Bijvoegsel van „DE 2EETJW" van Maandag 14 Februari 1910. No. 115.
JONATHAN MERLE.
I burg.
m
agd
wiel
Deelt,
leboden
LOÜWS,
tl
ht
den,
EERSTE KAMER.
VIT DE PROVINCIE,
Wordt vervolgd.)
18
tig
op besten
i bestaande,
Galante-
uish. Att.,
noodig op
taf» wlakel-
i vil «Mi-
an twee op
E, K a-
1 Februari
e kalf, bij
m b h r g.
rs.
ekerke.
ingstier
A. WON-
ard
lg, bjj M.
sland.
bakkerfj
n kan be-
Kats.
d:
aat, Ter
cllt
N,
Westdjjk.
"el
Ihelmlna",
est, Goes.
12 Febr, 1910.
T)q Capo.
Ook te Amsterdam heeft de Rechter nu
van eedsaflegging ontslagen
Het komt blijkbaar in de mode.
Toch koos men te Amsterdam zijn eigen
koers. Hier werd niet als te Haarlem de
evolutionaire methode op den voorgrond
geschoven, maar een uitweg gezocht in de
beweerde onduidelijkheid van den tekst
der Wat.
Het heet nu, dat de woorden „naar de
wijze van zijn gezindheid", te verstaan zijn
van de wiizs waarop de aed moet worden
afgelegd. Dat intnsschen omtrent de wijze
waarop deze oü^die gezindheid acht dat de
eed is af te legged volstrekte onzekerheid
bestaat. Dat de rechter, bjj de- e bestaasde
onzekerheid, elk houvast mist, om zijn oor
deel te bepalen. En dat derhalve de eeds
weigeraar niet kan veroordeel l worden
waar het onbekend is en da Wet in het
midden laat, wat hij als eedsaflegger zou
hebben te doen.
Ook over deze uitlegkundige vondst
staat men eenvoudig verbaasd.
Da bedoeling van de bepaling der wet i»
toch zesr duidelijk, dat de Gezindheden ar
twee wijzen op na houden om de waarheid
te bevestigende óéne kiest daarvoor den
eed,de andere de belofte.Behoort men alzoo
tot een Gezindheid, die ais wijze van waar-
heidsbskrachtiging den eed koos, dan
moet men »naar de iviize van deze Gezind
heid» den eed adeggenen behoort men tot
de Doopsgezinden die den eed uitsluiten,
en als wijze om de waarheid te bekrachti
gen de belofte voorstaan, -*• most men niet
den eed afleggen, maar de belofte doen om
niets dan waarheid en dan al de waarheid
te zullen betuigen.
Spoedig redres zal hier noodi^iin.
Wat nu algemeen ergernis Ulijkt, is, dat
er met den tekst der Wet gespeeld wordt,
en dat ieder er van maakt wat hu wil.
In zulk een toestand van onzekerheid
mag, vooral bij een strafzaak, de waardij
van de verklaring dar getuigen niet blij
ven verkeeren. i)e Standaard.
Geneesmiddel en kwaal.
In de sportbeweging onzer dagen schuilt
op zioh zelf een uitnemend element. Het
overdreven luiriiuaiisrae. dst alleen oog
heeft voor de ontwikkeling der ziel en niet
voor het lichaam, is niet Chmtelük maar
heidecsoh van oorsprong. Een Gerefor
meerde schrijver als Voet)es, die zoo streng
ijvert tegen alle wereideohs vermaken,
heeft het goed recht van de gy moastisohe
oefeningen bepleit. E" het is opmerkelijk,
dat juist in de Gertffwme rde landen zooals
Engeland de oefsning au ontwikkeling van
het liobaam zulk een hoogte bereikt heeft.
Toch mag daarom het oog niet gesloten
voor de gevaren, die ook hier door een
zijdigheid dreigen. In een brochure door
den student O. L Torley Duwal uit
gegeven onder den titel Plane Vir om de
sport aan te bevelen, wordt niet alleen de
spot gedreven met de vromen, die «net
den Bijbel in de hand en de oogen ten
hemel geslagen, naar de stembus trekken en
zioh onder het loven van den He&r ootmoedig
neervljjen op de zetels van de Staten-Gene-
raai", maar ook deze rauwe aanklacht tegen
de Christelijke religie aangeheven»Wy
wenden ons met weerzin af van een gods
dienst, die het lichaam zou verfoeien, het
kruisigen en zijn geluk zoeken in het ont
zettend labyrinth van het gemoedsleven. Wij
huiveren als wij de lijdende gestalten zien
van heiligen en martelaren wij spotten, ais
wjj onze medemenschen, even gebogen, even
mismoedig, troosteloos, wanhopig door de
straten zien wandelen."
Natuur) jjk weet deze student *an de Chris
telijke religie niets af; hij lastert, wat hij niet
niet kent; want zeker leert de Christelijke
religie ons niet cm het lichaam te verfoeien,
waarvan de Apostel zegtweet gij niet, dat
uw lichamen tempolen zijn van den Heiligen
Geest.
Maar we! zal zulk een lasterlijke taal juist
3L
FEUILLETON.
>Maar u gebruikt geen lange woorden.*
»Ik mag niet,* zei Merle vroolyk.
„Zou mijnheer Ralt er tegen opkomen
zed Ermyn,die vbd juffrouwTurner wel eens
zoo iets gehoord had.
„O, hem vraag ik het niet. Neen, ik geloof
dat hij het eerder prettig zon vinden. Maar
als ik iets durf te zeggen dat moeder niet be
grijpt, ktijg ik dat Zondagavond aan het
avondeten te öooren."
Ermyn glimlachte. „U zijt we) gelukkig
om iemand te hebben, die zorgt dat u niet
spreekt op een toon, die het volk niet be
grijpen zou," reide zij. „Zeker, juffrouw,"
zeiae Merle, blij dat niemand wist hoe on-
aangenaam hij dat „geluk" vond.
*Zijn <fc*t uw schoolboeken vroeg Er
myn, naar een Heme verzameling wijzend,
die brain gekeft w jj.
»Nean, mijn schatten,* zei hij enthousiast.
»Zij werden mij bij verschillende gelegen
heden gegeven door eene dame aan wie ik
neen, het is niet te zeggen wat ik haar
verschuldigd ben. Zij gaf onderwijs op eene
avondschool toen ik nog een arme schoen
makarsjoogen was.Ik boud niet van gekafte
boeken, ik houd ervan dat elk boêk zijn
eigen gezicht heeft, evenals zun eigen stem
maar deze zijn altijd gekaft geweest, zoa
dat, als ik het napier er af neem, zij juist zóó
zijn als toen hare band ze aanraakte, allen
dienst doen om deze sportbeweging in een
zeer bedenkelijk daglicht te plaatsen.
Innid de „ontzettende leegte en de
wanhoop, waarmede nu de mensohen de
toekomst tegemoet zien", zooals de schrij
ver zegt van het geslacht onzer dagen, door
gymnastiek, fletsrijden en roeien moet ver
holpen worden, dan is het genaesmiddel
erger dan de kwaal. (Heraut.)
Eigenaardig.
In ons land zeggen heele en halve socia
listen de school moet neutraal zjjndus
mag zjj niet dienstbaar gemaakt worden aan
de belangen van den Staat, van de monar
chie. We mogen dus niet op de school spie
ken van liefde tot ons Vorstenhuis, van
liefde tot ons vaderland. De school moet
nentraal zjjn. Men wil dit zoo, omdat men
zelf ret ublikeinsch gezind is en dus gaarne
onze constitutioneele monarchie zag ver
dwijnen.
In Frankijjk zeggen de heele en halve so
cialisten de school moet neutraal zjjn
dus moet zjj dienstbaar gemaakt worden aan
de belangen van den Staat, die een republiek
is en blijven moet. De Chr. school moet
nauwkeurig bewaakt en haar vrijheid geknot
omdat zjj misschien tegen de republiek zou
werken.
Toch is volgens deze heele en halve socia
listen de openbare school op die wjjze inge
richt, in ons land neutraal en is zij ook in
Frankrijk neutraal.
En neutraal is immers nentraal P
't Is waarlijk vreemd. N. Prov. Oron. Ct.
Sodom en Ootnerra
Verleden jaar Maart heeft de Yale-univer-
aiteit van Newhaven een geographische
expeditie naar de Doode Zee uitgezonden*
Over een der meest verrassende resultaten
van dezen ontdekkingstocht schrjjft nu dr.
Ellssworth Huntington, die aan de expeditie
deelnam
De expeditie is er nameljjk in geslaagd
eenig licht te brengen in het verhaal van den
ondergaug van Sodoma en Gomorra, zooals
dit de Bijbel geeft. Over dit punt zjjn dikke
boeken geschreven, waarin ofwel beweerd
werd, dat Sodoma en Gomorra legendarische
steden zjjn, of haar ondergang aan het uit
breken van petroleumbronnen werd geweten,
die vlam gevat zonden hebben.
Men wist zelfs niet op welke plaatB van
de Doode Zee Sodoma en Gomorra gelegen
waren.
Volgens het verhaal van den Biibel bevon
den Abraham en Lot zich bij Bethel, tien
mijlen ten Noorden van Jeruzalem, toen zjj
van elkander scheidden «daar h'ef Lot zijne
oogen op en zag de gansche vlakte der Jor-
daan. Want vóór de Heer Sodoma en Gomor
ra verdorven had, was zij als de hof des
Heeren, als Egypte land". Nadat God de
beide steden met vunr en zwa el verwoest
had, trok Lot uit Zoar en bleef op den berg
met syne dochters in een spelonk (Gen.
1930).
De expeditie heeft nu, en wel aan den
Zuideljjken oever van de Doope Zee, niet
alleen een valkaan ontdekt, waarvan Gods
wraak zich zon kunnen bediend hebben voor
den „vuur- en zwavelregen", maar ook de
spelonk, waarin Lot waarschijnlijk in het
gebergte overnachte.
Huntington vond bjj de mine van Su-
weimeh lava en sprak daarover met den
inlandschen scheik,die hem tot gids diende
Bjj het beklimmen van het gebergte maakte
de scheik hem er opmerkzaam op, dat in
de nabijheid zich een beele berg van »zulke
zwarte steenen* bevond, zoodat men zich
voor dat enkele stuk geen moeite behoefde
te geven. Hjj wees daarbij naar het Zuid
oosten. Ongeveer twee mjjlen van Snwei
meh (dat mogeljjk een verbastering van So
doma i8) werd toen een kleine vulkaan aan
getroffen, die geologisch van betrekkelijk
jongen datum is. De ruïnen van het nabu
rige Ghuwier (vermoedelijk het verklein
woord van Ghor, dat „dal beteekent) zjjn
in geen geval uit den patriarohentjjd, doch
behalve deze," en hij nam Tennyson van de
boekenplank. „Dat was baar huwelijksca
deau en lag altijd op onze voorkamertafel."
„En zoodoende kwam er iets anders aan"
zei Ermyn. Hoort n nog wel eens van de
geefster P"
„Ja, maar niet dikwijls. Zjj heeft na
kinderen en een druk levenen ik sohrjjf
niet graag dikwijls en beantwoord hare
brieven heel gauw. Maar het blijft tooh
waar," en over Merle's gelaat kwam een
glimlaoh.die zijne afgetobde trekken geheel
verhelderde, „dat hij, die het meeste lief
heeft, het meeste ontvangt. Het is niet mo
gelijk, dat ik haar ooit voor een hondeidste
deel het genoegen kan geven, dat een enkel
vriendelijk woord van haar mij geeft. Ik zou
het graag eens in een preek omaetten. God
heeft het meeste lief, dus krijgt Hij het
meeste zelfs van ons."
Een rustbank, die hij voor Lucy gemaakt
had, stond onder zijn studeerkaiaerraam. 's
Middags nam hij 'n deeltje van Shakespeare
en ging daarmede zitteD. Hij was gewend
zjjn rust te nemen door wat te leien'sMaan-
dags. Dan Iaatsten tijd had hij er geen tjjd
voor gehad en heden was hij verplicht zijn
boek te sluiten, het was te veel naar't leven,
het schilderde te duidelijk de vreugde en
het verdriet van de liefde. Hij stond op en
naaide iets anders. Wordsworth was kalm
genoeg, maar dooe den band heen zag hij
vier reges
Zij leefde en wie was er
Die wist wanneer lij stierf.
waarschijnlijk vele honderden, wellicht
een of twee duizend jaar jonger.
Maar in den weg door het gebergte, die
van Ghuweir Oostwaarts naar het plateau
ven Moab leidt ontdekte de expeditie tus-
gchen Abu Hassan en Beth Peor, op de
plaats, welke nn El Ghuttar heet, een spe
lonk in de rotsen van ongeveer 20 voet leng-
to en 15 voet breedte, die boven een bren
zeer zorgvuldig in den rotswand is uitge
houwen. Twee vensters zien over het dal uit
naar Zoar. De toegang tot de spelonk is zoo
gelegen, dat bjj sleohts langs een trap in de
rotsen kan worden bereikt. In den geheelen
omtrek is geen tweede rotsspelonk te vinden,
die met zulke zorgvuldigheid bewerkt is, en
Quntungton acht het daarom zeer waar-
schjjnljjk, dat zjj uit overoude tg den stamt.
Zjjn conclusie, uit de vers ihillende gege
vens door de expeditie verzameld, luidt dat
het Bjjbel-vorhaal over den ondergang van
Sodoma en Gomora, volkomen met de feiten
in overeenstemm ng is. Nederlander.
De minister van landbouw deed eergister
toezegging dat een ontwerp tot het uitgeven
van gronden op erfpacht aan landarbeiders
spoedig zal worden ingediend.
De buitengewone jachtvergunningen, ook
voor den nacht verdedigde de minister, op
grond van art. 26 der Jachtwet. Hjj beriep
zich op Thorbecke's toelichting van het arti
kel. De wet had vooral ten doel de bescher
ming van den wildstand, maa-[do.ordegrooie
zorg kan ook het wild wel eens schadeljjk
worden voor den landbouw. En ook daar
tegen moet worden gewaakt en daartoe
strekken de buitengewone machtigingen,
waar hjj men wel andere maatregelen moet
kunnen nemen dan die strekken om het wild
tejbescheroien. Maar men moet niet verder
gaan dan noodzakelijk bljjkt. In het'geval,
door het verslag vermeld en door den heer
Sickenga bas; roken, had men binder van
den hazenstand on nadat te vergeefs de eige
naar van 't jachtveld was aangeschreven om
het wild te beperken, opdat de omwonenden
geen hinder er van zouden ondervinden,wer
den eenige buitengewone machtigingen ge
geven om 's nachts te jagen. Dat was het
eenig mogelijke in deze zaak. Binnen de
perken der wet was geen opheffing van
het gevaar voor schade te bereiken.
Over de arbeiders-verzekering sprekende
trad de minister terug in het algemeen
debat. Bjj ontkende dat er ten opzichte van
de ongevallen verzekering niets is gebeurd.
Men klaagt over de kosten en tekorten van
miliioenen. De minister verzekerde dat het
tarief thans zoo is dat geen tekorten meer
zjjn te vreezen- Dat is iets. Er zjjn veel
verbeteringen in de Verzekering en in de
administratie gebrachtde minister bracht
bet bestuur der verzekeringbank en den
ambtenaren daarvoor lof. Vergeleken met
1908 zal er in 1910 een ton zyn bespaard
door de vermindering van het getal ambte
naren met 152. Dat is toch iets. Er kon
misschien meer zjjn gebeurd,maar dé dienst
moet loopen en spoedige uitkeeringen
moeten verzekerd zjjn. Men kan niet te
forsch ingrijpen in een zoo ingewikkelde
machinerielangzame hervorming is alleen
mogelijk.
De administratiekosten zjjn echter hoog,
maar zonder een goeden dienst is een orga
nisatie als die van de Ongevallenverzeke
ring, die als een bloc is ingevoerd zonder
eenig verband met andere organisaties,
onbestaanbaar. Men moet niet uit het oog
verliezen dat de ongevallenverzekering
een ondardeel is van de arbeidersverzeke
ring in het algemeen, waaraan al 't overige
nog ontbreekt. Er is bovendien geen vast
verband tnsschen ongevallen en admini
stratie het eene geval koet veel meer aan
onderzoek en administratie dan het andere.
Bjj wijziging der Ongevallenwet zal zeker
met de Risicobank rekening dienen te
worden gehouden. Die bank acht de Min.
van groote beteekenis voor het voorkomen
van ongevallen en voor de minst ernstige
gevallen er van. Risico-overdracht is een
onmisbaar element, ook voor den arbeider.
Maar zij is hier vandaan gegaan.
En wie voelt wat ik derf.
Hij ging aan zijn schrijftafel zitten. Hjj
was alleen in huiszijne moeder en Ellie
waren een boodschap in Bsrbleton gaan
doen.Buiten hing de wasoh te drogen in den
wind en bescheen de zon de laatste dahlias
en de roode bladen van zijn wingerd. Hij
zag het alles zonder het te zien, met zjjn
Bijbel vast in zijn hand. Als Shakespeare
hem te veel was, hoe kon hij dan Psalmen
lezen Hjj wist dat het boek een stem had
die hem sympathiek was; hij was er blij|om,
ofschoon hij nu niet verdragen kon om het
te hooren spreken. Hjj leunde met het hoofd
legen den band en wachtte. De schaduw die
hjj zoo lang van zioh afgehouden had,kwam
nuer was geen ontkomen aan. Hjj vreesde.
Plotseling begreep hij door het hooren
opendraaien van de voordeur dat iemand
daar lang had staan kloppen.OoTspronkelijk
was de voordeur ineens in de keuken uitge
komen. Merlo had dit veranderd door eer
gordijn.Hij opende zijn deur en Btond tegen
over Ermijn Vaughan met een groot plat
pak in hare hand.
„Juffrouw Vaughan 1" riep hij uit. »Ik
vrees dat u hebt staan waohten."
>0, dat komt er niets op aan", zeide zjj
eenigszins zenuwachtig, een groot contrast
met hare gewone kalmte. „Ik kwam n niet
storen, mijnheer Merle, alleen maar dit
brengen 1"
Dadelijk hij wist niet waarom wist
Merle wat er in dat pak was.Hjj greep, neen
In de zitting van gister beeft de heer van
Heeokeren, in antwoord op de gerustellende
mededeelingen des ministers gezegd dat hjj
weldra in verband met het geruchtmakende
door hem besproken zaak een nota aan cU
Kamer aal overleggen.
Nou ja, nota's die kennen we, internm-
peerde de heer v. d. Biesen.
De mededeeling werd voor kennisgeving
aangenomen.
Het debat, aldus sohrjjft üe Naderlander,
was met deze verklaring uitgeput. De heer
Van Löben Seis beproefde een zwakke ver-
deeiging van den afwezigen heer Van Heec
keren, over wiens afwezigheid en handel
wijze de Minister eenige fijnironisehe, maar
niet weinig scherpe woorden zeide, maar de
indruk die de verklaring in de Kamer maa ;-
te en die zjj ongetwijfeld zoo in als buiten
ons land maken zal, moet o. i. aan deloopen-
de praatjes wel den doodsteek geven.
Laat ons hopen, dat deze onverkwikkelijke
historie hiermede begraven zij I
En Het Centrumniet minder tereebt,
voegt er bij
VoiBtrekte neutraliteit, handhaving zjjner
onafhankelijkheid en een geljjkegoe.debuur
schap naar Links en naar Rechts is voor ons
het volstrekt noodige, is ook, wat het volk
eenparig verlangt.
De ministerie :1e verklaring zal een ge-
wenschte opluchting brengen in den lande.
De donkeoe wolk, die van den kant van
Duitschland dreigde, is daarmede wegge
vaagd.
En mogen thans ook sommige Duitsche
schrijvers zich onthouden van beschouw n-
gen, die op een grootere toenadering tus-
sehen Duitschland en Nederland aandrin
gen, beschouwingen die wellicht goed
bodoeld zjjn, maar desniettemin slechts kun
nen bijdragen tot het wantrouwen, waarvan
hierboven sprake is.
Praatjes, als de gisteren gelogenstrafte,
vinden daardoor slech's te gereeder ingang.
Scbore In de gemeenteraade vergade
ring van Vrijdag onder voorzitterschap van
dhr burgemeester waren alle leden tegen
woordig. De notulen werden goedgekeurd;
en voor kennisgeving aangenomen de vol
gende mededeelingena. dat het vervoer
der grind is gegund aan C. Kole voor f 0,68
per Msb. dat de leveling van grind ia ge
gund aan A. Prins te Sliedrecht voor f 2,08
vrij op den walc dat kas en boeken bij den
gem.ontv. zjjn opgenomen zijnde f 458,08,,
en in orde bevovden dat het schoonhouden
der school is gegund aan L. v- Zweden voor
f 68 per jaare. dat de regenhak aan de
school is verhuurd aan L. v. Zweden voor
f 5, per jaarda: uit 't van de Commissie
tot w, v. schoolverzuim ontvangen jaarver
slag bleek dat 6 personen voor de commissie
versohenen en 23 andere opgaroepen riet
verschenen "och op andere wjjze op hun
plichten werden gewszeng dat dhr. P.
Molhoek en A. Bruinshoofd respectievelijk
secr. en voorz. waren herbenoemd in die
functiën in geDoemde oommissie. Alsnu
komt aan de orde een verzoek der bewoners
aan den Biezelingschendjjk om een lantaarn.
Dit verzoek wordt zonder discussie ingewil
ligd. Over het pad dat gemaakt zon worden
langs den Jokweg oospon zich een langdu
rige discussie wat tot slot gaf dat van af de
woning van J. Meier tot aan he t land van
dhr. Joh. Glerum paaltjes znllen worden
geslagen hetwelk door B. en W. was bestre
den niet omdat 't niet noodig was, maar ter
wille der zuinigheid.
Dhr. Rijn maaktte daarbij de opmerking
dat er vroeger nooit daar om verbetering
gevraagd was, waarop de heer Verhaagen
zeide dat daar vroeger ook nooit is gevraagd
om een lantaarn, dooh zulks geschiedt om
dat op andere plaatsen er aan voldaan is.
Eenige wijzigingen in de begrooting 1909
werden met alg. stemmen goedgekeurd.
Een voorstel van B. en W om hoogstens
f 1006 kasgeld te ieenen werd verworpen
aangezien de raad meende dat met f500
volstaan kon worden.
Dhr. Verhaagen deelde mede dat hij van
rukte het haast uit hare band, en scheurde
er het papier af. Ja, daar was het het ge
zicht van zijn jongen en hoe gelijkend I
o, hoe goed gelijkend t De donkere oogen
lachten, de roode lippen schenen hem te
glimlachen. Hij keek even en kon toen niet
meer zien door zijne tranen. Toen hjj weer
aan de geefster dacht was zij verdwenen.
Hij ging met zijn schat naar boven en viel er
naast neer, zóó schreiend als hij zelfs na
Lucy's dood niet gedaan had. De storm ws>s
losgebroken en door deze vriendelijke daad
met een regenstroom en niet met weerlioh*.
Waarschijnlijk redde hem dat langdurige
schreien van 'n hereauaanöocning,Eindelijk
kwam hij beneden, verslagen en bedroefd,
maar zonder dat vreemde gevoel aan zijn
achterhoofd.
Zijne moeder en Ellie waren terug. Hij
zette het portret in zjjn studeerkamer oh
riep hen toen. Zijne moede keek en keer'
zich afmaar Ellie. koek, ea keek, en keek,
hare harden samenvouwend in verrukking
alsof fienry z«lf terug gekomen was.
„Heeft juffrouw Mamzell het geschil
derd vroeg zij.
„Ik weet het niet", zei Merle. Het was
een waterverf teekening, met zorg uitge
voerd en hoe meer zij er naar keken hoe
meer het scheen te leven. Hoe de onbe
kende kunstenaar he» bat! laten poseeren,
visten zij nietd»t een geheim. Merle
uag dat het zjjne moeder te veel aandeed en
hij das vrijheid had het in zijne eigene j
kamer te hangen, waar hij bet altjjd zien
kon als hij bezig was met werken.
den gemeente-ontvanger vernomen had dat
nog meer dan f 200 Hoofdelijken Omslag
van verleden jaargeld meest worden, en
als deze eens geïnd varen en dan f500
geleend werd en men erzooht H. H. Gede
puteerde Staten om zoo mogeljjk het kohier
Hootdelijken Omslag 1910 vódr Juli goed
te keuren, dan wai er geld genoeg om met
1 Aug. a s. de f 500 terug te betalen.
De voorzitter zegt cat hat ook de bedoe
ling is van B. en W. on niet meer dan f 500
op te nemen, dooh als 't later bljjkt noodig
te zijn zonder raadsbesluit tot f 1000 te
kunnen gaan.
Het voorstel Verha -gen wordt aangeno
men en alzoo besloten f 600 te leenen en
uiterlijk 1 Aug. a.s. te ug te betalen.
Het voorstel-watert aiding werd zonder
discussie aangenomen.
Bij de rondvraag roeg dhr. Verhaagen
door wie aan de Z» vereeniging het ge
meentehuis in gebru k was gegeven om
daarin 8 maal per wees repetitie te houden.
De voorzitter zegt dat door hem aan die ver-
eeniging het gemeentenis in braikleen was
gegeven om oefeninge; te honden.
De heer Verha#ger achtte zulks in strijd
met de Gemeentewet, aar art. 138 uitdruk
kelijk voorschrijft dat 6 tin bruikleen geven
van gemeent.e eigendommen sleohts door den
raad kan geschieden.
De voorzitter zegt dat zulks altijd de ge
woonte is en waar.om zou daar nu van afge
weken worden.
De heer In 't Ank e vraagt of er ook voor
betaald wordt of dat het gebruik van kolen
eHjOlie gratis wordt ge even.
De haer Verh&agen z >gt daar wordt niets
voor betaald en zelfs ..iat de gemeente de
gebroken ruiten nog op haar kosten plaatsen
De voorzitter zegt i at 't gebruik gratis is
toegestaan, en de ver miging eigen olie en
lampen en kolen gebru'!xt.
De heer St6ik geeft B. en W. in overwe
ging de vereeniging uit te noodigen alsnog
haar verzoek bjj den Raad in te dienen.
t,^De voorzitter zal hieraan gevolg geven.
Daarna gaat de Raad over in geheime
zitting. Na heropening wordt meegedeeld
dat het kohier H. O. is vastgesteld op
f2284.93 met 169 aanslagen. Daarna te
ruim 9 uur sluiting der vergadering die te
half drie was aangevangen.
Bij het carnaval te Frankfort zjjn dit
jaar weer de gewone vechtpartjjen, bekke-
snijderjjen enz. voorgekomen. De politie had
echter de hulpmiddelen van de hedendaag-
sche techniek te baat genomen, om de hand
having van de orde te verzekeren. Zjj liet
een wachtmeester en een agent in een auto
door de hoofdstraten heen en weer rijden.
Alle lieden, die in hechtenis werden geno
men, werden met die auto zoo spoedig mo
geljjk naar de hoofdwacht gebracht. De ge
wone oploopen bij inhechtenisnemingen
kwamen dientengevolge niet voor.
Een hardhandige behandeling. Te Pe
tersburg kwam iemand zich bjj de politie
beklagen over mishandeling, bjj een tandarts
ondergaan. De man zag er ook danig toege
takeld uit. Hij had zich 'alsche tandon laten
inzetten, en toen hjj niet kon of wilde betalen
trachtte de tandarts zjjn nabetaalden arbeid
terug te krjjgen. Daar hy 't alleen niët afkon
riep hij den dwornik te hulp. Nn dient men
eerst te weten, dat een dvrornik, een huis
knecht is, een kerel vo r 't ruwe weïk in
een huis, die alle woningen van brandhout
heeft te voorzien, de straat veegt, 't huis
bewaakt, politie-diensten verricht enz. De
dwornik nu hield den patiënt bjj het hoofd
vast en de tandarts trok hem de ingezette
tanden weer nit den mond. Na afloop dezer
behandeling werd de patiënt het tandheel
kundige atelier uitgegooid, en zoo kwam hg
met builen en blauwe plukken in het gezicht
on met bloedende kaken zjjn beklag doen op
het pofttie-bureau. De tandarts is ter verant
woording geroepen. Hjj beweert Biecht! zjjn
eigendom teruggenomen te hebben, toen de
patiënt weigerde te betalen.
Hij schrok er van ,tron hij het zioh her
innerde, dat hij niet bedankt had.Hjj schreef
een briefje en betuigde zijn dank in den
meest beleefden vorm en adresseerde het
aan jufironw Vaughan. Zjj ontmoette hem
een paar dagen later en had hem willen
aanspreken, maar Mf"le wist dat hij in
tranen zon uitbarsten en liep haastig door.
Al zjjn zelfbeheerso! ag was weg; hij
vreesde voortdurend >t hij als een kind
zou gaan sohreien en 1 t was nu veel erger
dan ie 't begin toen rt.deieen verwachtte
dat hij sohreiea zou en hij geen tranen had.
Zijne moeder daoht aat het portret de
schuld was en eens toon zjj hem er voor
vond staan zeide zij
„Jonathan, is het niet slecht voor je f
„Neen a ouder, het oet mij goed," zëi
njj i.aoht. Zij keek hem aan en ging haarB
weegs.
„Waarom zon ik ode iarry wennen ik
ben zoo oua", placht z. .e zeggen. Hij was
maar „een minuutje" van haar weghaar
leven was welhaast te einde, maar Jona
than moest, het nog door en zjj treurde om
hem als zij haar nooit zwijgend verlangen
naar haar zonnestraaltj wilde wegduwen.
Merle kwam den volgenden Zondag met
moeite door zijn werk heen en het was eene
verademing voor hem toen zijne moeder 's
wonds zelf opperde, 5 hij er eens een
KH<«je uit zou gaan M inheet Laws, wien
hij om een p'iaatsverver ger schreef, vroeg
hem om te Ringworth te somen.