1
OR ZEELANS.
No. 210.
Woensdag 6 Juni
24e jaargang.
II
HISTORISCH
met
en Erf
ieveulen
el burg.
bruine
s
t
R
Me en eeoty
Leur kar
NOT, Win-
echt
ID
tbode,
id.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed
PRIJS DER ADVERTENTIËN
FEUILLETON.
Aan de Kiezers.
UIT DE PEES-
nme.
Wagentje, een
m Aanhaals-
y C. VAN
te A r n e-
WINÖFN,
nBROOD
te bevragen
Rilland.
1 Are 70 c.a.
Inrichting en
op den hoek
straten voor
bg den No-
ostkapèlle.
LISSE,
t. Joosland.
ar of klein
ma D'HUIJ,
skuecbt
te Domburg.
SE, Seroos-
UIJS, Mld-
^knecht
LIERE,
ravenpolder.
de en een
te koop
bg A. DE
Westhoek.
8.
AGE Pz. te
stus a. 8.
asch bultens-
ER—Kuiper,
e adres een
F. CRUCQ,
erwest, Goei,
ÏEDEREN WERKDAG O ES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers bOf02'.
UITGAVE DER FIRMA
DE JONGE-VERWEST, te Goes
EK VAK
F. P. DV.UïJ, te Middelburg.
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 ''ent
K@aö|KraH*KSSÏE2»3®ï«ï3ÏSsSE!3aB3SKISB!aSSSS3W'at:T<!5F:iS5KH^^retfr_™iBS*SiSeSSE3Hl
rara
78
Zij, die zieh met 1 .Tuil n. w.
op ohm blad aboimcoreii, out
vangen het tot dien datum
gratia
De opgaaf van den spoordienst
komt In dit nommer voor op de ge
bruikelijke plaats.
De Rechtsche Kiesvereenigingen heb
ben in de verschillende districten voor de
stemming van leden der Provinciale
Staten candidaat gesteld, als volgt
Kiesdistrict Middelburg:
BLUM. J. H. (aftredend lid.)
LOUWERSE. S.
DE VBER. Me. A. A. (aftredend lid.)
Kiesdistrict Vlissingen:
GERLACH v. SINT JOOSLAND, H. J. E.
VAN DE PUTTE, G. (aftredend lid).
Kiesdistrict Goes:
DE JONGE Jz., M. (aftredend lid).
LUCASSE, Me. C. (aftredend lid),
VAN OE V EREN, W.
VOGELAAR. C. P.
Kiesdistrict Tholen:
HOLLESTELLE, A. (aftredend lid).
TICHELMAN, H. J. (aftredend lid).
Kiesdistrict Z i e r i k z e e
TIMMERMAN. A., Cz.
Kiesdistrict Hulst:
DUMOLEIJN, E. B.
MOERDIJK, A.
VAN ROMPU, J. J.
VAN WAESBERGHE. J. F. A. M.
(Alle 4 aftredende leden.)
Kiesdistrict Sluis:
VAN BORTEL, Me. P. J.
HENDRIKSE. A. M.
De Zeeuw vereenigt zich gaarne met al
deze candidaturen.
Kiezers, stemt allen deze candidaten,
deze alleen en geen andere.
De stemdag is Dinsdag 14 Juni a.s. van
8 tot 5 uur.
7 Juni 1910.
De liberale persook in onze provincie,
geen kans ziende om de vryzinnige be
ginselen populair te maken onder de
kiezers, en er daarom ook maar geregeld
van zwijgend, gevoelt niettemin zeer
„Wat is er vroeg hij.
„Niets", zei Merle met een schaduw van
een glimlach en naar den bediende kijken
de, „maar ik kan er morgenochtend beter
over spreken."
„Best. Komt u dan om 8 uur P"
„Gaarne mijnheer," zei Merle en wan
delde de laan weer af, voor de eerste maal
in zijn leven zeer duidelijk voelend dat de
manieren en de toon van den admiraal
onomwonden te kennen gaven dat zy in
stand verschilden. En toch als het goed
was dat Frances de zijne zyn zou, zou
God zorgen dat hij haar kreeg. En als het
niet goed voor haar was
„Wie veel leeren wil, moet lijden." Hij
had gevraagd om elk middel dat kracht
aan zijn werk kon bijzetten, maar het had
hem geschenen alsof vermindering van
lijden het meest geholpen had. Hij opende
zijn Bijbel en weer las hij „De vreugde
is verwelkt bij de menschen."
Admiraal Hargrove wachtte hem 's mor
gens eenigszins ongeduldig, Merle had
kracht verzameld dien nacht en kwam
met zyne gewone kalmte binnen.
„Ik hoop dat u reeds ontbeten hebt,
mynheer", zei hij.
„Ja; wat is er nu?", zei de admiraal,
zijn stoel die achter zyn lessenaar stond
goed dat zij toch wat moet hebben, om
mee voor de kiezers te komen. Vroeger
toen de vrijzinnigen hier de meerderheid
hadden, zongen zij bij elke verkiezing
uit den treuren het liedje van de „Pro
vinciale belangen"
Het ging bij de verkiezing voor de
Staten alleen maar om polder of water
schap, om dijk of weg, altegaar immers
maar provinciale belangen, waar geen'
godsdienst of politiek bij te pas kwam.
Tot den kiezers de oogen eindelijk
opengingen voor 't groote andere belang,
door de vrijzinnigheid verzwegen dat de
Staten der provincie ook de leden der
Eerste Kamer en van het Gedeputeerd
college kiezen, twee lichamen, bij welker
saamstelling wel degelijk met godsdienst
moet worden gerekend, en in welker
samenstelling wel degelijk de antithese,
de tegenstelling tusschen Rechts en
Links, tusschen Christelijk Historisch
en Neutraal aanj het licht komt.
De kiezers hebben de vrijzinnige pers
met hun praatje van „Alleen Provinciale
Belangen" in de kou laten staan.
Sinds dien tijd is dit praatje dan ook
achterwege gebleven.
Maar nu is er wat anders op verzonnen.
Nu gaat men met de wigge loopen.
Verdeel en heerschis nu de leus.
Wordt er een Roomsche candidaat ge
steld onzerzijds dan worden de kiezers
gewaarschuwd Rome er niet bovenop te
helpen.
Zelfs wanneer er een antirevolutionair
gecandideerd is, wordt dit argument ge
bruikt. Adres aan de Goesche Courant
in 1888 en 1897.
Maar over 't algemeen wanneer er
antirevolutionaire candidaten zijn, welke
door de Roomschen gesteund worden,
dan wordt van vrijzinnig democratische
zijde het andere wapentje voor den dag
gehaald, en dan heet 'tpast op gij Ka
tholieken, en zorgt dat de ntirevolutio-
nairen niet te zeer de baas worden, dat
is voor u en ons liberalen niet goed.
Deze taktiek is echter al te doorzichtig.
Het is zoo, er zijn antirevolutionaire
en Chr. historische kiezers, die nog niet
't geestelyk gevaar van 't liberalisme
doorzie», en die, wanneer 't tusschen
een Liberaal en een Roomsche gaat,
stemmen op den Liberaal; zoo kwamen in
1904 Elenbaas,en in 1909 Kakebeeke in de
Staten .Hadden zij tegenover een Antirevo
lutionair gestaan de verkiezing van
Mulder in 1902 en die van 1907 bewezen
nemend en Merle ook eenen aanwyzend.
„Het is iets dat mei het leven in betrek
king staat. U hadt eens eene zuster."
„Ja", zei de admiraal, terwijl zijne heele
houding vreugdevolle hoop uitdrukte.
Merle's laatste hoop verdween.
„Die een en twintig jaar geleden stierf."
„Zij stierf en u zeidet leven
„Zij stierf. Maar zij liet een dochtertje
na, die nu is opgegroeid tot eene even
liefelijke jonge vrouw, als haar moeder
vóór haar wasdat zeggen tenminste zij
die de moeder gekend hebben. U moet
haar vaak gezien hebben.*
„Gezien hebben!" De admiraal was
zeer zenuwachtig, krampachtig klemde
hij zich aan de leuning van zijn stoel vast.
„Herinnert u zich, mynheer, het oudste
meisje by de Avises
„Neen, ik zag hen niet veel. Zij kwa
men nooit in onze kerk.®
De oudste Frances Avis dat is
haar doopnaam - -was het kind van uwe
zuster," zei Merle, voelend dat het ergste
voorbij was nu hij haren naam genoemd
had, zonder zich door zyne stem te ver
I raden.
Daarna ging Merle voort met vertellen
wat Frances alles in Londen gedaan en
geleden had, eindigend met dat zij nu hij
mevrouw Grantly in dienst was.
„In dienst t", riep admiraal Hargrove,
i Merle antwoordde dat het in dienst
gaan nooit geheel naar zijn zin geweest
was, maar dat er geen andere weg voor
hetzij waren er niet ingekomen.
Nu, bij de aftreding van deze twee die
een zetel innamen, welke hun rechtma
tig niet toekomt, en daarop plaats namen
als vertegenwoordigers eener minderheid,
wordt van Liberale zijde weer gepoogd,
dezen zetel voor hen te behouden, met
te verwijzen naar de ontrouw van som
mige antirevolutionairen. Ziet, zoo
redeneert de Goesche Grtde antirevo
lutionairen stemmen op uwe candidaten
niet en wel op de onze dns Stemt gij nu
ook niet op hun candidaten maar op de
onze.
Zoo'n leeperdzult gij zeggen.
Maar op zoo'n manier haalt hij er de
vrijzinnige candidaten altijd door.
Juist dat is 't kiezers.
Dat is de wèlbepróefde taktiek van 't
„verdeel cn heersch 1"
Zorg dat A niet op B, maar op C en
B niet op A maar op C stemt, dan is C
altijd de gelukkige.
En deze wèlbepróefde taktiek is 't nu,
welke de vrijzinnigen, o.a. in Goes toe
passen.
Wij zullen zien of,'de kiezers straks
in deze fuik zich zullen laten vangen.
Wie weet het nu?
Het Kamerlid Ketelaar verweet dezer
dagen bij de behandeling van het Mulo
wetje in de Kamer den minister Heems
kerk gij weet geen leiding te geven aan de
debatten.
„Politicus in de Iiaarlemsche Courant is
precies van een tegengestelde meening.
Hij zegt van dezen minister in ditzelfde
debathij windt de Kamer om zijn vinger.
Hij schrijft blijkens onderstaand door
De Rott. aan zijn betoog ontleend:
Zoo'n soezerig, hartstochtloos Parle
ment, welks wagentje (gelijk Woens
dagmiddag, bij art. 2 van het M. U. L. 0.-
ontwerp geschiedde) toch zoo bitter
gauw in het zand vastraakt.zoo'n
Kamer wordt subliem geregeerd door
een man als minister Th. Heemskerk.
Hij windt haar inderdaad om zijn vin-
ger.Hij speelt met haar,gelijk 'n handig-
populaire docent met eene klasse van
lastige, weieens balsturige, tochzoo-
dra hij groote oogen opzetals lam
metjes zoo gedwepë knapen.
Minister Heemskerk neemt allerlei
makkelyke, zelfs studentikoos-lossige
houdingen aan in zijn fauteuil aan de
groene tafel, teekent stukken, voert in
haar open was. De admiraal verzonk in
diep nadenken en vroeg toen ineens„Er
is nog geen jongmensch in 't spel, hé
De vraag kwam zóó plotseling dat Merle
geen tijd had zich zelf te beheerschen.
„Niet dat ik weet, mijnheer", zei hij.
maar zijl. stem klonk anders.
M aar u vermoedt iets
Merle was zoo bleek, dat hij moeilijk
nog bleeker worden kon. „Nu of nooit",
dacht hij,en een inwendige stem riep hem
toe„Waarom spreekt gij niet voor u
zeiven, Jonathan
Een allerdwaast idee vloog admiraal
Hargrove door het hoofd, ,,'t Idee, hy kon
welhaast haar grootvader zijn!" dacht hi,,
maar toch keek hij Merle scherp aan, toen
hy voortging„Vóór alles, mijnheer Mer
le, hoop ik dat u mij zult vertrouwen
ivlerle bloosde. Hy voelde zich verraden
en toch ten koste van alles zijn geheim
willende bewaren begon hij wanhopig
„Ik mag eigenlijk niets zeggen, want ik
heb de jongelui beloofd te zwijgen."
„W eet u het van haar
„Neen, alleen van hem," zei Merle. De
admiraal zweeg en zuchtte toen als ver
licht, bij zich zelf lachend over zijn eigen
bespottelijk idee van daareven alsof
zulk eene heilige ziel in zijn leven tijd
vond voor iets dergelijks, in dat leven,
waartegen de admiraal hoog opzag, als hij
dat op een veiligen afstand doen kon.
Zij beraadslaagden daarna samen hoe
hij het het gemakkelykste en beste aan
de gauwigheid korte gesprekjes, maakt
koddige opmerkingen voelt met aller
fijnste sprieten zoodra er eenig gevaar
genaaktverzet de bakens zoodra het
getij gaat verloopen, weet dat de be
schermgeest van GO40 hem, als 't zou
gaan spannen, toch zal redden.... laat
zich, desnoods (als Donderdagmiddag)
een lilliputterig échecj e toebren gen door
den geëerden ambtsvoorganger Rink....
Jaagt de echte, heuschelijke vijanden
op de vlucht. Stelt uit het conflict tot
later.... Vier jaren is een lange tijd.
Wij zijn geneigd te gelooven dat „Poli
ticus" juist gezien heeft: En 't is ook waar
dat, indien de minister geen leidinggaf
aan 't debat, de heer Ketelaar met zijn be
kend leelijk-Amsterdamsch accent 't ook
niet deed.
Een lastig wetje.
Vijf dagen heeft de Tweede Kamer aan
het kleine Mulowetje zoek gebracht, en
niet dan door veel toe te geven, en wijzi
ging op wijziging aan te brengen, is de
Minister van Binnenlandsche Zaken er in
geslaagd, het scheepken in behouden
haven te brengen.
De oorzaak van deze on verk wikkelij k-
held lag daarin, dat de Wet op het Lager
Onderwijs geen behoorlijke onderschei
ding gaf tusschen het Gewon lager onder
wijs, het Uitgebreid lager onderwijs en
het Meer uitgebreid lager onderwijs. In
een legislatief onmogelijk artikel had de
wet deze drie soorten van onderwijs
bijeengenomen, zonder er een behoorlijke
grenslijn tusschen te trekken.
Het eenvoudigst ware het daarom ge
weest, het onmogelijke, alomvattende
artikel in drieën te splitsen, en aan elk der
drie soorten van scholen haar eigen rege
ling te geven. Toch was dit het uitgangs
punt van het ontwerp niet, al is het er nu
toch, op vry onbeholpen wijze, min of
meer toe gekomen. En daarbij kwam nog
het Ineenschakelingsrapport, dat dwars
tegen dit wetje kwam in te sturen. Voeg
hier nu nog bij den altoos latenten strijd
tusschen de belangen van het openbaar
en bijzonder onderwijs, die ook hier mee
sprak, en ge verwondert er u niet over,
dat het debat tenslotte in een verwikke
ling geraakte, waar bijna geen uitkomen
aan was, en dat het wetje niet dan na
veel kleerscheuren er door kwam.
Toch kan men voor het resultaat dank
baar zijn. De bedenkingen, die ook wij
Frances kon zeggen en de admiraal be
sloot zelve naar Londen te gaan. Merle
had zijn boodschap gebracht en diep be
wogen schudden de twee mannen elkan
der de hand ten afscheid.
Het was voorbij. Merle voelde zich
meer dan moe en af, meer dan uitgeput
naar lichaam en ziel, maar tegelijkertijd
trotsch dat hij zijn geheim niet verraden
had.
Neen, men zou nooit zeggen, dat hij
„boven zijn stand" wilde gaan, dat hij
voordeel wilde trekken uit de veranderde
levensomstandigheden van zijn liefste
neen, hy zou haar trachten te vergeten,
hij zou zich zelf wapenen met al zijn her
derlijke hoogheid als zij in Westbrook
kwam.
Neen, die gedachte bracht te veel pijn.
Hij probeerde niet meer aan Frances te
denken, totdat hy bij zijn tuinhekje stond
en toen hij het wilde openen, voelde hij
plotseling verband tusschen dien keer,
toen hij zijne ziel gezocht en niet gevon
den had, en dezen keer nu hij zich zoo
sterk bewust was van het bezit zijner ziel
en ook dat hij niets anders had en dat God
daar boven hoog in den hemel hem zag,
hem en zijne ziel.
En het was hem duidelijk, dat hij nu
zijne ziel aan God moest geven, dat hij
God in zijn leven gegeven had alles wat
hij bezat aan verwanten, vrienden, talen
ten, alles, behalve zijn eigen ziel.
Langzaam deed hij het tuinhekje open
tegen het oorspronkelijke ontwerp in het
midden brachten, zijn nu geheel verdwe
nen.De heeren v.d.Molen en v.Wijnbergen
hebben door hun amendementen het ont
werp in het goede spoor geleid, en onze
vrienden in de Kamer hebben hen trouw
geholpen om 'tin die goede richting te
houden.
Er is voor de toekomst nu niets bedor
ven. Het M. U. L. O. is uit den nood gered,
en kan zich intensief verbeteren. Ook de
ïeeds in aanbouw zijnde scholen zyn ge
holpen. En metterdaad kan men zeggen,
dat we nu door dit wetje weer uit een
dreigenden misstand zyn uitgeraakt.
Standaard.
Een buitenlandsch oordeel.
Onder dit opschrift schrijft de Graaf
schapper
Bij de behandeling van 't enquête-
voorstel in de Kamer werd met veel
ophef gewag gemaakt van den indruk,
door de decoratie-quaestie in het buiten
land gemaakt.
j |Eigenaardig is het hier eens tegenover
te stellen de meening van de Rheini&ch-
Westfdlische Zeitung.
Aan het slot van een artikel over „de"
zaak schrijft dit orgaan
„Feitelijk leverde de bespreking niets
nieuws op. De jakhalzen huilden rond
den ouden leeuw. Het doel van de be
weging was duidelijkden bejaarden
staatsman politiek dood te maken.
Hartstochtelijke haat sprak uit de
redevoeringen der tegenstanders. Haat
bij de .sociaal-democtaten, omdat Dr.
Kuyper het geweest is, die door zijn
vaste houding hun revolutionaire bewe
ging in 1903 deed schipbreuk lyden
haat bij de liberalen, omdat hij hen tus
schen de christelijk-conservatieve partyen
en het radicalisme tegen den muur ge
drukt heeft.
Dat werd hun dan ook in zakelyke
bewoordingen door den bejaarden leider
der Christelijk-Historischen, den door alle
partijen hooggeschatten Jonkheer Mr. De
Savornin Lohman, die pas van het ziek
bed was opgestaan, in het gezicht gezegd,
zonder dat zij er veel tegen wisten in
te brengen.
En de slag trof te meer omdat ieder
een weet, dat Mr. de Savornin Lohman
en sloot zich in zijne studeerkamer op.
Een heel jaar is voorby gegaan. Frar ces
I Avis is een kind des huizes op Westbrook-
j Manor. Nadat de admiraal haar bij me
vrouw Grantly had opgezocht en z(j het
moeilijk te vatten bericht gekregen had,
was zij eerst bij de Hargrove's in Londen
gekomen. Bare natuurlijke beschaving en
gratie hielpen haar om zich spoedig thuis
te voelen in haar nieuwe levensomstan
digheden. Zij ging met de Hargrove's
naar het buitenland en daarna naar admi
raal Hargrove, waar verder haar thuis zou
zijn.
Allen hadden haar lief alsof z(j altijd een
der hunnen geweest was en ook op haar
oud geliefd Broomhill kwam zy vaak by
Ermyn en Andrey. Maar Frances was niet
de oude er was iets in haar veranderd.
Of zij zich toch niet thuis gevoelde tus
schen al die pracht nét al liet gebrek, waar
van zij getuige geweest was Of zij ver
langde naar de oude familiebetrekkingen
Of zij haar leven niet gevuld genoeg vond
Er was iets hongerigs, iets verlangends in
haar oogen, zoodra zy niet sprak of zich
onopgemerkt waande, zij kon zoo droome-
rig voor zich uit zitten staren, en vooral
sinds zij de laatste vier weken op West
brook is, is dat erger dan ooit.
(Slot volgt.)