EUWSBLAD
VOOR ZEELAND
No. 126.
1909.
Zaterdag 27 Februari.
23e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
Bnltenlandscli Overziebt.
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
By dit nummer behoort een Bijvoegsel
Heeft Tijl Uilenspiegel wer
kelijk bestaan
e
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25.
Enkele nummers0,02'.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 ''ent.
XVI,
Bezwaren'
Onder hetgeen ons als wet bereikte en
sinds enkele dagen ingevoerd is, behoort
ook het «Arbeidscontract". Na langen tijd
wachten, door allerlei omstandigheden ver
traagd, is het er toch eindelijk gekomen.
Nu is het niet aan ons te beoordeelen de
voor- en nadeelen in al haar geledingen.Dat
laten wjj gaarne aan onze kundige mannen
over. Er is over het algemeen onder onze
plattelandsbevolking te weinig kennis van
soortgelijke wetten om ze tot in bijzonder
heden te kennen. Maar tooh kunnen wij
wel eenigszins peilen, wat het baren zal.
De praotisohe feiten ons ter ooren en onder
het oog gehomen geven stof om inzake
het Arbeidscontract een meeniDg te vor
men. Welke die praetisehe feiten zijn P
Dit, dat door onderscheidene patroons con
tracten ter teekening voorgelegd zijn, die
bijna alle goede bepalingen vernietigen.
Wij weten dat deze wet zeer ruim geno
mes is. Dat afwijkingen kunnen plaats
vinden met wederzijdsohe goedkeuring.
Twee ernstige bezwaren hebben wij hier
tegen. Omdat de wet deze ruimte geeft
zien wij dat van de zijde der patroons
schandelijk gebruik gemaakt wordt van die
bepaling. Men stelt een oontraot op naar
eigen meening en voordeel en legt dit ter
teekening voor. En waar de arbeider ken
nis neemt van het oontraot en daarin ziet
hoe zijn toestand niet verbetert en de
goede bepalingen zijn geschrapt, daar bleek
het dat hy groot bezwaar had te teekenen.
En geen wonder 1 Hij weet dat deze wet
bepaalde voordeelen biedt, die hem zeer
te stade komen, hem, die veeltijds leven
moet van een sober loon, met gezin. En
daarom niet teekenen. Maar ook de pa
troon heeft hierop gerekend. Hei oontraot
teekenen of andersontslag. Dat is de
in-treurige werkelijkheid die wij hoorden
en lazen, en die m ons een niet te onder
drukken gevoel van beleediging wakker
riep. Van tweeën een öf de hongerzweep
öf teekenen.
Wie eenigszins doordenkt wat het zeg
gen wilontslag, en dat in dezen tijd,
die gevoeit wat pijnlijks daarin ligt voor
hem die het reeds zoo zwaar heeft in zijn
strijd om het bestaan. Wanneer wij letten
op de duizenden in ons Vaderland die de
ramp der werkloosheid trof, die leven
moeten van diaconie en publieke weldadig
heid, o, dan begrijpen wij hoe met dit feit
voor oogen ondanks alles het oontraot ge-
FEÜILLETON.
In 'I Januarinommer van /Nieuw Vrou
wenleven, Maandblad voor Dames" vinden
wij deze vraag beantwoord.
In 1483 dat is 1 /j eeuw na Tiji's
dood heeft de Brunswijker tolbeambte
Herman Bote in 't Plat Duitsoh een Uilen
spiegelboek uitgegeven, hetwelk niet meer
bestaat. Later, in 1515, versoheen bij
Grieninger te Straatsburg weer een Uilen
spiegelboek, waarvan zioh een exemplaar
bevindt in bet Britsoh Museum te Londen.
Wat zekers is ons nu evenwel bekend
van den werkeüjken Tijl Uilenspiegel?
In 1835 leefde in Brunswijk een vrouw
van dien naam en in 1355 komt baar naam
nogmaals voor. In dezen tijd liet zioh een
Hans Uilenspiegel tegen een bezoldiging
van drie gulden per maand door den
hoofdman Hans Krage voor diens vaandel
aanwerven als Landsknecht. Waar een
vrouw met name Uilenspiegel in de 14de
eeuw leefde, moet er natuurlijk ook een
man van dien naam zijn geweest. In welke
relatie onze Landsknecht nu gestaan heeft
tot de voornoemde vrouw Uilenspiegel is
niet nit te maken. Was het haar zoon,
dan moet ze hem overleefd hebben, omdat
die zoon, de veronderstelde Tijl Uilen-
teekend wordt. Maar naar onze meening
wordt hier wind gezaaid en wordt brand
stof aangebracht tot bittere doeleinden.
Maar hiermede komt naar onze overtui
ging de leemte der wet in een helder Hebt.
Het regjgnd reoht zooals dat genoemd
wordt, heeft dit bezwaar dat de werk
man altijd aan het kortste eind trekt. Wij
zien dat duidelijk 'o de wet op het arbeids
contract waar hei regelend reoht zulk een
groote rol speelt. Eo wij hebben ons dan
ook afgevraagd of bij een dergelijke rege
ling, de sooiale wetgeving ook iets be-
teekenen zal, voor hen in wier belang zij
voorgesteld wordt. Wanneer bij nog te
wachten verzekeringswetten dezelfde ge
dragslijn gevolgd wordt dan zullen deze
wetten geheel haar doel missen. Wij kun
nen dit nu wel met allerhande mooie woor
den trachten te beredeneeren, het geeft
geen bate. Eerlijkheid vordert dat tie
bezwaren tegen het regelend recht onder
de oogen gezien worden. Bij de meerder
heid der patroons zit het voor, om zoo te
regelen in hun eigen voordeel. Dat weten
wij by ondervinding. En daarom zien wij
van sooiale wetgeving, in deze lijn, geen
verlichting van den nooastand waarin wij
nn verkeeren. Dan moet meer ingegrepen
worden, moet meer het dwingend reoht
op den voorgrond treden. In no. 117 van
De Zeeuw roept de heer H. Sohoonejongen
Jaoobsz. reeds te wapen tegen een moge
lijke landbouw-ongevallenwet. Doch hier
over D.V. een volgend maal. C. H.
Evangelieprediking. In Et Nederlander
schrijft prof. L. Lindeboom, van Kampen,
het navolgende ingezonden stuk
Mijnheer de Eedacteur l
Uw no. van 1 Febr. 2e blad, bevat een
epistel van een Hervormd predikant, ge
titeld //Het Centraal Bureau van Wel
dadigheid", waarin o.m. verzekerd wordt,
dat de Vereen, tot Chr. verz. van krank
zinDigen door het besluiteen hoogleeraaT
in de psychiatrie te verbinden aan de
Vrije Universiteit gehandeld heeft in strijd
met bij Ned. Herv. Kerken opgewekte
verwachting„terwijl teoh de bedoeling
geweest was, een bijzonderen leerstoel te
stiohten aan een der Rijks-universiteiten*'.
Die bewering moest dan dienst doen als
bewijs, dat van samenwerking tusschen
Hervormden en Gereformeerden voor de
eerstgenoemden niets te verwachten is.
Vergun mij, dien schrijver te vragen, hoe
hij aan die bewering komt, en hem al vast
spiegel, al in 1350 aan de pest is gestorven,
en haar naam zooals we zagen, nog in
1355 voorkwam.
Volgens de opgaven in het volksboek
zou Tijl Uilenspiegel te Kneillingen in
Bronswijk zijn geboren als zoon van een
beer Klaus Uilenspiegel en zijne vrouw
Anna Wiebken.
Wat de naam Uilenspiegel aangaat, die
op zioh zelf niets grappigs heeft (een uil
voor een spiegel ziet daarin tooh niet veel
grappigs) zal wel van een of andere plaats
naam afkomstig zijn, iets wat dikwijls
voorkomt, Uilenberg, Uilenkop, Uilen-
bof, enz.
Spiegel noemde men daar toen en mo
gelijk nog een open plek in het bosoh,
waaromheen de vogels in de boomen hun
nesten maakten, in dit geval de uilen
zoo noemde men ter onderscheiding
van andere personen van dien zelfden
naam, den man die in de buurt van dezen
Uilenspiegel woonde, //die van den Uilen
spiegel later eenvoudig „Uilenspiegel"
in de* bloeitijd der „Wapens" moet
het gemakkelijk genoeg geweest zijn van
dezen naam een zoogenaamd sprekend
wapen te maken „een uil met een spiegel".
De oude Klaus Uilenspiegel wien het
niet al te voorspoedig schijnt ie zijn ge
gaan, trok later naar de streek waar zijn
vrouw van daan kwam en liet daar, toen
hij stierf, vrouw en zoon in armoede achter
te zeggen, dat hij verkeerd is ingelicht.
Ia uw no. van 8 Febr. las ik o.a. «Een
roepstem uit Öostzaan'waarin verzekerd
wordt„maar het Evangelie van Gods
genade wordt hier niet gepredikt". Ook
deze schrijver schuilt in het donker, waar
om toch Ook voor den goeden naam van
uw blad zou het beter zijn, dat dergelijke
stukken onderteekend werden door hen
die zulke onware, voor uwe Gereformeerde
lezers ergerlijke, berichten en pleidooien
bij U inzonden. Vergun mij, uwen lezers
betreffende Oostzaan het volgende mede
te deelen.
Meer dan 85 jaar geleden hebben de
predikikacten van de Geref. (toen Chr.-G.)
gemeenten te Landsmeer en te Zaandam
begonnen in Oostzaan „het Evangelie van
Gods genade" te prediken. Een paar jaren
later is in O. een C. G. kerkgebouw ge-
Btioht en ean gemeente geïnstitueerd. On
derscheidene predikanten hebben in die
gemeente gearbeid en ook thans mag de
Geref. Gem. zioh verheugen in het bezit van
een eigen herder 3D leeraar, n.l. ds. J. J.
Bajema. Aan uwe lezers laat ik over te
beslissen, hoe gequalifieeerd moet worden
de „roepstem", die, trots deze feiten, aan
da Christenen in Nederland durft verze
keren, dat, buiten de Herv. Evangelisatie,
./bet Évangelie van Gods genade" in Oos-
zaan //niet wordt gepredikt". Aan den
schrijver veroorloof ik mij te vragen
mdg dat? en hem te verzoeken: neem
deze «roepstem" terug, met schuldbelijde
nis, dat gij „het Evangelie van Gods ge
nade" en hen die het belijden en die het
prediken in Oostzaan naar de aloude Ge
reformeerde symbolen, zóó krenkend hebt
genegeerd. Of oordeelt de schrijver hoe
is zijn naam dat alleen in Herv.
Evangelisaties, en in de Gereformeerde
Kerken niet, //het Evangelie" wordt ver
kondigd V
U bij voorbaat dankzeggend voor de
plaatsing van deze regelen, blijf ik,
Uw dw. dn.,
L. LINDEBOOM.
Kampen, 12 Febr. '09.
In antwoord op deze sommatie heeft de
schrijver in De Nederlander verjaard,
heelamaal niet aan den arbeid der geref.
kerken te hebben gedacht, en niets kren-
kends ten opzichte van haar arbeid te heb
ben bedoeld. Er is daar trouwens tusschen
leden der geref. kerken en van de N. H. K.
hartelijke saamwerking.
Deze berichten zijn zonder twijfel uit
de eerste uitgave van Herman Bote over
genomen in het Hoog-Duitsehe Straats-
burgsohe volksboek en aan de waarheid
er van valt niet te twjjfelen, want na
tuurlijk heeft Herman Bote een nauw
keurig onderzoek ingesteld omtrent de
afkomst van den schalk, over wiens leven
hij een lijvig boek wilde gaan schrijven.
Waarschijnlijk waren er tijdens zijn leven
nog menscben, die uit mondelinge over
leveringen bekend waren met de herkomst
van den beroemden Uilenspiegel, 'teene
nieuwtje verdrong toen daar nog niet
zooals nu bij ons het andere.
Als een tweede zeker bewijs van het
werkelijk bestaan hebben van den aarts-
grappenmaker, zou verder nog kunnen
dienen zijn grafsteen te Mölln maar hier
valt aan de waarheid sterk te twijfelen,
reeds de figuur op den grafsteen aanwezig
is heel stellig niet uit de 14e eeuw.
Waarschijnlijk heeft de overlevering in
dan volksmond het feit bewaard, dat T.
Uilenspiegel in Mölln gestorvenen begraven
is en vonden later rondtrekkende hand
werksgezellen en kooplui het no'odig, om
in de buurt komende het graf te bezoeken
von den wereld beroemden guit. Toen kort
daarop bovendien het meermalen genoemde
volksboek versobeen, oaeht de Raad van de
stad Mölln in vrome nagedachtenis aan den
verstorven schavuit, dat het de stad zeker
PREDIKBEURTEN
ïn de Ned, Herv. Gemeenten
op Zuid- en IN oord-Beveland.
Zondag 28 Februari.
Baarland,voor en nam. ds. J. E B. Meloen.
Biezelinge, voorn, half 10 en nam. ds.
v. d. Bergen.
Borssele, vm. half 10 en nam. ds. v. Hengel.
Woensdagavond ds. v. Hengel, Bidstond
voor 't gewas.
Driewegen, voorn, half 10 ds. De Vries.
Woensdag, Biddag, nam. 2 uur ds. Kort-
leve.
Ellewoutsdijk, vm. half 10 en nm. ds. Bins.
's-Gravenpolder, vm. en nm. ds. Gerretsen.
's-Heer Abtskerke, voor- en nam. ds. v. d.
Plassche.
's-Heer Arendskerke, voor- en nam. ds. De
Voogd.
's-Heerenhoek, voor- en nam. ds. Kortleve.
's-Heer Hendrikskinderen, voorm. ds.
Steenkamer, nam. geen dienst.
Heinkenszand, voor- en nam. ds. Muller.
Hoedekenskerke, nam. 2 uur ds. Kloek.
Ierseke, voor- en nam. ds. Steenbeek.
Kapelle, voorm. half 10 ds. Wille mee, nam.
2 uur ds. Torenbeek, van Vlissingen.
Kamperland, voor- en nam. dhr. S. Ybema.
Kats, voor- en nam. da. Gcyskcs.
Kattendjjke, voor- en nam. ds. Andreae.
Kloetinge, voor- en nam ds. G. Meloen.
Kolijnsplaat, voor- en nam. ds. Feijkes.
Kortgene, voorm. half 10 en ham. 2 uur ds.
Bolkesteiu. Nam, H. Doop.
Krabbendijke, voorm. half 10 en nam. 2 uur
ds- Bekma.
Kruiniogen, voorin, half 10 dhr. L- Dek,
nam. ds- J- Willemse.
Nisse, voor- en nam. ds. Pont.
O ad elands, voorm. half 10 ds. Kloek.
Biddag Woensdagavond half 6 ds. Kloek.
Ovezand, nam. 2 uur ds. De Vries.
Woansdag, Biddag, voorm. half 10 ds.
De Vries.
Rillaud-Bath, voorm. half 10 en nam. ds.
Fontein.
Schors, voorm. ds. Esrdbeek, nam. geen
dienst.
Waarde, voor- en nam. ds. Snoep.
Wemsldinge, voor- en nam. ds. Drost.
Wilhelminadorp, voorm. ds. Boissevain,
nam. ds. Steenkamsr.
Wissenkerke, voorm. half 10 en nam. ds.
Smelt.
Wolfaartsdijk,voorm. half 10 en nam. 2 uur
ds. Stegonga.
W atelier en
Aagtekerke, voorm. ds Seulijn.
Arnemuiden, voor- en nam. ds. Verkerk.
een groot voordeel zou aanbrengen als zij
op een daartoe meest gesohikt graf een
passeiyken grafsteen lieten aanbrengen en
zoo zorgden zij voor een ouden, reeds
vroeger gebruikten grafsteen met de ten
roeten uitgevoerde figuur van Tijl.
De kleederdraoht op den grafsteen komt
evenwel in 't geheel niet overeen met de
beschrijving daarvan in het volksboek.
Een oud geroest pantserkleed, een onde
ijzeren hoed, een geroest zwaard en een
groote tinnen kruik met nog een aller
wonderlijkste bril, werden als nalaten
schap van Tijl Uilenspiegel den nieuws
gierigen bezoekers getoond, en de Mölln-
sohe herbergiers voeren er wel bij. Het
behoorde er toch toe, in de vorige eeuw
nog, dat wanneer een rondreizend hand
werksman in Neder-Saksen reisde, hij het
graf van Tijl Uilenspiegel moest hebben
Ea zoo komen we dan tot de volgende
slotsom. Er heeft stellig en zeker in de
eerste helft der 14de eeuw een Tijl Uilen
spiegel geleefd, een opperste snaak en
grappenmaker, een man vol geest, geboren
te Kneitlingen aan den Elm. Als landloo-
per trok hij rond en stierf in 1350 te
Mölln. De door hem bedreven streken
leefden evenwel nog lang voort in den
volksmond en werden in 1488 door den
tolbeambte Herman Bote in Bronswijk
met vele persoonlijke bijvoegsels tot het
Biggekerke,vm, half 10 en nam. ds v.Empel
Domburg, voorm. ds v. d. Hooft, nam. geen
dienst.
Gapinge, nam. 2 uur ds. Seulijn.
Grijpskerke, nam. 2 uur ds. Van 't Hof.
Kleverskerke, vm. half 10 ds H. J. Visser.
Koudekerke, voorm. half 10 en nam. 2 uur
ds. Hymans.
Meliskerke, voorm. half 10 ds A. J. Eyk-
man Jr.
N- en St. Joosland, vm. en nam. ds Locher.
Oostkapelle, nam. 2 uur ds. Weijland.
Ritthem, vm. 9,30 en nm. 2 uur ds Nauta.
Serooskerke, voorm. half 10 ds. Muller,
avond 6 uur Zendingsby een komst.
St. Laurens, voorm. half 10 ds. Van 't Hof,
nam. geen dienst.
O. en W. Souburg, voorm. half 10 en nam.
ds. Terneden.
Veere, voorm. half 10 ds. Weiland.
Vrouwepolder, nam. 2 uur ds. v. d.Vlugt.
Westkapelle, voorm. ds. Aalders, nam. ds.
Aalders, van Beesd.
Zoutelande, voorm. half 10 en nam. ds
Lazonder.
't Zand, voorm. ds. Talma, van Vlissingen,
avond 6 uur ds. Steinz, van Goes.
Komt er oorlog tussohen Oostenrijk en
Servië
Gisteren namen wij twee telegrammen
op, die elkander op dit punt volkomen
tegenspreken.
Het eene dat de oorlogscorrespondent
Amtiteatof uit Antivari (Oostenrijk) naar
Petersburg had geseind, dat de oorlog on
vermijdelijk was. Het andere uit Belgrado
(Servië), dat er daar ter plaatse buitenge
wone kalmte heerseht en dat de regeering
nog steeds besloten is zioh te wenden tot
de mogendheden, om deze te verzoeken
de Sarvisohe belangen te willen be-
sehermen.
Dat is ook de indruk, dien de bekende
berichtgever van den Matin, de heer
Hederman, die zioh thans te Belgrado be
vindt, heeft gekregen. Maar hij heeft ook
Dog een anderen opgedaan. «Er heerseht",
zoo zegt hp, „geen schijnbare, maar werke
lijke kalmte.
Servië waoht, maar wacht zonder vrees.
Het zal geen aanval doen en£zal geen
oorlog beginnen met Oostenrijk, wanneer
dit Rijk aan Bosnië en Herzegowina geen
autonomie verleent, en evenmin wanneer
Oostenrijk het geen schadeloostelling in
grondgebied wil toestaan. Het zal een
beroep doen op de mogendheden en zoo
dit vruchteloos mocht bly ven, zal het deze
Uilenspiegelboek bijeengebracht met
zulke verstrekkende gevolgen dat de
titelheld een lieveling is geworden van
allen, die van een grapje houden. Onwaar
schijnlijk is het zeker niet dat een jongen,
met zijn moeder onverzorgd achter geble
ven, geen gelegenheid meer had om een
vast ambacht te leeren, maar den boer
opging, en zioh verhuurde bij een kakker.
Totaal onbekend met bet vak en tot den
nek gevuld met malle fratsen ging hij
toen de baas, hem geen lioht toever
trouwde, hem beval het meel maar even
in den maneschijn te ziften, dit buiten bet
zolderraam doentoen de baas en zijn
vrouw van een bezoek thuis kwamen was
de grond al wit van 'tmeel. Wegjagen
volgde onmiddellijk. Dan maar zeggen
dat hij kleermaken kan. De kleermaker
gaf hem een bijna voltooide jas en zeide
tot Tijl«Gooi jij daar even die andere
mouw in". Binnenkomend vond de kleer
maker hem, 't zweet langs 't gezicht, bezig
met de mouw naar het armsgat te gooien
«Baas, die kan ik er niet ingooien, hij
wil niet 1"
Zoo van den een op den ander, soms
een duit verdienend, soms zich door een
sohelmstnk wat kost versohafieod als
bij de geschiedenis van het varken aan de
leer van den gierigen buurman.
Heel weelderig heeft moeder Wiebken
het zeker niet door baar Tijltje gehad