IEÜWSBLAD VOOR ZEELAND No. 89. 1910. Vrijdag 14 Januari 24e Jaargang HISTORISCH JONATHAN MERLE. CHRISTELIJK- Het jaar 1909. V ERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 16 FEUILLETON. 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers Q026. UITGAVE DER FIRMA IiN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 "ent IV. (Slot). Voor ons vaderland was 't afgeloopea jaar in menig opzioht een goed jaar. De Heere schonk aan ons Vorstenhuis een nienwe spraite, door de geboorte van Prinses Juliana, het afgebeden Koningskind, door miljoenen in Nederland en Inoiö, in Amerika en Zuid Afrika toegejubeld bij haar komst. God zegene haar 1 ||Het reohtsohe kabinet dat rekening wensoht te honden eet het Chr. bewustzijn der natie, en met dè sociale toestanden welke verbetering eisohen, werd, dank zij den uitslag der Kamerverkiezingen, besten digd. Moge 't, gesteund door een Volksverte genwoordiging, welke in groote meerder heid zijn beginselen en inzichten deelt zoowel in de Tweede als in de Eerste Ka mer, in dit en volgende jarea nog menigen goeden maatregel in 't ware volksbelang tot stand brengen. Dat de gouverneur generaal van Ned. (Oost) Indië van Heufsz heenging is éen verlies dat wel door 't optreden van zijn op- "voiger ldenburg wordt vergoed doob niet opweegt tegen 't verlies dat't kabinet leed door 't heengaan ven zijn bekwamen minis ter van koloniën. Ook de minister van oor log ging tot velerleed wezenheen,om stréks zijn taak ais ohef van den generalen staf weer op zioh te nementerwijl 't onver wachte overlijden van den minister van waterstaat eveneens een verlies voor dit kabinet was, al mag dankbaar worden erkend dat in 't optreden van opvolgers als Cool en de Waal Malefljt en Üegouteen waarborg ligt dat in den geest van bun be doelen zal worden voortgewerkt aan het plan, hetwelk het kabinet zioh bij zijn op treden in 1908 gesteld had. Dat de directeur van den landbouw de heer Lovink naar Indië ging, was voor den Land- en Tuinbouw in ons land een groot verlies. Dat nog geen opvolger voor dezen bekwamen praotisoheo man is aangewezen, is een bewijs dat dergelijke kraohten dnn gezaaid zijn. Dat aan ons Vorstenhuis en Vaderland bekwame, oprechte, energieke staatslieden als Maokay .en Piersonaan de Volksver tegenwoordiging mannen als de Ridder en v. Limburg Stirnm aan de geref, kerken mannen als Littooij en Gispen aan de Ned. Intusschen was Frances den moestuin nit naar haar heiligdom geloopen, een pad bij de beek, begroeid met hazelnootstruiken. Viooltjes en andere bloemen waren overal verspreidaan den anderen kant van de beek,op de bezitting van admiraal Hargrove, stonden hooge olmen, vogeltjes kwinkeleer den er, en het heele plekje ademde vrede, maar Frances was veel te boos om onder de bekooring er van te komen. Zij was gewend om met buitengewoon veel respect te worden behandeld. De jon gens plaagden haar, zeker, maar ruwheid was in Broomhiil onbekend. Zij was bang voor de mensohec, maar tot na toe had zij die viees beschouwd als de vrucht van haar eigen lafhartigheid, evenals hare onover winnelijke angst voor de goedige oude pony die nooit terugsloeg en waarop Rose zonder zadel of teugel reed. Nu was haar instinct gerechtvaardigd, na een jongmensoh, van wien zij hield en dien zij vertrouwde,zóó tot haar had gesproken. Welk reoht had hij haar iets te verwijten P Als bij zjjn hart wil de breken of voor haar sterven, was dat zijn zaak. Er waren genoeg meisjes, die - neen, Frances kon het slot niet uitbrengen, toen zij zioh Gilbert's gedrongen figuur en kleine grijze oogjes voor den geest haalde naaBt dat van haar mooien Tomer waren niet veel meisjes, die hem zenden wilden hebben. Maar dat visioen braoht weer stroomen van Herv. Kerk mannen als v.Dijk en v.d Flier; aan de ZendiDg mannen ais Lett en Nijland aan het Chr. onderwijs mannen ale Fischer en Gangel kwamen te ontvallen, 't waren altegaar groote slagen want in zekeren zie behoorden al deze genoemden aan gansoh het volken hun heengaan zal nog lang daarna diep gevoeld worden. Dan, onze God vergist zioh nooitzelfs niet wanneer Hij de grootsten onder ons van hnn post oproept. Voor den landbouw was 't afgeloopen jaar een jaar van beproeving en teleurstel ling. Aanhoudende regen deed menig gewas mislukken. Doch oor groote rampen bleef ook de Landbouw, bleef onze provincie be waard. Een „Soli Deo Gloria" vervulle dan ook elks hart, bij 't scheiden, ook in de herinne ring, van dit oude jaar. Moge het nieuwe ons allen nader brengen aan onze bestemmingdichter bij God 1 13 Jan. 1910^ De heer Meerkerk heeft in de N. R. C. van 30 Dec. j. 1. aan den heer Ossendorp een afstraffing toegediend; en daarbij goedewoorden gezegd die onze instemming, althans onze opmerkzaamheid verdienen. Hü schijnt schoon vrijzinnig propa gandist, palstaander, heftig bestrijder van het Reohtsche habinet-Kuyper wijl dit het bijzonder onderwijs meer reoht deed weder varen iets te gaan voelen voor de vrije school. Hij toch schrijft Indien de heer F. L. Ossendorp, voor zitter van genoemden Bond, gesproken heeft in den geeBt van de meerderheid dier Nederlandsche Onderwijzers, dan blijkt me daaruit overtuigend dat ik niet meer de Openbare School zooals die nu is verdedigen kandie school is blijkbaar iets anders geworden ik keer me dan van haar af en ik ga een andere richting uit. Ik wil een andere „Openbare School" en ik noodig mijn geestverwan ten ernstig nit, zich bij mij aan te sluiten, zich af te schetden van den //Bond". Wel is zjjn geestdrift niet overgroot, bljjkens hetgeen hij er op laat volgen hij voegt er namelijk aan toe//Blijft mjjn oproep onverhoord, ik berust er kalm in, zeker vertrouwend op de toekomst die me rechtvaardigen zal"toch beteekent het heel wat dat een liberaal schoolman van zoo grooten invloed denkt over een andere tranenhet groote verdriet, dat, als Tom werkelijk gewild had dat zij het meeste van hem hield, hij Gilbert niet zou hebben aan gemoedigd. En hij plaoht altijd te zeggen dat zij nog jong genoeg was om haar haar hangend te dragen en dat, als zij het opbond, iemand zou komen en vinden, dat zij oud genoeg was om te trouwen en met haar wegloopen. En //zoolang als je er mt ziet aisof je vijftien waart, heo ik je heelemaal voor mij 1" zei hij dan. En Franoes dacht er nooit over om te antwoorden, dat zij hem volstrekt niet voor zioh aileen had hij had elk half jaar een nieuwe vlam en vertelde er haar alles van. Het eenige wat haar schelen kon, was dat hij haar noodig had en dat was niet meer zoo. Zij nam haar haren en wilde ze veront waardigd opsteken, alsof zij hem dadelijk dienen wilde daarna liet zij het weer hangen, want zij dorst Tom niet boos te maken uit vrees voor wat hij doen zoa Zij wist dingen van hem, die niemand wist, en alleen Jan, die het haar verteld had, wist dat Ben Axford Tom weer op zijn ver haal moest brengen als hij van de markt thuis kwam voordat de jonge meester in staat was zijn rapport uitte brengen aan den oude. Tom begreep het alles den volgenden morgen als zij hare armen om zijn balssloeg en zonder iets te zeggen zioh tegen hem aan drukte en hij wist ook, dat Franoes anders nooit zoo iets het eerst zou gedaan hebben het was nu juist geen goede ontdekking voor hem, dat hij zag dat berouw grooter liefde te voorsohijn riep. Hjj maakte zichzelf wel diets, dat zrjn verdubbelde teederheid alles openbare school. En zoodanig een andere school kan niet anders zyn dan een vrije. Zelfs voelt de heer Meerkerk iets voor het recht van modezeggenschap der ouders op de richting en den inhoud van het on derwijs aan de school, die hjj zich denkt. Hij vervolgt tenminste Mag ik den heer Ossendorp nu eens vragenwie zal uitmaken of een daad edel is of niet f De »Bond»? De heeren onderwijzers? En waarom de dominee en de pastoor niet f Op grond waarvan eischen de heeren het privilegie van keurmeester f Hebben de ouders niet meer het recht tc zeggen dit en dat u>il ik als edel onderwezen hebben aan mjn kind P Staan de heeren geestelijk en weten schappelijk zóó hoog.ldat zji, en zij alleen zullen declareerendat is edel, daarin overtreft Nederland andere landen, enz. f De door ons gecursiveerde vraag wettigt het vermoeden dat hij met dat »meer recht der ouders" van het beginsel »de school aan de ouders" niet zoo afkeerig is. Zoo komt nit 't kwade door den »Bond" gesticht, allicht nog iets goeds voort. Op Let oogenblik hebben de ouders over de richting van het openbarr onderwijs niets te zeggen. Zeis niet over de keuze van de onderwijzers. Zjj hebben slechts hnn kinderen te zenden naar een school, over welke zij niets te zeggen hebben, en onder den invloed van onderwijzers welke hnn door het gemeentebestuur zijn opge legd. Daarin dit schijnt de heer Meerkerk te voelen moet verandering komen. Een vrije openbare schoolen de school aan de ouders. Dat is de gansch nitnemender weg. Of bedoelt hjj 't zoo niet f In ieder geval —zijn zoeken gaat toch dien kant uit. De kaste l In de grondwet wordt nergens melding gemaakt van een liberale ambtenaarskaste, waaruit de Tegeering zou gehouden zijn ter bezetting van ambten en posten de benoe mingen te doen. Integendeel, de grondwet bepaalt uit drukkelijk, dat alle Nederlanders (zelfs de geloovige belijders) op dit punt volkomen gelijke aanspraken bezitten. Toeh hebben de opeenvolgende liberale ministeriën gehandeld alsof er a èl een libe rale ambtenaarskaste in de grondwet was ingesteld of erkend. verhoedde, maar wist niet dat hare liefde voor hem van geluk in an st veranderde: zij had geen rast meer. Tnomas had zeer verschillende redenen om Gilbert aan te moedigen.Ten eerste w as het niet eerlijk dat zijn zusje geen minnaar mooht hebben, terwijl hij voortdurend ver liefd was.Eu dan was Gib zoo leelijk, en zoo dom in zijn verliefdheid. Tom voelde waar lijk voor hem, die altijd door zijn kansen verspeelde, terwijl hij hein zoo goed had kannen zeggen hoe hij doen moestdan 1.ij was een goede kerel, en zou zeker goed voor Franoie zorgen. Dat waren de oppervlakkige redenen diep in zijn hart was een soort wanhoop om ooit door werken vooruit te zuilen komen en een koortsachtig verlangen c m meer ge waagde manieren te probeeren en onderwijl ook wat plezier te hebben, inplaats van altijd braaf te zijn. Maar dan moest eerst zijn goede engel weg zijn, hij kon er haar niet aan wagen. Het zou gemakkefjjk genoeg zijn om de oude lni onwetend to laten van zjjn winnen en verliezen tot op het oogenblik het oogenblik in Tom's droomen dat hij de keuken zou binnenstappen met een wissel groot genoeg om alles terug te koopen wat om de huur te betalen was verkocht en alles te doen wat noodig was om de plaats rente- gevend te makeD. Hij was een eerste paar denkenner, en hjj bad slechts watpractijk noodig om hem tot een eerste kaart- en bil- jatdspeler te maken. Slechts wat praktik en gelnk, en hij zou er zjjn. Maar voordat hjj er was, moest hjj In die dagen schrok men er bijna van als men bijv. hoorde, dat een Gereformeerde ergens tot burgemeester benoemd was. Zelfs was het voor een „doleerende" een hee heisoh om een aanstelling te krijgen als dorpsveldwachter. 't Spreekt vanself dat het ministerie- Kuyper zulk een onbeschreven liberale ambtenaarskas e niet erkendeen dat het ministerie-Heemskerk het thans evenmin doet. Dat zij zich zelfs vermeetten en nog vermeten om den meest geschikte te benoe men, zelfs als deze een geloovig belijder was. 't Spreekt evenzeer vanzelf, dat de anti- grondwettelijke vrijzinnige ambtenaars kaste dan op baar achterste beenen gaat staan Natnnrl jk durft zij dan niet te beweren, dat alleen liberalen mogen worden benoemd. Neen, zij legt het anders aan. Zij zegt tot de regeering (zooals thans in het voorloopig verslag) dit: Als ge in aanmerkeljjken getale ook gelovigebeljjders benoemt, zullen sommige vrijzinnigen of onverschilligen een geloof gaan veinzen, dat zjj niet bezitten. Gjj kweekt dus huichelarij aan. Niet onverdienstelijk gevonden, inderdaad. Alleen werpt deze bewering een leelijk licht op de oprechtheid en karaktervastheid van vele vrjjzinnigen, die immers (volgens deze bewering) zoo gemakkeljjk tot huichelarij vervallen. Toch is dit zeggen weinig meer dan een voorwendsel. Immers, toen Minister Kuyper, juist om die huichelaars teweren, een onderzoek instelde by predikanten, heeft de liberale ambtenaarskaste, bijgestaan door de socia listen, een gehuil aangeheven, alsof de Inquisitie weer hier te lande werd inge voerd. De Schrj/pen der Ouden. Sinds overonde tijden schreef men met inkt, meestal een mengsel van roet, gom en water. In do H. Schrift (Jer. XXXVI18) wordt vermeld, dat Bnruoh, leerling van den propheet Jeremia, de woorden van zijn meester met inkt opteekende in een boekrol. Als pen gebruikte men een rietstokje (ca lamus) ook wel calamus scriptorius, schrijf net genoemd. Nog andere namen komen voor. Sohrijlriet van goede hoedanigheid leverde Egypte en beter nog de stad Cnidos en de omgeving van het Anaïtisohe meer in omgaan met menschen, die hij niet wilde dat Frances sprak en zij zouden zeker naar de Merchfont-kerk gaan als zjj er was. Hjj was er heel trotsch op te weten dat er jongelui expres kwamen om naar haar te kjjken,maar hjj zorgde er voor dat zij niet met haar spra ken. Haar vader had hem nadrnkkeljjk ge zegd dat hij voor Francie moest zorgen als zjj liever naar Merchfout ter kerke gingen. z/Franeie h>eft het niet noodig, vader, al leen om te zorgen dat zjj niet schrikt," ant woordde Tom. „Zij is doodelijk verschrikt voor een paard, maar het heele koor zou haar kunnen aangapen zonder dat zjj het merkte. Ik geloof dat zjj niet weet dat zy mooi is 1" Tom zon er evenmin over denken om in hare tegenwoordigheid te vloeken als om haar te zeggen dat zjj mooi was en het was eigenaardig om te zien hoe de brutaalste mannen hare onschuld vreesden, alsof zjj een verschrikt kind geweest ware. Maar baar broeder voelde instinctmatig dat dit niet al- tjjd zoo door kon gaan, hjj kon niet met die lui omgs an en ze van haar af honden, en of schoon zij hem nooit iets vroeg, wist hij dat hjj zich verpraten zon hjj; was te veel ge wend om haar alles te zeggen. En het zou veel makkelijker zijn om haar met Gilbert te laten trouwen dan om een scheidsmuur tus- schen hen op te trekken. Tot nog toe had Frances slechts een vaag vermoeden vau iets kwaads en toen zjj daar bjj de beek zat, begreep zjj dat zjj du een ge heim voor Tom moest hebben het eerste sinds zjj als eene wees van vijf jaren bjj zjjne ouders in huis kwam, toen hjj, ofschoon een Grooi-Armenie. Men vermaakte da riet- s'okjes evenals later de gansepennet met een pennemssje (temperate oalamum, sono re calaaaum), zij worden tot een bosje samen gebonden in een koker bawaa-d (theoacala- maria). Op een marmer'n plaat van de 3e of de eenw nit de catacomben, vinden wij een theoa oalamaria afgebeeld, waaraan de inktkoker is verbonden. De voorlaatste af levering der Dictionaire 'd Archéologie Chrétienne et de Liturgie geeft af beeldin gen van rieten pennen, gevonden te Herou- lamum ea te Aosta, alsmede van bovenge noemde theoa oalamaria. Gewoonlijk waren schrijfstiften-étui en inktkoker aan elkander verbonden. Dit blijkt dnidelijk nit den H. Hieronymus. In zijn commentaar op den propheet Ezrebiël leest men, dat hij van een Hebreeër vernam dat het woord //oeaaih« het Grieksohe kela- marion beteekende, //wij noemen dit", ga it hij voort „atramentarium (inkthouder) om dat het den inkt bevat. Velen noemen ze (n.l. die atrameniaria) juister Iheoas (kokers) want het zijn de kokers der sohrijfrietjes." Trouwens in de pennenkekers onzer groot ouders waren ook twee afieelingen. In de eene het ink'fiesohje. daarnaast de gauze- pennen. Schrijvers van beroep droegen dezen ko ker aan hun gordel, om steeds bun schrijf materiaal bij zioh te hebbe n. Metalen sohrjjfstiften was en bij de oude Romeinen niet geheel onbekend, zij ge bruikten ze niet alleen voor hun wasoh- tafeltjes, maar ook voor inktsohrift. Het waren echter weeldeartikelen. De dichter Crinagorus zond aan een van zijn vrienden, Proohlu», op diens verjaardag een zilveren schrijfpen ten geschenke. Meerdere bronzen schrijfstiften nit oude tijden heeft men gevonden o.a. te Tongeren, vervolgens in Italië, in Engeland,in Frankrijk,in Zwit serland en in Sa< oie. Uiteraard was het gebruik van dit weel deartikel zeer beperkt. Wat valt nu van dat rietstokje als schrijf instrument te zeggen? Was het deugdelijk Alleen het feidat het rietstokje in later eeuwen zon moeten wijken,voor den ganze- veder, wekt reeds het vermoeden, dat het velschillende gebreken had. Het vereisohte reeds heel wat zorg, mooie rechte rietstokjes van middelmatige dikte uit te zoeken, met vaardige hand moest dan het danste einde van het rietstokje precies in het midden worden gespleten. Daarna jaar jonger, reeds zooveel grooter en forscher scheen. Er was meer dan vier jaar verschil tus- sehen hem en Jan en zoo waren de twee oud aten altijd met elkaar geweest. Nu zou dit alles veranderen, Zij was te trotsch om hem te laten merken hoeveel pijn het haar deed dat hij niet meer zoo op haar gesteld was. Hij mocht nooit iets van Gilbert weten zijn vriendschap was een machtige bescherming voor Tom en kon bljjven bestaan als Gilbert kalmer werd. Neon, zjj zou aan niemand kunnen vertellen hoe hij haar had beleedigd. Zij had zoo op hem vertrouwd, op hem ge steund als Tom'sJ goeden geest, eE had soms zelfs haast haren angst 'egen hem geuit als zy alleen waren geweest. Hoe goed dat zy het niet gedran had. Zjj zon nooit weer iemand vertrouwen. Dit beschaduwde plekje was altjjd Fran ces' lievelingsplekje geweest. In haar kin- deijaren had zjj er gedroomd van toovergo dinnen en prinsen. En nu, als zij er droom de, was het altjjd over werkeljjke menschen, droomen, dat wist z;j, die nooit werkelijk heid weiden. De eenige dingen die altjjd en a'tjjd weikeljjkheid waren, waren waschdag en strjjkdag en daarna een berg verstelwerk, die nooit al was, als de volgende erweer bij kwam. En tocb, toen zy bij de beek knielde om haar roode oogen te wassehen, zou zy o zoo dankbaar zijn geweest als zjj nooit iets ergers behoefde te voelen dan vermoeidheid en verveling. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1910 | | pagina 1