die legaten en verdere
beschikkingen, benoemde onze Mogge tot
zjjne universeele erfgenamen zijn twee
jongste neefjes Jacob en Bonifacius Pous,
kinderen van zijns moeders broeder, en
wonende te Utrecht, onder bepaling even
wel „dat zjj zijn naam en wapen zouden
voeren, en binnen zes maanden na
zjjn dood, te Zierikzee moesten komen
wonen en bljjven wonen tot aan hun
overljjdenEOok zijn nichtje Cornelia Pous
geeft hjj een aanzienlijk legaat onder
dezelfde voorwaarden.
„En wordt er nu aan mijn laatsten
wil gevolg gegeven", zoo redeneert hij
verder, „dan zal mijn geliefd Zierikzee,
zoowel door de erflating aan de stad, als
door het zich aldaar vestigen van mijne
erfgenamen, dubbele voorrechten genie
ten". Als laatste bepaling vult hij nog in
„Mochten de kinderen Pous weigeren
zich te Zierikzee te vestigen, dan zullen
hunne kapitalen de Academie of het
weeshuis ten goede komen."
Eindelijk het geschrift, voor het laatst,
zeer zorgvuldig doorgelezen hebbende,
sluit hij het in een omslag, voorziet
deze van zes lakzegels, waarin zijn wa
pen, en brengt het den volgenden dag,
20 Pebr. 1743, ten kantore van den nota
ris Jacobus van der Vliet, betuigende, in
tegenwoordigheid van twee getuigen, dat
„dit Couvert zjjn testament bevat".
Toen dan, in 1758, de onverbiddellijke
dood 's mans werkzaam leven afgesne-
waarover hij zeggenschap had in zake de
loonkwestie
Maar! wij hebben verder te zien dan
deze overwinning. Niet blijven staan bij
wat verkregen is. De ze overwinning legt
ons ook verplichtingen op. Verplichtin
gen aan de Kiesvereenigingen om steeds
getrouw te zijn in het bespreken en
verbreiden der beginselen, Maar ook ver
plichtingen in de hoogere colleges. Niet
steunen op de macht, maar arbeiden om
de behoeften des volks zooveel mogelijk
te bevredigen. Deze Provinciale stembus
overwinning moet voor onze regeering
een prikkel zjjn om voort te maken met
de sociale wetgeving. Z' is bij vernieu
wing weer verzekerd van het vertrou
wen van het Nederlandsche Volk in zjjn
meerderheid. Dat vertrouwen mag niet
worden beschaamd. Althans, straffeloos
zou dit niet kunnen gebeuren. Hoe [zou
het ook kunnenWaar zoo gewerkt en
geijverd is voor den steun voor het
Kabinet, mag met grond verwacht wor
den dat de regeering ook ons zal steunen,
ook voor ons hard zal arbeiden voor
datgene wat zoozeer wordt verlangt.
De periode die nu weer voor ons ligt
moge ons veel goeds brengen. Er kan
nu rustig gearbeid worden aan den bouw
der antirevolutionaire beginselen. Boven
onze legertent blijve waaien ons eigen
vaandel, dat wij niet overgeven. Iedere
partij propageere hare beginselen, sterke
zich in zijn organisatie. Dat is geen be
letsel voor goede samenwerking. Pat
recht om zich in eigen kring te sterken,
mag nooit losgelaten worden. Die eisch
moet voor ons onafwijsbaar gelden.
Wanneer dat gedaan wordt zullen wij
nog meer kracht kuuen ontplooien en
zullen de vruchten daarvan onze partij
ten goede komen. Wie nu rusten zou,
nu de uitslag goed was, zou groote
schade aan de zaak berokkenen. Altijd
moeten wij goreed zjjn en ons oefenen
in de wapeneD. Een toegerust volk heeft
groote kracht. Spore dan de uitslag der
Provinciale verkiezing ons aan tot meer
der plichtbesef op alle terrein des levens
den had en zjjn laatste wil moest uit
gevoerd worden, dienden executeuren
van het testament zoodra mogelijk het
verzoekschrift, tot stichting van de toe
gezegde Hoogeschool, bij de Staten van
Zeeland, inwelk verzoek natuurlijk
ook krachtig gesteund werd door de Ste
delijke regeering.
De Staten echter, hoewel Souvereinen
in hun gewest, waren, door den band
der Unie van Utrecht, met de andere
provinciën eenigzins gebonden, en daar
door niet geheel vrij in het geven van
vergunning.
Ook het toenmaals machtige Holland,
zoo vermogend door uitgestrektheid en
rijkdom, legde vooral veel gewicht in de
schaal en werkte de uitvoering, zooveel
mogelij k, tegen; vooral ook met het oog
op de schade die de destijds bloeiende
Academie te Leiden er vermoedelijk van
zou ondervinden.
Nu besloten de Staten van Zeeland,
zich officieel te wenden tot die van Hol
land en deze tot medewerking te ver
zoeken. Doch de stichting van de Acade
mie binnen Zierikzee, werd door Hollands
Staten afgekeurd en zeer ongunstig be
oordeeld; en het is wel voornamelijk
zeker, zoo 't schijnt, de omstandigheid
dat de Leidsche Hoogeschool, voor een
gedeelte, gevaar liep, door het verliezen
van leerlingen, die zich te Zierikzee zou
den vestigen.
En ook de erflater had goed gezien, toen
hij het bezwaar opperde, dat ten gevolge
van grooten naijver derZeeuwsche steden
onderling, zijn geliefd plan wel eens
tegenwerking zou kunnen ondervinden.
Na vele en lange beraadslagingen kon
den de Staten tot geen besluit komen
en werd de aanvraag eenvoudig op de
lange baan geschoven. De regeering van
Zierikzee, met dit talmen gansch niet
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regeï
meer 10 '*ent
aEUkJiaa—nsdim.
en doe hij ons ook bjj den voortduur
steunen op onzen God. C. H.
Propagandaclubs.
De Standaard bevatte 1.1. over onze
Propagandaclubs de volgende driestar
Veel te weinig worden in het land
onze Antirevolutionaire Propagandaclubs
nog gewaardeerd. Toch vormen ze eene
der uitnemendste krachten, waardoor we
bij de stembus werken, en door haar
vereeniging in een Bond, die gang en
orde in het werk houdt, vormen ze thans
een eenheid wier bloei we te bevorderen
hebben.
Men steune daarom dezen uitnemen-
den Bond, en helpe dien vooruit.
Die steun kan in de eerste plaats daar
door verleend worden, dat mannen van
kunde en bekwaamheid er zich toe lee-
nen, om de club vergaderingen voor onze
jonge mannen recht interessant te ma
ken. In veel moeten ze nog voorlichting
hebben. Van veel moeten ze nog op de
hoogte worden gebiacht. Hoe beter on
derlegd ze zjjn, hoe meer kracht van hen
kan uitgaan.
Ze moeten niet maar machines zjjn,
om bij de stembus het materieele werk
te helpen volvoeren, maar ze moeten kun
nen optreden uit overtuiging, en om die
overtuiging steeds dieper bij hen te doen
wortel schieten, moeten ze in de hoofd
vraagstukken van ons politieke leven
worden ingeleid.
Naar we vernemen, is thans zelfs het
plan in overweging om een vasten cursus
over politiek-sociale vraagstukken op te
richten. Een uitnemend denkbeeld, om
straks ook uit deze clubs de mannen te
doen voortkomen, die op onze meetings
het debat kunnen opnemen, en later uit
stervende besturen opnieuw met krachti
ge elementen te bezetten.
Steun worde hun ook geboden door hun
Correspondentieblad meer lezers te doen
vinden. En bovenal late men deze clubs
tevreden en vooral de vraag vooropstel
lende, hoe nu te handelen met den laat
sten wil van Mogge, wendde zich her
haaldelijk tot de Staten, om toch de zaak
tot een gewenscht einde te brengen,
doch alles was vergeefs en stuitte ge
durig af op den onwil dier Heeren.
En opmerkelijk is, wij vinden nergens
aangeteekend, dat de stadsregeering,
waartoe zij bevoegd was, zich tot de
Staten-Generaal om beslissing wendden.
Hoe dit zij, de zaak bleef hangende,
tot aan de omwenteling van 1795, die de
toenmalige Zeeuwsche Staten-vergade-
ring eenvoudig vernietigde en zoo vond
de nieuwe regeering het moeilijke vraag
stuk over de Zierikzeesche Academie, nog
onbeslist. Het liet, jammer genoeg, aan
de daartoe betrekkelijke bescheiden, geen
ander lot over, dan onder het stof der
archieven begraven te worden.
En zoo ging het ook met de bepaling
omtrent het kinderenhuis.
Zoodra de bij het testament vereischte
drie jaren, na de weigering in zake het
stichten der Hoogeschool, verloopen wa
ren, wendden execuleuren van den boedel
zich tot de stadsregeering, om aanwijzing
waar ter plaatse het liefdadige kinderge-
sticht zou opgetrokken worden.
Doch ongelukkigerwijze, om welke reden
is onbekend,werd ook deze aanwijzing ge
durig verschoven. Misschien wel wjjl men
nog altijd hoopte op de vergunning voor
het stichten der Academie, misschien ook
gelijk Nagtglas van vermoeden is, dat de
stad het geld liever voor zich zelf hield.
Ook tegen het stichten van dit huis
rezen allerlei ongemotiveerde bezwaren
op. Hoe ook, toen de zaak omtrent het
kinderenhuis steeds op de lange baan ge
schoven werd, moest men toch eindelijk,
wilde men de erflating tot een of ander
doel bestemmen, een of ander besluit
niet geldelijk verlegen staan. Veel geld
vereischen ze niet, maar over zekere fond
sen moeten ze toch beschikken kunnen,
om hun uitgaven vol te houden, lokaal
huur te vergoeden, en reiskosten te dek
ken.
Laten vooral de gegoede vrienden onder
ons ook dezen Bond gedenken. Het zou
zoo te betreuren zjjn, indien de actie van
deze Clubs belemmerd werd door gebrek
aan de noodige levenstocht.
"BARSTE KAMER.
De Eerste Kamer heeft Vrijdag aan de
onveikwikkeljjke zaak-v. I-Ieeckeren, met
29 tegen 16 stemmen een einde gemaakt.
De zaak was deze
De heer Van Heeckeren heeft in het
openbaar ernstige mededeelingen gedaan
omtrent dreigbrieven deor hoofden van
„naburige staten" aan onze Koningin of
onze regeering gezonden. De juistheid van
die beweringen is door den verantwoorde-
ljjken minister van de Kroon zoo nadruk
kelijk en duidelijk mogelijk ontkend. In
antwoord daarop verklaart de heer Van
Heeckeren, dat de minister die verklaring
afleggend, bewust onwaarheid heeft ge
sproken. Deze bewering was gevolgd door
het noemen van een zegsman met klin
kenden naamen later door een nota,
waarin het geschil werd teruggebracht tot
een geschil tusschen baron v. Heeckeren
en den minister. En nu heeft de minister
op deze nota geantwoord in een redevoe
ring, waarin hij verklaarde zijn verklaring
van 12 Februari volkomen te handhaven,
welke verklaring door dr Kuyper aldus
de nr nister als alleszins juist beaamd
werd.
De heer v. Heeckeren heeft dit laatste
ontkend. Hij had de stukken ter beves
tiging zijner beweringen niet bjj zich
doch vier antirevolutionaire vrienden
hadden die gelezen en hem gelijk ge
geven. Misschien zijn onder deze vrien
den de heeren Hovy, v. Löben Seis, en
't Hooft; in ieder geval toen de heer
Hovy uitstel van behandeling vroeg, deed
hjj geer voorstel in dien geest.
nemen.
Eindelijk, na veel gehaspel, benoemde
de stadsregeering in 1767, dus elf jaren na
den dood van den schenker, eene commis
sie, om plannen te maken, hoe men het
best aan Mogge's laatsten wil zou voldoen,
ook met betrekking tot de voordeelen, die
de stad er van zou kunnen genieten.
Doch ook hiermede ging het als met alle
vroegere pogingen.
Na tal van bijeenkomsteu, kon er niet
één besluit genomen worden en bleven de
voorgestelde plannen weder zonder resul
taat.
Uit alles zoi'den we alzoo kunnen op
maken, dat er in het vermoeden van
Nagtglas wel ter dege een kern van waar
heid schuilt. j
Inmiddels hadden executeuren van den i
boedel de fondsen, die in Engeland belegd
waren, aan de regeering der stad overge
dragen, die een bijzonderen ontvanger be
noemde om deze te beheeren.
Door het lang uitbljjven van een deflni- j
tief besluit, hoe de vruchten van 't groote
kapitaal ten algemeenen nutte te plukken,
was het legaat, door de jaarlijksche rente,
verbazend aangegroeid.
Wij hebben reeds gehoord, dat er noch
van het eene, noch van 't andere ontwerp,
naar den wil van onzen Mogge, iets is tot
stand gekomen.
Eindelijk ging men erin 1778 toe over
om uit de renten de geldleening aan te
gaan tot de dringende restauratie van het
stadhuis, bij jaarlijksche termijnen af te
lossen, en betaalde men in 1796 en '97 de
jaarwedden der predikanten uit 't legaat.
Ook schijnt men er van tijd tot tijd de
visscherjj er mede ondersteund te hebben,
en kocht men Provinciale obligation aan,
waarop echter groot verlies werd geleden.
In 1818 verkocht men van de Engelsche
fondsen tot een bedrag van 130,000 gld.,
ESSSE^ESSES3BKCTrji KHSEiEKZrSÏEWW.;
Dit deed ook de heer Reekers (kath).
Deze motie werd echter verworpenwaar
op aangenomen werd de motie-Rengers
inhoudende dankzegging aan den minis
ter en verklaring dat de Kamer voldoen
de was ingelicht.
De antirev. en 1 chr. historische stem
den met 8 katholieken,daar tegen; de
overige van deze laatste stemden met
links er voor.
uitWpïio V i n c ik
Hoedekeuskerke. In de Raadsverga
dering van Vrijdag deelde de Voorzitter
mede dat door H. M. de Koningin is goed
gekeurd de wijziging der verordening op
den H O. waarbij het te heffen maximum
van f2400 op f3000 wordt gebracht en
dat door Gedeputeerde Staten wederom
voor 5 jaar ontheffing is verleend van de
verplichting bedoeld in art. 3, litt h dei-
Woningwet (hechtheid van fundamenten,
muren, vloeren, trappen, zolderingen en
dak in bestaande woningen). Goedgekeurd
werd de rekenirg over 1909 van het Alge
meen Armbestuur, in ontvangopf6794,12s
in uitgaaf op f 5564,49 dus met een goed
slot van f 1229,63s.
De Voorzitter brengt daarna in behan
deling een voorstel van B. en W. tot het
maken van telefooncellen in de beide kan
toren te Hoedekenskerke en Kwadendam
me. Hij deelt mede dat oorspronkelijk
door eenige ingezetenen van ts wadendam-
me aan B. en W. was verzocht pogingen
aan te wenden om op het kantoor aldaar
eene dergelijke cel te bekomen, dat dit col
lege daartoe wel genegen was, maar in de
tegenwoordige verbouwing van het kan
toor te Hoedekenskerke aanleiding vond,
een onderzoek in te stellen of ook aldaar
de gelegenhei 1 daarvoor bestond. Het is
hun gebleken dit zeer goed kan, de kosten
daarvan niet buitensporig zijn en daar
een en ander zeer in het algemeen belang
is, stellen B. en W. voor te besluiten tot
het aanbrengen daarvan op beide kanto
ren over te gaan.
Na nog eenige discussie wordt met 6
stemmen voor en één onthouding in dien
om er de nieuw opgerichte zeevisseherjj
mede te ondersteunen, van welke som
evenwel, bij de liquidatie dezer onderne
ming in 1846 niet meer dan lO3/^ procent
terecht kwam.
Het legaat levert thans nog een aan
zienlijk deel van de inkomsten der stad.
En w it betreft de bepaling omtrent zijn
erfgenamen, dezen besloten zich in Zierik
zee te vestigen en namen naam en wapen
van hun oom aan.
Jacob Pous zou echter kinderloos over
lijden en de mannelijke afstammelingen
van diens broeder Bonifacius zouden in 't
vierde geslacht uitsterven.
De naam Mogge Pous zou in Nederland
niet meer voortleven.
Hij is vergeten, want ook de tak van
Haemstede bestaat niet meer, en in Zierik
zee wordt door niets aan den edelen man
herinnerddaar is geen huis, dat den
naam draagt, geen stra it, die naar hem
genoemd wordt.
Alleen teDreischor in de kerk ligt Pieter
Mogge begraven, onder het kostbaar mo
nument van 200J Ponden Vis., voorstel
lend zijn beeltenis en zestien kwartieren
„het marmer gedenkteeken ofte Tombe,
ter gedagtenisse van my".
Ofschoon het te bejammeren is, dat de
edele en menschlievende bedoelingen van
onzen Mogge niet ten uitvoer konden wor
den gebracht, zoo strekt niettemin zijn
koninklijke gift tot eene uitstekende wel
daad voor zijn vaderstad,niettegenstaande
hij vroeger, zooals we bij woonden, zoo ge
heel onverdiend, door haar burgers was
mishandeld en verguisd, en is hij ten
zeerste waardig, dat wij zijne nagedachte
nis met dankbaar aandenken vereeren.
Onze oudste lezers herinneren zich nog
wel de beide dames Mogge Pous te Zierikzee,
overl. omstreeks 1880. g- woond hebbende eind
Oude Haven, naast de familie s'.d. Lek de Glercq.