iraagd Rsï N1EUWSBLAB VOOR ZEELANB. lergunning E HUUR! ipriuk, iïïwT" No 294 1909. Donderdag 16 September 23e Jaargang, torlim ikkersknecht tl GHRISTELIJK- HISTORISCH Knecht ^knecht mstbode delburg ONGEBODEN lent laren 89 Aren Kemeten 277 V, ïrsknecht, jjl VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. DE JONGE-VERWEST, te Goes FEUILLETON. Een bekroning der Kinderwetten. F; P. D HUIJ, ie Middelburg. 1 PRIJS DER ADVERTENTIËN amypark No 26, jplevert. 3ELEN 'hoekschen weg )ostkapelle naar emeente O o s t- Notarls D. C. liddelburg, ten figsbiljetten wor- i22 September sen degelijk ver- deniers en Irovlsle. T5, Bureau De metselen ver- DLOO, Seroos- gevraagd reden, P.O., bjj t, bakkerij, Axel, J. BREVET, iurg. lag en Vrjjdag [•kvrouw. rdslngel S 187. Bmber gevraagd jv id gevraagd bjj A.L.VAN it, Goes. A d. lissingen, 7.io 5 S3 O 1> CJ 7.46 7.56 8.17 8-55 9.10 9-43 10.51 11.31 13.42 II.30 12.15 7.55 8.05 8.12 8.02 8.27 8.36 8.49 8.56 9.01 9.10 9.16 9.29 9-42 9.51 lO.— 10.4* 12.O3 110.30 11.40 [12.31 1.12 1.26 1.29 3-°S 3-S« 4-14 4.28 burg, Z. Duitschl* RoosendaalLage leer dan 150 KM. 6.04 7-iS 8.0I 8.20 8.34 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers 0,02®. UITGAVE DER FIRMA EM ."M Zy die zleh met 1 Oct. n.s. op oil* blad nI)onno(;rt>i), ontvan gen het tot 1 Oot.a.et. gratis, op. Zondag*» „Alle macht is door God over ons ge» steld. Zij is Gods stedehouders»zij is Gods dienaresse; in deze tweeledigheid der betrekking, in de tweeërlei richting op en nederwaarts, ligt de gansohe theorie (van het „droit-divin" het gezag en het recht dat nit God, en bij de Gods gratie ons is geschonken). Wij moeten aan de over ons gestelde Maoht gehoor zamen om des Heeren wilzij moet ge hoorzaam wezen aan God". In deze woorden leert Groen van Prin- eterer ons, dat de Overheid heeft te rekenen met de ordinantiën Gods.Gelijk de Overheid eene aisohaduwing is van Gods oppergezag, zoo behooren ook hare ordonnantiën, hare wetten, alB eene eoho te zijn der Goddelijke trdinantiën. De Overheid moet niet gebieden al wat God gebiedt. Doet zij dit, dan worden wij gevoerd in de armen van die treurige „staats-al bemoeizucht". Dat is de bron der dwinglandij en der gruwelijke vervolging om der religie wille. Dat riep in de dagen der Reformatie de inquisitie en den bloed raad in het leven. Daar zijn alle geloofs vervolgingen uit geboren. Het was telkens de Overheid, die meende,dat zij, wat God gebood op het gebied van kerk en gods dienst, met haar gebod, gesteund door den sterken arm van het gericht, moest beze gelen. Da Overheid, die buiten haar reohts- en machtsgebied ging, niet ver- staande,dat kerk en huisgezin en mensohen- hart terreinen zijn, die souveieiniteit in eigen kring bezitten, waar God haar, als Overheid, geene maoht gege en heeft. De Overheid moet dus niet gebieien, al wat God gebiedt, maar wel is het hare roeping om met Gods ordinantiën te rekenen. Al wat de Overheid gebiedt, moet ook van God geboden zijn, d. w. z. rusten in de goddelijke ordinantiën en voor het minst met haar niet strijden. Om aan dezen allereersten eisoh van de uitoefening van het Overheidsgezag te voldoen, is het van noode, dai de Overheid die ordinantiën Gods kenno en dus dat God Zyn wil bekend gemaakt hebbe. En dit is het geval. Onz? vaderen lieten ons de ware christelijke belijdenis, in houdende de hoofdsomma der leer van God en der eeuwige zaligheid der zielen na, en deze leert>Wij kennen Hem door twee middelen. Ten eerste, door de schep ping, onderbonding en zegeering der ge- heeie wereld overmits dezelve voor onze oogen is als een sohoon boek, in hetwelk Johanna, Reindert en Jan zijn geen slechte kinderen, integendeel, men heelt ze spoedig lief. Toch zijn ze niet zoo lnttik, twee zijn al boven de schooljaren en de jongste spoedig. Ziet ge wel, dat men met grooten ook nog wel wat kan beginnen, dat bet niet zoo dwaas is de voogdij over grooten te aanvaarden In alle drie ait een goed karakter, ze lijn zaoht van aard. Hun moeder is overleden, de vader is een dronkaard. De kinderen worden verwaarloosd, zóó dat de vader geschorst wordt in zijn voogdij, opdat ze spoedig ia een betere omgeving komen. Dit geschiedt. De kinderen zijn 100 vies. Ze laten zieh geduldig reinigen, al veroorzaakte 't hun pijn, vooral de twee met hnnne onreine hoofden, -oewel Jo hanna pyn tranen over de wangen rollen, toch laat ze zioh geduldig reinigen. Op haar heeft de dokter nog hoop, maar d'r broer moet naar 't gasthuis. Telkens alle sohepselen, groote en kleine, gelijk als letteren zijn, die ons de onzienlijke dingen Gods geven te aanschouwen, zijne eeuwige kracht en Goddelijkheidal» de Apostel Paulus zegt, Rum. 1 20: Welke dingen alle genoegzaam zijn om de mewchen te overtuigen en hun alle omohuld te bene men. Ten tweede geelt Hij zioh nog klaarder en volkomener te kennen door zijn heilig en Goddelijk Woord, te weten, zoo veel als oas van noode is in dit leven tot zijne eere en de zaligheid der zijnen, Tot het boek der natunr behoort alzoo alles, de ordeningen van hemel en aarde, de gezette tijden, de eirohen van groei m bloei, leven en beweging, gelijk wij dj? in de werken der natuur aanschouwen, Daartoe behoort ook de kennis van het eigen hart, de ingeschapen Gsdskennis, de wet Gods in het binnenste, het werk der wet geschreven ook in het hart der hei denen, de oonsoientie, de gedachten, die beschuldigen of ook ontsohuldigen. Én de overheid buiten de bijzondere Openbaring lerende, de overheid in heidensohe lan den, heeft zieh door dat boek der natuur te laten voorliohten, is aan den wil van God daarin geopenbaard gehouden. Daar om doet elk onrecht, elk geweld, waar tegen ook haar natuur en geweten getui gen, haar schuldig staan voor God. Op bloot, natuurlijk gebied is uit dat boek der natuur de goddelijke wil vrijwel te kennen, ook door den gevallen mensoh. Moeilijker wordt het echter, waar de overheid op het zedelijk gebied, regelend de verhoudingen van het tuenschelijk le ven, heeft op te treden. Dan blijkt juist hoe het verstand verduisterd en het gape ten bevlekt is. En ofsohoon het werk der wet, niet uic h«t hart is weggenomen, took is het in die mate verstoord, dat de over heid in hara wetten en regelingen telkf sis mistast en tegen Gods geboden ingaan En zoo in plaats van gehoorzaam, on gehoorzaam is, zondigt en doet zondigen. Helaas, menigmaal in boozen moedwil, maar ook niet zelden in onwetendheid. De overheid is dan te blind van oog om te lezen het boek van Gods ordinantiën in de natuur. Nameloos groot is alzoo het voorrecht der Overheid in Christenlanden, boven iie in heidenlanden. Zij heeft voor het minst bij bet boek der natuur een tweede boek het boek der bizondere openbaring. En het komt er dns maar op aan, dat zij het recht gebruike. Behalve Gods wil ter onzer verlossing, liggen in dat boek de aanwijzingen van Zijn wil op elk gebied van ons leven. Zonder in den bijbel een encyclopedie te zoeken, mogen wij „He weren dat de Heilige Sohrift de grond slagen van regt en zedelijkheid, van gezag worden de aangroeiende haartjes weer uit het hoofd getrokken. Deze pijnlijke opera tie geschiedt lot zijn bestwilniet de dokter, niet de zusters, maar de ouders pijnigden het kind door hunne verwaar- loozing; negen maanden moest Jan in 't gasthuis vertoeven. Wat ook gedaan werd om Johanna te vrijwaren voor zulk pijnlijk trekken, het bate niet. Heur haardos moest er af; na een anderhalve maand inspanning werd zij op last van den dokter naar 't gast huis gebracht. Zij heeft er tien maanden moeten vertoeven, dooh met gunstiger gevolg dan d'r broer. Jan heeft nog een kale plek overgehouden, maar -Johanna d'r hoofd is gedekt met gezond haar en ai is het kort, 't staat h'r mooi. In elk opzicht, ook in haar kleoding zng zij er bij ons bezoek zoo rein blozend uit en laehte ons met h'r zachte oogen vrien delijk toe. »Zou je wel weer naar je vader willen F" «Ja m'nheer." 't Was haar aan te zien, dat ze meende wat ze zei. «Heb je 't hier goed?" Haar pleeg ouders konden deze vraag niet hooren-, zij kwam ons tegen in het zonnige Apel- en vrijheid, ook voor de Natiën en Re geeringen aanwijst." Wel is Gods Woord niet een wetboek met artikelen, die men maar heeft op te slaan om nauwkeurig geformuleerd te vindon, wat mag en niet mag, moet en niet moet, wat God gebiedt en verbiedt en die de regeering dus voor haar gebied maar heeft over te schrijver en in hare wetten heeft op te nemen. Dat niet. Maar in de Heilige Sohrift zijn ons de beginselen aangegeven, waarvan de overheid bij het vervaardigen harer wetten heeft uittegaan. Daarin zijn de hoofdlijnen getrokken, waar binnen ze in haar regeeringsbeleid zioh heeft te be wegen en waarbuiten ze niet kan gaan, zonder de Goddelijke ordinantiën te schenden. Gelijk alle oreatuur is ook de overheid op haar terrein gebonden aan den wil van God en is zij ook geroepen tot gehoor zaamheid aan den Schepper van 't Heelal. Dien wil heëft God h*ar geopenbaard in Zijn woord, verkondigd in Zijne werken der natuur en beschreven in Zijne bijzon dere openbaring. Dien wil ie kennen, en meer en meer te leereD kennen, naar het lioht haar gegeven, is dus de eerste roe ping aller Overheid. Dooh nu komt de vraag: hoe zal zij hem leeren kennenF Wat de kennis van Gods wil aangaat, voor zoover die ook voor de Overheid en haar regiment in de natuur is geopenbaard, staat haar de weg van onderzoek en naden ken open. De lessen der historie, van het verleden, de wijsheid van de groote den kers, de ontw kkeling der rechtsbedoeling in de van God meest begaafde volkeren, de uitspraak der corscientie, deze allen staan haar daarbij ten dienste. Wat de ksuöi» van Gods wil betreft, voor zoover die oo i voor de Ovevheid, hare wet geving en regeeing in de Heilige Schrift is bekerd gemaakt, wordt haar dezelfde weg gebodenonderzoek en nadenken. En ook hierbij staan haar hulpmiddslen ten dienste, ten eind.* ai t dek rechten weg te verlaten en op een glibb rig pad te gera ken. De studie v u thooiogan en juristen, die belijden, dat le v r~za des Heeren het beginsel der Wetenschap is, kan zij zich dienstbaar maken. Met. de belijdenis der kerk, voor zooverre d. se o^k haar terrein bestrijkt, haude ze wel te; dege rekening. Waar Jicht ter voorlichting zich haar aan biedt, staat het aan haar om. er gebruik van te maken. AUoen houde m?n wel in het oog, dat d« Overheid haar tank haeft te vervul len voor eigen verantwoordelijkheid. Zij staat en valt haar eigen hear. Z\j leeft on der niemands voogdij, ook niet der kerk. Zoo zij in eeuig punt den raad der kerk volgt en dn kerk dwaalde op dit punt, dan is zij niet verantwoord. Zy zelve is schul- doorn, op weg om haar pleegmoeder van 't spoor te halen. „Ja m'nheer, 'k zou hier anders wel willen blijyen, maar vader wil mij zoo graag terug hebben." Hoe kwamen wij tot de vraag: „zou je weer naar je vader willen F" In d'r vader was nog een vader: hij miste zijn kinderen en dat door den drank 1 Da ontzetting uit de ouderlijke maoht ontnuchterde ham, hij vervloekte den drankhij werd geheelonthouder. Deze vader mocht zijn kinderen be zoeken. Hij maakte, ondanks den grooten afstand, druk gebruik van deze gunst. Hij verzocht al spoedig om in zijn ouder lijke maoht hersteld te worden, maar er zou lichtvaardig gehandeld zijn, indien terstond zijn verzoen ware ingewilligd. Doch bij hield aan tot de Voogdijraad geen termen meer had om zijn verzoek van de hand te wijzen. Tot ons kwam 't bevel, ons voor of tegen vaders wensoh te verklaren. Dit was de reden, dat we Johanna voor de vraag steldenzou je wel weer bij je vader willen wezen F Nu is haar antwoord ook te verklaren. van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cenr. Familieberichten van 1 —5 regels 50 cent, Iedere regel meer 10 cent. dig, Zy blijft geheel verantwoordelijk voor hare daden. Wij onderschrijven alzoo Groen's woord »De souverein is de stedehouder Godsder halve gehouden God te belijden, openlijk te vereeren en te dienenanderen tot uitoefe ning van de godsdienst behulpzaam te zyn, en zoover zyn rogtmatig gezag strekt, de wet van God tot rigtsnoer zijner daden en verordeningen te stellen"en belijden op bet staatkundig terrein„de eeuwige be ginselen van Gods Woordzóó evenwel, dat 't Staatsgezag noch rechtstreeks, noch door de uitspraak van eenige kerk, maar alleen in de consciëntie der Overheidsper sonen aan de ordinantiën Gods isgebon- den." 15 September 1909. Liberale bevoorrechting. Wij lazen gisteren in het avondblad van de roomsch-k&tholieke Maasbode ii Wie nog meerdere illustratie verlangt van di3 groote vrijheden van 't liberalisme en w"; nu - g zoo hardleersch is, dat hij niet inziet,hi a wars van alle «exclusivisme* het liberalisme is, leze eens de volgende advertentie, die in de N. R. C. te vinden is Openbaarmaking vonnis. Bij thans in kracht van gewijsde gegaan vonnis van 't Kantongerecht Rotterdam I, den 12den Aug. 1909 gewezen, is Adrianus den Elzen, geboren te Veur, 30 Oct. 1873, boterhandelaar, wonende te Zoetemeer, ter zake vanmargarine leveren, terwijl niet op alle verpakkingen 't woord «Margarine* voorkomt, gepleegd binnen 2 jaren sedert een vroegere veroordeeling van den veroor- delde wegens overtreding eener bepaling der Boterwet onherroepelijk geworden is, veroordeeld tot hechtenisstraf gedurende zeven dagen, met last tot openbaarmaking der rechterlijke uitspraak door plaatsing van een uittreksel daarvan, op kosten van den veroordeelde, eenmaal in de Nieuwe Sotter- damsche Courant en eenmaal in het Rotter- damsch Nieuwsblad. Voor uittreksel, de Ambtenaar van het Openbaar Ministerie by het kantongerecht Rotterdam I, DE KUYPER. Ziedaar nu, geachte lezer, ds bedeeling van het recht. Ziedaar vrouwe Justitia, staande in het atrium van het rechtepaleis, met de weeg schaal in de hand en den blinddoek voor de oogen. Masr de blinddoek schijnt toch niet zoo strak toegehaald, of men heeft nog net eventjes gelegenheid om te zien, dat zulke advertenties toch maar alleen thnis hooren in liberale bladen. Dezelfde vraag deden we ook Jan en Reindert (de laatste is voor de pijnlijke operatie bewaard gebleven) en beider ant woord was, dat cok zij zioh weer bij rader terugwensohten. Geen wonder, zij zagen dat vader, die hun telkens bezocht, nuohteren waskon den ten laatste geloovenvader drinkt niet meer. Zijn vaderhart hebben ze leeren kennen, den tand der liefde van vader en kinderen is samengevlochtenze zijn blij elkaar vaak te zien, dooh altijd bij elkaar te zijn zou de maai van geluk vol maken. Nu de kinderen er niet tegen op sagen tot vader terug te keeren, neen er naar verlangden, bestond er bij on8 ook geen bezwaar. Voor de rechtbank hebben we verklaard: „de herstelling van dezen vader in zijn ouderlijke maoht is een bekroning der Kinderwetten." De edelste vrucht dezer wetten wordt niet gezien als de kinderen alleen gered worden, neen, maar wanneer ook de ou ders tot inkeer komen, het niteengesoheur de gezin wear èin wordt. We hebben voor de rechtbank het lijden der kinderen niet verzwegen, opdat de vader zou verstaan welke pijnen ze hebben De Christelijke bladen van Rotterdam ziet men niet, want die blinddoek, weet u.... Of zon het waar zijn, wat 'n geestig lezer, die ons op deze advertentie opmerkzaam maakte, ons schreef, dat n.l. de niet-lezers dier bladen, 'n overgroot aantal Christenen dus, die bjj boterknoeiery geen belang heb ben, omdat het alleen de ontwikkelde lezen dier bladen zyn,de intelleotneelen onder de liberalen, die gevaar loopen door dien ver- valscher van boter by den neus te worden genomen F We weten het niet,maar zeker is dat hier weer een eigenaardig lieht geworpen werdt op een der kostelijkste vrijheden, door de liberalen ons gebracht,zooals ook de Vader' lander opmerkte, n.l. de vrijheid van druk pers. Wat, vrijheid van drnkpersge moogt toch zooveel kranten drnkken als ge maar wilt en daarin schrijven wat ge verkiest? Welzeker mogen we dat,maar ds liberalen hebben van meet af aan door hun schande lijke en stuitende protectie der liberale pers met honderden middeltjes er voor gezorgd, bewust of onbewust, direct of indirect, dat de Christelijke peis er onder bleef. Het is met deze en al dergelijke door de liberalen gepredikte vrijheden, evenals met de vrijheden om een dnif uit te laten, zooals dr Kuyper het eens geestig uitdrukte. Maar ziet u, vlak voor mijn duiventil staat een boom, en die boom heeft takken, en op een van die takken zitetn valk l Vlak voor mijn til Tot zoover de Maasbod*. Het heeft ook ons menigmaal geërgerd dat de rechtbanken, stoombootonderne mingen, polderbesturen, gemeentebesturen (voor een deel), kerkvoogdijen (voor een deel), in den regel hnnne bekendmakin gen in de vrijzinnige bladen plaatsen en ons blad stelselmatig voorbijgaan. Natuurlijk zwijgen wij hier van de gunstige uitzonderingen. Bijv. heeren nota rissen, gedeputeerde staten, enkele hypo theekbanken, de Breede Watering bewes ten Yerseko, enz. staan zoo hoog dat zij bij de liberale ook de anlirerolntionaire pers willen steunen. De klacht van de Maasbode oum grano sails genomen, heeft dan ook onze instem ming. Maar laten wij de exolusivisten in onze omgeving niet te hard vallen.lmmers er zyn ook tal vaa reohta stemmende, gereformeer ds mensohen en kringen,die bij voorkeur ia de linksohe bladen alleen annonoeeren ja selfe ons Reohtsohe kabinet begaat dezelfde zonde. Eenige maanden geleden bevatte de Goesche Courant een advertentie van ruim een kolom, van een dor ministeries. Terstond maakte de N. Z. Crt. hier werk moeten verdragen tengevolge van zyne verwaarloozing. De President dier rechtbank gaf zyn goedkeuring aan deze verklaring te kennen, hopende dat het den vader tot een leering mocht strekken. Acht dagen na dien is de vader in zijn voogdij hersteld en heeft zijn kinderen tot zioh gehaald. Voor eenige dagen hebben we dit her boren gezin bezocht. Johanna zagen we het eerst; zij nam als 'n moedertje melk. Hoewel we er nogal vroeg bij waren zag zij er zindelyk en wel gekleed uit. Zij verwelkomde ons met haar goedig vriendelijken glimlach en diende ons bij vader aan. Zij verdiende een complimentje dat ze zoo vroeg alles al op orde had. Hoewel het gezin moederloos is, dooh de vader zijn werk thuis heeft, zijn ze onder vaderlijk toezicht. De goede ver standhouding onderling was duidelyk merkbaar. Ze zijn blij, dat ze weer bij elkaar zijn. De vader werkte eertijds voor de kioeg, nu voor zijn kinderenze hebben hun vader weergevonden en dat door de Kin derwetten, 't Kind,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1909 | | pagina 1