1EUWSBLAD
No. 253,
Vrijdag 6 Augustus.
23e Jaargang,
!EN
ISTORISGH
.ST.
ms
op,
lard,
leeht
GHRtSTELIJK-
ln
HB
de
r ij d a g.
lOOTB.
uur
tede „De
icbtlngen
Ijetten in
>ustus bij
iJNSE.
16 Au-
jen, bjj
ook een
bij J.
fcerke.
pehooren,
een paar
MIERE,
llO Aug.
|RM,
I n d e.
lard,
te wer-
s enkerke.
lilo.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed, S. J. DE JONvc VERWEST, te Goes
F„ P. DVUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Tengevolge van de steeds
grooter wordende oplage
van ons blad, verzoeken wij H.H.
Adverteerders de advertentiën zoo
vroeg mogelijk in te zenden; vooral
voor de nnmmers, die Vrijdags en
Zaterdags verschijnen, gelieve men
te zorgen, dat de annonces vdtir 12
aar In ons bezit zyn, wijl anders
plaatsing in de 1ste editie van dat
nummer niet kan verzekerd worden.
DE ADMINISTRATIE.
Snippers uit de oude doos.
K
uro*
jSL
l<
5
bij den
K 156»,
l»de Ken-
kOOP»
LCOBUS
e.euwsche
lande.
v
taamslag
teweg).
apoort T
nieuwe
tsploeg'
Veereu
\capelle.
\tsdiffk.
at Goes.
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Pri.s per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers 0,02'.
UITGAVE DLR EiRMA
VAN
I
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 '•ent.
B3W
De opgaaf van den spoordienst
komt In dit nummer voor op de ge
bruikelijke plaats.
DRIE DOODBN.
Drie groote dooden, mogen wij wel
zeggen. Toch leefden zfj alle drie uit ver
schillend begiDsel, ging de liefde van hun
kart naar onderscheiden doel uit.
Wjj bedoelen Thorbeoke en Groen van
Prinsteier, van ouda vrienden en toch cp
het hoofdpunt uiteengaande, ncalksars
tegenstanders dusde een van den ander
„vriend en vqand tevens", gelijk Alber-
«tingk Ttaijut da Costa eens toezong. Eu
deze twee werden, kort na Groens ver
scheiden, geteekend door Sohaepman, den
hekenden diohter-staatsmaa, in zijn tijd
schrift „Onze Wachter" (1877).
Den aanhef van zijn opstel aan Groen
van Prinsterer gewijd, dooh in welke
beschouwingen hij ock Thorbeoke betrekt,
laten wij hieronder volgen. De sohrjjver
toekent twee groote dooden, dooh tevens
aiobzelf, en zoo eeren wij er drie.
Toen op de vroegere Kasomarkt te Am
sterdam de fanfares schetterden en de vrij
ondelooze menigte woelde er< joelde roe dom
het in verschen bronzen glans stralende
beeld van den „besten burger",1) ontsliep
in de aristokratiache huizin ge op den Vij
verberg de man, die jaren lang zijn vriend
en tegenstander, meer bovenal en altijd zijn
evenknie, zoo niet zjjn meerdere was ge
weest. Rees bij niemand dar velen, voor
wier geest die beide names; cp zoo zonder
linge wijze werden vereenig 3, de vraag op
welke naam wel het langst zou leven op dat
Standbeeld voor Thorbecke.
335 FEUILLETON.
DOOK
SCALDIS.
Het Kapoenhof bij St. Maartensdijk
II. (Slot.)
Deze ongunstige tijden waren misschien
ook oorzaak dat bestuurders van het
Kapoen-huis besloten, de landerijen van
de stichting zelf te gaan bewerken, daartoe
eene schuur bouwden en eeoige bedienden
buurden, terwi,i de ierat afgelegen lande
rijen verpacht bleven.
Alsof alles nog niet genoeg medewerkte
om den ondergang van het gesticht ta
verhaasten, moest het nog eene andere
noodlottige, niet te voorziene ramp onder
vinden. Op den avond vac 15 Juli 1691,
werd het gebouw, met do schuur en
wat zioh daarin bevond, een prooi der
vlammen: alleen de eenigszins verwijderde,
maar nu uuttelooze kapel bleef behouden.
Na dese ramp wendden *;oh ie regenten
tot de S-aten van Zeeland, tevergeefs om
hulp. Beter slaagden zij bij Oen toenmaligen
Heer der heerlijkheid, Prins wmem 21/,
die hun riet alleen 200 gld, sobonk, maar
ook vergunning gaf, eene collecte te houden
in al zijne heerlijkheaeu, welke coiieote
niet aan de verwachting beantwoordde
zij braoht slechts 26-6-8 Pd. Vis. op.
Om de verdere kosten van den herbouw
te dekker, ging men nu eene geldleening
*»a van 2o00 oaroliguldens, onder hypo
beste en sprekendste van „'slands historie-
bi aai", in bet hart ea het leven van 't volk
Hetflterdbeeld van Thorbeoke is opgericht
en onthuld4 maar de „burgers", die deze
hulde aan den ontslapen Staatsman hebben
gebracht, hadden blijkbaar hiaat bij hun
onderneming; het kuddeken toch slinkt
van dag tot dag. Groen van Prinsterer was
zelf te fisr, om niet aan zijn volgelingen
zooveel fierheid. te hebben nagelaten als
hnn beletten zal het oordeel der hietorie
vooruit te overschreeuwen door 'n reclame,
al werd dis ook gegoten in brons.
Maar de daden der volgelingen hehoo-
ren niet lot dit korte woord en toch geeft
het verschil, bij be|ger partijgenooieo op
ie merken, reeds eenig antwoord op de
vraag: voor wie van beiden is het „monn-
raentum aere pereunius", een «ereplaats in
den tempel der onsterfelijkheid bestemd?
Beiden zullen nog lang voortleven onder
huu volkbeider naam zal nog lang be
lmoren tot de dagel'jksobe woorden. Thor-
becke en Groen van Prinsterer hebben
beide met te machtige hand gegrepen in de
beweging van hun tijd dan det men niet
lang de nawerking van hun voortdreven,
terughouden,regelen zou bespeuren Beiden
waren te zeer vertegenwoordigers van
richtingen, die eenwen lang onze ihder-
landache historie hebben gekleurd en die
baiéien aaa éane bron ontsprongen.2) Baden
hebben te dikwijls en te juist'twoor< van
den dag gevonden en uitgesprokenda
echoos zullen nog lang trillen van hunne
stem. Daarbij beiden geschonken de zser
noodzakelijke, maar ook zeer gevaarlijke
voorbereiding tot een bl j venden roem, een
lang leven, krachtig genoeg om tot '1 einde
toe werkzaam te blijven; rein genorvom
niet in schaduwen onder te gian. Aaide
grijsaards zijn gestorven als ro »nnen x de
kracht vtvn hun levenin het midden van
haa werkzaamheid trof hen de dood
Zij waren elkanders waard ge tegenstan
ders, evenknieën in den vollen zin. .Daar
viel geen zichtbaar onderscheid te speuren
in do mate van talent aan beiden toebe
deeld. Aan beiden behoorden de onver
moeide werkkracht met even ondooft aren
lust gepaard.de veelomvattende keenbhet
stalen geduld, de vaardige vlugheid; beiden
Dit is een bedekte aantijging tegt u de
Reformatie die volgens Schaepman en vc gens
alle Roomsclien 'tis herhaaldelijk dooi hun
beweerd Revolutie was.Van daar hier Sc.iaep-
mans „b e i d e n" aan ééne bron ontsprongen."
theeair verband der landerijen aandestioh-
ling toebehoorende en werd er nu, op de
grondslagen van da oude gebouwen eene
nieuwe woning met schuur opgetrokken.
Aldus gedrukt door zware lasten en wei
nig inkomsten, moest men op bezuiui ging
bedacht z\jn. Eenige opengevallen oude-
mannenplaatssn werden 0 a. niet asnge
vuld en ze)f3 werd den ouden lieden het
vroeger ruimschoots ganot van bier ont-
houden.
Doch nieuwe tegenspoed daagde er voor
de stichting, toen nog groot 185 gemeten
gronds. Ten allen tijde was hst als Gods
huis, vrij geweest van de balasting order
den naam van -. „bezaaide gemeten, ronde-
maat, koorn- en zoutmaatgeld". Doch toen
de Staten, in plaats van deze belasting eer.
geschot in voerden van één gulden per ge
met van alle landerijen, werd deze ook ge
heven over de eigendommen van h Ka
poen-hof.
Vruchteloos toonden regenten het vrij-
doms-reebt aan; tevergeefs berieps- zjj
zich 00 de verschillende ordonnantie van
de Staten, bij welke Godshuizen, die. van
aalmoezen moesten onderhouden worden,
vritgesteld waren van belasting: tever
geefs wees men op den ongnnstigen toe
stand van de stichting, niets mocht
baten, waarop men eindelijk een verzoek
indiende tot kwijtschelding vau de achter
stallige lasten, met belofte den „gulden per
gemet" voortaan te zullen batalen doch
ook deze poging was vruchteloos.
Na herbaalde aanmaningen tot het aan
zuiveren der achterstallige gelden, en na
was de b'ik der groote heervoerders toebe
deeld, dj rcherpe, ver dragende en diep
doordringende blik. Beide wisten 't woord
ea de ved»r te h»nte»run met geheel eigen
aardige meesterschap, w&nt ieder hunner
woorden droeg het oi.üUwischbzar zegel
merk van hunne gedtebto. Beide waren
niet alleen staatsmannen,maar ook mannen,
ook karakterszij hadden beide èa de be
langeloosheid èa het zalf bewustzijn aan alle
groote persoonlijkheden eigen; van baat
zucht was bij geen van beiden 'n schaduw,
maar de stille bescheidenheid van den éen
zou op de vraag: „zijt ge een man van
naam" koel weg hebban geantwoord: „Mijn
werken spreken", er de ander kon bij allen
christelijken ootmoed toch niet zonder
eenige drift in de taal van den Staten-bijbel
soms uitroepen „Si gloriari oportet, glo-
riabos". (Indien iit roemen moet, zal ik
roemen
Daar is echter nog meer verschil dan
overeenkomst De tulentec, hoe gelijk ook
aan waaroe, w&ren zear verschillend van
aard. Thortccke was oen wijsgeer, Groen
van Prinsier.'- een geloovige, Thorbeoke
een denker, Groen een strijder, Thorbeoke
een watgever, Groei een stichter, Fhor-
beeke een meester, Groen een veldheer.
Tegenover do wstten van don minister
vau Sisfld- staan de vtreenigingen in 't
leven geroepen door den hoofdman der
«nti-revoln\;ot »ire prrtij. Groen van Prin
sterer Blast meer in onmiddellijke betrek
king met hat leven, terwijl Thorbeoke het
niet zoozeer bthaersebf, als wel zich daar
boven plaatst.
Het rnitg Koaderlmg schijnen bij den
strengerstunten Calvinist der negentiende
eeuw, m5,».i hei g-oote verschilpunt tus-
scheci hein en i'hci icke ligè in het hart.
Hier wordt, niets 'gedongen op al de
trekken van hoistlij ;e en vriondsocappe-
lijko beminnelijkheid die mon in de laatste
jaren bij Thorbeoke hreft opgedolven. Van
deze twee openbnxo verschijningen is
Thorbeoke de man het koude verstand.
Groen van Piijstersr daarentegen de man
ven hei hart, ^an hot gevoel, van de fan
tasie zelfs. Da Evatgeliebelijder is altijd
een leerling ven Plsto gebleven. Bij hem
vindt man dc.2; een open oor voor poëzie,
voor bet e.ihc ore woord. Hero is de ge
schiedenis "ioJ iets ouders de,a cea vraag
baak, zij is een monument. Maar cm tot
da groote lijnen f .rog te keeren in de
werkzaamheid van Thorbeoke is taaiheid,
in die vanjGrocn geestdrift, in het, karakter
van genen is vu thoudeuheid van begin
selen, bij dezen is geloof. Bij beiden is de
tegenspraak steeds halm en waardig, matr
bij Thorbeoke openbaart zich de toorn in
een hooghartige, strenge iroDie, bij Groen
van Prinsterer in hei üjoe, vlijmende ver
nuft. De volgers van den een staan tegen
over hem als tegen over den gevierder,
maar siuggen meester de ander beeft geen
leerlingen, mat* suldaten, hij eisoht streng
tueht, maar bij geeft zalf het voorbeeld
en terwijl hij Veinig Onderwijst handelt
hij, in zijn daden ligt zijn leer. Om toch
met eon kleinen trek te eindigen: ter wij!
-ret zelfbewustzijn van den minister zich
openbaart in een s'ugge onverschilligheid,
soms in een nijdige kleingeestigheid tegen
over zijn bestrii Iers, in een korzelige ijver
zucht tegenover zijn volgers, is de anti
revolutionaire leader steeds bereid om aan
zijn jongeren vollen lof te geven en schept
hij, met naiave ijdjiheid, eea onmiskenbaar
behagen in de hoofsche besprekingen, die
de vijandige pers aan zjn persoon en zijne
werken w ijdt»;.
Het Ijdt geen twijfel of Groan van Pris-
sterer is in de moeste opzichten de meer
dere van Thorbrcke. Ala karakter, als man,
als persoonlijkheid staat hy boven den libe
ralen Staatsman. Ook behoort hij meer tot
het Hollandsche volk, staat hij vaster op
den Hollandschen bodem. Daar is wel ietu
nitheemsch in G nee, nog wel iets behalve
zijn voorraam Guillaume, maar dat uil
heemsohe stemt te wel met den Geneefschon
trok, die in es n deel van ons volk maar te
inheamsch werd, en mea behoort nooit te
vergeten dat ook de „Vader des Vader
Unds"Guillaume tsekende Thorbeoke daar
entegen bfthoort gr boel c n al tot de schoo
dar Duitsche liberalen in later tijd ia daar
vrat Franeche praktijk bli.»evoogd, maar da
Duitsche professor komt altijd wasr boven
Hij is te scherpzinnig ooi niet da geschie
denis te zion, invar de theorie overhearsco c
hem zalf. Indien men Groen telt onder het
geslacht van Marnix en do prinsgazin is
staatsmannen en Thorbeoke daarentegen
van Joan de Wiet doet afstammen, dun
3) Hier stempelt dr. S., in navolging der
liberale pers, als ijdelheid, wat uitvloeisel was
van Groens positie in den beginselstrijd. Hij
stond schier alleen tegen zijn bestrijders; tie
aanzienlijken onder zijn Chr. vrienden begrepen
hem nietalleen 't volk achter de kiezers be
greep hem, instinctief veelal.
verscheidene keersn uitstel verkregen te
hebban, besloot de rentmeester eindelijk
de.r» 8 Dec- 1"0S, al de landerijen, granen,
beestialen en btuwg'ondschappen in be
slag te neme 1 ea, ia zóó ?erre deze weder
inkocht, dat do belattiogpenningen gedekt
waren.
Dezs inbeslagname had nogmaals plaats
op 30 Aoril J 75)9dooh dit had gelukkig
geen verder ge vol?;
Zoo duurde ia ai uteruitgang voort tot-
het jaar 1713 toii regenten, vreezsnde
dat de rentmeester opnieuw dwangmaat
regelen sou ujaaan het -Huis zou doen
oi'trulmeo on de c'.i 'o mannen aan den
dijk zetten, van dei grooten nood, waarin
het gesticht verkeerde, berioht gaven aan
Hoeren Raden en Rekenmeesters (nu exe
cuteurs ia don boedH van Willem 111
met veiar-ek den ondergang van het Huis
te voorkomen.
Deze anU-riieiten besloten nu don 16
Deo. 1712„de regenten te autoriseren
tot den vo-kcap r»a zoodanige landen,
die hst vcist afgelegen zijn, immers die
gene welke sarge icht zijn en niet bij
de fuadatl" *e j 't Oodshais zijn gegeven,
zooverre '*«t noodt; zijn zal om de ver-
aehferde S .ten penningen te voldoen en
vervedgens dan ook, naar advenant, te
verminderen du beeotïalen en bouwgereed
schappen, zonder meur daar vzn aan te hou
den, dan er noodig *ijn zal, tot het banea
van de onverkochte landen, en wel van zoo
danige die niet bekwaam kunnen verpacht
worden, vermits door de eigen baninge van
verre gelegen landen meer schade dan voor
deel aan 't Huis wordt toegebrtcht, zul
lende de regenten, in't toekomende in hst
arme Goduhuis moetan aannemen, zoo vele
menschen en niet meer dan da revenu ia
lijden konden".
Nu werden 89 gemeten "aa de beste
bouwlanden verkocht voor eon som van
624 Pd. Vis., eane som, veireweg ontoe
reikend om da aobteratailiga St-ateslasten
e» aflossing van het gekends kapitaal met
rente te voldoende schulden bedroegen
toen nog 1192 Pond.
Biij gebrek aan da noodige bescheiden
kunnen wij na slechts gissen welken
loop de zikeu verder hadden. Jammer
genoeg, zijn alle stukken en gegevens,
omtrent het gesticht, en aldaar bewznr'J,
door den noodlottigen braad vernield.
Want niet alleen zouden wij daaruit het
juiste bedrag der verkregen lat, der ij en er.
verdere schenkingen van den stichter en
andere Beeren der heerlijkheid kunnen
vernamen, maar ook da verordeningen
omtrent kleeding en levenswijze der ge-
slimenteerden, de dienst des kapelaans,
de inriohting van en het bestuur over het
Godshuis, deszelfs /lotgevallen, gedurende
de eerste eeuw van zijn bestaan, enz., maar
vooral is dit verlies ook te betreuren, wijl'
regenten, tot staving van het vrijdon»?-
rec-ht van belasting, zioh nu alleen konden
beroepen op usant ën en ordonnantiën,
dooh het origineel oatrooi daarvan geen
zins vertoonen, 't welk, naar 't sohijet,
in 1672 door een stadhouder sen 't Hu'u
was veriaend.
Door den opvolgenden schuldenlast ging
dwaalt men toch. Ale - an behoort Groen
meer tot de nazaten in De Witt dan
Thorbeoke.
Maar hoe dit alles zij en, om niet tot
allerlei naspeuringen teug te keeren, zoo
wel de persoonlijkheid als het werk van
Groen van Prinsterer hebbeD, trots allen
schijn, meer kans op e«n langer historie
dan Thorbeoke. Wetten zijn kort van leven;
haar dagen bahooren tot de kortste irê 1.
Het is de vraag niet of de anti revolutio
naire partjj als zoodanig zal blijven bestaan,
maar de groote ideeën van Groen zullen
niet zoo spoedig verdwijnen en meer levens-
kracht toonen dan de eeuwig wisselende
beginselen zonder geloof. Indien een stam
als die van Groen door haar reiner klan
ken geen hoorders meer vond, gsen vol-
gors meer opwekte, dan zou het niet wel
zijn met het boofd en het hart van velen
onzer lanigenocten.
I» één opzicht heeft men missohien het
recht Groen een mindere van Thorbeoke
te heeten. Zijn haat tegen de ka'holieke
Kerk. tegen de Roomsohen in den lande,
zon waarschijnlijk sterker bij hem zijn
geweest dan het rechtsgevoel. Thorbeeke
heeft in zijn leven éen ós,ad van vrijzinnige
edelmoedigheid nan to wijzen en, al is
missohien die daad niet geheel de zijne,
hij heeft toch den nw* gehad haar zijn
naam te gaven, voor haar te vallen. Set
ia aan zweren twijfel 01 derhevig of Groen
van Prinsterer aan zijn katholieke land-
genoofen hun zjer bet-oheiden deel van
vrijheid zou hebban gepand het is zeker
dat uitdrukkingen van hem in omloop
zijn, dia v«e!ear het tegenovergaztelde
verraden. Hij heeft steeds in de katholieke
Kerk niets «odera gezien dan bijgeloof,
een wegbereidsfor was - ij iot ongeloof en
revolutia. Sjmüjde heeft het den sohijn
als poogde hij haar te erkennen, te waar-
deeTen; de poging mislukt.
6 Augustus 1909.
Maandag namen wij een mededeeling
van „Torenwachter" uit de Midd. Crt.
over, omtrent tnej. Wcstmeijer. Omtrent
deze dsme schreef hij blijkens bedoeld
citaat „dat zij naar hot Bijbelwoord duizend
mannen te erg af was''.
Een onzer lezers m »akt ons de zeer
juiste opmerking hoe uit dsza woorden
weer blijkt, niet alleen dat „Torenwachter"
den Bijbel niet kent, wat hem met k waljjk
te cemeu ismaar hoe hij ook niet eens
goed thuis is in Vondei. Immers nift de
de stickt'ng zóódanig achteruit, dat men
waarschijnlijk nog wel meerdere lande
rijen onder den listaer r;a! hebben gebracht,
om zich met bet oversoot 100 goed mo
gelijk te helpen. Missshien ook waren
regenten genoodzaakt f. ie bezittingen van
het Huis te gelde te sunken, en daarmede
zooveel schalden af te lossen als mogelijk
was, waarmede het oulemannenhuis dan
ock als zoodanig te gronde ging.
Zeker weten we dat het in het midden
der 18e eeuw bewoond word door een land
bouwer, dio het zijn eigendom kon noemen.
In het midden der vurige eeuw was do
hofstede nog groot 118 gemeten, denkelijk
vcor het meerendeel afkomstig van ons
vroeger Kapoenhuis.
De kspel, waarvan no - een teekening in
de bibliotheek van het .'.eeuwsch Genoot
schep der Wetensohapp in berust, Btond er
nog in 1721 en zelfs nog jenige jaren later.
Toen in 1759 eene niea .ve kamer tan het
oude huis werd toe ge voosd,werden voor de
zoldering dier kamvr nog zware balken van
de voormalige kapel gebi tikt.
Later werden er, bij het omploegen van
het terrein, waarop het kerkje eenmaal
stond, nog fondamenten van dit gebouw
gevonden, alsmede ee>,i*;o doodsbeenderen,
der hier begraven oude F aden.
Ziedaar wat wij van - et vroegere Gods
huis van St. Maarten ir de geschiedenis
vinden geboekt. Zooals wij hoorden ging
dit zoo weldadige gesticht, door opeenvol
ging van rampen, te ni-; t, hoewel het door
de liefdadigheid van den stichter 'n eeuwi
ge duur was toegerekend,