No. 89.
NIEUWSBLAD
R ZEELAND
Vrijdag 15 Januari
23e Jaargang.
HISTORISCH
CHRISTELIJK-
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Geen Staatspensioneering.
tas
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,025.
UITGAVE DER FIRMA
EN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 ^ent.
Nu in Engeland aan lieden van 70 jaar en
ouder van staatswege oen ouderdomspen
sioen wordt toegekend, beginnen de voor
standers van zulk een pensioen te onzent
luider te roepen en moer dan vroeger ge
hoor te vinden. Zelfs bleek bij de aanne
ming van voorstellen in gemeenteraadsver
gaderingen tot st6unbieding aan een des-
bedoelend adres aan de Koningin, dat het
niet enkel Vryzinnigen waren, die voor
deze adhaesie-betuiging stemden waaruit
men mag opmaken dat het geroep om alge-
meene staatspensioneering ook steun vindt
bij enkele antirevolutionairen.
Bij enkele antirevolutionairen.
Het gros is nog niet te vinden voor een
overstap naar het terrein der socialisten.
Dat geldt wel van de Liberalen.
Het Volk van Dinsdag constateert reeds
met ingenomenheid dat De Vader Under
(unieliberaal) zich reeds voor staatspensio
neering heeft verklaard.
Zelfs heeft dat blad al verklaard den
pensioenleeftijd van 70 jaar te hoog en het
maximumpensioen f 3 laag te vinden.
En Het Volk roept o. i. terecht al
uit: „de practische bezwaren van een
ouderdomsverzekering die spoedig werkt,
en om den spoed voornamelijk beveelt de
Vaderlander staatspensioneering aan, zijn
echter van dien aard, dat wel haast de liefde
ook van den heer Roodhujjzen en Borge-
sius aan het staatspensioen onverdeeld
verpand zal blijken."
Doch waar de denkbeelden in't Linksche
kamp reeds zoo reusachtig vlug loopen,is 't
voor de antirevolutionaire partij zaak dat
zjj goed uit de oogen zie en zich rekenschap
geeft waarom zij niet aan deze beweging
meedoet.
Tegen 't versoh&ffen van een zoo mo
gelijk onbezorgden ouden dag aan den
werkman is niemand onder ons gekant.
Het is noodzakelijk en geweisoht dat
de maatschappij zoodanig gereorganiseerd
worde, dat de werkman zooveel kan ver
dienen dat hij van zijn loon een deel kan
afzonderen om te komen tot 't verkrijgen
van een flinke uitkeering tegen ziekteen
invaliditeit en ouderdom.
Zoo moet het. En dat het zoo nog niet
kan, is een bewijs dat er aan 't raderwerk
onzer maatschappij nog iets hapert, dat
boe eer hoe beter moet hersteld wordeD.
Hierop stuurt de antirevolutionaire partij
aan.
Doeh in dit streven stuit zij op de voor
standers van Staatspecsioueiring.
Immers dezen willen den Staat laten
doeD, wat krachtens ons beginsel, uitslui
tend tot de taak der Maatschappij behoort.
Het verschil tussohen ons en hen is niet,
dat zij den ouden werkman een pensioen
gunnen en wij niet. Dooh hierin dat zij
van den Staat verlangen datgene waar
mede wij de Maatschappij willen belasten.
Niet de Staat, maar de Maatschappij
heeft voor de pensioneering te zorgen.
Daarvan mogen wij niat afgaan, dewijl
dit voor ons is het goede beginselen dat
van Staatspensioneering voor ons is het
kwade beginsel.
Dien weg oj gaande zenden wij te land
komen bij het socialisme.
Is eenmaal de Staat opgetreden als voogd
over den ouden werkman, dan moet ook
verwacht dat bij optreedt als verzorger van
den kranken, invalieden en werkloozen
werkman en zijn zorg ook uitstrekt over
de beroepskeus zijner onderdanen.
Krijgt het Staats socialisme eenmaal zijn
zin op 't punt van de ouderdomspensionee-
ring, dan zal het verder gaan en eitohen
Btaats-pensioneerirg vcor alle huisvaders
die, op hoe jeugdigen leeftijd ook, wegens
ziekte of ongeval, buiten staat geraakten
om voor hun gezin te werken.
Iets wat wij ook beoogen, dooh wij
herhalen 't niet door den Staat, maar
door de Maatschappij willen doen geschie
den.
Doet de Staat 't, of liever de Staats
ambtenaar, dan zal dit een last leggen op
den belastingschuldige, dien hij niet lang
zal kunnen torsen.
Doet de Slaat het, dan zal hij ook moeten
verzorgen de trageD, die liefst geen werk
vinder de onverstandigen die hun hooge
loocen aan allerlei op makeD, en als zij
zeiven op zijn, eenvoudig bij de Staatsruif
gaan staan om te leven op kosten van
een ander.
Doet de Slaat het, dan zal hij de vrije
beroepskeuze zijner burgers aan banden
moeten leggen. Hg zal dan moeten zorgen
dat in bepaalde vakken niet meer leer
lingen worden toegelaten dan hij Staat
noodig aoht; of werkloozen moeten dwin
gen om naar gemeenten te gaan waar nog
wel werk iskortom bij zal in 't leven
der mensohon zich moeten mengen op een
wijze die aan vrijheid en reoht te kort
dcet, en zioh vergrijpt aan het autonome,
souvereine leven van den arbeid.
Al deze ocgeriefelijkheden kunnen voor
komen worden, wanneer men in plaats van
den grondslag der Staatsbedeeling of Staats
armenzorg kiest de basis van de eigen
bijdragen van den verzekerde, met flinkeu
bijslag van Staatswege.
Dit laatste moet er natuurlijk bij.
Zoolang de maatschappij nog niet is
gelijk ze wezen moetzoolang menige
werkman weinig of niets missen kan van
zijn loon tot verzekering voor den ouden
dag, of voor dagen vaD ziekte of invalidi
teit, of werkloosheid, is 't zaak dat do
overheid bijspringe. Dooh dit slechts tot
tijd en wijle door wetgeving en organi
seering van 't particulier initiatief de goede
toestand is ingetreden, dat de Maatschappij
alleen doet, wat nu door de mannen der
Staatspensioneering langs den dood ge-
makkelijken weg op eenmaal wordt ge-
eisoht.
Pensioen voor den ouden werkman blijft
dus aller ideaal. Doeh niet de dood ge
makkelijke weg is de beste.
14 Januari 1909.
Gelijk men uit ons Persoverzizht zien
kan, heeft mr. v. Houten, de oud-liberale
oud-minister en oud radioaai Kamerlid
voor Groningen zijn oud geweer weer
van het rek gehaald eu is hij zijn ouden
olerioaleDjaoht weer begonnen.
Het doet droevig aan dezen ouden jager,
die zoo vaak eohte raaksohoten heeft ge
lost op eigen „geestverwanten," op zijn
eentje door 't Liberale veld te zien dwa
len om jacht te maken op «olerieaal"
wild.
Niemand die hem dezen eenzamen post
benijdt.
Van de eigen vrienden verlaten te zijn
is geen aangename positieen nog min
der aangenaam wordt deze, wanneer ook
in 't kamp van den tegenstander slechts
weinigen meer naar u luisteren.
En zoo gaat 't nu mr. Van Houten.
Anti elerioaal en anti-sooiaal was in 1905
zijn leuze.
Anti-olerioaal en anti-soeiaal is zijn
kreet thans weer in 1909.
Bet gaat hem als den jongen die de
boschbewoners met zijn «de wolf komt"
kwam verschrikkenen ten laatste geen
gehoor meer bij hen vond, toen dit ver
scheurend dier hem eindelijk metterdaad
bij de broekspijpen had.
Mr. v. Houten gaat er echter ditmaal
niet alleen met geweer en weifaeoh op
uit. Af en toe legt hij ziju geliefkoosd
wapen ter zijde,en laat hij het olerioale wild
vliegeD, om zioh te benaarstigen tot vin
kenvangst.
De vinkjes, dat zijn dan de afgedwaalden
uit zijn eigen ksmp en eenige verdwaalde
christelijk historischen, moeten niet ver
schrikt, maar gelokt wordeD.
Voor dezen past beter het werk van
den vogelaar.
Het oude liedje.
De vogelaar fluyt wonder moy,
Totdat de vinok is in de koy.
Hij wil een scheiding tussoheu «vrij-
heidlievenden" en „Staatsvoogdisten".
De eersten zoekt hij ook onder de
christelijk-historisoheD, die met vrijheid
lievende liberalen versterkt «ons weder
op den goeden weg moeten brengen".
Het doet ons genoegen dat hij dergelijk
gevogelte niet bij ons zoekt, en slechts op
«enkele" christelijk historischen rekent.
Laat ous afwachten wat zijn lokstem
teweeg brengen zal.
Maar op één punt wij wezen er al
op vergist hij zioh wel een weioig.
Namelijk op dat van den schoolstrijd.
Hij meent dat deze uit isdat wij
onze wensohen verkregen hebbendat
nog slechts enkele administratieve quaes-
tie-tjes te regelen zijD en de schoolstrijd
de drie Reohtsohe partijen Diet meer ver-
eenigt.
Voor wat de beide andere partijen be
treft, laten wij dit dezen zeiven beoor-
deelen.
Doch voor wat ons betreft, meeneu wij
dezen jager-vogelaar te mogen verzekeren,
dat wy nog niet zijn waar wij wezen
rnoeteD, ook al moet erkend dat wij op den
weg der volledige rechtsgelijkheid al een
heel eind zijn opgesohoten.
Tegenover de Staatskas zijn wij er bijna,
dooh tegenover de gemeentekassen zijn wij
er nog laDg niet.
Wij herinneren slechts aan 't leuke
prentje van Het Handelsblad de bij
zondere school als ben welwarend kind in
den kinderwagen door de kindermeid
Heemskeik geredeD, terwijl deze aan de
plooien van haar rok een mager wurmpje
voortsleept dat den naam draagt vau
openbare school.
Een prentje waartegen om deszelfs mis
leidend karakter terstond door een in
zender met de volgende vragen werd ge
protesteerd
le. Is het waar, dat het Rijk voor
ieder kind, dat de openbare school be
zoekt, pl.m. f33 uitkeert, terwijl de
subsidie voor een kind, op de bijzon
dere school sleohts Jil.m. f 14 bedraagt?
Misschien kunt u dan tevens mede-
deelen of het juist is dat de Gemeente
den geheelen sehoolbouw bekostigt, en
de bijzondere school geen sou ontvangt
Dat alles wat het lager onderwijs betreft.
2e. Draagt het Kijk en de Gemeente
alle kosten van middelbaar onderwijs en
kunt u bevestigen, dat het bijzondere
onderwijs nog steeds wachtende is op
eenige subsidie P
3p. Het hooger onderwijs. Hoeveel
millioenen kost dit het Rijk? De Vrije
Universiteit is door dr. Kuyper immers
zóó bevoordeeld, dat ze gedurende een
zeker aantal jaren f 4000 in het geheel
vop het Rijk trekt.
Het Handelsblad kon Diets anders doen
dan dezen vrager gelijk geven.
Dat zij 'top haar manier deed, doet
niets af aan hare bekentenis dat op deze
drie punteD de rechtsgelijkheid tusschen
openbaar en bijzonder onderwijs nog niet
verkregen is.
De antirevolutionaire partij voor haar
deel zal dan ook den eisoh van volledige
doorvoering van het beginsel der rechts
gelijkheid nog niet loslateD.
Bovendien ook al ware de rechts
gelijkheid nu reeds volkomen, nu noch
ooit zal dit oorzaak zijn dat de anti-revolu
tionaire partg uiteen valt.
Zij zal dan eensgezind voortgaan op den
ingeslagen weg om het onderwijs op de
bijzondere, zoowel als op de openbare
school te verbeterenen in eigen kring
deze groote waarheid propageeren dat aan
de sohoolvraag eene sociale vraag bij
uitnemendheid, tal van andere sociale en
staatkundige t vraagstukken als de vezels
eener plant aan den wortel, vastzitten,
welker oplossing met die der sohool-
quaeatie in 't nauwste verband staaf.
Den sohoolstrijd blyven wij voeren tot
het liberalisme, in zijn uiterste konse-
k wen tie, het onrecht geheel zal hebben
weggenomen.
Eu daarna zal de sohool zoodanig 't voor
werp onzes zorg blijven dat van uiteen
spatten onzer partij geen sprake kan zijn.
Een vreesalyken indruk heeft de ramp te
Messina op de overlevenden achtergelaten
blijkens hunne mededeelingen van journa
listen.
Iu de N. R. Ct lezen wy
Een zegt er Ik heb het laatste oordeel
gezien, het einde van de wereld, want ik
ben er zeker vau, dat het eind van de
wereld niet anders kan wezen. Terwijl ik
iu het donker voortstrompelde over puin,
dat bergen en dalen vormde, zag ik hui
zen beven, schudden, verdiepingen in
storten, de een op de ander, afgronden
zich openen, hoorde ik onophoudelijk
huilen als van duizende geslachte bees
ten. Toen dacht ikdaar heerscht de
dood, zooals ik het in droomen heb ge
zien. Ik had er geen bewustzijn meer
van dat ik leefde. Ik dacht dat ik gestor
ven was, Het bewusfzyn dat ik had was
dat van na den dood, dacht ik.
Een ander zegtHet was de chaos. Ik
voelde de aarde sidderen en schudden; ik
dacht elk oogenblik dat ze zich voor myn
voeten ging openen en me opslokken.
En toch dit alles is niets, vergeleken
by het laatste oordeel als Christus verschy
nen zal op de wolken. Dit zal vergezeld
gaan van neen groote aardbeving hoedanige
niet is geschied van dat de menschen op
de aarde geweest zyn namelijk een zoo
danige aardbeving en zoo groot (Openb.
16 18.) Het zal zyn een ure „dat heel de
dampkring met een gedruisch zal voorbij
gaan, en de elementen brandende zullen
vergaan, en dat de aarde en de werken die
daarin zyn, zullen verbranden (2 Petr.
3 10). Een moment, waarvan de Zone Gods
zelf getuigde (Lukas 2126)„Er zullen
teekeneu ziju in de zon, in de maan in de
sterreD, en op de aarde zal er benauwdheid
der volken met twijfelmoedigheid zyn als de
zee en watergolven groot geluid zullen
geven en den menschen het hart zal bezwijken
van vrees en verwachting der dingen die het
aardrijk overkomen zullenwant de krachten
der hemelen zullen bewogen worden, en
alsdan zullen zij den Zoon des menschen zien
komen in een wolk met groote kracht en
heerlijkheid".
In gewone dagen Jezen wij hier over
heen. Doch bij rampen als die van Zuid-
Italië wordt men er meer by bepaald. Die
rampen zyn een zegel van de profetieën; er
ligt een signaal van de nadering van het
einde in gelijk De Heraut het zoo teeken-
achtig heeft uitgedrukt.
Doch zoolang dergelijke catastrophen
nog slechts plaatselijk blyveD, geldt ook
weer 'e Hollands woord al deze dingen
moeten geschieden maar nog is het einde
niet. (Lukas 24 6).
Mr. S. van Houten aan 't woord.
De oud-minister mr. Van Houten heeft
een nieuwe serie zijner Staatkundige
Brieven geopend, waarin hij thans een
«liberaal strijd- en werkprogram voor
1909" wil ontwikkelen.
De heer Vau Houten wil, blijkens zijnen
eersten brief dezer serie „in liberalen geest
schot in het regeeringsbeleid" brengen.
Lukt dat niet dan wil bij toch „een ge
noegzaam aantal liberalen in de Kamer
brengen"
om eenerzijds transformatie van het
ministerie in KuyperiaaDsehen geest,
anderzijds herhaling van een kabinets
formatie onder overwegenden invloed
van vrijzinnig-democratische denkbeel
den, als in 1905, te voorkomen. Met
andere woorden aan het beurtspel der
groot-kiezers Kuyper en Borgesius, die
het land steeds nieuwe plaagwetten,
laatstelijk weder die op het arbeids
contract bezorgden, voor goed een einde
te maken.
«Middel daartoe is, dat de voor dit
beurtspel onverschillig geworden kiezers
van liberalen huize zioh ditmaal bijtijds
en krachtig met de oandidaturen be
moeien en bij de liberale oandidaat-
stellingen den vryzinnig-demooratisohen
invloed uitsluiteD. De fout, die een groep
liberalen in 1905 beging, om allereerst
met de vrijzinnig-demooraten een ver
bond te sluiten, behoort niet te worden
herhaald. Tegenover de vrijzinnig-demo
oraten behoeft onze hondiDg eerst bij de
herstemmingen te wordeD bepaald. Zij
zijn sleohts, evenals bun sooiaal-demc-
oratisohe halfbroeders, eventueel nood
zakelijke bondgenooten legen Kuyper,
maar verschillen van de liberalen prin
cipieel in de waardeeiing van het vrij
heidsbeginsel".
Uit kraobt van dit beginsel verzet de
heer Van Houten zioh tegeD„dwaBgwetten"
als Drankwet, Leerplichtwet, Ongevallen
wet en Woningwet, „waarbij met 1 Febr.
a.s. nog de prHlwet-Druoker over het
arbeidscontract" komt. De kiezers nu
moeten tegenover den geest dier wetten
zorgen voor «vrijheidlievende" oandidaten.
Er moet komen een splitsing tussohen
liberalen en democraten, «voorstanders van
vrijheid eenerzijds, vau staat svoog<l ij
anderzijds.
Een vrijheidspartij, gereoruteerd uit
de viij-liberalen en de massa der Unie
liberalen, wellioht versterkt met enkelen,
die onder de vrijzinnig-demooraten en
ohristelijk-historisohen zijn verdoold,
zou ons weder op den goeden weg
kunnen brengen", meent de heer Van
Houten.
Het tegenwoordige Ministeriedeugtdaar
voor niet. In betrekking tot de „dwangwet"
op het arbeid soon tract, beslisten de leidende
ministers van Justitie, van BinnenlandBohe
Zaken en van Landbouw al reeds „ver
keerd", en dus „kan het Ministerie in zijn
tegenwoordige samenstelling bij liberalen
geen steun meer vinden".
«Tegen de individueel» leden (van de
tegenwoordige rechterzijde) vooral der
ohristelijk-historisobe groep, moeten de
liberalen eerst stelling nemen, als de in
het voorjaar te verwachten politieke
debatten meer klaarheid hebben ge-
braeht, ook omtrent de verhouding tus
sohen Heemskerk en Kuyper.
De „traditioneele scheiding tussohen
reohts en links is verdwenen", zegt de
heer Van Houten ten slotte, omdat de
sohoolstrijd zijn vroegere beteekenis bij
de verkiezingen heeft verloreD.
Groote kiezersmassa's, zoowel reohts
als links, voor wie de sohoolstrijd shib
boleth was, zijn los gekomen, nu de
gesubsidieerde groepsoholen naast de
openbare scholen een blijvende plaats
hebben erlangd, die haar niet meer
betwist wordt. Aanvankelijk werkt die
nieuwe wetgeving ten gunste van ker
kelijke groepssoholen, maar in beginsel
is het subsidiestelsel gelijk voor alle,
ook onkerkelijke en antikerkelijke scho
len. In zoover is de schoolwetgeving
van Maokay-Kuyper onpartijdig. Alle
partijen hebben voortaan de richting
der sooiale ontwikkeling af te wachten
en te eerbiedigen. Wat op schoolgebied
te doen overblijf!, zijn zuiver admi
nistratieve maatregelen, om misbruikeD,
waaronder allereerst is te rekenen een
finanoieel en paedagogisoh Dadeelige
versnippering van het schoolwezen^ te
voorkomen, en om te zorgeD, dat alle
onderwijs, het van overheidswege en
in gesubsidieerde soholen gegevene bei
de, deugdelijk en degelijk zij,
Dat er op schoolgebied niets meer te
doen overblijft dan 't hier door mr. v.
Houten genoemde, mogen wij niet toe
geven. Overigens is de verklaring van
mr. v. Houten omtrent de schoolwetten-
Maokay en Kuyper mooi. Mr. v. Houtg
noemt ze onpartijdig. Maar xoo is 't van