1909.
NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No 14,
Zaterdag 16 October
24e Jaargang,
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Mr. L. v. AN PEL
Naar aanleiding van een klacht.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed,
S. J. DE JONGEVERWEST. te
F. P. D'HUSX te Middelburg.
Goes
c*
PRIJS DER ADVERTENTIËN
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers - 0,026.
UITGAVE DER FIRMA
m van
MIDDELBURG.
Voor lid van den gemeenteraad in district
III begeeren alle antirevoJutionaire kiezers
Ds. v. d. Heide (soo. den.; heeft in een
huishoudelijke vergadering der afd. Brits-
werd van de S. D. A. P. een klacht ge
slaakt over de soo. dem. „beweging" in
Friesland. Hij had wel van „stilstand"
mogen spreken want de oijfere die hij
geeft zijn niet bemoedigend.
De //beweging" is dan ook op het >doode
punU, zegt hij.
Een beweging op een punt, en nog wel
op een //dood" punt, dat klinkt aardig.
Tooh is 't zoo.
De S. D. A. P. gaat zelfs, wat de ver-
kiezingsaotie aangaat, achteruit, zegt ds.
v. d. Heide.
Hij toont dit aan.
Het peroentage der 8. D. cijfers op 't
aantal uitgebrachte stemmen van alle kie
zers daalde in Dokkum (van 1901—1909)
van 13 op 8 pCt.in Sohoterland van
46 op 36; in Tietjerk van 22 op 18. En
totaal in alle districten (zonder Harlingen
en Sneek) van 29 op 28 pCt. Alleen Fra-
neker en Harlingen vertoonen een stijging.
Een bewijs, zegt hij, »dat or ze Friesohe
beweging niet gezond is«. Ja, hij gaat
verder, en betoogt dat de soo. dem. zaak
en beweging niet leven.
Een doode beweging dus I
Ziehier wat hij meldt omtrent den ver-
kiezingstrijd der S. D. A. P."
Met groote matheid is onze verkie-
z ngsstrijd gevoerder zat geen vuur
in. Onze vergaderingen waren zeer sleoht
bezochtin Dokkum, Franeker, Tistjerk-
Bteradeel, om van de andere districten
te zwijgen, kwam zoo goed als geenpu-
bliek. Alleen dèu kon men veel toeloop
verwachten, als ee n tegenstander sprak
en debat onzerzijds was aangekondigd
dan verlustigde men zioh in een pikant
gevecht en wachtte men hoopvol op de
prikkeling, die een politiek debat kan
verschaffen.
In plaats dat elk onzer vergaderingen
werd beschouwd als een betooging, als
een demonstratie voor onze beginselen,
waar men heen moet gaan, ook al hoort
men er geen nieuws. *ood»t
e lion aigescheurden
was in huis gevondenmaar wie
I*) vrouw, die dezen mantel had omge-
>en kwaad vermoeden scheen zich
9 afwezige dienstmaagd te vestigen,
ook de justitie het huis had onder,
huiten het deerlijk verminkte lijk
ongelnkkige weduwe Tommei was
<n een mensohelijk wezen in dat huis
ff} men moest trachten de meid, dood
ad, op te sporen. In het huisvertrek,
keuken en in een kleine zijkamer
.iets van zijn plaats gevonden. Alleen
jn, behalve de slip van den regen-
nu ook nog een spoor van de ge-
e misdaad in de keuken Btond na-
een emmer, waarin zouievisoh te
•n stond. Het water in aezen emmer
bloedig uit, zoodat het soheen, alsof
^ordenaars daarin het mes of ben han-
idden afgewasschen.
en op de andere kamers waren er nog
e sporen te zien. Bloedige sporen van
oen op het vloerkleed; en het kabinet,
AH <oroeleinkast en nog een ander kastje
r en open gevonden. Doch daaraan was
geweld of inbraak geschied, want men
de sleutel, waarmede men die meube-
eopend had, op een tafeltje liggen. Het
dein, daar was men niet aangeweest,
adden de dieven zeker niet mede dur-
emen, uit vrees van ontdekt te worden.
kan maken op onze geestverwanten en
tegenstanders, bleven velepartijgenooten
kalm thuis en toonden zij niet de mioste
belangstelling. Zou dit ook dan zóo zijn,
als onze zaak en onze beweging wer
kelijk leefde
Men lette goed op deze kiaoh «Alleen
dan kon men veel toeloop verwachten als
een tegenstander sprak en debat onzerzijds
was aangekondigddan verlustigde men
zieh niet in het leven der S. D. A. P.
maar in een pikant gevecht en hoopte
op de prikkeling die een debat kan verschaffen.
Hier wordt door een politieken tegen
stander het totaal doellooze en schadelijke
van openbare vergaderingen met debat
erkend.
Het is niet om de propaganda maar om
de >prikkeling< te doen.
Ook over de gemeenteraadsverkiezingen
was de spreker slecht te spreken. „De soc.-
dem. behielden 2 zetels, en winner er 4,
waarvan 2 door coalitie met liberalen".
En wat de organisatie aangaat, zegt hij
op papier hebben w(j 46 afdeelingen het
ledental van vele is zeer klein en vele afdee
lingen voeren een kwijnend bestaanVak-
vereenigingen zijn er ook maar weinige
alleen hier en daar een groepje timmerlie
den,en van de meer dan 1000 landarbeiders
slechts 1 k 2 pCt. En de provinciale federa
tie dito. //Het vorige jaar kon de jaarver
gadering van deze organisatie niet door
gaan, wegens afwezigheid van voorstellen.
Ook dit jaar kwamen te weinig voorstellen in,
om de afdeelingen op te roepen". Waar nog
bekomt, zegt hij, „dat we hier moeten suk
kelen met 'n klein weekblaadje, dat weinig
steun en medewerking ondervindt, waarin
het grootste deel der afdeelingen nooit een
correspondentie plaatst, waarvoor niet
wordt gewerkt, terwijl andere organen ons
in formaat, lezerstal, correspondenties
verre overtreffen".
De eenige bloeiende vereenigingen in
Friesland zjjn »de geheelonthouders en de
kaatsvereenigingen. Daar spreken de
menschen over,vooral over de kaatspartijen;
daar is vuur, kracht en hartstocht. Het is
alleen maar jammer, dat deze worden be
steed aan vermaken".
Wij hebben zoo gaat hij voort
„Wij hebben niet voldoende propa
gandistische krachteen man, die al zijn
tijd en kracht aan de beweging zou kun
nen geven, bebhon vr'ï i -
ueui naa gehad, zoo
wisten zij er tooh genoeg van om de justitie
te kunnen mededeelen, dat-er ook nog een
jaweelen boot aan een gouden halsketting,
vier of zes gouden ringen, een zilvereD kof
fiekan, een zilveren schenkblad, twee zilve
ren kandelaars en een aantal zilveren vor
ken en lepels in 't bezit der weduwe waren
geweest, die men nu niet meer kon vinden.
Of er ook eenig contant geld was geweest,
dat wisten deze vrienden natuurlijk niet te
zeëgeD, m iar wel was zulks zeer waar
schijnlijk. Hoe groot die som was, daar
konden ze natuurlijk niet naar gissen. Maar
dat was zeker, contant geld was er niet
meer in huis, maar wel hadden de boosdoe
ners, zoo het soh9eD, geen verstand gehad
van effecten oflands-sehuld brie ven, of wel
hadden ze die niet mede durven nemen,
want in een lade van het kabinet, die anders
ook wel doorzocht soheen te zijn,lagen deze
nog onaangeroerd en oogensohijnlijk nog
.allen aanwezig.
De ijverige justitie, die het zwaard niet
tevergeefs mag drageD, ging dadelijk a&n
het werk.
De strook zwarte stof van het gescheurde
kleed werd zor vuldig bewaard en van de
gestolen zilveren ei gouden voorwerpen
werd, met medehulp van de heeren execu
teuren, een zjoveel mogelijk nauwkeurige
beschrijving opgemaakt, welke nog dien-
ze fden avond,gedrukt,aan alle kashouders
kanten, die eenige propaganda maken,
maar wij missen iemand, die zich geheel
en al, onverdeeld aan de beweging geeft,
en onze provincie voortdurend bereist
om aanknoopingspnnten te zoeken".
Men bemerkt wel, het is geen al te bljjde
wereld, waarin deze sociaal-democraat van
z/De Blijde Wereld" zich //beweegt".
De middelen ter verbetering, die hij
verder aangeeft, laten we rusten. Maar
zijne bekentenissen mogen een aansporing
zijn voor onze mannen van Patrimonium
om nnchter en wat ende te blijven. Om zich
niet te laten afschrikken door snorkende
uitspraken aan dien kant als zondeS. D.
A. P, met zoo groote schreden vooruitgaan,
en als zouden we tegenover haar zulk een
armzalig figuur maken. Immers vergeleek
niet eenige jaren geleden de soc.-dem.
Loopuit of was het v. d. Goes den
vooruitgang der S. D. A. P. bij dien van
Patrimonium met het gesnor van de anto
bij het sjokkend geluid van ons hinkende
karretje P
In Friesland althans mag de vergelijking
dan wel andersom zjjn.
Nuchter zijn. Dat wil dan tegelijk zeggen
dat onze Chr. werklieden geleidelijk voort
gaan met zich te organiseeren; hunne orga
nisaties te sterkenminder op elan dan op
invloed bedacht z(jnen in hnnne verga
deringen den rnstigen arbeid van voorlich
ting en onderzoek, van bespreking en op
wekking volhonden en doorzetten.
Straks wenkt de winter met zjjn lange
avonden.
Sta in alle vereenigingen, zoowel van
onze chr. werklieden als van onze anti
revolutionaire kiezers als no. 1 op het
program der besprekingen in de eerstvol
gende vergadering: Gaan wij vooruit?
Levert onze arbeid de winste op, die wij er,
door den zegen Gods, van mogen ver
wachten
Woekeren wij altegaar met de ons van
God verleende talenten P
Blijven wij bewaard voor een beweging,
na niet op, maar om het doode punt
15 Ootober 1909.
Tegenstrijdig.
Een minister behoeft er zioh nooit iets
van aan te trekken, wanneer hij uitge
scholden wordt.
Iu den regel tooh berust zijn veroor-
op een subjectieve meening, of
.j vergelijking der verschillende
/aden en zilveren artikelen werd
.zonden, evenals aan de honders van
aken van beleening, om zoo mogelijk
die goederen aan te houden, als sij ten ver
koop of ter beieening soms mochten worden
aangeboden.
Men kan begrijpen, dat de justitie het
daarbij niet liet berusten, maar toen dat ge
schied was, ijverige pogingen begon in het
werk te stellen om de daders van dit gru
welstuk op het spoor te komen. Vooral was
het nu in de eerste plaats te doen om te
weten, waar de vermiste dienstmeid Maria
wel gel leven was.
Niemand kon met zekerheid zeggen, bf
de meid familie in de stad had en of ze oèk
gewoon was bij dezen of genen op haar uit
gaansdagen op visite te gaan. De groente
vrouwen en andere mensohen, die wel eens
met koopwaren aan de deur kwamen, ge
tuigden van haar, dat ze een stille en oogen
sohijnlijk onnoozele meid was geweest, die
veel van haar juffrouw soheen te houden, en
dat ze daarom ook niet daohteo, dat deze
meid in staat was om zulk een gruweldaad
aan haar jaffronw te plegen maar waar ze
woonde of waar ze ergens in Amsterdam
betrekkingen had, dat wist er geen een.
Dit kon natuurlijk voor de justitie niet
verborgen bljjven, ofschoon de registers
van den burgerlijken stand toentertijd niet
zoo goed waren ingericht als tegenwoordig.
Uit de nasporingen, die door het gerecht
naar haar vroeger verblijf gedaan waren,
bleek het al spoedig, dat, indien de meid
Amsterdam had verlaten, zjj niet naar haar
van 1—5 regels 40 cent, Iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
m
kritieken op zijn persoon of beleid, da-
de oritioi het óf niet meenen, óf zioh ver
gissen.
Dat heeft minister Kuyper ondervonden
en minister Talma denk aan de quaestie-
Lovink ondervindt he' ook al een beetje.
Zelfs minister Harte, die een Tariefwet
indiende, kon er van mee praten.
En ook minister Kolkman zal het go-
waar worden, wanneer hij de verschil
lende liberale beoordeelingen van zijn
wetsontwerp tot voorloopige herziening van
het tarief straks naast elkaar legt.
Van de beoordeelingen van zijn persoon
gold het al bij zijn eerste optreden als
minister: hunne getuigenissen waren niet
eenparig.
De Nieuwe Rotterdamsche Crt. (liberaal)
noemde hem conservatief.
Dat blad schreef
Mr Kolkman gaat door voor een man
van eenigszins conservatieve denkbeel
den hij heeft den naam van vrij
behoudendgezind te wezen, nog niet
kunnen verliezen."
Maar tegelijk schreef Het Handelsblad
(ook liberaal)
Dat van de katholieken juist de heer
Kolkman, de vroegere volgeling van dr
Sobaepman, in het kabinet zitting heeft,
wijst er op, dat wetgeving in democra
tische richting verwacht kan worden.
Dat blad noemde das den minister
democratisch.
Dezelfde tegenstrijdigheid zal ook wel
aan den dag treden bij de beoordeeling
van zijn evengenoemd wetsontwerp.
Bekend is dat zijn voorloopige wijziging
in het tarief bedoelt de posten daarvan,
met uitzondering van de artikelen,
waarvan een invoerrecht wordt geheven,
dat geheel of gedeeltelijk strekt als com
pensatie van den daarop rustenden aooijns,
alle gelijkmatig te verhoogen met 80
pCt. van het thans geheven reoht.
Het zal wel bij alle partijen vaststaan
dat deze wijziging sieohts als tijdelijke
maatregel, tot dekking van het tekort van
12 miljoen, mag worden aanvaard. De
minister heeft trouwens ook geen andere
bedoeling.
Maar nu werden dezer dagen in de
Kamer van Koophandel te Botterdam over
dit ontwerp al een paar harde noten ge
kraakt.
De heer Kolf namelijk zeide onder
anderen
geboorteplaats, het dorp Weerseloo in
Overijael, gegaan was, want daar was zj)
niet aangekomen.
Het was en bleef een raadsel, waar
Maria, de meid, dan wel mocht schnilen.
En de justitie wist niets anders te doen dam
gedrukte aankondigingen naar andere
plaatsen te zenden, om te laten opsporen of
er zulk een meid niet hier of daar zich ver
toond had.
Terwijl dns alle strikken nitgezet waren
om zoo mogelijk de vermoedelijk voort
vluchtige meid op te vangen, kwam er bij
de justitie al heel spoedig een bericht in,
dat er in een paar banken van leening wer
kelijk zulke goederen waren beleend, die
tot de gestolen kostbaarheden schenen te
behooren. Ook was, zoo luidde het bericht
aan de justitie, des Vrijdags tegen den
avond dat was dns dezelfde avond, waar
op de vreeseljjke misdaad had plaatsge
had een vrouw bij een zilversmid in de
Lindenstraat gekomen, die daar voor der
tien gulden en veertien stuivers een gouden
haak, een zilveren brillenhuisje en twee
gouden ringen had verkocht. Bij den
eenen, want overal moeten znlke personen
hun naam opgeven, had deze vrouw ge
zegd, dat zij Johanna van den Berg heette,
en in de Bank van Leening had ze weder
een anderen naam opgegeven, ofschoon het,
volgens de aanduidingen van de verschil
lende personen, dezelfde vronw scheen ge
weest te zijn. Ook had ze in die Bank van
Leening tot de juffrouw daar, die een
eogenblik aarzelde of ze zooveel geld als
„Het wil mij voorkomen, dat dit wel
een uiterst gemakkelijke ea eenvoudige
wijze van belastingheffing is, maar te
t elijkertijd een rnwe greep, die hoogst
schadelijk zal werken op onzen handel
en op onzen geheelen eoonomisohen toe
stand. Voor ieder die brj bedrijf of handel
betrokken is, is het dnidelijk, dat de vele
verschillende artikelen, door ons tarief
belast, zoo maar niet over dén kam ge
schoren kunnen worden. Het eene artikel
zal een verhooging kunnen verdragen, het
andere niet.
Bovendien is het voldoende bekend dat
ons tegenwoordig tarief teohnisehe gebre
ken aankleven en zouden dus de^e gebre
ken nog met 7« verzwaard worden. (Ik)
geloof dat wjj als eeu der lichamen die
den handel vertegenwoordigen niet lijde
lijk mogen toezien, dat zulk een hoogst
elementaire wijze van belastingverhoeging,
als thans wordt aangekondigd, wet wordt,
zonder protest te doen hooren."
Dat //ons tegenwoordig tarief teohnisehe
gebreken aankleven" zal de minister ook
wel weten.
Hij presenteerde dan ook zjjn ontwerp tot
tijdelijke verhooging sieohts „in afwachting
van een geheeie herziening van het tarief".
Maar of uu //deze ruwe greep", //hoogst
schadelijk zal werken op onzen handel",
is een bewering die allicht niet door alle
vrijzinnigen, zelfs niet door alle vrijzinnige
leden van genoemde Kamer vanKoophandel
zal worden toegegeven.
Of herinneren zioh de heeren niet zeke
ren heer Veder, een (liberaal) lid van
diezelfde Kamer van Koophandel te Rot-
teidam
Deze tooh verdedigde nog in 1904
toen de Tariefwet van minister Harte aan
de orde was een blijvendeverhooging
van ons tarief van inkomende rechten en
eindigde zjn betoog met oeze woorden:
Ik heb getracht aan te toornen, dat
het Ontwerp-tarief van eenBotterdamsoh
standpunt beoordeeld, geen nadteligen
invloed op onzen handel en scheepvaart
zal uitoefenen.
En de (liberale) heer Jaoobson, ook een
lid van genoemde Kamer van Koop
handel, zeide
Hebben wij nog niet genoeg leergeld
betaald Wat nu gedaan wordt, had reeds
voor vijf-en-twintig jaren moeten ge
schieden. Dan zouden wij er nu reeds
vrij wat beter aan toe zijn.
J.1 i riir awsgagsagBtaggggsawMMB—
die vreemde vronw vroeg, wel op dat goud
kon geven, want toen was er van den moord
nog nietB bekend, gezegd. „Gjj knnt gerust
dat geld er op geven, juffrouw, want het is
van iemand, die dat bniten weten van haren
man doet, en die panden zekerljjk weer
spoedig inlossen zal, met goeden intrest."
En toen de Justitie onderzocht, hoe die
bedoelde vronw er wel nitzag en hoe ze
wel was gekleed geweest, vernam men dat
deze vronw, een zwarten regenmantel
droeg en een ouden stroohoed ep haar
hoofd had. Haar spraak was vreemd, zoo
wat plat duitsch, en men had spoedig aan
haar kunnen bemerken, dat ze geen Am-
sterdamsche van geboorte was. Welnn,
was dat niet op de meid Maria Lennink toe
passelijk? zoo meende menigeen. Die toch
was afkomstig uit Orerjjsel, en had het
Amsterdamsch spraakeigen ook in 't ge
heel niet I Maar waar dan toch die Maria
te vinden
De Justitie bleef zich daar alleen niet
meds bezig honden, en kwam er al spoedig
achter, dat er nog een vronw bestond, die
ook wel eens bij de wednwe Tommei aan
huis kwam en ook een vreemden tongval
had. Deze vrouw woonde, dat kwam al
heal spoedig uit, en die vond men gemak
kelijk, in een zoogenaamde kelderwoning,
zooals er toen zoo velen, bjj de heerschende
schaarschte aan mindere woningen, te
Amsterdam woonden. Haar man was een
sjouwerman, die Wouters heette, maar
haar zelf noemden de bnren altijd Hen-
drien. Wordt vervolfij