NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 253. 1909 Vrijdag 30 Juli 23e Jaargang» CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wad S. J. DE JONC-Y VERWEST. te Goes F. P. B'tflüJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN Ten gevolge van de steeds grooter wordende oplage van ons blad, verzoeken wij H.H. Adverteerders de advertentiën zoo vroeg mogelijk in te zenden; vooral voor de nummers, die Yrijdags en Zaterdags verschijnen, gelieve men te zorgen, dat de annonces vóór 12 uur in ons bezit zijn, wijl anders plaatsing in de 1ste editie van dat nummer niet kan verzekerd worden. DE ADMINISTRATIE. De Unie „Ben School met den Btybel". Rechts of Links. Emnenkud. 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Pri.s per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,026. UITGAVE DER '''IRMA UN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent Familieberiahten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 '■ent. 1878 - 3 AUGUSTUS 1909. Aankondiging van de 31st» jaar collecte voor de Scholen met den Bijbel. UNIE-BLAADJE No 43. We beleven ernstige tijden. De aarde heeft gebeefd over here lengte en here breedte, en natuurrampen, zoo vreeselijk els bij menschenhengenis nooit voorkwa- men, eiachten slachtoffers bjj tienduizen den tegelijk. En erger nog den in dien schokken den eerdbodem woelt en werkt het in de herten der menscben en doet zo opbruisen ven geestdrift of gloeien ven htiht, weer met steeds klemmender drang allerlei vraag stukken op staatkundig, kerkelijk en voor el op maatschappelijk gebied here oplos sing vorderen. We belezen een tijd, waeriu het niet ge makkelijk valt onzijdig te blijven. W»»r Gods Woord openlijk wordt i,e2garend en het ongeloof driester dan ooit durft optre den, weer het gezag wordt ondermijnd en het volk met valsche leuzen den weg ven ordeverstoring wordt heengelokt, deer karn een Christen niet zwijgen. Gode zij dank 1 Ons Veder!and bleef uog voer veel kwead behoed, dat bjj onze nebu ren openlijk en welig tiert. Nederland, door den Allerhoogste meermalen tot een zegen in het midden der volken gesteld, is ook thans nog bevoorrecht en in vele op zichten rijk gezegendmeer ook hier spelt alles toenemende onrust, feller strijd. Ook bjj ons roepen allerlei quaesties om beslis sing. En meer en meer komt tot ons allen de vraag, aan welke zijde wij ons zullen scharen. Maar ons antwoord op die vraag hangt af van eene andere, die den grond van alle vraagstukken uitmaakt: „Wat dunkt u van den Christus Die vraag beslist voor u, waar ge staan moet in den strijddie vraag zal ook eens komen tot uwe kinderen, die na u de wor steling zullen opvatten en van wie het voor een deel zal afhangen, of ons Vaderland een Christenland in den waren zin des woörds zal blij ven ef niet. Door 's Hoeren gunst zijn ons de mid delen geschonken om de jeugd voor de toekomst te wapenen straks zal ons land meer dan een duizendtal dier scholen tellen waar „hst Evargo'iezoo* irt on en bijge loof «en dierbre jeugd Deiioudt". Bn wanneer in de Oogstmaand weer gaven voor die soholen werden ingezameld, dan zullen uwe giften toestroomen bij duizenden, bij tienduizenden, geschonken met een dankbaar hart, daDkbaar voor den zegen, dien God ons in de School met den Bijbel wilde schenken. Maarin uwe gaven hebt ge neg niet genoeg gegevener wordt meer van u gevraagdook nwe kindereu meet ge geven. Is het niet treurig, dat dit tot sommigen nog moet gezegd worden Er zijn nog velen, die zioh Christenen besten, die opgaan naar het hnis des gebeds, die zelfs invloed uitoefenen op kerkelijk gebied, die ook hiinne gaven afzonderen voor de Christelijke School, en die toob, uit gewoonte, of achteloosheid, of onkunde, hunne kindeten nog zenden naar de Sohool fODder Bijbel. Hoe kan dat worden verentwoord Onze tijd en, meer nog, de (jjd die te komen staat, eiecht mannen en vrouwen van beslisten zinmeasehen, die wefea wat wij willen. Zult gij uwe kinderen dan niet zenden naar de Sohool met den Bijbel P Misschien zegt ge„Ge kunt de jeugd wel veel leeren uit de Schrift, maar hoar hart vernieuwen, dat kunt ge Dieter gaan ook kinderen van de Sohool met en Bijbel verloran 1" En ge zegt waarheid maar juist daarom vragen we méér van u. Niet slechts uwe gaven, niet sleehts uwe kinderen, ook uw gebed vragen wij voor onze soholen. Daaraan hebben we behoefte, thans meer nog dan vroeger,toen we moeeten worztelen om het Christelijk onderwijs in stand te houden. We weten heter wordt niet sleohts veel gegeven, er wordt ook gebeden voor Ntórlauds jeugd. Maar met het oog op de teekenen der tijden roepen we thaas allen cp, die i- en Gods Woord vasthouden en daarin z en het richtsnoer, det ons op alle gebied leiden moet: vereenigt u inet ons uiet tégen de Openbare Sohool, die oordeelt zioh zelve maar vóór de Sohool niet den Bijbel. Behoort gij uog tot heD, die niet toet ons gaan, uit onbekendheid mot do Chris telijke Sohool, met haar gezegenden invloed op de jeugd, met haar gewichtige betce- kenis voor de toekomst, stelt dan niet langer uitonderzoekt, doet navraag en geeft u zei ven rekenschap of niet alles ar op wijst, dat van uws kinderen meer nog dan van u, zal geeisoht worden een be sliste keuze te doen in den kampstrijd der geesten. Als ge u sulven met ernst voor die vraag stelt, dan kan het niet anders, of ga zult u saet ons vereenigen in ean arbeid, die u en uw kroost enonsYader land ten zegen kan strekken. Dan suit ge straks met blijmoedigheid geven. Dan zult ge zoo ge 't niet lang reeds deedt uwe kinderen naar de Christe lijke sohool zenden. Dan zult ge m uw gebed ook gedenken onze Soholen met den Bijbel met hare leerlingen en onderwijzers. God da Heere geve in uwe harten dat gij moogt letten op de teeken der tijden en niet slapende wordt bevonden msar wakende en strijdende voor de komst van Zijn heerlijk koninkrijk. De verschillen tuaschon links en rechts vindon hun scherpste accentueering in de debatten, gevoerd tusschen da socia&l- demokraten en de leden van de rechterzij de, in de Tweede Kamer bj het jongste be- grootingsdebat. Daartoe ontleenen w j het volgende a m de kalme, zakeljke rede van den heer De Lavornin Lohman Wanneer de liberalen zeggen ons be ginsel is, dat de vrijheid dient te wordon gehsndhaefd, volgt daaruit toch niet, dat al die liberalen het met elkaar eens moe ten zijn. En wanneer zjj het niet eens zijn, zullen wij toch nooit zoo dwaas zjn daarom te zeggen gij zjt het niet met eikaar eens over uw beginsel, dus be staat dat beginsel voor u niet. Hoe hooger een beginsel staat, bon meer het in zich bevat eo hoe natuurlij ker het dus ook is, dat men bj de ont wikkeling en de toepassing daarvan komt tot verschil van inzicht. Bj de quaesties van eed en doodstraf beroepen alle part jen bier aan deze zjde van de Kamer zich op deze autoriteit. Wj zeggen nietmet de Schrift heb ik niet te maken, maar slechts met m jn eigen verstandneen, wj zeggen daar hebben wj wel degelijk mede te te maken, maar wj kunnen daaraan wei verschillende uitleggingen geven. Dat vindt de heer Hugenholtz, naar het Rcbijrt, ail rversehrihksljkat gok. Doch dan wil ik dien geacuten efgevaardigde dit vrager. Wij ziin bier dagelijks bezig wetten te maken. Nu bestaat over de uit legging van die welteu vsak het meest mogelijke erschil van gevoelenzeer dikwijls expliceert de reu een wet zoo, en ds ander geheel anders Zegt nu de heer Hugenholtz ook gooi die wetboe ken weg, want wj zijn het niet over den inhoud eens P W j hebben geen wetboek noodig, wanneer wj het niet eensajn over de toepassing P Ik meen, clat wj verstandiger doen met ons aan eenige regelen te houden, hetzj wj aan de vaststelling dsarvnn zelf hebben medegewerkt, geljk bj de menschelijke wetten het geval is, hetzij die regelen naar on zo overtuiging ons van een hoogsr wezer zjn geopenbaard, welke wij heilig, ja nog veel heiliger dan de bestaande wettea aehtten. Mwr w j kunnen natuurlijk bij de ont wikkeling van de mtnschheid niet ont kennen, dat eerst kngzamerhand ons de beteekenis van dia hoogere wetten dui- deljk wordt. Juist daaruit bljkt, dat het esn goddelijke openbaring is. Wan neer w j hadden te doen met een boek als d© Koran by v., zouden wj hebben een wetboek, dat wel voor alle tijden ge maakt is, maar dat na verloop van tjd geheel ea al ongeschikt wordt en niet meer gebruik', kan worden, zoodat men dan den gebeolea Koran, wil men tot ontwikkeling komen, op zjde moet zet ten. Maar het merkwaardige juist van de Heiixge Schrift ligt hierin, dat ze altijd in haar beginselen bl jft doorwerken en het bij do ontwikkeling van de mensch- heid telkens duidelijker wordt, wat de wezenlijke inhoud van die beginselen is. Dit is zco, juist omdat de Heilige Schrift de eeuwige Waarhei d inhoudt. Ed wanneer men ru zegtmaar gij zijt het tooh ook op het oogenbük niet met elkaar eens,en man verwijst ons dan naar den strijd tusscbea den heer Ds Stoers en taij over de beoordealing van hetgeen in Atjeh geschieddan zeg ikhet zou al heel spoedig blijken bij een discussie tusschen die beide hoeren, dat het hier volstrekt geen verschil van beginsel geldt, maar alleen eon verschil van be- oeröaeling der toestanden daar te lande en van onze verplichtingen tegenover onze Buitenbeaittiiigen. Wanneer men zr-gtia praotisohe waarde van de anti-revolutionaire be ginselen op sociaal en oeoonomisoh ge bied is nog uiet uitgewerkt, zooals prof. Fabios zelf hsaft gezegd dan antwoord ik volkemon waar, maar het Kabinet is daarvoor niet geroepen, daar toe zijn de hoogleer,n#n geroepen. Dat hebben ook de libe -alen altijd gedaan en wat doen nog op dit ocgenblik do sooiaal demooraten P Telkens werken zij opnieuw hun beginselen uit, en zij zijn het ook volstrekt niet eens. Mijnheer de Voorzitter, wanneer men vraagt, wat dan toch het verband is tussehen den Christelijken godsdienst en de beschaving, dan va -soek ik de heeren tooh uitdrukkelijk eens te lezen het ge schrift, dezer dagen uiigegoveo, van de hand van den heer Gunning, „De be teekenis der Christelijke Zending voor onze Kolon'ëa'een overdruk uit de Tijdspiegel van 190.8. Zij zullen den zelf eens zien, met de feiten voor oogen, hoe ingrijpend bet verband tusschen den godsdienst en de watten en het geheele bestaan vSn een volk is en van hoe groot Lelaog het is, dat wij juist au in IudiS met onzen godsdienst opkomen, indien wij willen voorkomen, dat de Heidenen, die dat riet zuilen blijven, overgaan naar het Mahftmedanisme. Volgens de leer die wij opnieuw aan de overzijde van den heer Troelstra hooren, doel de godsdienst er niets toe, maar als het Naderlandsohe volk zijn roeping gevoelt, dan zal men meer dan ooit en van alle kanten der Christelijke maatschappij moeite moeten deen om het Christendom te brengen bij de hei denen, wil men voorkomen, dat het langzamerhand volledig en in heel kor ten tijd Mahomedaaoseh wordt. Voelt saen dan niet het groote verband, dat er bestaat tusschen onzen Christelijken godsdienst en ons gehaele maatschappe lijke leven 30 Juli 1909. ii Protectie". Het stelsel van den vrijhandel verliest zienderoogen stee Js meer terrein dat van de bescherming wint daar tegenover altijd meer veld. Engeland, eenmaal 't bolwerk van de freetrade, beweegt zioh stelselmatig in de richting der bescherming, eD de invoering van 't protectionistisch stelsel is voor dit land sleohts een qnaestie ven lijd. In ons land s.aat de tegenwoordige meerderheid onzer volksvertegenwoordi ging, althans wat de industrie belangt, op beschermenden grondslag. Alle landen, die 't protectionistisch stel sel hebben aangenomen, bandhaven 't Diet alleen, maar ven «herpen 't steeds meer. Met name gelde dit ook Frankrijk. In 1802 werd in dit land een protectio nistisch stelsel ingevoerd, waarin vooral de landbouw tegen buitenlandsehe concur rentie werd besohc-ïid. Thans heeft een Kamercommissie het voorstel gedaan, deze wet vaa 1892 nog uit te breiden ten bate van de industrie. Dit zijn feiten, die machtiger dan de meest logische redeneering de holheid van de luidklinkende be weringen der vrijhan- d» laars in het helderst lioht stellen. Vol gens dezen gaan alle landen, die 't pro tectionistisch stelsel invoeren, een wissen oeooaoraisobeu ondergang tegemoet. De patiënten, die door de liberale vrijhacde- j leren ten doode waren opgeschreven, varen echter bij hunne beschermende middelen zóó wel, dat zij eer op vermeerdering dan ol> vermindering van de dosis bescherming zijn bedacht. v Aan onze colhgaas. Hebt u ook de exemplaren van Bet Handelsblad bewaard, waarin de redactie sohrijft over Kuyper-Sweerts Wij helaas niet. Maar wij gelooven wel dat, alles bij elkaar genome», zij er zeker al wel een boekdeeltje aan gewijd heeft. Gisteravond weer anderhalf kolom, dat is stellig visr kolom van ons blad. En waar is dat na allemaal over? Dat baron Sweerts, van wien men eerst daoht dat hij liberaal is, geld heeft ge geven aan de anti-revolutionaire (Staten-) verkieziDgRkas in Den Hasgdat later de Standaar verteld heeft dat baron Sweerts men van reehts isen dat dr. Kuyper hem aanbevolen heeft bij minister Heems kerk dooh tevergeefsI voor de be trekking van Commissaris der Koningin in Gelderland. Ziedaar alles. En daar praat nu deze oude totebel al meer als een maand lang over, honderd uit. Wie brengt nu eindelijk eens aan Het j Handelsbladaan de liberale pers, die haar j nabauwt, en san de Reohtsobe pers voor zoover deze al die stinkende Handelsblad- komkommers au serieux neemt, eens één enkele grootsohe ged&ohte 1 Socialistische Broederschap. Korten tijd geleden brak in Frankrijk, onier socialistische leiding, esae staking nit onder het post- en telegraafpersoneel. De R'geering traohtta in den beginne alles in der minne te schikken, maar ten slotte drong het zelfbehoud van den Slaat tot ernstige maatregelen.l Niet minder dan 800 postbeambten werden ontslagen. En hoe gaat het nu met deze ontsla genen, die geluisterd hebben naar de onzinnig-opzweopende taal van de socia listische leiders Een bericht uit Frankrijk zal het ons zeggen //Er heersoht buitengewone ellende in de gezinnen der ontslagen postbeambten, na de kasgen, waaruit zij tot dusverre ondersteuuing genoten uitgeput zijn". Waar zijn nu de socialistische leiders ea de socialische broeders om deze //buitenge wone ellende te lenigen Als zóó kort na de staking reeds zulke ellende heerscht, wat dan later, indien het niet gelukt, bij de verandering van het Mi nisterie, ds ontslagenen wederom in gena de te doen aannemen Hier ziet men, evenals in 1903 in ons Land, net roekelooze van de socialistische leiders. Tiendwet. Stbl. no. 261 bevat het volgende Kon. Besl. van 3 dezer tot uitvoering van artikel 80 der Tiendwet 1967 (Stbl no. 222). Art. 1. De voorschotten bedoeld bfj ar tikel 80 der Tiendwet 1907 (Stbl. no. 222) aan hen, die krachtens artikel 29 dier wet aanspraak maken op schadeloosstelling van rijkswege wegens het vervellen van tiend- piichtigheid, alsmede aan de personen, be doeld bij de artikelen 76 en 78 der genoem de wet, kunnen worden gegeven, wanneer a. by de tot onzen minister van finan ciën te richten aanvrage worden overge legd da noodige stukken ten bewijze, door wien het tiendreoht ter zake van welks vervallen de aanvrager recht op schade loosstelling doet gelden gedurende de 5 ja ren 1904 tot en met 1908 ia uitgeoefend en hoeveel het tiendrecht in die jaren door- eengenomen jaarlijks zuiver heeft opge bracht b. door de betrokken tier.dcommissie of tiendcommissiën gunstig omtrent het ver zoek wordt geadviseerd c. voor de terugbetaling van het te ver- leenen voorschot met de rerte daarvan vol doende zakelijke of persoordyke zekerheid wordt gesteld ter beoordeeling van onzen minister van financiën en, indien het voorschot wordt gevraagd door personen, als bedoeld in de artt. 76 eg 78 der Tiendwet d. bij de aanvrage de noodige stukken worden overgelegd, ten bewijze, dat zy in gevolge een der beide genoemde artikelen, recht op de te verleenen schadeloosstelling of de renten daarvan kun exi dóen gelden. Art. 2. Wanneer zakelyke zekerheid wordt aangeboden moet in de aanvrage een nauwkeurige omschrijving voorkomen van de onroerende goederen, waarop eerste hy potheek zal worden verleend of van de ef fecten, welke in onderpand zullen worden gegeven. Ingeval de aanvrager persoonlijke borg tocht wenscht te stellen, moeten de natuur lijke personen of de rechtspersoon, die als bsrg worden gesteld, nauwkeurig in de aanvrage omschreven woröen en moeten deze personen onder de aanv rage eene ver klaring stellen, dat zjj zich voor de terug betaling van het te verleenen voorschot, met de rente daarvan, borgstellen, voor zoover dat voorschot en de rente niet moch ten kunnen worden verhaald op de schade loosstelling, waarop de aanvrager rechten doet gelden. Indien schatting van onroerende goede ren noodig wordt geacht, geschiedt deze van rijkswege op kosten van den aanvrager. Art B. De voorschotten worden ver leend tegen een rente van 31,» ten honderd per jaar, ingaande op den dag na dien, waarop het voorschot betaalbaar wordt ge steld en loopende tot op d n dag, waarop de schadeloosstelling, op wAke het voor schot wordt ingehouden, ingevolge artikel 9 juncto artikel 68 der Tiendwet opeiseh- baar wordt. Art. 4. De aanvrage om een voorschot moet telken jare opnieuw worden ingezon*

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1909 | | pagina 1