UWSBLAD
VOOR ZEELANS.
No. 152.
1910.
Woensdag 30 Maart
24e Jaargang
l
BHRISTEUJK-
HISTORISCH
Provinciale Bondsdag.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
J. DE JONGE-VERWEST, te
F. P. DV.U:j, te Middelburg.
Goes
PRIJS DER ADVERTENTIËN
1 u r g.
1 -*
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
PrijS per drie maanden franco p.p. JJS.
Enkele nummers „0,Q2g.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 '•ent
Zij die zich met 1 April op
ons t>Inil aboiinoeren, ontran-
arefi het tot genoemdeu datum
gratis.
29 Maart 1910.
Men zendt ons een no. van de Barbiers-
en Kappers-courant. Dit blad trad zijn 19e
jaargang reeds inen trekt de aandacht
door zijn nieuwen artistieken kop, helde
ren, duidelijken druk en aangenamen,
degelijken inhoud.
Het ons gezonden nommer verscheen
in 3 bladen I Wel een bewijs van actie,
medewerking en vertrouwen.
Ook zond men ons daarbij „Technisch
Handboek" (voor den Heerenkapper), met
tal van wenken, door afbeeldingen in den
tekst toegelicht.
Wat in 't straks genoemd blad gezegd
wordt (en aangetoond, o. a. met de heil
rijke werking van het Ziekenfonds om
trent de noodzakelijkheid en het nut van
saamwerking en vereeniging, heeft na
tuurlijk onze instemming.
Onze tijd staat nu eenmaal in het teeken
van saamwerking en vereeniging. En ook
hier geldteendracht maakt macht.
Maar of nu alle barbiers en kappers, van
wat richting ook, in één Bond behooren,
of kunnen saamwerken, durven wy nog
niet zoo grif toegeven. Die mogelijkheid
zal uit de praktijk dienen te blyken. Wij
hebben met „neutrale" bonden niet veel
op. Dat neutraal is wel eens gebleken
synoniem met sociaal-democratisch te
zjjn. En waar 't dat niet is, blijft toch voor
den barbier of den barbiersbediende van
Christelijken huize aansluiting gevaarlijk
met 't oog op den Rustdag. Zie by v. eens
naar den „neutralen" Bond van postamb
tenaren. Die vergadert geregeld op Zon
dag. En daarom moeten al onze Chr.
postambtenaren er uit en zich apart orga-
niseeren. Dit zou voor onze Barbiers en
Kappers ook wel eens noodig kunnen
blyken. Het spreekt van zelf dat hierdoor
gefedereerd opwekken voor de bedrijfs
belangen niet is buiten gesloten. In 't al
gemeen zij men voorzichtig met aanslui
ting aan neutrale vereenigingen. Men
overwege wel de mogelijke bezwaren, en
neme eerst goed nota van statuten en
reglement.
Paschen II hebben de Zeeuwsche Jon-
gelingsvereenigingen hun Bondsdag ge
had de Chr. Jongelingsver. vergaderden
te Goes onder voorzitterschap van notaris
James uit Sluis; de Jongelingsvereenigin-
gen op gereformeerden grondslag kwamen
by een te Bergen op Zoom onder leiding
van den heer A. S. J. Dekker uit Goes.
Over beide vergaderingen een kort
verslag.
Die te Goes was des morgens tamelijk,
des middags goed, des avonds zeer goed
bezocht.
De morgenvergadering droeg een meer
huishoudelijk karakter. Nadat gezongen
was gezang 22 en de vergadering geopend
was met gebed door den secretaris, heet
de voorzitter de aanwezigen welkom, in
zonderheid de Walchersche broeders en
met name Middelburg, dat thans een
schitterende revanche neemt op onze
bondsdagen. Verder las de voorzitter 1
Petrus 113 tot einde, en hield naar aan
leiding daarvan 'n opwekkende toespraak
met een zegenwensch besloten.
De heer C. J. v. d. Eijk, van Vlissingen,
gaf eerst een solo ten beste„Het gebed
des Heeren" van Pomper, waarna de voor
zitter aan de orde stelde de bespreking der
circulaire inzake het aanstellen van een
vasten beroepsarbeider. Hierover wordt
druk gediscussieerd en het voor en tegen
overwogen. In beginsel echter is niemand
ertegen. Deafdeeling „HetMosterdzaad"
te Goes garandeert reeds f 10 'sjaarsen
de afdeeling 's Heer Arendskerke 3 contri
buanten van f 2,50. Verder wordt dienaan
gaande besloten, dat de verschillende af-
deelingen door een lid van het comité
zullen worden bezocht, en er daarna een
vergadering zal worden uitgeschreven
met bestuur en afgevaardigden, waar
dan verdere besluiten kunnen worden
genomen.
Hierop krijgt de secretaris, de Vriend,
het woord, die een kort overzicht geeft van
den algemeenen toestand. Daarop houdt
A. v. d. Linde, van Kloetinge, zijn referaat
over „Ons Vereenigingsleven".
Spreker zet eerst de voordeelen van 't
vereenigingsleven uiteen, welke hij onder
meer aantoont met een beroep op het
Gildewezen, en ook op 't leven onzer Jon-
gelingsvereenigingen zeiven. Hij staat
achtereenvolgens stil bij de volgende drie
puntenlo. Het levenbeginsel der Chr.
Jongelingsvereenigingen2o. Hoe zich
dat levensbeginsel moet openbaren 3o.
Welke vrucht die openbaring van ons
levensbeginsel voor 't vereenigingsleven
en voor 't latere leven oplevert.
Bij de behandeling van 't eerste punt
legt Ref. den nadruk op den eischbe
vordering van 't Chr. leven onzer Jon
gelingschap, en op de taak om den
jongeling te sterken voor den geestelijken
strijd die hem bij meer zelfstandig op
treden wacht. Bij 't tweede punt maakt
ref. onderscheid tusschen de in- en uit
wendige openbaring van dat levensbegin
sel. Behandeling in de vergaderingen van
onderwerpen op allerlei geb ed is zeer
gewenscht en noodzakelijk. Spr., door de
ervaring geleerd, vraagt ermeerdering
der middelen om de jongelingen aan 't
praten en aan 't werk te krijgen anders
dan door samenspraken, die den jonge
ling zich anders doen vertoonen dan hij
is, of door wedstrijden, die zoo licht tot
achteruitzetting van den zwakke en daar
door gevolgde ontstemming tegen de
prijswinners, die in den regel steeds de
zelfde personen zullen zijn, leiden.
Opdat allen aan de besprekingen kun
nen deelnemen moet de bibliotheek ruim
voorzien, de voorbereiding degelijk, de
leiding beleidvol zijn. Wat het laatste
punt aangaat wijst ref. op de noodzake
lijkheid van saamwerking en opeenvol
ging in arbeid en invloed, van huis,
school, vereeniging en kerk. Het is de
fout geweest onzer vaderen, dat zij dezen
schalm in den schakelde Jongelingsver-
eeniging niet hebben gekend. Ware reeds
in de 17e eeuwdeze er geweest, Nederland
ware allicht niet zoovele jaren afgedoold
geweest. Juist de gevaarlijkste leeftijd
van den mensch gevaarlijk wijl hij
de schoonste isheeft eeuwenlang
onbewerkt gestaan. Voor 't kind en den
man was daar plaats in de harten, niet
voor den jongeling; dat is nu verbeterd
en de vruchten worden reeds gezien in
den vermeerderden zin tot vereeniging
en saambinding en de hooger gestemde
belangstelling in alles wat op Christelijk,
maatschappelijk en staatkundig gebied
de belangen van Gods Koninkrijk raakt.
Maar ook in 't vereenigingsleven open
baart zich de goede vrucht van dat leven.
De jongeling wordt er opgevoed, zijn
karakter wordt gevormd. Hij leert er
spreken, nadenken en belangstelling
oefenen, ook, waar noodig, leert hij er
zwijgen vrijmoedigheid en bescheiden
heid krijgen de haar toekomende plaats
in zijn optreden. Ref. sloot met een vers,
waarin het vereenigingsleven wordt aan
bevolen.
Het referaat werd luide joegejuicht.
Debat werd niet verlangd, waaruit de
voorzitter besloot dat allen het met ref.
eens waren.
De penningmeester van den bond,
vriend Joh. Pieterse, van Wemeldinge,
werd alsnu afgevaardigd naar de verga
dering van den Ned. Bond. (Applaus).
Daarna zongen de vrienden staande
Gezang 77 1; en maakten deGoesche
vrienden zich klaar voor de gymnastiek.
De middagvergadering, welke ook door
de beide predikanten werd bijgewoond,
ving aan met een op uitnemende wijze
geaccompagneerde solo van den heer
v. d.Eijk: „0 heb toch lief" van Gerretson.
Daarna trad de heer Hoogwerff op
met een referaat over: „Een kijkje in
den Spiegel Historiaal".
'fpieder jongeling gebruikt een spiegel;
ieder christen een spiegel historiaal. Pe
Jongelingsvereeniging heeft een derge-
lijken spiegel in den Bijbel, de Kerkge
schiedenis en haar eigen levensgeschie
denis.
Spr. leest 1 Sam. 10 5 v. v. en stelt
de profetenschool door Samuel gesticht
de J. V. ten ideaal en voorbeeld. Deze
hadden hun pijpen en harpen, zoo heb
ben de J. v. hun orgel. Maar dat is niet
genoeg. Ieder dorp behoorde zijn Chr.
fanfarenkorps te hebben. Die profeten
zonen leefden ingetogen, hadden hun
vereenigingshuizen, gingen in optocht
naar Gods altaren, brachten daardoor
een godsdienstige opwekking onder [het
volkprofeteerden, dat wil zeggen spra
ken de woorden Gods, en wekten het
volk op door hun godgewijde muziek.
Zij waren het geweten des volks, een
prediking door handel en wandel. Die
„vereeniging" zegt ons dat God jonge
krachten wil. Hoe staat; het met] ons
Dat men zich [haaste. De vroege keuze
heeft nooit iemand berouwd.
De jongelingsvereeniging is in don
kere tijden geboren.
In de middeleeuwen, donker, schoon de
macht van 't Pausdom tot zijn middag
hoogte was gestegen, stichtte een Neder
lander, Geert Groote, de broederschap des
gemeenen levens. Dat moeten de J. V. ook
zijn, ook hierin dat zjj hun werk ook uit
strekken buiten hun eigen kring, en den
Bijbel verklaren in de moedertaal, 't welk
zeggen wil niet in hoogdravende, maar in
nuchtere natuurlyke taal de woorden
Gods spreken. Die stichting van Groote
heeft mannen als Agricola en Gansfort,
Luther en Melanchton gekweekt en hun
onderwys kon den toets der vergeljj king
met dat der wereld doorstaan. Zoogjj het
ook met dat der J. V. Hun vereenigings-
lokaal zij er een niet met naakte wanden,
maar met platen en kaarten,die op gezette
tijden worden verwisseld. De J. Y. be
denke echter dat niet 't meest door zang
uitvoering en bijbelbespreking, maar door
persoonlijk geloofsleven het Koninkrijk
Gods wordt gediend.
Na het krachtige jonge leven der Her
vorming is de diepe inzinking der 18e
eeuw gevolgd: de pruikentijd; met zijn
zaagsel, zemelen en zoethout; toen een
leeraar 36 preeken, elk van 3 uren lang,
leverde over denzelfden tekst. Maar die
tijd werd opgehelderd door het optreden
der PiëtistenSpener, Francke, Zinzen-
dorff, welke laatste de eerste J. V. in het
leven riep, welker zinspreuk was„Nie
mand onzer leeft voor zichzelf". Daarna
in de 19e eeuw door de mannen van het
RéveilWilliams en v. Oosterwijk Bruin.
Dat waren goede dagen, toch hebben ook
zij nog wel iets van den pruikentijd te
zien gegeven. Spr herinnert zich een af
gevaardigde die zijn speech in drie punten
verdeeld voordroeg „goede kost met wat
lang nat overgoten". Jongelui die gloeiden
als doove kolendie verteerden, maar
door de roestende rust.
Jan Salie, de patroon aller slaapmut
sen, soepjurken en sloffen, leerde hen
slemp drinken op jaarfeesten, en tabak
rooken uit lange pijpen in de vergade
ringen, jongelingen die voor ouderling
leerden en een heelen avond zoek maak
ten over de vraag of de Heiland toen
Hij de Bergrede uitsprak, op den Berg
stond of tegen de helling, en 't ten laat
ste bij stemming uitmaakten. Maar er
zijn betere dagen ingetreden men heeft
't gezien aan de vijandschap, vooral in
1903, den Chr. jongelingen van socialis
tische zijde ten deel gevallen. De Bijbel
bespreking kwam beter tot haar recht;
daarnaast kerkgeschiedenis en Zending.
Spr. eindigde met tal van nuttige
wenken aan de Vereenigingen.
De heerv. d. Eijk zong vervolgens „Van
een Koningsvrouw" van v. d. Spoel.
Daarna trad de heer Willemse, hoofd
der Silo-school te Brussel, op om mede-
deelingen te doen omtrent den arbeid
der Vlaamsche C. J. V. in België. Spr.
zei met nauwelijks uit te spreken dank
baarheid in de ziel hier op te treden,
dewijl dit de eerste maal is dat hij in
Holland optreedt niet alleen, maar ook
omdat hij een bekeerling is van de
Evangelisatie in Brussel door ds. N. de
Jonge.
Er zijn, zegt Spr., in België 35 aan
den nationalen bond aangesloten en 5
of 6 n iet-aangesloten J. V. Eerstgenoemde
zijn te onderscheiden in Vlaamsche en
Waalsche, welke laatste verdeeld wor
den in Brabantsche en Luiksche.
Op den Bondsdag komen hoogstens
30 afgevaardigden. Er zjjn dan ook
slechts zes J. V. in ons donkere Vlaam
sche landAntwerpen, Brussel, Gent,
Vilvoorde, Schaerbeek, Laeken. Dé Bybel-
besprekingen geschieden Zondagsavonds
en duren circa drie kwartier; de leden
worden zelf aan 't werk gezet, 't geen
goed werkt. Na de bijbelbespreking be
handelt men natuurkunde of dergelijke
op 't oogenblik electriciteit.
Het is moeilijk om van buiten af jongelui
in onze vergaderingen te trekken. De
groote stad Brussel biedt zooveel gratis
wereldsche genot. Evangelisatie blijft de
hoofdzaak.
Spr. eindigt met dezen arbeid in de
gebeden aan te bevelen, en den wensch
uit te spreken dat meer voeling kome tus
schen Zeeland en Vlaamsch België.
Van den bondsagent was een telegram
ingekomen Gezegend ten zegen. Zij 't
ook met ons zoo.
De voorzitter sluit met een woord van
dank aan allen die zich op dezen dag
verdienstelijk hadden gemaakt.
Ds. Beukenhorst eindigt met dank
zegging.
Des avonds, in 't stampvolle kerkee-
bouw der Hervormde gemeente, traden
ds. Homburg eu ds. Beukenhorst, van
Sluis, op. Na 't zingen van Ps. 891 en 't
lezen van Ps. 96 opende ds. Homburg met
gebed en hield een rede over „Geluk". Een
eenvoudig woord, zegt spr.. over een een
voudige zaak.Maar toch blykt zy niet een
voudig, velen zoeken en jagen er naar, en
allen leggen haar op verschillende wyzen
uit. Mary Corelli verhaalt van een dame
die met een rijken Israëliet getrouwd het
geluk meende te bezitten omdat zij er toe
gekomen was er geen hart op na te hou
den. Anderen zoeken 't geluk in de be
vrediging hunner wenschen. Maar Tho
mas a Kempis de godzalige kluizenaar
van den Agnietenberg zei: mijn heer
lijke eenzaamheid, onder de schaduw van
mijn geliefden eik, verre van de wereld
te kunnen nadenken over 'tlyden van
Jezus onzen Zaligmaker, dat is geluk.
Vanwaar dat verschil in waardeering
van 'tgeluk? Omdat velen er iets tast
baars, zichtbaars in zien. En dat is 't
niet't is zelfs niet te noemen. Geluk
moet zoo worden verklaard dat men ten
slotte gaat verstaan dat 't den mensch in
het grootste ongeluk nog mogelijk is ge
lukkiger te zijn dan menig ander die in
aanzien is.
Het bezit van uw ouders, vrouw of
kinderen is op zichzelf het geluk niet,
maar 't gebruik dat gij van deze maakt
overeenkomstig Gods wil, maakt u ge
lukkig. Geluk is kracht. Er is maar één
geluk in 't leven, en dat is kracht. Niet
de athletische kracht wordt hier bedoeld.
Maar in de bepaalde omstandigheden van
't leven de kracht te hebben die wij voor
ieder van die verschillende omstandig
heden noodig hebben; dat is geluk.
Wordt die kracht gemist, dan is voorspoed
een ramp, waar zij wordt gebruikt, is
tegenspoed een zegen.
Zoo alles te leeren gebruiken, gelijk 't
van Gods hand ons toekomt, leere ook
de Jongelingschap en zij zal gelukkig
zijn.
Nadat 't Koor onder directie van den
heer Anderson eenige zangstukken ge
zongen en de heer Kooiman met zjjn be
kende talent eenige stukken op 't orge
had uitgevoerd betrad ds Beukenhors
den kansel, om te spreken over de roe
ping der Chr. Jongelingsvereenigingen
Spr. deed dit aan de hand van Rom. 15
14. Hierin, zegt Spr., ziet hij 't doel der
Chr. J. V.: te ontvangen en te geven.
Oppervlakkig beschouwd is, wat Pau-
lus hier zegt niet specifiek „Christelijk",
maar men vergete nietal wat goed en
edel is, is christelfik.
In de gewone' vereenigingen vraagt
men wat gy kuntin de J. V. vraagt men
wie gy zijt. Wij moeten wat hebben dat
ons onderscheidt van de wereld. Vandaar
de raadVol van goedheid te zjjn, d, i.
van goede gezindheid, die ook in Christus
Jezus was, in onderscheiding van de we
reld. „Gij zijt het zout der aarde". Goed
te zyn, niet goedig't eerste is uit God,
het laatste uit den Booze. Goedig zijn
maakt ons een speelbal, die door ieder
meegenomen wordt. Neen, wij mogen
niet zijn als de weerhaan, die door alle
winden bewogen, met alle winden draait,
maar als de seolusharp, die, wanneer de
wind er in waait de schoonste tonen doet
hooren.
Vervuld van alle kennisdit is 't doel der
vergaderingen, den geest te verreken,
door de kennis van Gods Koninkrijk;
het terrein der herscheppingmaar,
breeder nog, ook van Gods geheele schep
ping; kennis en beschaving zjjn 't ken
merk van ware Christenen.
Machtig elkander te vermanen. Hiertoe
hoort „macht", immers liefde. Hierin
ligt de wederzij dsche trouw en steun.
Dan hoort ge eens uit Gods mond„Ik
ben verzekerd van U, dat gij vol zjjt van
goedheid, vervuld met alle kennis, mach
tig om elkander te vermanen".
Na nog een paar keurige uitvoeringen
trad de voorzitter van den Bond, de heer
James, op met een slotwoord naar Pre
diker 5:4. Na 't zingen van Ps. 7211
ging de vergadering uiteen.
Verslag van den Zeeuwschen Bonds
dag van Jongl. \er. op Geref. Grondsl
gehouden, op 2den Paaschdag, te Bergen
op Zoom.
Omstreeks 10 ure opende de waarn.
Voorz. dhr. Dekker deze flink bezochte
vergadering, welke in t Militair Tehuis
plaats vond. Gezongen werd Ps. 89 vs.
1, waarna onze Praeses voorging in
gebed. In zijn kort openingswoord, waar
in de aanwezigen welkom geheeten wer
den, deelde onze Voorz. mede dat de
Voorzitter dei afdeeling, Or. Wagenaar,
verhinderd was te komen, hetwelk voor
zeker door heel de verg. betreurd werd.
De Notulen en het Jaarverslag dat de
Secr. ons nu deed hooren werden na
eenige klemmende, liefdevolle, opmerkin
gen, onder dank aan den ijverigen Secr.
dhr. Kögeler, goedgekeurd.
Opmerking verdient dat uit het Jaar
verslag bleek dat de Afd. zich in een
toenemenden bloei mag verheugen,waren
ten vorigen jare 37 vereenigingen met
540 leden aangesloten, dit jaar tellen
we 42 ver. met 640 leden.
Het verslag van den Penn. onder
scheidde zich door een variatie van om
standigheden, toestanden en cjjfers.
„We boeren goed" verzekerde ons de
Thesaurier. Dit verslag werd nu onder
worpen aan een naspeuring van een
Commissie, welke zich in de Pauze met
dat verrukkelyk werkje bezig hield.
Thans volgde een droef bericht. De
waarn. voorz. deelde mede dat Dr. Wa
genaar bedankt had als Voorzitter der
Afd., reden warén voornamelijk zwakke
gezondheid. De waarn. voorz. stelde voor