erdm N1EUWSBLAD VOOR ZEELAND No. 101. 1909, Vrijdag 29 Januari. 23e jaargang. tó ièXoop EN ERF, :oop Sop jnstbode. GHRISTELIJK- HtSTORISGH t'. DE S.1HUT. De nieuwe Kiezerslijst. lfvaars Gerstenstroo loerenmeift iiddelburg f2,500,000. phage, Groningen, ter (lam, Tilburg, OES. LS, SAFES. baar gesteld bij alle voor Zuid-Beveland, ON KERS, pote Markt C 60. en den koers /*500. •ecember. DE VEER Ga. Jr. ZAAD. anvraag verkrijgbaar JORNs. LÜIJK 11 Bommel (Z.-H.) I RUIM |pelle en Biezelinge. lett. W, a/h Bureau o es. lUUR gevraagd |te Bakkerij vau Zuid-Beveland. pkhandelaar D'HUIJ, ÏÖÖP bjj K. VERHAGE, bij C.VANDAMME i o 1 d e r. jlfvaars, [j J». KOPPEJAN te DOP iKoudekerke. ag met Maart a.s. ïakersknecht fERHAGE, Krab- Ineclrt en metselen ver- IJSMAN, Koude- let 1 Maart of 1 Mei 1EULENBERG Cz., benoodigd PORIE O v e z a n d. lei a.s. :eld. |gen bij J. J. LEBBE, VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes ^xiJLirilrLgrarL- Belastingkiezers. Huurkiezers. Loonkiezers. Spaarbankkiezers. Examen -kiezers. Het Arbeidscontract en weder- zijdsche plichten. F. P. D'HUIJ, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN llï m PERS. De samenwerking Links. mi ■.mede ten kantore LfÏTOG, pge-Var weet Go»«. IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,02®. UITGAVE DER FIRMA Voor de gemeenteraadsverkiezing te Kruiningen blijven wij ook bij de her stemming de candidatnur aanbevelen van Belastingkiezers zjjn zjj, die over het laatste dienstjaar al hun aanslagen in de Rijksbelastingen hebben voldaan. Die be lastingen zijn: Personeele belasting,Grond belasting, Vermogensbelasting en Bedrijfs belasting. Deze aanslagen behoeven niet te loopen over een vol dienstjaarmen moet eenvoudig de belasting op tijd hebben be taald. De rijwielbelasting telt niet mee. Belastingkiezers behoeven zich niet aan te gevenzij worden ambtshalve op de kiezerslijsten gebracht. Alleen z\j, die mede-eigenaren zijn van onroerend goed, behoorende tot een onver deelde nalatenschap, waardoor iu 1908 l grondbelasting is betaald, terwijl hnn aan deel in die belasting f 1 bedraagt, behooren -.zich tusachoü 1 en 16 Februari *j aan te geven op een formulier dat vóór 16 Febr. ingevuld en ondorteekend moet worden in geleverd, met het belastingbiljet. Wie verhuisde naar een andere gemeente en in zijn vorige gemeente belasting betaalde dient zich eveneens aan te geven, met over legging van het voldaan geteekende belasting»- biljet. Alle overige kiezers, d. w. z. de hnnr-, loon-, spaarbank- en examenkiezers behoo ren %ioh aan te geven tusschen 1 en 16 Febr. ter secretarie. Zij ontvangen esn formulier, dat onderteekend en ingevnld moet worden ingeleverd. Huurkiezers zijn zij, die op den 31sten Januari sedert 1 Augustus van het vorige jaar in een huis of in een deel van een huis hebben gewoond van de huurwaarde, voor iedere gemeente bepaald. Men mag in dien tijd ook éénmaal verhuisd zijn, mits dan ieder der woningen den huurprijs heeft door de wet vastgesteld. Doch nu komt er nog iets bjj. Men kan ook kiezer worden, wanneer het huis of een gedeelte van het huis, dat men bewoont, niet den geëisohten huur prijs heeft, doch wanneer men in zijn woonplaats grond of lokalen of werkplaatsen in huur heeft, en daarmee het voor de gemeente geldende bedrag wordt verkre gen. Natuurlijk moet men dien groDd of dat lokaal of die werkplaats minstens net zoo lang in huur hebben als het huis. De bepalingen voor de huurkiezers gel den ook voor de schipperszij moeten alleen den vastgestelden tijd een schip in eigendom of huur hebben gehad van '24 M* inhoud, of 24000 K.G. laadvermogen. Thans komen we aan de loonkiezers. Dat zÜa «ij, die van 1 Januari van het voor gaande jaar tot 31 Januari van het vol gende achtereenvolgens bij niet meer dan tweepersonen, ondernemingen, openbare of bijzondere instellingen in dienstbetrek king zijn geweest, of als inwonende zoon in het bedrijf of beroep der ouders werk zaam zijn geweest, en als zoodanig over dat jaar een ingekomen hebben genoten, dat óék voor iedere gemeente in de wet is vastgesteld. Het loon, in vaste dienstbetrekking door de vrouw genoten, kan worden geteld bij dat van dén man, en evenzeer het halve loon van minderjarige, inwonende kinde ren. Wanneer dat alles bijeen het door de wet geëisohte bedrag haalt, kan de man kiezer worden. In dit jaar 1909 valt 14 Februari op Zondag, derhalve is de termijn nu 115 Februari en niet 1—14 Februari zooals in andere jaren. De her- Jnnering is van De Rotterdammer. Men behoeft niet precies het juiste be drag van loon of inkomen op te gevet), dooh kan volstaan met deverklaricg.dat het loon het door de wet gevorderde be drag bereikt. Als loon wordt ook gerekend h et pensioen of de lijfrente, dat dcor openbare instel lingen wordt verleend, en ook dat door ondernemingen of bijzondere instellingen uitbetaald. Natuurlijk blijft het bedrag van het inkomen van iedere gemeente onver anderd. Ongevallenrente wordt ook als loon be- sohouwd. Staat in een of ander bedrijf in den regel het werk gedurende een gedeelte van het jaar stil, dan wordt de tijd, waarin niet gewerkt wordt, tooh als dienst tijd be8ehonwd. Is men hoogstens twee maanden ziek geweest, dan vrordt tooh het loon gerekeod ontvangen te zijn. Ook de kost en inwoning wordt als loon gerekend, naar een daarvoor bij de wet voor iedere gemeente vastgeeteld be drag. Wie op Zon- en Christelijke feest dagen deD kost echter niet geniet, behoeft voor deze dagen nietB al te trekken. Hij wordt tooh gerekend vollen kost en in woning te genieten. Aan loonkiezers, die rpp de lijst van het vorige jaar'reeds voorkomen, wordt een blanoo-aangiftebiljet toegezonden. Zien we nu even naar de Spaarbank en Grootboek-kiezers. Wie op I Februari a.s. sedert een jaar f 100 nominaal op het Grootboek heeft staan of f 50 in de spaarbank, zóó dat het inderdaad zijn eigendom is, kan op grond daarvan aanspraak maken op het kie- zersohap. Hij moet tusschen 1 en 16 Febr. zich op de secretarie aanmelden onder over legging van een bewijs van de directie van het Gi ootboek of he.t bestuur der Spaarbank dat hp inderdaad sedert een jaar eigenaar is van de gevorderde bedragen. Het is niet noodig, dat men een boekje hebbe van de Rijkspostspaarbankandere spaarbanken, zooals die van het Nut tellen ook meedoch D&tuurlijk moeten de liohameu, waarvan deze spaarbanken uit gaan, rechtspersoonlijkheid hebben, en, zoo ze na 1 Mei 1900 zijn opgericht, moeten ze een waarborgsom van f25000 bij de Nederlandsche baok hebben gedeponeerd. Ten slotte de Examen-kiezers. De wet zegt dat zij kiezer kunnen worden, die „met goed gevolg hebbeD afgelegd een examen, ingesteld door of kraobtens do wet of aangewezen bij algemeenen maat regel van bestuur en in verband slaande met de benoembaarheid voor eenig ambt, de vervulling van eenige betrekking of de uitoefening van eenig bedrijf of beroep". Hieraan voegen wij nog éóne opmer king toe. Wie stedelijke inkomstenbelasting be taalt moet niet meenen, dat hij daardoor ambtshalve wordt gebracht op de kiezers lijst. Immers stedelijke inkomstenbelasting ia geen Rijks belasting. Al wie dus wel stedelijke belasting be taalt, en geen Ayisbelasting, moet om op de Kiezerslijst te komen, huurkiezer, loon- kiezer, spaarbankkiezer of examenkiezer worden. Heelt men eenmaal het recht om als zoodanig op de Kiezerslijst geplaatst te worden zioh door aangifte veroverd, dan veroorzaakt de stedelijke inkomstenbe lasting bovendien dat men ook wordt kie zer voor den gemeenteraad. Wat 3e dienstboden aangaat is de werk gever verplicht te zorgen voor behoorlijke voeding en ligging en een vrij aigesohoten plaatsje voor eigen gebruik. Gaat de werk gever voor eenigen tijd op reis met zijn EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 ''ent. gezin dan geve hij de dienstbode kostgeld- Hij zorge dat zij hun godsdienstplichten kunnen waarnemen op Zon- en Feest-en Heiligendagen, en een behoorlijke ontspan ning genieteD, op de wijze gelijk dit bij de overeenkomst is bepaald, en zoo er niets bepaald is, dan naar plaatselijk gebruik. Minderjarigen moeten, mede naar plaat selijk gebruik, in de gelegenheid gesteld worden de lessen te volgen in godsdienst-, voortgezet-, herhalings- of vakonderwijs. Dit geldt voor de inwonende arbeiders. Maar voor allen geldt dat de werkge ver zorgen moet, den arbeider zooveel mogelijk tegen gevaar voor lijf, eerbaar heid en goed te beschermen. Ongelukken cn ongevallen zullen na tuurlijk nooit geheel te voorkomen zijn. Maar het is de taak van den werkgever, te zorgen, dat zulks iD billijkheid niet aan hem geweten kan worden. Daarom schrijft hom de wet voor, dat h(j de lokalen, werktuigen en gereed schappen, waarin of waarmee h(j den ar beid doet verrichten, op zoodanige wijze moet inrichten en onderhouden alsmede zoodanige regeling voor den arbeid moet treffan, dat de arbeider zooveel mogelijk tegen ongevallen is beveiligd. Doet h(j dat niet dan is hy tot schade vergoeding verplicht, wanneer de arbeider letsel krygt. Bekomt de arbeider zoodanig letsel, dat er de dood het gevolg van is, dan hebben de overblijvende echtgenoot, kin deren of ouders van den overledene, in dien hij kostwinner was, recht op scha devergoeding. De rechter zal hierin moeten beslissen. Indien echter de werkgever bewijzen kan, dat het ongeval was toe te sohrijven aan overmachtd.i. dat het werkelijk een ongeluk was, waartegen met den besten wil ter wereld niets te doon is, of ook, indien hij aantoonen kan, dat bet te wij ten is aan grove schuld of nalatigheid van den arbeider, zal hjj niet tot schadever goeding verplicht zyn. De beslissing is ook hier aan den Kanton rechter. Wezen wij hier op de plichten van den werkgever, ook de arbeider heeft die. Zoo zal hij den bedongen arbeid naar zijn beste vermogen moeten verrichten. Zoover de aard en de omvaDg van den te ver richten arbeid niet bij overeenkomst of reglement is omschreven, zal het plaat selijk gebruik in dezen beslissen. Ook is hij verplicht, den overeenge komen arbeid zélf te verrichtenalleen met toestemming van den werkgever, mag hij zich door een derde laien vervangen. Hij is ook verplicht, zioh te houden aan de voorschriften omtrent het ver richten van den arbeid of tot handhaving der goede orde bij den arbeid, die door of namens den wetgever worden uitge vaardigd, in zooverre deze niet met wet, verordening, overeenkomst of reglement in strijd zijn. De inwonende arbeider is voorts ver plicht, zioh te gedragen naar de orde des huizes en in 't algemeen moet de arbeider al datgene doen en nalaten, wat een goed arbeider in geljjke omstandigheden be hoort te doen en te laten. Ook rust op hem den plicht van het staangeld. Dit is een som die de arbeider bij 't begin der overeenkomst ineens of in gedeelten stort en die staan blijfteen scm, die in bepaalde gevallen, als de arbeider in zijn verplichtingen te kort schiet, het eigendom wordt van den werk gever. Voor arbeiders, die f 4 per dag of minder verdienen, mag dat staangeld b.v. nooit hooger zijn dan het loon van 12 werk dagen bedraagt. Het mag, als 't in gedeelten wordt in gelegd, bij elke inlage Dooit meer bedra gen dan V10 van het uitbetaalde loon het moet ter Rijkspostspaarbank voor den inlegger op rente worden gezet en de werkgever mag er nooit, dan na rechter lijk vonnis aan raken. De arbeidsovereenkomst kan ook be ëindigd worden. Hiervan noemt de wet 8 gevallen. Op deze drie vestigen wij afzonderlijk de aandacht 1 le. Zij eindigt natuurlijk bij den dood van den arbeidersoms ook bij den dood j van den werkgever. Als regel geldt dat de dienstbetrekking bij den dood des werkgevers blijft voortduren. Vloeit het I tegendeel uit de overeenkomst voort, dan moeten de erfgenanoeu of anderen die er zioh op beroepen, dit voor den Kanton rechter bewijzen. Geldt 't een dienstbe trekking voor onbepaaiden tijd dan hebben de arbeider en de erfgenamen des werk gevers 't recht de dienstbetrekking op te zeggen. De billijkheid brengt mede dat dit ook geldt bij een dienstbetrekking voor een bepaalden tijd aangegeven. Die bevoegdheid is dan ook door de Wet toegestaan. 2e. De dienstbetrekking kan ook be ëindigd worden door den Kantonrechter wegens gewichtige reden. In dat geval is hij of zij die de dienst betrekking opzegt niet tot schadeloosstel ling verplicht. Bijvoorbeeld een werkgever kan plotse ling arm worden of door onteigening tot staking van zijn bedrijf gedwoDgen wor denof een dienstbode kan onverwachts naar huis geroepen worden om do plaats eener overleden moeder of zuster in te nemen. In al deze gevallen, wanneer 't niet tot een minnelijke schikking kan komeD, moet de kantonrechter beslissen. 3e. Ten aanzien van minderjarigen kan de kantonrechter ook ontbinding der arbeidsovereenkomst gelapten, op verzoek van den wettelijken vertegenwoordiger van den minderjarige of vau het O. M. bij het kantongerecht. Bijvoorbeeld wanneer zij van oordeel zjju dat de overeenkomst schadelijke ge volgen zal hebben voor de(n) minder jarige of wanneer de werkgever zioh niet houdt aan de voorwaarden waarop toe stemming tot dé overeenkomst was gegeven. Voorts maakt de Wet onderscheid tus- sehen een dienstbetrekking met bepaalden en met onbepaaiden duur. Die duur kan in weken of in maanden uitgedrukt zijn, of ook gelden voor den duur van een bepaald werk, of zoolang het seizoen het werken toelaat; bijv. metselen in den winter. Deze dienstbetrekking met bepaalden duur eindigt natuurlek wanneer de be paalde tjjd is verstrekenwaarbij ook geen opzegging vereisch wordt. Opzegging bij dergelijke overeenkom sten is wel noodig indien zulks te voren schriftelijk is bedongen. Indien de dienstbetrekking na dien eind- termijn zonder tegenspraak wordt voortge zet, wordt zij geacht weer voor denzelfden t\jd te z\jn aangegaan. Is de dienstbetrekking veor onbepaaiden tijd aangegaan dan kan elk der „partijen" er door opzegging zonder opgaaf van reden een eind aan maken, met inachtneming van een opzeggingstermijn, niet langer dan zes weken, en niet korter dan de tijd tusschen twee opeenvolgende loonbetalingen. Dus met de week bij een loonbetaling per week, en mot de maand bij een loonbetaling per maand. Doch, let wel 1 bij schriftelijke overeen komst mag hiervan worden afgeweken. Voor arbeiders die meer dan f 4 per dag verdienen, ia die opzeggingstermijn hoog stens zes maanden- Geen opzeggingstermijn is noodig, wan neer in de overeenkomst een proeftijd is bedongen. Is de proeftijd uit, dan kan de werkgever geen tweeden proeftijd vorderen, maar wel voor onbepaaiden ty'd de aanstelling ver lengen. Bij faillissement van den werkgever kan de dienstbetrekking zoowel door den arbei der als door den curator opgezegd worden, meteen opzeggingstermijn van hoogstens zes weken. De dienstbetrekking kan ook beëindigd worden wegens dringende redenenzonder inachtneming van den opzeggingstermijn. De werkgever kan byv. een persoon in dienst hebben dio 't zoo bont maakt dat hij hem niet meer gebruiken kan, bijv. dron kenschap of liederlijk gedrag. De arbeider kan een patroon hebben die het hem zoo „zwaar" maakt dat 't niet mo gelijk is bij hem in dienst te blijven. Dit kan goschieden zonder schadeloosstelling. Is echter volgens het oordeel van den Kantonrechter geen „dringende reden" aanwezig, dan geschiedt schadeloosstelling, welker bedrag bij een overeenkomst voor onbepaaiden tijd gelijk is aan het in geld vastgestelde loon voor den duur van den opzeggingstermijnen bij een overeen komst voor een bepaalden tijd gelijk is aan het bedrag van het loon voor den tijd dat de dienstbetrekking nog had behooren voort te duren. De arbeider, die voor een jaar is gehuurd, en door den werkgever reeds na een maand zonder dringende reden wordt weggozonden, heeft derhalve recht op een schadeloosstel ling, gelijk aan het loon van elf maanden. 28 Januari 1909. Een paar aanieekeningen uit de Kerkelijke Acta te Sluis. Den 6 Oct. 1605: „Alzoo deE. Magistraat gsoonsenteert heeft, dat de soon van Adriaenken Verbeke, oud eijnde 18 of 19 jat ren, soude van den steen gesneden worden, soo is met meester Gillis de Blijde desen dag gehandelt en met hem geaeoor- deert, dat hij voor sijne snede sal hebben seven ponden Vlaamsoh en sijn kneeht sal cook een drinkpenning hebben". Onder den naam van „de Reutjes" be staan te Sluis eenige huisjes welke der Herv. gemeente toebehooren en ter woning strekken aan verarmde geloofsgenooten. Zij zijn gebouwd uit een iegaat van zekeren heer Vlaming en is de stiohting vermoede lijk afkomstig van den ingenieur van dien naam of diens zoon. Uit de aote d.d. 16 Aug. 1663 vernemen we »Is oook voorge- stelt hoe men de arme vrouwkens in de Rentjes sal trakteren (volgens besettinge van den heer Johan Vlaming), is goetge- vonden, dat men een sohotel gebraad en een sohotel gesoden sal opdissen, met soo- veel wijn als noodig is dooh alsoo nogtans, dat de oosten niet en gaen boven de tien guldens dit sal jaerlijks in 't toeoomende gesohieden". Merkwaardig is het antwoord, dat de Nieuwe Courant geeft op de aansporing van het Vaderland, om „kleur te bekennen". Wat beteekent die aansporing tot den Bood van vrij-liberalen, vraagt het blad. Verwacht Het Vad. dat de Bond den O'j, welkeDhet Uniebestuur heeft aan gekondigd, zal overnemen 1 Dat is uiterst onwaarschijnlijk. Maar wat dan? Dat de Bond bekend zal maken of hij zioh tot de linker- dan wel tot de rechterzijde wil gerekend zien? Dat is oonoodig; de Bond behoort tot de linkerzijde. Zou er nog iemand in het land meenen, dat door de Vrije L'beialen samenwerking bij de stembus zou worden gezocht met een der partijen van reohts Hij herin- nere ziob dan, dot de Cbristelijk-Histo- risohen op hun jongste vergadering te Utrecht hebben uitgemaakt, dat, daar de „christelijke" coalitie nog bestond, voor het gansohe land dus nog de be ginselen en afsprakc n golden, in 1905 gemaakt en dat zij deze uitspraak dadelijk lieten volgen door het besluit ooi in een der districten van Utrecht (de stad die de heeren Röell en Van Karnebeek afvaardigt) met een eigen o&ndidaat uit te komen en het andere aan de anti-revolutionaire partij over te laten. Te dezen aanzien behoeft Het Vaderland niet over onzekerheid te

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1909 | | pagina 1