NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND, No. 193 1910. Donderdag 19 Mei 24e Jaar g&n CHRISTELIJK- HISTORISCH ECHT HT echt aecht ndster delburg TIEN )P p Tm. knecht n Meid VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK J. DE JONGt-VERWEST, te Goes D'tflU te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Land-, Tuinbouw enz. ourant, Nieuwe erkblad, Zulder len en andere dr. SHITS te jsverhoogiug. «ragen der Mia" •ting. roegen Donder en 1 ure, in het coiling Juni d t [oudekerke. xni. ooskerke (W Aagtekerke. entje, zijnde te 's-Heeren- ERANCKK, St. Joosland. igd EBOORDSE een aan- cht te M e 1 i 8- jaar, bjj J. M. Middelburg. U metselwerk, a p e 11 e. Biggekerke. DSEN, d e 1 b u r g. en kan, by ek, Ritthem. leeftgd, zoo MULDER, :e. <8 7.46 7-t>5 7.56 8.05 8.12 8.20 8.27 8.17 8.36 8.46 8-53 9.o2 9.1I 9.17 9.29 8.ss 9-42 9.51 9.10 10.— 9-43 10.48 10.43 12.1O 11-35 12.46 11-3" 12.15 - Z. Duitschl. endaalLage dan 150 KM» 6.18 f6.o3 7.*S 8.0I 8.30 8.34 est 8.4T 944 110.30 rest does NB» j IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. PrijS per drie maanden franco p. p. 1,2a Enkele nummers0>02'. UITGAVE DER BIRMA £iN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5-regels 50 cent, iedere regel meer 10 <*ent. Voorbereidend Militair Onderricht. Ingevolge het bepaalde in de Regeling van het Voorbereidend Militair Onder richt, zal de aanmelding tot deelneming aan dit onderricht, dat kosteloos wordt verstrekt, moeten geschieden vóór den lsten Juni eerstkomende en wel a. in plaatsen waar Infanterie of Ves ting-Artillerie in garnizoen ligt, bij den Commandeerende-Officier der Infanterie of der Vesting Artillerie b. in de overigi plaatsen bij dea Bur gemeester der gemeente. Bedoelde Commandeerende-Officieren en Burgemeesters zenden vóór of op 1 Juli ,aan den Inspecteur der Infanterie een staat in, vermeldende onder meer, welke jongelieden zich tot deelneming hebben aangemeld. Vermits nu door genoemden Inspec teur na ontvangst van bedoelde staten, alle verzoeken om alsnog tot het onder richt te worden toegelaten, zullen worden afgewezen, tenzij de belanghebbenden kunnen aantoonen, dat zij door veiblyf in het buitenland of om andere redenen onschuldig zijn aan te late aanmelding, meenen we de jongelieden,die aan 't voor bereidend militair onderricht wenschen deel te nemen, dat 1 October a.s. begint, nadrukkelijk opmerkzaam te moeten ma ken, op de noodzakelykheid zich daartoe vóór 1 Juni a. s. aan te melden, terwijl we tevens in herinnering brengen, dat gelijke aanmelding ook moet geschie den door hen, die ten vorigen jare reeds aan het onderricht deelnamen. 18 Mei 1910. Het onderstaande schrift het wakkere (Roomsche) Coalitie-orgaan het Gentrum V De Juni-verkiezingen. De Staten-verkiezingen in Juni zullen naar het schijnt een vrij kalm verloop hebben. Toch onderschatte men de beteekenis daarvan niet, en houde men wèl in het oog, dat, al loopt de meerderheid geen gevaar, toch ook nu een behoorlijke krachtsinspanning van ons wordt ge vorderd. Wanneer wij in stemmencijfers ach teruitgaan, of door al te groot vertrou wen op onze macht zetels verliezen, zal de tegenpartij uit dezen indirecten tegenslag al het voordeel halen, dat er voor haar uit te halen is. Het zal dan heeten, dat het land zich tegen de Rechterzijde en tegen de Re geering begint uit te spreken, dat er een kentering komt ten gunste van Links, dat een moreele nederlaag aan Kabinet en Coalitie is toegebracht, enz Onnoodig te zeggen,dat dit alles dient voorkomen. De Rechtsche partyen kunnen over het algemeen den naderendén strijd met gerustheid tegemoet gaan. Bij eenige inspanning toch zal 't haar niet al te moeilijk vallen haar reeds sterke positie nog krachtiger te maken. Dit is te waarschijnlijker, wijl de samenwerking gelukkig weinig te wen schen overlaat. Meer nog dan by vorige verkiezingen, wordt nu door de provinciale organisa ties der Rechtsche party en overleg ge pleegd, wat goede uitkomsten belooft. Toch blykt de hemel niet geheel onbe wolkt te zijn. Op enkele plaatsen, en met name in Zeeland, is 't overleg niet slechts onvol komen, maar dreigen zelfs min of meer heftige geschillen den toestand te be derven. Echter komt men er zonder een goed geregelde samenwerking daar, zoomin als elders. En in het belang van Land en Provin cie moeten ook by deze verkiezings campagne allen, die Rechts staan, too- nen te begrijpen, dat het niet gaat om do versterking van een bepaalde partij, maar om de bevestiging der positie,welke de Rechtsche coalitie als zoodanig in neemt. Het Gentrum doelt hier misschien op Hulsten komt daartoe blijkbaar onder den indruk vAn 't wiggedrijvend geschrijf van de Middelb. Grt., die bereids de lof trompet steekt over 't drietal v. Dixhoorn, Kramer en v. Dalsum (lieve ziel, hoe vindt zij die drie zoo bijeendat zich stelt tegen de candidaten der coalitie. Overigens meenen wij Het Gentrum om trent Zeeland wel eenigszins te mogen geruststellen. De anti-rev. in Hulst zullen de 4 Room sche aftredenden, de Roomschen in Goes zullen de 4 anti-revolutionaire en Christe- lijk-historische candidaten krachtig steu nen. En in Middelburg en Ylissingen schijnt het met de saamwerking niet min der geruststellend te staan. Natuurlijk moet er hard worden gewerkt; maar dat zijn wij hier gewoon. Lucter et Emergo Ten onrechte schreven wij laatst dat de staking te Amsterdam in de bouwvakken geëindigd was. Wel melden zich steeds meerdere werk willigen aan en is 't gewenschte aantal werklieden reeds op de meeste karweien aanwezigdoch de stakers weren zich nog steeds, met te grooter verbittering, naarmate zij hun spel verliezen. En zij nemen dar. de toevlucht tot mishandelin gen. Reeds in 't begin der staking hebben zij een werkwilligen metselaar half dood geslagen, zoodat de man wel nooit meer recht gezond worden zalzoodanige gru welen bedreef men ook later; en thans hebben zij weer een politieagent die een troepje werkwilligen huiswaarts geleidde half ongelukkig getrapt, ernstige verwon dingen en kneuzingen toegebracht, zijn helm vertrapt en zijn sabel in 't water gesmeten, die helden. En, ongelukkig genoeg, geen enkele hunner is bij de politie bekend geworden. Zal men nog langer lankmoedig zijn jegens deze moordenaars en aanhitsers Moeten de handhavers van orde en vrede zich nog langer, zonder afdoend middel van verweer,door zulk zootje laten doodsteken De Nederlander vestigt er de aandacht op dat baron v. Heeckeren, de antirevolu tionair, zijn tweede nota aan de Eerste Kamer indienende, nog voor dit stuk zijn adres den Voorzitter bereikte, af schrift er van verstrekte aan een libe raal bladde Nieuwe Rotterdamsche Grt. De Nederlander critiseert deze daad niet; hetgeen ons aanleiding geeft de aandacht op deze begunstiging van een vrijzinnig blad door een antirevolutionair de aandacht te vestigen. Hoe komt toch een antirevolutionair er toe om, wanneer hij iets belangrijks te publiceeren heefc, de primeur der plaat sing daarvan aan een vrijzinnig blad te gunnen. Het behoorde onder ons gewoonte te zijn dat een antirevolutionair 't allereerst aan zyn eigen geestverwant orgaan dacht. De vryzinnigen zijn op dit punt vrijwat principieeler. Zij begunstigen hun eigen bladen, en laten de Rechtsche bladen ach teraan komen. Wanneer t geen zaken van algemeen belang geldt dan is deze takti.'k toe te juichen. Bloed is nu eenmaal dikker dan water, 't behoort te kruipen, waar het niet gaan kan. Maar wat te denken van 't antirevoluti onaire bloed van een man die zijn hart lucht in een vrijzinnig blad, en met zijn pennevruchten reclame maakt voor den politieken tegenstander Het schijnt te Eindhoven een heel bestel te zijn. De heer Philips, een liberale Jood met schijnbaar anticlericale tendenzen, hoofd der firma Philips Co., gloeilampen fabriek, heeft een gedeelte van zijn uit gebreid personeel ontslagen. Aan de N. R. G. ontleenen wij, omtrent toedracht en aanleiding, het volgende Pe firma Philips Co. werkt met zeer uitgebreid personeel. Het plaatselijk personeel wordt nog versterkt door arbeiders en arbeidsters, die per spoor of tram naar de fabrieken komen. Verre weg het grootste gedeelte zijn arbeid sters. Het geheele personeel bedraagt ongeveer 2000 personen. Onder het personeel bestaan verschillende vak- vereenigingen, o.a. een Koninkl. goed gekeurde Katholieke vakvereeniging voor de arbeiders en een voor de arbeid sters. Nu heeft zich 't volgende voorge daan Op 5 Januari jl. gelastte de firma Philips, dat op 6 Januari, zijnde de feest dag van de H. H. Driekoningen, ook door het personeel moest worden ge werkt. De katholieke vereenigden heb ben daartegen geprotesteerd en een onderhoud met de firma Philips daar over gehad. Ce daarop volgende feest dagen werd.aan 't personeel van enkele afdeelingen arbeid gelast. De katholieke vakvereeniging werd sterker en drong aan op heiliging van de feestdagen. Nu heeft de firma Philips op Woens dag 11 Mei de bestuursleden van het SintLaurentius-Gilde gedwongen,onder bedreiging met ontslag, als bestuurs leden te bedanken.De mannen mochten niet met de leden daarover vergaderen, 's Avonds moest het ontslag als be stuurslid der R. Katholieke vakvereeni ging genomen zijn of zij waren zonder werk. De firma Philips heeft daarbij gezegd, dat in den zomer niet, en in den winter wel op de Roomsch-Katholieke feest dagen moet gewerkt worden. Zaterdag 14 Mei heeft de firma Philips briefjes aan het personeel uitgereikt, waarin moest worden verklaard, dat de onder- geteekende bedankt als lid van de met den R.K. Volksbond in verband staande vakvereenigingen. Het personeel kreeg Zaterdag om twaalf uur deze briefjes mede naar huis Er mocht niet worden vergaderd. Den zelfden middag moesten ze ondertee kend worden ingeleverd. Om half twee trok het personeel in troepen naar de fabriek, zingend, vast besloten niet te teekenen. Al die niet geteekend hebben, zijn onmiddellijk ontslagen. Het zijn er 327. Een bediende, die bij het ophalen dei- verlangde verklaringen opgeruid had niet te teekenen, is onmiddellijk ont slagen. De firma verklaart nadrukkelijk, dat hare actie niet is gericht tegen den R.K. Volksbond in 't algemeen, doch zich bepaalt tot de vereenigingen van mannen en vrouwen, die aan de fabriek arbeidden en tot hun orgaan De Lamp hebben. De timmerlieden, georgani seerd in het St. Joz^fsgilde, eveneens onder den algemeenen R. K. Volksbond en de metaalbewerkersvereeniging zijn geheel buiten de huidige actie ge laten. Het bericht eindigt met de mededeeling „De firma Philips en Co. heeft heden de arbeidsploegen voor 100 in aanbouw zijnde woningen doen verdubbelen, zoodat er binnenkort 200 zullen gereed zijn. In het i geheel worden er 300 gebouwd,die succes - sievelijk door arbeidersgezinnen van elders zullen worden betrokken". Deze toevoeging zal wel bedoelen te doen uitkomen, welk een zegen de firma Philips voor Eindhoven,en met name voor den werkenden stand is. Nu wanneer de zegen alleen in stoffelijke welvaart bestaat is, dan kan dit ook zonder dat bericht wel worden toegegeven. Maar dit wischt toch het feit niet uit, dat deze firma, echt kapi talistisch, een aanval gericht heeft op het vereenigingsrecht,® op 't vrije burgerrecht van den werkman." Het Volk protesteert hiertegen dan ook terecht luide. De vrijzinnige pers, die er altijd zoo als de kippen bij is, wanneer een werkgever van Rechts zich aan dergelijk kwaad bezondigt, om zoodanig bedrijf naar verdienste te geeselen, heeft tot nog toe gezwegen. Dat is niet mooi van de vrijzinnige pers. En het is geen eere voor haar, dat ook nu weer, de socialist haar voorgaat, en zij achter dezen aan moet komen. Want, ten slotte zal ook zij dit op treden van haren geestverwant wel af keuren. Zij zal daar wel niet van tus- sche.1 kunnen blijven. Burgemeestersbenoeming. De liberale burgemeester van Delft heeft een christelijk historischen opvol ger gekregen. Delft is overwegend Rechts, dus mocht 't bij evengroote bekwaamheid van sol licitanten van beiderlei richting op een man van Rechts beslag leggen. De Roomschen, die in zielental 't twee vijfden uitmaken der bevolking, hadden op een burgemeester van hun kleur ge hoopt, ja zelfs iemand genoemd, wiens be noeming scheen vast te staan. Het zal den minister onder die omstan digheden moeilijk gevallen zijn een aan beveling te doen. Intusschen de benoemde (mr. L. W. C. v. d. Berg, chr.-hist.) staat ook bij de Roomschen goed aangeschreven en, blijkens den lof, hem in de N. R. G. toegezwaaid, ook bij de liberalen, wegens zijn bekwaamheid. Zijn staat van dienst is de volgende: Geboren te Arnhem. Gepromoveerd te Leiden. In 1870 naar Indie, als ambtenaar bij de rechterlijke macht, waar hij in 1878 door de Indische regeering benoemd werd tot adviseur voor Oostersche talen en Mohammedaansch recht. De raad van Delft benoemde hem in 1887 tot hoogleeraar in inlandsch recht aan de Indische instelling. Toen in 1901 deze onderwijs-stichting werd opgeheven, verbond de minister van koloniën jhr. mr. T. van Aseh van Wijck hem aan zijn de partement, voor wetgevenden arbeid een functie, door de opvolgende ministers van dat departement bevestigd. Mr Van den Berg is lid en secretaris van de staatscommissie tot herziening van 't Indisch privaat- en strafrecht en neemt als zoodanig een werkzaam deel aan den arbeid, welke het gevolg is van het in 1906, onder minister Fock gewijzigde art. 75 van het regeeringsreglement voor Ne- derlandsch-Indif. Hij is al oud 64 jaar maar als het zoo voorkomt trapt hij per dag nog met lust 70 K.M. per fiets, en iemand die dat doet j is toch ook weer niet oud, merkt evenge- noemd blad op. Telling betreffende het grondgebruik en den veestapel. (Door de directie van den landbouw ter plaatsing aangeboden). Tusschen 20 Mei en 20 Juni a. s. zullen bij de ingezetenen gegevens worden ge vraagd omtrent de uitgestrektheid grond bij hen in gebruik, zoowel in eigendom als in pacht, en het aantal landbouwdieren van verschillende soort, welke door hen worden gehouden. l'et is zeer wenschelyk, dat deze ge gevens zoo nauwkeurig mogelijk worden verstrekt en den personen, met de telling belast, hetwelk zoo gemakkelijk migelijk wordt gemaakt. Vroeger opgedane ervaring heeft geleerd, dat de medewerking der bevolking soms te wenschen overlaat, hoofdzakelijk ten gevolge van onbekendheid met het deel, waarvoor de gegevens worden gevraagd. Het is zelfs meermalen voorgekomen, dat men in zijn eigen belang meende te han delen door onjuiste opgaven te verstrek ken, aangezien men verband zag tusschen de telling en de belastingen. Ofschoon mag worden aangenomen, dat dit wanbegrip in de laatste jaren door meerdere ontwikkeling grootendeel is verdwenen, zoo kan het toch wellicht zijn nut hebben, hier nog eens af te drukken, dat de telling en de belasting hoegenaamd niets met elkander te maken hebben. Dit zal men te gereeder gelooven naar mate men beter begrijpt, waarvoor het verzamelen van al die gegevens dan wel dient. Deze verzameling heeft plaats ten be hoeve van de landbouwstatistiek en deze is een noodzakelijk hulpmiddel om gron dige kennis te verkrijgen aangaande do toestanden op het gebied van land- en tuinbouw in de verschillende deelen des lands. Deze kennis is tegenwoordig in verband met de in de laatste jaren zoozeer gewy- zigde omstandigheden veel meernoodig dan vroeger. Zij stelt de land- en tuinbouwers in staat hun voordeel te doen met ve fi, wat elders wordt aangetroffen en beter is dan hetgeen in hunne naaste omgeving wordt gevonden. Zij maakt het mogelijk, dat de producent zich althans eenigermate een oordeel kan vormen omtrent alles wat met den afzet zijner producten en den loop der prijzen in verband staat. Pe belangstelling, waar mede de oogstberichten van de Directie van den Landbouw worden te gemoet ge zien, bewijst de in dezen bestaande be hoefte. Om die oogstberichten te kunnen samenstellen en te kunnen begrijpen, is intusschen 'n goede statistiek onmisbaar, die leert, waar en onder welke omstandig heden de verschillende gewassen worden geteeld. In de laatste jaren heeft het vereeni- gingsleven op land- en tuinbouwgebied zich krachtig ontwikkeld. Niet alleen zijn locale en gewestelijke vereenigangen ont staan, maar ook is door het vereenigings- leven op veelvuldige wijze 'n band gelegd tusschen de land- en tuinbouwers in het eene gewest en die in het andere. Dit is een gelukkig verschijnsel. Verschillende belangen toch kunnen slechts krachtig worden behartigd door eene vereeniging, die werkt over een groot gebied. Zal men in dezen echter slagen, dan is grondige kennis van de toestanden in de verschil lende met elkander in ééne vereeniging samenwerkende deelen des lands ook al weer een eerste vereischte. In de eerste plaats moet die kennis aanwezig zyn, omdat men eene zaak niet voldoende kan behartigen, die men niet ter dege kenten in de tweede plaats, omdat eene vruchtbare samenwerking tus schen onder verschillende omstandig heden levende personen slechts mogelijk is, zoo men elkander over en weer begrijpt en dit zal in meerdere mate het geval zijn, naarmate men in de eene streek beter bekend is met de toestanden in de andere. Niet het minst intusschen is grondige kennis van de bestaande toestanden noodig voor de Regeering, waar deze maatregelen moet nemen, die de belangen van den land- en tuinbouw raken of ten doel hebben deze te bevorderen. Dat van Regeeringswege onmogelijk de belangen van land- en tuinbouw met succes kunnen worden behartigd, zoo voldoende kennis ontbreekt omtrent de in- de onderscheidene deelen des lands bestaande toestanden zal zeker wel door i iemand, die ook maar even nadenkt, in twijfel worden getrokken. Ten overvloede worde hier in verband met de voorgenomen telling op enkele zaken gewezen. Hot doel der telling is in de eerste plaats een goed overzicht te krijgen omtrent aantal en grootte der bedrijven. Dit is

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1910 | | pagina 1