NIEIJWSBLAD YOOR ZEELAND. No. 138. 1910. Zaterdag 12 Maart 24e jaargang OHRISTELIJK- HISTORISCH iluijs. I bur gr VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. F. DWJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN B|j dit nummer behoort een Bijvoegsel. üiT DE PROVINCIE. St eigende aan oöperatieve laarbank te 5 Februari im denmaan- op 5 Febr. 09 bedroeg aandeelen aandeelen, geschreven niet vol- angen eene f21780,21, werd te- ïet aandee- 10 bedroeg bedroeg op inkomsten bestonden van het uit entrée- f17304,89. met een be- 143444,09'. ingebracht Samen 665 posten einde van de bank ntrest, op igt f233,81 boekjaar ,48, bij het zoodat het ird met een 146239,64. waren 1315 270 tot be- m f 1,tot i,99, 391 begin van )09 had de irticulieren >ok In den maanvang orschotten 118450,—. irleend, tot 190745,—. kening be- Daarvan kjaar afge- et sluiten mafgeloste 345,—. n hetafge- verleende 995,41. De orschotten, 1808-1909 !8,15. Daar- n, als nog ende over boekjaar f5932,41. ,n effecten deposito's f8380,46. st op uit- f233,81. aargelden ekjaar bij bank werd vervaldag Het vaste t f 1500,— bedroegen oodatde t f2319,34. ingevolge door de het reser- or het be- commis- mplicaties genoeg te il zijn tra- lagen van naar deze verschil- wel ooit nd had, of hij altijd niet weer .as, haalde egels van ,n Tenny- en de ge- g drukten niet meer van die enskracht lerde zijne totdat de der Lucy er al zijn jven zou ihool de an eigen rle en zij .rsus tot uitgang" s Balt en gewone hen de irmaken. t volgd), 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers 0^02'. UITGAVE DER EIRMA KM V4N van 1—5 regels 40 cent, Iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 ''ent 11 Maart 1910. Water in den wijn. De openbare onderwijzers, namelijk diegenen welke 't eens zijn met den voorzitter van den Bond van Neder- landsche Onderwijzers, beginnen een weinig in te binden. Eerst had Ossendorp in zijn bekende rede gedecreteerd: „Wy kunnen den kinderen niet lee- ren wat boven hun bevattingsvermo gen ligt; wij mogen hen geen liede ren platen zingen, welke zij niet be grepen kunnen, wij kunnen hun niet duidelijk maken, welke staatkundige beteekenis volgens velen de geboorte van het Prinsesje voor ons volksbe staan heeft, wy kunnen hen niet doen gevoelen, waarom zij moeten juichen en jubelen bij de geboorte van een Koningskind en niet bij de geboorte van een ander kind, wij kunnen hen niet doen inzien, dat het Koningschap de voorkeur verdient boven den repu- blikeinschen staatsvorm. Omdat wy dat alles niet kunnen daar het valt buiten het waarnemings- en bevat- tingsvermogeh van de leerlingen, en omdat bovendien de school geen aan stoot mag geven aan iemand, ook niet aan hen, die een republiek verkiezen boven een monarchie, daarom is dat alles voor de_ lagere school uit den booze". Maar sinds dien tijd is deRotterdam- sche circulaire (van B. en W.) versche nen en gaf het gemeenteraadslid Spiek man 't sein tot inbinden, door zijn tamelijk makke rede in de jongste ver gadering van den Botterdamschen ge meenteraad. En toen kwamen bedoelde onderwij zers ook met een manifest, waarin zij de verschrikte ouders als volgt komen geruststellen Door niemand onzer is beweerd, dat wij de school zouden willen gebruiken gjvoor antï-monarchale propaganda, dat t wij niet zouden willen vertellen van de goede daden door de vorsten uit het Huis van Oranje in 't belang van ons land bedreven, dat de naam dei- Koningin niet meer zou mogen wor- fjgden genoemd, dat wij niet meer zou den willen aankweeken liefde voor 't vaderland, eerbied voor de wet en 't wettig gezag, gehoorzaamheid aan de overheid en het wettig hoofd van on zen staat. „Niemand onzer heeft zijn stem ver heven tegen het zingen van vader- landsche liederen op de openbare school. „Men heeft ons dat alles toegedicht, maar wie dat deed, lasterde, al of niet tegen beter weten in. „De openbare school dient echter te zijn de school voor allen, de school voor geloovigen en niet-geloovigen, de school voor Katholieken, Protestanten "en Joden, voor anti-revolutionairen, sociaal-democraten en liberalen. Steller van dit manifest is nu deze zelfde heer Ossendorp. Dit alles is nu wel mooi gezegd. Maar zal 't nog indruk kunnen maken, zoo lang de rede van den heer Ossendorp nog wordt toegejuicht, en zelfs de Rot- terdamsche onderwijzers zich met 311 stemmen verklaren voor absolute neu traliteit Het heeft veel van woordenspel eerbied voor 't gezagliefde voor Oranje maarde openbare school dient te zijn de school voor allen. Eerst heet 'twij knnnen niet. En nu wij kunnen wel en wij doen het ook. Cats zou er van zeggen Zoo legt men 't kind te bed, zoo leert men 't rustig slapen. De Nederlander heeft in den laatsten'tijd weer .verdedigd de relatieve neutraliteit der^ staatsschool, hetgeen niet zeggen wil het brengen van een „christendom boven geloofsverdeeldheid" op die school, maar het doen aanpassen van die school aan de godsdienstige overtuiging der gemeente naren, indien deze voor allen dezelfde is. -f^De Standaard dringt integendeel aan op het bouwen van steeds meerdere christe lijke scholen, en op het teruggeven dooi den Staat van de school aan de ouders. Voor dezen wenk voelen wij meer dan voor het advies van De Nederlander, al is het ook dat beiden nog even vast als bij het begin van den schoolstrijd staan op het standpunt „de vrije schoolregel". Door de openbare school te maken tot een christelijke openbare school vermin dert de gelegenheid tot stichting eener vrije christelijke school. En daar moeten wij het in alle gemeen ten waar 't nog mogelijk is op aansturen. Dezer dagen heeft De Standaard gewe zen op de toestanden in Frankrijk, waai de regeering de vrije school verdrukt, en op de mogelykheid dat zulk een toestand ook in Nederland nog eens terugkeeren zou. Hiertgen nu is een aaneengesloten coalitie van Rechts noodigmaar meer nog het stichten van steeds meerdere christelijke scholen. Echter onder dit beding dat om met De Standaard te spreken „in die scholen de geest der vaderen stand houde, hun broederlijke eenheid ons gewaarborgd blijve, en de bezieling die hen ter over winning leidde niets inboete aan warmte en innigheid". Onze iTilitaire Tehuizen. Steunen onze oud-miliciens en hunne verwanten, en de ouders en bloedver wanten van onze tegenwoordige en toe komstige miliciens wel voldoende onze militaire tehuizen Zoo niet, laat dan onderstaand woord van onzen wakkeren Koornstra, den redacteur van „De Ned. Krijgsman" er hen nogmaals toe opwekken. Het is getiteld De Zondag in het Tehuis. „Haheb je de koffie bruin Dat zal smaken zei de huisvader, met een ver genoegd gezicht en wrijvend in de handen toen hij op een kouden Zondagmorgen uit de kerk thuis kwam. Moeder de vrouw, gevleid door het te vreden gezicht van hare andere helft, tapte het bruine vocht in vaders kopje, met de woorden: „Drink maar eens warmpjes uit, dat zal je goed doen". „Heb je wat aan de preek gehad van morgen vroeg de vrouw, toen manlief zijn kopje had uitgeslorpt. „O ja, de preek was mooi-, maar op weg naar huis heb ik mij zoo geërgerd dat het al mijn gedachten heeft ingenomen. Ver beeld je, ik ging ditmaal door de Astraat wat ik anders nooit doe, voorbij 't Tehuis voor Militairen, en daar zag ik een heele- boel soldaten zitten koffiedrinken 1 Tap nog eens in", ,,'t Is zondezuchtte moe der en tapte nog eens in. Wat hadden man geërgerd en de vrouw den kreet ontlokt't Is zonde Wel, het echtpaar begreep wel, dat voor een kop koffie drie centen op de toonbank was neergelegd. Daarin zat nu de zonde. 't Is de oude droeve historie. De roepende, de schreiende zonden, die krijten tot God in den Hemel, worden aanvaard, als behoorende tot,, het nood zakelijk kwaad". De zonden die heel ons maatschappelijk lichaam hebben aangegrepen, zoodat er, om met Jesaja te spreken, niets geheel aan is, maar wonden, striemen en etterbuilen, die niet uitgedrukt noch verbonden zyn, zelfs niet met olie verzacht, worden niet opgemerkt,of erger, als van God gewild, verdedigd, en om nu tegen „zonde" te kunnen strijden wordt ze gefabriceerd. De oude ^historie van den splinter en den balk. 'tls noodig het daarover even te hebben. Er zijn kerkeraden, die om dat gefabri ceerde zondetje weigeren voor onze Te huizen te collecteeren. Er zijn velen, die om datjzondetje van eigen inbeelding geen contribuant van den Bond meenen te kun nen worden. Nu witten we "aan ons boos 'hart, dat zegt dat dit allemaal comedie is, om de centen in den zak te houden geen gehoor geven. Wij willen niet. Ü|Wij doen onszelf geweld aan om te ge- looven,dat het ernst is bij de menschen. Daarom meenen we dat het noodig is, het er even over te hebben. En dan vragen we allereerst! Waar om veroordeelt men in onze Tehuizen wat men zelf geregeld, zonder eenig gewetensbezwaar doet Immers, als we zoons in huis hebben, die zelf hun brood ruim kunnen ver dienen, dan laten wij ze ook betalen voor wat ze eten en drinken, niet waar 'tKan zijn, dat ze een vaste som kost geld betalen. Een afschuwelijk ding, tusschen twee haakjes. 'tKan ook zijn dat ze 't verdiende aan moeder geven en haar het beheer over de ver dienste laten, of dat ze hun verdienste door arbeid onder eigen dak, of op eigen hoeve inbrengen, 't is om 't even, men betaalt wat men, gedurende de zeven dagen van de week aan voeding enz. heeft gebruikt. Men betaalt dus ook wat men des Zon dags eet en drinkt. Juist zóó in onze Tehuizen. Misschien dat de V. en M. in een Tehuis er zoo veel aan verdienen, dat ze zelf een kopje kosteloos kunnen meedrinken, maar daar zal het wel mee uit zijn, en zooveel verdienen de' ouders wellicht ook nog wel aan hun groote jongens ook al be talen ze kostgeld. Wat verschil is er nu, vrome bedillers? Immers niets. O ja, nog dit dat de mili tairen gewoonlijk op Zondag betalen en uwe jongens 's Zaterdags. Dit wordt ech ter in onze Tehuizen niet als eisch ge steld. Men vergeet alty d en altijd weer dat een Tehuiszaak geen negotiezaak is, dat bijna altijd het eerste woord aan de nieuwge- komen miliciens is :Hier kunt ge komen met ledige beursen en zult er even hartelijk welkom zijn. Zelfs hebben we het in sommige Tehui zen met groote letters boven het buffet gezien. Trouwens, onze bezoekers houden er ook rekening mee, en dat is goed. Wij zien het graag dat iemand heel den avond goed gehumeurd in een Tehuis kan zijn, tevreden met een pijpje tabak, een gezelig gesprek, een boek, krant, of on schuldig spel. Dit zijn de jongelui wien we een goede tóekomst durven voorspellen. Zoo oud als onze Tehuizen zijn, wor den ze nog altijd door velen verkeerd beoordeeld, en gehouden voor een soort christelyke koffiehuizen, met een echt paar dat, nu ja, wel belang zal stellen in de soldaten, maar dat toch ook zeer wel gediend isjmet de leverantie van een kop koffie, of iets dergelijks, en bij wie de belangstelling stijgt naar de mate van de vertering. Laat ons dan nog eens en voor goed zeggen, dat dit een lasterlijke veronder stelling is, en dat, als er soms een der gelijk echtpaar in een Tehuis gevonden wordt, ze er per ongeluk in zijn gekomen en Bond en afdeeling ze kan slijten als kiespijn. Of het dan in druk bezochte Tehuizen niet anders en beter kan Zeker Zeker De kinderen laten we zoo de be zoekers eens heeten moesten het den V. en M- gemakkelijker maken. Men be hoorde, als bezoekers, een onderling ac- coord te treffen voor dat doel. De bezoekers moesten zélf hun koffie- of theeuurtje aangeven. In een groot gezin zegt men ook„Help vrouw, help man, help al wat helpen kan." Minstens tachtig percent van de bezoe kers zijn stamgasten. Zij kunnen samen overeenkomen om gedurende een lange poos van den Zondag geen gebruik te maken van het buffet. Waarom dit van de bezoekers moet uitgaan Omdat we walgen van dwang in dezen. Gevangenisvroomheid is duïvelsche vroomheid, 's Zondags te rusten, omdat we niet anders kunnen, is hemelbedrog. Zoo'n vroomheid is de eerste stap die het kindervoetje vaak reeds ge dwongen doet op den weg van huiche larij. Laat de eerste afdeeling van de licht ting 1910 dit eens ter harte nemen. Wij zijn zeker, dat het door Bestuur en V. en M. zal worden toegejuicht. M. K. Wemeldinge. Woensdag (Biddag) vergaderde alhier de Bondsring Z.-B. van Jongel. Ver. op Geref. Grondsl. in de Geref. kerk. Een talrijke schare vulde het kerk gebouw. De voorzitter, dhr. Braamse, opende de vergadering met gebed, nadat gezongen was Ps. 11812. Gelezen werd Psalm 25. In zijn openingswoord heette de voorzitter de aanwezigen welkom. Het verblijdde hem dat zoovelen gehoor had den gegeven om te dezer plaatse te komen temeer waar deze ringvergadering ook dienen kan als propaganda-avond voor de vereeniging van Wemeldinge. De notulen der laatste en. voorlaatste vergaderingen werden gelezen en goedgekeurd. De be spreking zomerfeest bestond alleen uit de aanwijzing van plaats. Aangewezen werd Kapelle-Biezelinge. De volgende ringver gadering zal gehouden worden in Wol- fertsdijk. Nu kwam aan de orde hetonder- werp van vr. J. Leijs van Wemeldinge „Iets over de Jongel. Ver. op G. G. en het toezicht als haar bewaker". In een viertal punten verdeelde spr. zijn inleidingI Waaruit bestaat de Jongel. Ver.II Wat richt ze uitIII Onder welk toezichtIV Hoe dient het toezicht te zijn? In den breede behandelt spr. zijn ge dachten. Hoe alleen de Jongeling van Gereformeerde levensopvatting een plaats op de vereeniging kan vinden. Maar dat zijn plaats daar dan ook is. Wil een jonge ling eenmaal op zijn vraag „Waarom een beantwoording hebben, dan moet hij onderzoeken. Onderzoe'ken in zulk een kring, die staat op een vasten grondslag. Daar wordt onderzochtGods Woord, de Belijdenisschriften, daar behandelt men de Kerkgeschiedenis, de Vaderlandsche Geschiedenis. Doch in dit werken staat ze niet alleen, neen zij heeft een bewaker. Spr. noemt het kerkelijk toezicht het bes te. Dat prijst hij verder gaande aan. Ook geeft hij daarna een en ander te hooren hoe datjtoezicht dient.Hij wenscht dat de Kerkeraad een absolute macht zal uitoefenen. De bezoeken van de ver eeniging onvoorbereid zullen zijn, dat nü het een en dan het ander kerkeraadslid zal komen, kortom opdat zij op deze wijze een goed overzicht op de vereeniging zullen krijgen. Ten slotte vraagt Spr. wanneer er ker- keraadsleden onder zyn gehoor waren dat deze dan op zoodanige wyze de Jongl. Ver. wilden steunen en voorthelpen. Een aangename, prettige discussie volgde. Vele punten moest Spr. verdedigen. Vooral in het punt, dat handelde over 't Kerkelijk toezicht werd hij van ver- .schillende zijden aangevallen. Al was de beantwoording wel niet allen naar den zin en de meening der discussieerende vrienden,toch werd in die bespreking veel tot klaarheid gebracht en was een woord van dank aan den Spreker van den Voorzitter ook welver diend. i Een korte pauze, voor rookver wij de ring en flinke luchtinneming, werd nu gehouden, j Na deze verversching timmerde de j Voorz. ons weer op onze plaatsen, i K. Lokerse van Heinkenszand kreeg nu het woord voor zijne inleiding „Wel ke is de practische wijze van werken op onze vereenigingen". I In drie punten behandelde Spr. zijn onderwerp. I. Welke zijn de vakken voor behan deling. II. Dat op j,|het verstand gelet moet worden. i [III. Elk lid moet zijn taak hebben. In een keurige inleiding bespreekt hij deze punten, ons meer voorstellende hoe het ideaal eener ver. zijn moet. De behandeling der Gew. Gesch. num mer één, de behandeling der Belijdens- schriften, ook kerkrecht, deze vakken, dienende voor het terrein der Kerk. Geschiedenis des Vaderlands.,Ons Pro gram voor politieke onderwerpen. Ook Maatschappelijke onderw. z. a. Verzeke ring. Drankbestrijding enz. Ook zegt Spr. dat Letterkunde ook de volle aandacht verdient, ook Zending (niet te verwarren met Zendingsge schiedenis). Omtrent het verband wil spr. dat daar op gelet zal worden, evenals b.v. art. 1 van ons Program zegt dat ons volkska rakter, ons volksbestaan in de historie is vastgelegd. God heeft zelve hierin een band gelegd. Spr. prijst vervolgens aan zelfwerk zaamheid der leden, deelneming der leden aan alle werkzaamheden, een bespreking waaraan allo leden deelnemen. Dat als zoodanig gewerkt wordt langs vaste lij nen. Hierin ziet spr. een gezonde toestand en mogen er zijn die spreken van niet te kunnen, met Gods hulp kunnen allen in deze hun taak vervullen. Ook met dezen spr. komen enkele vrien den in debat. Waarin terdege uitkwam dat vr. Lo kerse een ideaal had voorgesteld dat in de practyk zoo zelden kan verwezenlijkt worden. Spr. beantwoording was dan ook laat dan een ieder er naar streven, opdat men al is 't in beginsel het mocht be reiken. Ook dezen spr. wordt door den Voorz. hartelijk dank gezegd voor zijn degelijk stuk werk. In Varia kwamen eenige huishoude lijke zaken voor. Nadat de Voorzitter allen en een ieder, die bjj hadden gedragen tot het welslagen dezer vergadering, had dankgezegd, sloot vr. Wolzak de vergadering met dankgebed nadat gezongen was Ps. 25 vs. 4. Hiermede behoorde ook deze Ringver gadering tot het verleden en werden de stalen rossen bestegen waaraan de bel len ringelden en waarvan de lantaarns hun vroolijke lichtstralen wierpen. Zoo ging 't voort in den donkeren nacht en klonk weldra uit uitdien langen stoet Komt Broeders opgezongen Van jeugd en moed en kracht Verblijd en onbedwongen, Aan Gode dank gebracht. Dat Hij ons saam vergaarde, En samen houdt gehecht, Met handen niet van de aarde Maar door Hem zelf gelegd. Veere. Donderdagavond had alhier onder leiding van den WelEerw. Heer Ds. A. Scheele eene vergadering plaats van hen die zich na het optreden van den Voorzitter van Vrederust als lid hadden opgegeven tot stichting van eene afdeeling van de Vereeniging tot Chris telyke Verzorging van krankzinnigen in Zeeland. Nadat door Zijn Eerw. was voorge lezen het ontwerp reglement voor de af deelingen, wat in zijn geheel werd aangenomen, werd overgegaan tot het kiezen van een bestuur.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1910 | | pagina 1