ËUWSBLAD ZEELAND. No. 240. 909 Donderdag 15 juli, 23e jaargang. IST0RIS6H CHRISTELIJK- De Fransetae Revolutie. VERSeHUNT ZESMAAL PER WEEK Wed S. J. DE JON(t£-VERWEST, te Goes F. P. D"r!UIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËsv FEUILLETON. vHet is geen droom, dat ge nu de mijne zyt, Margarete Falkenhorn," antwoordde hij, hartelijk hare hand vattend. IEDEREN WERKDaG DES AVONDS. PrijS per drie maanden franco p. p1,25. Enk -Ie nummers0,02®. UITGAVE DER FIRMA en van van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 '•ent. I. Van vrijzinnige zijde is de lof der Fransohe Revolutie, de gansche 19e eeuw door, en ook nog we! in de 20e, in alle toonaarden gezongen. Wie tegen deze verheerlijking bezwaren had, werd overstemd of heel onzacht tegen gesproken en niet weinigen zwegen ver legen, wanneer hun werd toegevoegd maar gij aanvaardt tooh ook de zegeningen welke deze Fransohe Revolutie bracht. Dezer dagen in oude papieren snuffelend, vonden wij een en ander, ia 1889 het eeuwfeest der Fransohe Revolutie ge schreven, hetwelk doet zien dat er van die verheerlijking der Fransohe Revolutie wel een en ander af kan. Wat wij met te grooter vrijmoedigheid zeggen dewijl de schrijver Diet zijn eigen gedachten gaf, maar die van een in die dagen zeer vertrouwd en geaoht vrijzinnig rechtsgeleerde, nu wijlen mr. P. van Bem- melen. Deze laatste had een in het Fransoh geschreven boekske doen verschijnen, ten einde «de valsohe legende", die zioh om bet historische feit der Revolutie gevormd heeft, en ,die onnadenkend door den een voor- en door den ander nagepraat wordt, te ontmaskeren, en de naakte gebeurtenis zooats ze voorgevallen is weè- in zuiver historisch licht te plaatsen, om haar daar naar te w&ardeeren. Het boekje was getiteld „Zes antire volutionaire en anti-repablikeinsche stel lingen bij gelegenheid van het Eeuwfeest", en was „een antwoord op de uitdaging door de mannen die de viering van het eeuwfeest der Revolutie op het getouw hebben gezet." De schrijver zooals wij reeds zeiden, geen Groeniaan of Bilderdijkiaan was Klaarblijkelijk door enkel eigen strenge historische studie geleid geworden tot het meedoogenlooze vonnis door hem over de hooggeprezene geveld. Hij deed dit in zes stellingen welke al dus luidden 1. Door de n Framche revolutie'' heelt men te verstaan, of een tienjarig heilloos tijdperk uit de geschiedenis van Frankrijk of het feit van de snelle, gewelddadige en bloedige onderstbo»enkeering van de oude orde van zaken. 2. De Framche t evolutie is voor Frankrjk een buitengewone ramp geweest. 3. De zedeleer der revolutie en de Chris- teljke zedeleer zjn tegenvoeters. 57 door runa. Toen Henrik stoh YOOTOTt-hoog om de pels wat boter om de voeten van zijn jonge vrouw te loggen, zag hij dat haar oogeu weer hunne gewone uitdrukking hadden. uHeb ik dat alles werkelijk baleefd zei zy, „Het was mij als een droom I" Zij zou zijn handdruk graag hebben be antwoord, doch dorst niet. Zoo zat zij dus stil, en keek naar buiten. Hooge besneeuw de pijnboomen verschenen en verdwenen weer even snel. «Waaraan denkt ;,e, mijne Margarete vroeg hij na een poos. Zij aarzelde met haar antwoord en aehaamde zich over haar gedachten. Hij be gon er nu meer over te denken, en zeide „Zeg mij je gedachten. Vergeet niet dat ge van heden af geen geheimen meer voor mij moogt hebben." „Ifr weDschte? dat ik meer leek op de 4. De republiek is een negatief begrip, met vage omtrekken. 5 De tegenwoordige Framche republiek is meer dan een minimum van monarchie. 6. De drie Framche republiek- n h'bben Frankrjk niets dan schande bezorgd. Wie deze stellingen, éen voor ésn, lang- zaas», en met eenig nadenken, leest, dien valt 't terstond op hoe deze vrijzinnige eohrijver, door studie tot dezelfde, ja haast nog krasser oonolusiën kwam dan anti revolutionaire staatslieden Guizot, Stshi, Lammecais en andere, die hem zijn voorgegaan. Met opzet Doemen wij slechts deze drie, dewijl zij vertegenwoordigden de eerste de Calvinistische, de tweede de Luthersche, de derde de Roomsehe school. Bovenal wil hij de fantastische, onhisto rische voorstelling, die zoo algemeen is, bestrijden, als ware de revolutie eeu soort van onstoffelijk wezen, handelende in de wereld der menschen en der dingen, en naar de wet van het noodlot daarin een roeping volbrengende en een soort program afwerkende een soort godin, die beurtelings ter verwoesting en tot ver nieuwing, nu als wreekstor, dan als wel doenster optreedt. Zoo bestrijdt bij het gezegde van JohD Lamoinne, den bekenden publicist uit de Lébats, dat da Fransohe revolutie «een m3nsehelijk persoon is, gelijk een koning» en die bij gelegenheid van het eeuwfeest aldus schreef »Iu het leven van het F/anscbe volk is 1789 een lyrisch oogenblik geweest, een oogenblik waarin de prachtigste beweging van geestdrift en broedersohap zioh om vouwde, die. de wereld ooit heeft aan schouwd. Welk een vervoering van philan thrope 1 Welk een behoefte om te beminnen en wel te doen, welke stroomen van toewijding en welk een ijvervuur tot het volbrengen van offers 1» Deze opgewonden taal beantwoordt onze schrijver aldus: „Men moet de Fransohe geschiedenis op de maan geleerd hebbeD, om zoo te kuoneD- spreken. En tooh is het een ver- siand'g, gematigd man, een man van naam, die aldus zijn hart ontlast, weinig dogen na het feest van 5 Mei 1889. Hij vergeet dat ds offervaardigheid zioh alleen heelt kunnen vertoonen by de slachtoffers der revolutie, die iets te offeren haddeD, bij den koning, den adel en de hooge gees telijkheid, en dat de vervoering de vrij- he'd en gelijkheid bij de burgerij en het volk gepaard ging met een buitengewone markiezin de Sangie," antwoordde zy, zon der hem aan te zien. „Bewonder je haar dan zoo vroex hij. „Neen, maar ik meende dat ik je dan beter zou bevallengaf zij ten antwoord. „Wie heeft je op die gedachte gebracht vroeg hij, lichtelijk ontstemd. „Niemand",antwoordde zy, „ik dacht al leen maar „Je dacht wat vroeg hij haastig. „Gjj waart vroeger met haar verloofd en men zeide, dat het tot een tweede verloving komen zou, toen zy weduwe gewordenwas gij giBgt in 't vooi jaar naar Stockholm en zij o HenrikMargarete was niet in staat verder iets te zeggen haar wangen gloeiden en zij schrok zelf van haren angst, die nu pas een bepaalden vorm aannam. Hy hield nog steeds hare hand vast, en streelde die zachtjes. Dat kalmeerde haar en zij keak hem smeekend aan. „Het ie waar dat ik in myn jeugd met Maj Brette verloofd was, en dat ik haar toen zeer liefhad*, zeide hy„msar wy scheidden; de reden kan ik ja nu niet zeg gen, zij weet die ook niet. Zy werd de vrouw van een ander. Toen zij later vry was, waren wij nog meer daD vóór dien tijd door onoverkomelijke hinderpalen geschei den. Waarvoor ik van 't voorjaar ia Stock helm was, weet gij. Een ander deelhad beweging van nijd en haat, van roofzucht ea barbaarsohe wreedheid, zonder dat daarbij iets openbaar werd van een drang om te beminnen en wel te doöu of van philantropic en toewijding. Had de heer Lemoinne niet gesproken van 1789, noen zou kunnen meenen dat hfj nog altijd de dupe was van de beweging en het feest der federatie van 14 Juli 1790die groote dwaze tooneelvertooning, waarbij toeschou wers en spelers, onder het spelen van het maatschappelijk verdrag, het afleggen van den burgerlijken eed, eikaar omhelzende en al dansende, zioh in vervoering brach ten over de vrijheid, gelijkheid en vader landsliefde der Franacheneen voorbij gaande dwaasheid, waarin de revolutio naire waanzin haar toppunt bereikte, en die voorafgegaan werd door volksopstan den, vergezeld door regeeringloosheid en gevolgd door nog erger buitensporigheden". Zoo is het. De schrijvers over deFrausche Revolutie hebban niot het recht deze met bloed en tranen geschreven Fransohe geschiedenis in een legende van opoffering en broeder schap om te zetten, Geschiedenis blijft geschiedenis en met haar schild gewapend zeggen wc het onzen schrijver na: „Het tijdperk der revolutie ia voor ons de jongste uitbarsting der mensche- I jke woestheid, of wil men, de laatste open baarmaking in het groot van wat er van den tijgeraard in de mecseheljjke natuur aan wezig is". Doch laat ons ham verder hooren. Een der meest verbreide leerstukken die bij den eeredionst der Revolutie behooren, is, dat ze de vrijheid van godsdienst en de scheiding van kerk cn staat gegrondvest heeft. Onze vry zinnige sehrjjver betwist dit dogma. De omverwerping van het oude régime was ces negatief feit, en kon daarom deze op zichzolf goede dingen niet tot stand brengen. Het is een leugen (zegt hy; dat de revo lutie dit zou gedaan habben. W el heeft men zioh gehaast om de vry- heid en gelijkheid der godsdiensten af te kondigen, en by gevolg de kleine minder heid welke de hugenooten en lutherschen, en de onbeteekenende minderheid welke de joden vormden, volkomen te emancipeeren- Doch deze emancipatie was geen vrucht van de verdraagzaamheid, maar veeleer van deonversohiiligheidteu asnzien van den godsdienst en i au den weerzin tegen den katholieken godsdienst, die voor de over groots meerderheid der Fr.ansehen syno niem was met den godsdiensten zij werd meer dan opgewogen tegen de secularisatie mjjne reis niet. Ik ontmoette Maj Braa, dat is waar, maar zonder mijn toedoen, en slechts als haar neef". Hij sprak langzaam, alsof hjj elk woord afwoog en bang was om te veel te zeggen. Zij gal geen antwoord, maar hij zag, dat zij niet geheel bevredigd was. «Be geer de vuiige liefde der jeugd niet, Mar garete", zei hij baar tot zich trekkende. «Maar ik kan je wei tot troost zeggeD, dat de markiezin zelf alle liefde voor haar bij mij heeft uitgebiusoht. Het gevoel dat ik voor jou heb, Margarete, 's meer waard, want het is rein en geheiligd door onze gemeenschappelijke liefde lot den Heer. Ik wensoh volstrekt niet, dat gij zoo zijn zoudt als zij. Zij heeft mijn hart van God afgeleid, en gij trekt mij tot Hem. Gij ziet dat niets verder van mij ligt dan de wensoh jou met haa- te kunosD verruilen, zelfs als dat in mijne macht zou staao." Margarete was Henrik dankbaar voor die woorden ja, zij vervulden hare ziel met trots en geluk. Was het mogelijk, dat zij hem tot God trok P In stilte zond zy een vurig gebed op, dat dit altijd zoo blijven mocht. Maar Margarete was daarom tooh een vrouw, en kon niet nalaten zioh altijd weer af te vragen hoe het tooh wel ge- loopen zou ziju als die onoverkomelijke en de reglementeering der kerk, door de verbeurdverklaring barer goederen, en de vervolging der priesters die tegenstand boden. De godsdienstvrijheid en deBohei- ding van kerk en staat zijn dus geen „revolutionaire instelling", die op de om verwerping der aloude heerschappij der katholieke kerk gevolgd is". Hetzelfde moet 7an de burgerlijke vrij heid gezegd worden. «De willekeur der koninklijke tuaeht en de mogelijkheid voor lettres de cachet werd afgeschaft, en men verwoestte de Bastilie die een antiquiteit was geworden, op een oogenblik toen hat oude régime reeds veel vrijheid aan Frankrijk had ge schonken. Maar de persoonlijke en open bare vrijheid volgden niet als normaal en blijvend régime op dien afgesohaften] willekeur. De persoonlijke vrijheid werd verpletterd onder de pressie van het ge ringe volk en de jaoobijneD, en door de tirannie der opulaire volkstribunen zon der schroom legde de volksregeering den wil der meerderheden aan de minder heden, die van een ander gevoelen waren, op; de stoutmoedige en dweepzieke min derheden wisten de meerderheden bevreesd te maken en door schrik naar hun zin te dwingen. In het rerolutionnaire tijdperk werd de vrijheid van spreken en denken tot een minimum herleid, en de strafrechts pleging werd een instrument van bloedige ♦ireonie, met belachelijke vormen van proess. De klimmende beweging van de eerste helft der revolutionnaire periode liep natuurlijkerwijze uit op de verlengde heerschappij vaa het Schrikbewind. On danks het streven, de lofzangen en de eindelooze phrases waarvan de vrijheid het onderwerp was, is het derhalve niet waar dat de vrijheid tijdens de revolutie gevestigd is, en dat zij evenals de rechts gelijkheid een feit zou zijd, dat zioh on middellijk en bestendig vastknoopt aau de omverwerping van het oude légiaae". Zoo verbleekt de straalkrans van het afgodsbeeld en toont een onvervalsohte lezing der geschiedenis, dat de helden van '89 wel sleohte dingen, die tot hei oude régime behoorden, hebben weggedaan, maar andere er voor inde piaatsgesteld, die soms nog veel erger waren. De vrij heid werd beloofd, tnaar de overheersehing van den een over den ander, van de meerderheid over de minderheid werd ge geven. De uitslag der gemeenteraadsstemmingen to 's-Gravenhage is dat in I herstemd hinderpalen niet tussohen haar man en Maj Braa hadden gestaan. Dat was een droevige gedachte voor een pasgetrouwd vrouwtje. «Welke hinderpalen waren dat toen P" vroeg zij aarzelend. «Het is een lange geschiedenis en de herinnering daaraan is droevigik zou je dat nu liever niet vertellen"antwoordde hij. Toen Margarete merkte welk een innig droeve uitdrukking zijn gelaat bij die woorden aannam, bad zij berouw van hare vraag. Be rit van Eisaao naar Vallargarde duurde eenige uien en toen de jong ge trouwden hun huis naderden, was het reeds avoDd. De koude en duisternis trotseerend, hadden de bewoners van het goed zioh largs den weg opgesteld, om hun beer en diens jorga vrouw te begroeten. Fakkels en vreugdevuren wierpen hun rood schijn sel op de sneeuw en vroolijk hoerageroep weerklonk als de slede langs kwam. Mar- garete's oogen straalden, en zij dankte levendig, boog uit de slede, en voelde haar hart laid kloppen van vreugde over al dat huldebetoon. «Wat houden zij veel van je 1" zei zij en vermoedde niet, dat zij aelf de harten vaa allen stormender hand veroverde, doordat zij zoo kinderlijk en natuurlijk hare verrukking toonde. „O, moet worden tusschen 5 socialisten (met de meeste stemmen), en 8 aUredenden en 2 Roomsehen. Een aftredend liberaal viel al dadelijk nit. In II herstemming tusschen idle aftredenden en 1 c.h. ea 4 soo. dem. In III gekozen De Meester, v. Malsen en Le'y. Herstemming tussche? een c.h. en 3 lib. By de te Amsterdam in district IV gehoulen stemming voor een lid der Tweede Kamer, vacature, ontstaan door het bedanken van dhr J. W. IJzerman (U. L is gekozen de heer prof. mr G. A.van Hamel ((J. L.) met 1249 stemmen. Op den S. D. candidaat D. Wijnkoop waren 122 stemmen uitgebracht. In het district Harlingen zyn candi daat gesteld de heeren Ankerman, o.hVan der Heide, s.den Plate (vry 1.). Tot lid van gedeputeerde staten van Friesland is gekozen het oud-kamerlid L. W. de Vries (c. h.), burgemeester van Bar- r&deel, met 38 stemmen tegen 8 op den heer Basnijen (s. d.) Dit college telt nu 4 libera len 1 ar., 1 c h. en 1 socialist (Pollema, De Vries en V. d. Zwaag). De heer De Vries heeft zyn benoeming aangenomen. De ridderordenzaak. De heer W. Hovy, lid van de Eerste Kamer, spreekt in De Nederlander, naar aanleiding van „al de uittreksels die dat blad, zelfs uit de meest vijandige dagbla den, heeft opgenomen in zake de droeve ÜEtjesquaestie van dr. Kuyper", er zijn leedwezen jver uit, dat in dat blad propa ganda werd gemaskt „voor zooveel vijan dige en kwetsende uitingen tegenover een geestverwant'. De schrijver zegt Het moge een welkome bladvulling zijn maar zeker niet bevorderlijk aan het beginsel dat toch ook uw blad als orgaan der Christenen in Nederland, moet trachten te bevoi deren, en waaromtrent toch het Apostolisch woord dient te worden in acht genomen: Voorts,broeders, al wat waarachtig is, al wat eerlijk is, al wat rechtvaardig is, al wat rein is, al wat liefelijk is, al wat -vel luidt, zoo er eenige deugd is, en zoo er eenige lof is, bedenkt datzelve". Al zal leder Chtisren met u betreuren dat ge noemde oud-minister een onvoorzichtige han deling heeft verricht, de wijze om die op te blazen tot een daaraan geheel ongeëvenredigde afmeting, zóó dat ze bijna gelijk zou staan met landsverraad, acht ik in strijd met de goede trouw en in elk geval met de christelijke liefde. De Nederlander merkt hierbij op, dat de publieke zaak publiek besproken moet worden. In een quaestie als de onder- ha- i ;e acht de Nederlander de t >k i k van de Standxrrd, die niets en van vele anti- ravolu i naie bladen, dit alleen de hen welgevallige persuitingen mededeeleD, veel kijk eenr, wat is dat riep zij, toen zij onder een reusaohtige poort door reden. «O, een eetepoor', ik b: n nog nooit onder een eerepoort o< o-gereden.*' Die wootdm werden door sommigen gehoord, en gingen van mond tot mond; zij werden meer op prijs gesteld dan de grootst mogelijke dankbetuiging. De slede reed door de poort, en hield stil op het slotplein. De vermoeide paarden iieten het hoo/d hangen, en hnn warme adem leek wel dichte mist. De muren van het oude slot schenen rood door het schijnsel der fakkels. Vóór de deur wachtten de bedienden, met den ouden Staffan en Sara aan het hoofd. Margarete beantwoordde hunne eerbiedige begroeting hierdoor, dat zij hun elk de hand gaf, en iets vriendelijks zeide, zoorJs het haar ge makkelijk en onopgesmukt uit het warme hart kwam. Henrik was blij, toen hij merkte hoe ongedwongen zij dit alles deed. Hier was Margarete niet onbeholpen. „Welkom in je nieuwe tehois 1 God zege- ne je ingangzei hij, en sloot haar, zoo- dra zy alleen waren, in zijns armen. Op dat oogenblik was al haar osrust verdwenen, en zij vroeg zich af, of er wel rjjker geluk op aarde bestond, dan het hare. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1909 | | pagina 1