NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND, No. 174. 1909. Maandag 26 April 23e Jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH Mr. J. H. M. STIEGEB. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN By dit nummer behoort een By voegsel ÖOES, De Deputatenvergadering. 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,026. UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 ''ent. ui i iikmi^—mui'iiiniiib^—i Voor de Statenstemming op 4 Mei a.s. steunen wij de candidatuur vau den can- didtat der Rechtscho partijen In de gisteren te Utrecht gehouden Deputatenvergadering van de Antirevolu- tionnaire partij heeft dr. Kujper een openingsrede uitgesproken„Wij, Cal vinisten Wij ontleenen daaraan het volgende Sinds ik in 1901 van deze zelfde plaats u opriep, om, bij tij of ontij, tooh altoos te volharden bij het ideaal, zijn tweemaal vier jaren heengegaan. Jaren, die ons eerst een periode van verrassende machtsont wikkeling, maas straks door den tegenslag in 1905, een tijdperk van hare teleurstel ling en van pijnlijke ontreddering hebben gebracht. Dit laatste lag niet daaraan, dat te hoog door ons was gemikt. Geaasd op het Bewind had de Antirevolutionaire partij nooit. Alleen wijl plioht gebood, was èa in 1888 èn in 1901, en is nu weer, het bewind door onze mannen aanvaard. Maar de storm, die in 1905 opstak, was niet te ontzeilen. Want wel bleef onder de kiezers eene meerderheid van 80,000 stemmen ter rechterzijde, maar, ingevolge de distriots- indeeling, kreeg links een tweetal zetels, meer dan rechts, in de Kamer, en het ministerie trad af. Een meerderheid van twee, die wel reeds in 1906, toen Leiden omsloeg, op één daalde, maar die tooh ook zoo het liberalisme in de macht liet. Die tegenslag heeft de antirevolutionaire partij diep gegriefd, al voeg ik er in één adem bij, dat we thans reeds voor het bestel onzes Gods, dat ook hierin zioh uitsprak, ongeveinsdelijk danken kunnen. Immers juist de ongerechtigde zegepraal der liberalisten in 1905 heeft hun inzin king verhaast en ons te nauwer aaneen gesloten. Reeds op zioh zelf had do tegen partij door de wijze, waarop ze in 1905 den stembusstrijd voerde, zioh zedelijk geknakt. Zooals het toen onder hen toe ging, zoo voert geen politieke partij, die zioh-zelve eert, den strijd om de maoht. Alleen 1858, toen de jacht op Thorbeoke ging, liet heugenis vau zulk een bittere felheid. Niets ontzag, aan niets stoorde men zieh meer. Elk wapen heette goed, zoo 't maar wondde. Wat eerst geestvolksdrift soheen, sloeg reeds eer de dag der beslissing kwam, in volkswoede over, en onder de jongeren vooral klom, na de zegepraal, die woede tot politieke razernij. Zelfs op de Hoch- strasse te Keulen werd ik door een „vader landsch gezelschap" publiek nagejouwd. En voor het behalen van zulk eeD sma delijke overwinning had de deftigste oud liberaal zioh dan verbroederd mat den hartsloohtelijksten sooialist. Van Karnebeek tot Troelstra had 't zioh alles in één gelid geschaard. Wat als politieke worste ling was ingezet, ontaardde in pure per- soons- Hetze. Hei gilde in overmoed langs onze straten van ridderaard gee.n spreke meer, alle latsoen werd te grabbel ge worpen. Er was niets dat men ten leste niet aandorst. Alle politieke sehroom was terzij gezet. Gesohandvlekt keerde de overwinnaar in zijn tente weder. En juist daarom kon het niet anders, of hij had den kuil gegraven voor zichzelf. Maar wat vooral voor dit Kabinet de zenuw van zijn kracht brak, waren de provinciale verkiezingen van 1907. Toen ging men weer ter stembus, en toen moest het alzoo blijken, of de stembus-uitslag in 1905 uitdrukking van de volks overtuiging was geweest, dan wel de kreet der onbe zonnenheid. In de verblindheid die van 1905 nawerkte, waande men zieh toen nog zéé zeker van de overwinning, dat de „N. R. Crt." begon met op hoogen toon in haar profetisch bulletin uit te roe pen, dat een tweede liberale zegepraal vanzelf sprekend was. Vooral de Staten van Zuid-Holland zouden omgaan! En tooh, in weerwil van die faal der driestheid, is 1907 voor ons de sohitterendste revanche op 1905 geworden. Niets verloren we, zetel na zetel veroverden we. Doch niet alleen het Kabinet struikelde over de provinciale stembus, heel de libe ralistische groep be/aalde er het gelag bij. Of ik het daarom voor uitgemaakt houd, dat we ditmaal althans meester op het stemhns-terreiu zullen blijven? Geenzins. Vóór de slag geslagen is roemt, wie God vreest, nooit. Zelfs wil ik aannemen, dat de liberalen nogmaals overwinnen zullen. Maar wat hebben ze dan nog P Laat ze hun ééue stem meerderheid handharen, of zelfs nog twee zetels er bij winnen wat anders is dan denkbaar, dan dat juist die tweede zegepraal bij de stembus hun politieke inzinking eerst reoht zal vol tooien? Wie tooh zal voor hen optreden en de spits afbijten? En stel, die man werd gevonden, als ze dan moeten komen met hun Staatspensionearing, eilieve, waar is dan het goudland, waaruit ze hun twaalf, straks hun veertig, hen taohtig millioen halen zullen En komen ze, om dien dans te ontspringen, eerst met hun Grondwets herziening, wat schijn van kacs is er dan ook maar, dat ze in onze Eerste Kamer dit hun opzet doordrijven P En juist daarom kunnen we ditmaal den uitslag van de stembus zoo rustig afwachten. Natuurlijk, we mogen hun overwinning niet wen- sohen, en we zullen hef uiterste onzer kracht inspannen, om hnn de zegepraal te betwisten. Maar anders ja, ik aarzel niet het uit te spreken, zou niets hun zoo noodlottig zijn, ais een da capo van 1905. Dan tooh eerst zou de volstrekte onmaoht der liberalisten om het bewind te voeren, in reoht helder-lioht treden. Ik denk daarom niet aan pochen, en onderschat in niets hun reëele maoht aan persoonlijk talent en socialen invloed, maar de con stellatie heeft zioh tegen hen gekeerd. Hun rijk, dat ze sinds '48 in handeD, en lange jaren zoo bitter hard op ons drukken deden, heeft uit. Ik zeg niet dat ze 't later niet herwinnen zullen. De koorts van het radicalisme, die hun het bloed verhit, scheurt hen onderling, en het van aiie religie losgemaakte be ginsel van hun staatkunde brengt hen in onverzoenlijke»! strijd met het nationaal karakter. De geesten dis ze in de bene denste lagen der bevolking zelve hebben opgeroepen, heffen als spookgestalten drei gend den aem tegen hen op, en in het hort van dat dege volk, waarin nog altoos onze nationale hrasht schuilt, stuiten ze op steeds helderder bewusten tegenzin. De excessen waarin Pr&nkrpk verviel, brengen ook hun goeden naam injopspraak. De een voor, do ander ca, die voorheen hun aanhang sterkte, zoekt een goed heen komen uit hun gelederen. Hot dogma van den vrijhandel is nog een der beste troe ven in hun hand, maar nu zelfs Engeland op dit punt deinst, en voorts alle handel drijvende natiën tegenover hen staan, dreigt ook deze staf in een riet te verkeeren, dat straks knakt. Wat hun alleen nog rest, is hua roepen voor de vrijheid, maar zoo dikwijls dia sohoone roep uit hun gelederen opgaat, komt altoos weer de schoolstrijd hun op verwijtenden toon vragen: Is het aiïóó, mijne heeren, dat gij de heilige vrijheid verstaat? Zoolang het tegen kerkelijke overheersohing inging, vonden ze een luisterend oor, want ker kelijke dwingelandij in den Staat wil niemand. Maar als de kerk buiten het geding geraakte, en zo niets dan het geroep voor „de eere Gods ook in den Staat" tegenover zieh vinden, is ook dit wapen hun bot geslagen, en niets bleef er van over dan een vogel verschrikker, waarvoor geen spreeuw meer op zij duikt. Zoo hebben ze letterlijk niets meer om de massa der kiesurs graag te maken. Want of ze al voor da min-bedeelden tegen de aristocratie en tegen de meer gegoeden roepen, wat vat zouden de liberalisten daarmee op 't volk hebben, nu juist de grootste kapitalisten aan hun kant staan, en onder do antirevolutionairen en- Roomsoh-Katboliekeo het geroep voor een volksminnend Staatsbeleid steeds machtiger wordt Hun huis is uitgewoond en nog alleen goed om af te breken, en wat ze ze zoo hroodnoodig hebben is een vaardig architect, die hun een nieuwe behuizing uit den grond van hun beginselen doet oprijzen. Zooals het nu staat, is heel hun eens zoo maohtige huishouding verstoord. Gelooft mij, wie bij de stembus met het blanoo, gelijk de waarzegster met het ei, werkt, raakt de politieke kluts kwijt, laat de roerpen van zijn seheepke argeloos wibbelen vaart niet meer, maar zwalkt en toont daarbij zelf niet meer te weten waarheen hij wil. GEMEENTERAAD Goes. In de gemeenteraadsvergadering van Vrijdag onder voorzsttersohap van dhr. burgemeester waren de heeren Pilaar, Ifakebeeke en Dekker met kennisgeving afwezig. Do notulonworden goedgekeurd, de in gekomen stukken voor kennisgeving aan genomen. Zij zijn Procesverbaal van kasopuemingver slag vau de Gezondheidscommissie over 1908 missive van den minister van Binn. Zikon inzake verleeniag eener Rijkssub sidie ad f 2000 voor de avondschool voor ambachtslieden missive, houdende mede- deeling benoeming voorzitter en secretaris der commissie tot wering van schoolver zuim goedkeuring le suppl. kohier van schoolgeld voor school A cursus 1908-1909; goedkeuring 3e suppi. kohier H. O. over 1908missive van den minister van water staat betreffende het station Goes. Zij wor den voor kennisgeving aangenomen. Met algemeene stemmen wordt uit de aanbeveling (P. A. de Ligny en I. G. J. Kakebeeke) benoemd tot lid der commissie tot classificatie van gohoolkindercn, ter vervulling van de vacature, ontstaan door hot overlijden van het lid van het Bur gerlijk Armbestuur, den heer B. M. den Boer, dhr. De Ligny en tot leden van 't stembureau voor de Prov. Staten de heeren Fransen v. d. Putte en v. d. Loeuw, plaatsvervangers Hollmann en Temperman. De rekening over 1908 en begrooting 1909 van de gemeente-gasfabriek komen ter tafel. De rakening bedraagt f 4955,38» zijnde de saldo's van voriga jaren f 4954,43 en winst over 1308 f 0.956, Vooraf vraagt de heer Bonner of de minieme winst 't afgeloopen jaar gemaakt, welke hem is opgevallen, gevolg is alleen van de duurdere prijzen der steenkolen of nog van iets anders. De heer o. d. Bout zegt dat behalve de kolenprijzoöjde automatische aansteker der straatlantarens ad f1800, en de stoom machine voor den exhauster ad f 1000 van invloed zijn geweest. De beer Von Schmidt vraagt of 't ver liescijfer op de productie than3 willekeurig is vastgesteld, en hoe 't komt dat die cijfers over de laatste jaren zoo varieeren. In 1907 was 't 5.2 spr. vindt dat verlies wat groot. In vele andere gemeenten is hot minder. De heer v. d. Bout zegt dat hier het verlies juist niet groot is, du3 dat die ga- meenten door den heer v. Sohcsidt be doeld tot de zeer gunstige uitzonderingen behooren. Bij een zoogroot buizennet als wij hebben, moet 't verliespercentage ook groot zijn, en dan vsit 'tnear verhouding mee. Da dagvlamine.ljes worden gerekend per lantaren 8 Liter per uur&ls 't boven de 10 is gaat men onderzoekende oijfers worden niet willekeurig vastgesteld dooh zijn resultaten van metingen aan de fabriek. De heer von Schmidt vrasgt of wij hier geen muaigasmeiers kunnen krijgen. Hij had dat ook 't vorige jasr gevraagd en bad een rapport van den directeur ver wacht, gelijk hem door de g&soom missie was toegezegd. Da beer v. d. Bout ontkent dit laatste. Wat 't munlgas betreft, met den directeur is deze vraag herhaaldelijk behandeld, doch 'l resultaat was, dat aan de invoe ring daarvan veel nadeelen en onaange- beien verbonden zijn. Het wordt in den regel gebruikt door een vlottende bevol king, die behalve de leiding, ook een lamp en een komfoor krijgt; en bij ver trok deze zaken öf onbruikbaar aohterlaat, óf meeneemt. Ook elders is de ervaring opgedaan dat op dit punt de verordening slacht 'wordt nageleefd. Doch ook de aanleg is duur; dit, gevoegd bij den grooten schuldenlast der fabriek, heeft de gaseous missie doen besluiten vooralsnog tot dezen maatregel niet over te gaan. Rekening en begrooting worden goed gekeurd. Do gasprija wordt bepaald op 7 cent per kubieke meter, en de prijs voor meterhuur vastgesteld als vóór 1908. Aan do OTde is een verzoek van het comité voor het totstand brengen eener drinkwaterleiding voor Zuid-Beveland om een bijdrage uit de gemeentekas in de voorloopige kosten. Do heer Donner sohoon weinig verslagen lezende, heeft ditmaal 't verslag der ge zondheidscommissie gelezen, Het gaat hier nu wel niet om 't drinkwater, dooh alleen om de kostenmaar als spr. het verslag ziet, lijkt hem de toestand van't drink water nog zoo kwaad niet. Het verslag gewaagt slechts van drie regenbakken met stinkend regenwater hier, en op een enkel dorp ook een enkele. En wat 't gezondheidstoezicht aangaat, de inspecteur schreef de gemeentebesturen wel aan om te zorgen voor goede regenbakken, dooh nooh aan die zijde, nooh in't verslag der gezondheidscommissie, gaat er ook maar een stem op dat er een waterleiding moet komen. Nu komt op eenmaal de brochure van het voorloopig oomilé en nu is er behoefte aan een waterleidingen dat terwijl de toestand van 'i regenwater over 't algemeen bevredigend is. Bovendien wie zal dat betalen Volgens spr. ligt 't op den weg van den Staatdewijl immers de Maatschappij tot exploitatie van Staats spoorwegen en het Rijkslandbouwproef station de meest geïnteresseerden bij de totstandkoming der waterleiding zijn. De heer Risch zsgt dat 't verslag der gezondheidscommissie niet mag gebruikt worden als een wapen ter bestrijding der subsidie-aanvraag. Wel gewaagt'tjongste verslag van 3 bakken, dooh dit is in ver houding tot het kleine quantum huizen waar 't drinkwater werd onderzooht, ruim genoegook in vorige verslagen der Ge zondheidscommissie is geklaagd en dat in die verslagen niet de aandrang om een drinkwaterleiding voorkomt, is niet dewijl die behoefte niet werd gevoeld, maar omdat nag nimmer een ernstige poging in 'twerk is gesteld om eea waterleiding te krijgen. Deze nuttige zaak mag er derhalve niet door worden tegengehouden. Er is groote reden om te klagen over slechte watervoorziening. Als er eenige weken geen regen valt, ziet men al spoe dig veie vrouwen met haar emmers loo pen om water te zoeken. De heer Fransen v. d. Putte vindt dat de woorden ven dhr. Donner ietwat vreemd aandoen na 't enthousiasme waarvan wij deze week getuige zijn geweest. De beer Donnar schijnt niet op de hoogte met deD slechten toestand, dooh zoowel wat quan tum als hoedanigheid aangaat is 't regen water slecht. Het zal een zegen zijn als de waterleiding er komt. Wij moeten iedere poging steunen tot onderzoek. Do zaak is in uitnemende handen. Er mag geen sprake van zijn om een zoo beschei den bijdrage ais er voor gevraagd wordt te weigeren. De heer Donner handhaaft zijn meening en herhaalt dat de Staatsspoor als meest belanghebbende ook moet heipen. De voorzitter aoht 't niet wensoheiijk de discussie op deze wijs voort te zettan. Over een paar maanden versohijnt 't rap port en zal men over de uitvoerbaarheid kunnen oordeelen. Maar de voorloopige onderzoekingen verdienen steun en zou 't nu Goes geen f76 waard zij u om langs dien weg kans te krijgen op goed drink water f Bovendien eok de overige gemeen ten dragen bij. De heer de Witt Hamer merkt naar aanleiding van de vraag des voorzitters op dat deze hier misplaatst is. Immers bij de eerste besprekingen over deze zaak is door den voorzitter van het comité tot B. en W. absoluut gezegd dat de onder zoekingen de gemeente niets zouden kos ten. Spr. zal niet tegen die f 76 stemmen, en is ook voor de waterleiding; maar hij geeft den heer Donner toe dat Rijk en Gezondheidstoezicht hier hadden moeten betalen. Zij hebben wei telkens sohoone woorden gezegd, dooh zij laten ten slotte de arme gemeenten er voor opdraaien, en zeiven doen zij absoluut niets. De hoofdelijke omslag w\jst ook ditmaal uit dat Goes 't financieel sleoht doen kan. Het subsidie wordt met 9 tegen 1 stem, die van den heer Donner, toegestaan. Aangeboden wordt het gemeenteverslag over 1908. Na schorsing en heropening der zitting wordt het primitief kohier van den hoof- delijken omslag voor 1909 vastgesteld op f 34456,89 met een factor f 1,05. Bij de rondvraag vestigt de heer lem- perman de aandacht op 't antwoord van de Maalsoh. tot Expl. van Staatspoorwegen op 't verzoek van B. en W- om een wachtkamer le en 2e klasse waar rooken niet verboden is. Hij vraagt voorlezing er van. Zulks geschiedt; er blijkt ait dat de Minis ter van Waterstaat 't verzoek afwijstdooh ter tegemoetkoming toestaat dat voor reizi gers met een geldig plaatsbewijs de toegang tot het perron is opengesteld zoodra de trein van 't voorafgaand station is afgereden. De heer Temperman brengt hulde aan B. en W. die in dezen actief blijven. Hjj vindt 't een belachelijke concessie. Hij vertrouwt dat B. en W. net Jzoo lang zullen aankloppen bij de Maatsoh. tot hier een wachtkamer verrijst waar iemand wie rooken wil, rooken kan. Voorts vraagt spr. aan B. en W. om de losplaats der stoombooten tegenover 't gevangenhuis te doen bekeien met vrijkomende keien er worden nu bij regen nogal eens goederen beschadigd. De voorzitter antwoordt dat oude keien tooh worden stuk gereden, en nieuwe te duur zijn. Bovendien wordt de grond her haaldelijk met koolasoh verhard, en dit bevalt goed. Iutussohen zullen B. en W. met 't verzoek rekening honden. - De heer Hollmann dringt alsnog aan op het in 't leven roepen eener verorde ning tegeu 't loopen op gevaarlijk ijs. Nu lachen de kinderen de politie uit, doch wanneer er een verordening bestaat, op welker overtreding straf bedreigd wordt, dan brengt men er den schrik in. Er zijn gemeenten waar een dergelijke verorde ning bestaat. De voorzitter betwijfelt dat. Immer» ijs is publiek terrein. De heer Hollmann herneemtplantsoen is ook publiek terrein, en daar mag men ook niet komen; zoo ook op andere plaatsen der stad. Dit alles is bij verordening geregeld, ook het werpen met sneeuwballen. De heer de Witt Hamer heeft bezwaar tegen een dergelijke verordening, tenzij zii behoorlijk uitvoerbaar is. In den regel worden overtredingen, als sneeuwballen gooien en dergelijke berecht wanneer de ijstijd reeds lang voorbij is en dan krijgt de overtreder een berisping 1 Dat heeft gseu effect. Niet door verordeningen, maar door de waakzaamheid der ouders wordt dit kwaad bestreden. Bovendien 't is den kinderen nu eenmaal aangeboren om op het ijs te loopen, en een zware politieagent dien het broze ijs minder goed dragen kan dan de knapen, staat machteloos tegenover de overtreders.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1909 | | pagina 1