I
UWSBLAD
LAND
Vrijdag 6 November
28,
insGhryving
CHRISTELIJK-
HlSTORISGH
No. 32
1908.
23e Jaargang,
sseld
loop
is te koop.
is te koop,
loop
:oop
ferkpaaril,
loop
"ju. u. tt a
Lee.
goud
•M
zachte
loop
loegje en een
Ikachel
ferkpaard en
Veulen (ruin)
Smidsknecht
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed.
S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. D'HUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
LLMELO,
IOOMEN
voor weikhout.
Iten ingewacht vóór
i bij
.EENDERTSE,
kamperland.
i, rek. 9 Nov., en
tveulen bij C. J.
lutolande.
over de rek. bjj
Ie 1 a n d e.
lening,
Souburg, Bergzicht.
rekening,
f, Biggekerke.
|5, A b e e 1 e.
MEULENBERU
nu- en St. Joosland.
aan tegen Mei
In- en burgerwerk.
reslag. A'lres onder
Ie Zeeuw, Goes.
UddelburQ
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,026.
De opgaaf van den spoordienst
komt in dit nommer voor op de ge
bruikelijke plaats.
Menigeen, wien deze vier letters in 't
oog vallen, hoog in den mooien gevel van
de nieuwe school der vereen, v. Ger. Ond.
op de Heerengraoht te Middelburg, vraagt
zich af, wat dat Mulo tooh wel beteekent.
Bieiop is in vier woorden geantwoord
Meer uitgebreid lager onderwijs.
Maar wat de beteekenis, voor nu en
voor de toekomst, van dergelijk onderwijs
betreft, dit is niet zoo maar met een paar
woorden te zeggen.
Behalve de gewone vakken van het la
ger onderwijs worden aan de bovenbe
doelde inrichtingen ook nog andere onder
wezen Fransch, Hoogduitsch, Engelsch,
Wiskunde. Dit onderwijs nu neemt in ons
land meer en meer toe, daar algemeen
gevoeld wordt, dat er een groote leemte
in het huidige onderwijsstelsellager
middelbaar hooger door wordt aan
gevuld.
Er zijn thans in Nederland drie hoofd-
vereenigingen, die ten doel hebbende
bevordering van den bloei van M. U. L. O.
Twee er van bewegen zioh op neutraal
gebied, terwijl de derde beslist Christelijk
Onderwijs voorstaat, en hare leden telt in
alle centra, waar bedoelde scholen gevon
den worden, tot zelfs in onze Oost.
Wie nu denkt, dal de M. U. L O. scho
len eenvoudig een verlengstuk zijn van
de lagere school, of wel een dito school
plus een verlengstuk, vergist zioh. Door
den nood gedrongen moet men 't op som
mige plaatsen er wel mee doeD, doch eiseh
ia, dat men reeds in de lagere klassen er
op rekenen moet, de leerlingen voor te
bereiden voor het verdere onderwijs. Zoo
bijv, bij het taalonderwijs. Wie later, veel
of weinig, van vreemde talen keDnis moet
hebben (en welke betreking, welke levens
positie brengt dat tegenwoordig niet mee
zal er veel gemak van hebben, als de
moedertaal hem reeds in de vorige school
jaren in die richting werd onderwezen.
Vandaar ook, dat velen, die te laat met
'l aanleeren van vreemde talen beginnen,
zoovele moeilijkheden op huD weg vinden.
Noodig is :t, dat't onderwijs gedïrende
den geheelen leertijd een goed aaneenge
sloten geheel vormt. Dit is een paedago-
gisoho eisoh 't is ook ten zeer praetisohe
eiseh.
Voor de M. U. L. O. scholen du komt
men, komen ook de drie bovengenoemde
vereenigingen, met de pretentie van een
geheel eigen bestaan, een eigen doel, een
eigen beteekenis in het sohoolwezen van
den tegenwcordigen tijd.
Moetjde volksschool geven, wat't kind
straks gebruiken kan en moot, als 'tde
zes leerjaren op de schoolbanken heeft
doorgemaakt en 't het leven ingaat, mis
schien nog nader voor een bepaalden werk
kring door vak-onderwijs voorbereid, de
M. L. O. school heeft te reketjen met
en te zorgen voor de kinderen van den
Middenstand, onzer handelaren en winke
liers, hooiden van kantoren en bedrijven,
in steden en dorpen, den gegoeden burger
stand en in dien der bemiddelde boeren.
Vooral ia onze kringen hebben slechts
zeer weinigen noedig het specialiteiten-
onderwijs der HBS, over welker systeem
't hier niet de bedoeling is, den staf te
breken evenzoo zoeken maar zeer weini
gen de richting naar de hoogesohool, langs
t Gymnasium. Maar voor bovenopge-
noetude categorieën wordt steeds meer en
meer gtë scht, dat de jongens en immers
ook met 't oog op een zeker peil van ont
wikkeling geldt 'tevenzeer voor de meisjes,
een onderwijs hebben genoten, dat hen
in staat stelt, de vreemde talen ts verslaan,
er ïioh fl nk mee weten te helpen, allerlei
technische benamingen en uitdrukk'Bgen
fo begrijpen, correspondentie ook in de
moedertaal te voeren, enz.
t Is waar, er gaat heel wat van 't ge
leerde verloren algemeene klachtMaar
immers, hoe degelijker onderlegd, hoe meer
de leerling onthoudt, om 't te bekwamer
tijd toe te passen en er op voort te bouwen,
Eu waar gaat 't meest verloren? Bij hen,
die slechts ten deele, ten halve meegingen.
Duurt een cursus bijv. B jareD, dan meet
men niet willen volstaan met 2 of minder.
Maar is 't bestaan van dergelijke inrich
tingen gewaarborgd P D.w.z. hebben ze
levensvatbaarheid Dat lijkt wel, als men
't oog wendt naar plaatsen, waar ze worden
aangetroffen. Er wordt reeds hier en daar
gesproken van ODgedaehten bloei
Eu nu naar Middelburg terug. Ons M. U.
L. O. wil zijn en blijven: Christelijk Onder
wijs. Het wordt niet verborgen de school
od de Heerengraoht is een school der
Vereen, v. Geref. Ond., een gereformeerde
M. U. L, O. sohool. Als gebouw is deze
zeker mooi, „klaar" is de inrichting nog
niet: ook hierin wordt naar de volmaking
gestreefd.
Trouwens byns overal is deze soort
school in het stadium van de opkomst.
Moge ze b'oeien en zich uitbreiden en dan
strekken tot ongekenden zegen voor velen,
die eenmaal hebben op te treden, wellicht
vooraan te staan in Kerk en School en
Maatschappij.
Een groote onbillijkheid is nog blijven
bestaan, bü alle verbetering op het, gebied
der vrijmaking van onderwas, 't ls deze.
Iedere school van de soort als de onderha
vige heeft meer personeel noodig, dan naar
het aantal scholieren door de wet wordt
vereischtdoch de subsidie voor deniet-
vereieclile onderwijzers (en die moeten er
aan goede M. U L. 0. zijn) ij maar de
kleinste helft van die der andere, en dan
nog slechts voor één of 2. Zoo komt het
voor, dat eene dergelijke school de volle
subsidie ontvangt voor 3 leerkrachten,
doch voor 2 andere neg niet de helft en
voor nog andere niets. Wordt dia onbillijk
heid weggenomen, en van verschillende
zijden wordt daarop aangedrongen, dan zal
daarmede een goede stoot gegeven zijn in
voorwaarteche richting, aan het M. U. L. O.
En worden dan de landbouwers uit den
omtrek in dezen even actief als die bij som
mige andere steden, zoodat ze 't belang van
dergelyk onderwijs gaan inzien ook voor
hunne kinderen, en ze hen reeds bij tijds,
d. i. niet eerst na affoop der gewone school
jaren, maar reeds als leerlingen der lagere
klasseD, naar stad gaan zenden, en ver
staan hier de christenouders, die 't slechts
eecigszins kunnen doen, hunne roeping
tegenover hun kroost, tegenover de Maat
schappij tevens, dan zal van het M. U. L. O.
te Middelburg niet anders kunnen gezegd
worden, dan dat het bloeit en 't zich steeds
mag handhaven als voorziende in eene
bestaande en gevoelde behoefte.
Middelburg, Oct. '08. C.
5 November 1908.
In den gemeenteraad van Amsterdam is
deze week bij de algemeene beraadslagin
gen over de gemeentebegrooting ter sprake
gebracht de, laat ons zeggen, vrijmoedige
toon van sommige openbare onderwijzers,
wanneer zij in hun pers of in vergadoringen
eprekeD o?er de hoofden der scholen en
over het gemeentebestuur.
Wethouder De Vries sprak van een
„merkwaardigen" toon.
Het was naar aanleiding van een artikel
in het door deze onderwijzers geredigeerde
Oudercuinmer en Daar aanleiding van een
adres der onderwijzers aan het gemeente
bestuur.
De wethouder zei dat het gemeentebe-
I stuur en de schoolopzieners eendergelijken
i toon niet mogeD toelaten,
j Af en toe werd de wethouder door de
j vale onderwijzers die op de tribune zaten
j uit- of toegelachen,
j Het slot echter was mooi.
I De wethouder haalde tegenover do onder-
i wrzera het bekende gezegde san
j Bescheitenhe.it ist eine Zier.
I Onderwijzers op de publieke tribune
riepen ten
UITGAVE DER FIRMA
FN VAN
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 "ent.
SESSESsSaataE-gaa
Doch toeiter kommt man ohne ihr.
Waarop de wethouder tor snede rijmde
Das gilt far Sie, doch nicht fiir tnir.
Wat de heeren in hun zak konden steken!
(De vertaling luidt
Bescheidenheid is een sieraad.
Doch wij komen verder zonder deze.
Dat geldt voor u, niet voor mij.)
Priti3 Hendrik heeft den 3 November
deel genomen aan het jachtvermaak van
St Huber'us.
St Hubertus is de beschermheilige der
jagers; gelijk de heidenschegodin Diana
de godin is van de jacht.
Hoe is St Hubertus tot zijn rang van
j&chtbeschermer gekomen
De legende verhaalt dat hij op Goeden
Vrijdag van het jaar 683 of 691 ter
jacht ging in het Ardennerwoui, terwijl de
schare zich ter kerke spoedde, en dat hij
die gelegenheid een door hem opgejaagd
hart zich op eenmaal omkeerde, blc-ef staan
en tusschen het gewei een kruis van hemel-
schen glans omgeven, vertoonde, hetgeen
den Nimrods zoon van Bcbrik tor aarde deed
storten, terwijl een stem tot hein kwam en
hem vroeg hoe lang hy nog zou toegeven
aan zjjn hartstocht voor de jacht op de
dieren des wouds. Toen het visioen ver
dwenen was stond Hubertus op, en brak
voor good met zijn gewoonte.
Volgens.de legende is hij daarop priester
geworden en zelfs bisschop van Maastricht;
en is op den 3 November 825 door Koning
Lodewijk den Vrome, die zelf in de Arden
nen jaagde, het gebeente van den in 804
heilig verklaarde overgebreeiit naar het
klooster te Audin in de Ardennen, hetwelk
toen den naam St Hubert kreeg.
De overbrenging ging met een plechtigen
ommegang gepaard. Sinds dien tijd hebben
door de jagers aldaar telkens op den 3 Nov.
ommegangen plaats, waarbij zij een deel
van hun buit^an 't klooster afstaan.
Ook elders in Frankrijk geschiedt dit.
In bijzondere kapellen, aan hooge adel
lijke huizen verbondeD, wordt een mis aan
St. Hubert gewijd. De honden slaan buiten.
Een van hen wordt zelfs binnengeleid en,
roet de kleuren der familie bekleed, in 't
koor geleid en gezegend, waarna het gezel-
sohap zioh ter jaoht spoedt.
Ook in ons land zijn nog vereenigingen,
o. a. het St. Hubertus gilde te VGrsven-
hage, welker leden dezen heilige eeren.
Ook in Suriname werd in 1776 een St.
Huiberts-gecootsohap gesticht.
In het Rijksmuseum te Amsterdam vindt
men ook nog een merkwaardige St. Huber
tus-gildeketen.
Eigenaardig Afrikaansch Hollandsch.
In Ons Blad, een Hollandsch blad in
Zuid-Afrika
„Een besluit werd genomen dat de zit
tingen van de Konventie in het privaat zul
len gehouden worden".
Bedoeld wasniet openbaar
U t het Voorloopig Verslag.
Een groot deel van het V. V. is aan
den toestand van 's lauds schatkist en
de plannen van den minister ter verster
king van dien toestand gewijd.
Dat ook hier de critiek niet ontbreekt
en dat men den heer Kolkman met zich
zalf in tegenspraak wil brengen, was te
voorzien Dit spelletje is reeds buiten de
Kamer in pers en vergaderingen begonnen.
Natuurljik vond de minister ook verde
diging De tegenspraak, welke men hem
vet wijt, is meer schijn dan werkelijkheid
en het aantal belastingobjecten gering. Dit
hatste klemt te meer, wyl naar algemeen
werd erkend, de financieels toestand op
het oogenblik ongunstig is.
Over het verband tusschen belasting
hervorming, met name tariefs herzie
ning en sociale wetgeving ontspon zich
volgens het V. V. de volgende discussie
Verscheidene leden waren van meening)
dat er vooralsnog geen reden is om met
't oog op de vermindering van de op-
brergst d6f middelen, blijvende verster
king van inkomsten tot bshoud van het
finantieel evenwicht noedig te achten.
Voordat tot duurzame versterking wordt
overgegaan, zal huns inziens nader moe
ten blijken, dat daaraan werkelijk behoefte
bestaat. Zoolang dit niet bewezen is, achtte
men verhooging van de successierechten
en invoering eener algemeene inkomsten
belasting niet gewenscht, aangezien ou-
noodige versterking der middelen vanzelf
loidt tot onnoodigo uitzetting van uitgaven.
Mocht blijken, dat bedoelde maatregelen
niet nooiig zyn ter handhaving van het
financieel evenwicht, dan zouden zij te
zijner tijd kunnen worden voorgesteld ten
einde te voorzien in de uitgeven voor
verdere sociale horvormingen.
Sommigen dezer leden meenden overi
gens, dat voor de invoering van nieuwe
wetten betreffende de arbeidersverzekerin
gen waarschijnlijk niet dadelijk roillioenen
noodig zullen zijn, aangezien in den regel
de uitgaven, daaraan verbonden, in den
eersten tijd niet zoo hoog zijo en sleohts
gaandeweg stijgen, terwijl bovendien een
deel dezer uitgaven denkelijk gevonden zal
kunnen worden uit het normale aoores van
de opbrengst der middelen. Anderen waren
daarentegen vao oordeel, dat de uitgaven,
welke uit verdere maatregelen ten aanzien
der arbeidersverzekering zullen voort
vloeien, reeds dadelijk zeer belangrijk zul
len zijn en dat men ter bestrijding daarvan
wel zijn toevlneht zou moeten nemen tot de
door den Minister van Financiën in uitzicht
gestelde verhooging der invoerreehteo.
Tegen zoodanige verhocging bleek even
wel bij vele leden bezwaar te bestaan.
In de eerste plaats onderstelde men, dot
de Minister van Financiën een herziening
in proteotionistisonen zin beoogt. Sommigen
zouden hieromtrent gaarne nadere inlich
ting ontvangen. Anderen achtten dit over
bodig, omdat zij meendec, dat het wel niet
mogelijk zou zijn, de benoodigdemillioenen
uit invoerrechten (e verkrijgen zonder een
protectionistisch tarief. Huns ioziens blijk-
thans weder uit het feit, dat Nederland veel
minder nadeel ondervindt van de heer-
sehende crisis dan Duitsohland en Noord-
Ameriks, hoe nadeelig de gevolgen van
protec'ie zijn. Hiertegen voerden anderen
aaa, dat eene wel ingerichte tariefsherzie
ning zeer wel dieastbaar kan gemaakt
worden aau bevordering der binnenland-
sohe nijverheid, msar dai daan.ij ook op de
belangen van den handel kan en moet gelet
worden.
In de tweede plaats werd het leggen
van verband tusschen sociale hervormingen
en eene tariefsherziening bedenkelijk ge
acht, omdat daardoor het tot stand komen
dier horvormingen kan worden belem
merd. Zij, die eene vethooging van invocr-
reohten sooadelijk aohten voor 's lands
belang, zullen zich verplicht kunnen zien
zioh te verzetten tegen soq^lo maatregelen,
die zij op zioh zelve g^eoscht achten,
maar dia naar hunne meening te duur ge
kocht zouden zijn, indien daaivoor die
prijs moet worden betaald.
In de derde plaats werd tegen het be
strijden der uitgaven voor sociale hervor
mingen uit verhooging van invoerrechten
aangevoerd, dat men op die wijze met de
eene hand zou terugnemen, wat men met
de andere geeft. Sociale hervormingen
worden 'o' stand gebracht, omdat men oor
deelf, dat zij door 's lands belang worden
gevorderd, niet oin sommige klassen gun
sten te bewijzen. In de omstandigheid, dat
zoodanige maatregelen aan de arbeiders
ten goede komen, is, naar men meende, dos
geene reden t9 vinden tot invoering van
belasting-o, welke vooial hen treffan.
Hiertegen werd aangev oerd, da1 het niet
onbillijk is verband 'e leggen tuasoben
maatregelen, welke ten voordeele van be
paalde groepen der maatschappij komen
ea de keuze van de belasting, tot besti ij -
ding van de kosten dier maatregelen te
nemen. Indien bijvoorbeeld ter bestrijding
vao de uitgaven voor hooger onderwijs
eene belasting geheven werd, die voor
namelijk drukte op hen, die va» dat onder
wijs gebruik maken, zoo zouden deze leden
dit alleszins gerechtvaardigd aohten.
Enkele leden meenden, dat ter duur
zame versterking van de inkomsten in
voering van eene tabaksregie of van een
staatsmonopolie voor verkoop van sterken
drank of petroleum aanbeveling verdient.
Zij vroegen, hoe do Minister van Financiën
hierover daoht en herinnerden hierbij aan
de Nota van den heer Van Kol, gevoegd bij
het Voorloopig Verslag omtrent het wets
ontwerp van den vorigen Minister tot hef
fing eener inkomstenbelasting.
Ook over de gemeente-finanoiën, mili
taire onderwerpen, werkloosheid en andere
punten hadden min of meer belangrijke be
sprekingen plaats.
De ruimte ontbreekt ons, op al hetgeon
daarover in het V. V. wordt gezegd, uitvoe
rig in te gaan, of het in den breede hier te
vermelden.
Maar een zinnetje uit het verslag moeten
wij hier tooh nog overnemen. Het is waard
goed onthouden te worden. „Men braoiit",
dus leest men op bl. 14, „bet Ministerie den
lof, dat de benoemingen tot staatsambten
over het algemeen van onpartijdigheid ge
tuigen".
Sleohts één aanmerking hadden „vele"
leden te maken Zij konden zioh n.l. niet
vereenigen met de keuze van den voorzitter
der Staatscommissie ia zake het beleid be
treffende de spoorwegen, wijl hij een tegen
stander van Staatsexploitatie zou zijn, een
bewering, die evenwel door „anderen" in
twijfel werd getrokken en waarvoor de re
geering in elk geval geen grief kon treffen.
Op het stuk van benoemingen gaat zij,
volgens het V. V., vrij uit.
Nachtblindheid.
Oudeistaande ontleenen wy aan Eriesch
Dagblad.
Hij woonde ergens op een der kleine
dorpen van Zuid-Beveland.
Naam en woonplaats doen verder niet
ter z ke, maar ryk naar de werold was
de zestienjarige jonkman niet, als boeren
arbeider moest hij z'n kost ophalen.
Hoewel overigens gezond ran lyf en
leden, had hy toch één lastige kwaal.
Dat zat 'm in zjjn oogen, die juist de
tegenovergestelde eigenschappen vertoon
den als de oogen der kat.
Over dag kon de jongeling uitstekend
zienhad hij niet den minsten last van
z'n oogen, maar zoodra het maar een
beetje begon te schemeren, werd het mis
en kon hij onmogelijk den weg door zjjn
dorpje vinden.
Vooral voor hém, die op het platteland
woonde, was dat lastig, want daar moet
men, met name 's winters by avond en
nacht evengoed kunnen zien als overdag,
wil men niet als een halve gekerkerde
moeten voortleven.
Hy ging er mee naar den dokter.
't Dorp zelf was te klein, om een eigen
geneesheer te hebben, maar op Beveland
liggen de dorpen niet ver uiteen en in
een naburige gemeente was wél een arts.
Da esculaap onderzoeht de oogen met
de middelen der wetenschap, onderzocht
hem ook met den oogspiegel, maar aan
de oogen was niets ongewoons te ontdek
ken, tenminste de dokter kon niet-komen
achter de kwaal.
Hij haalde z'n schouders es op.
Praatte van verbeelding en overdrijving.
Maar het jongemensch hield vol je
gaat toch niet voor de grap naar dan dok
ter en hij wist nu eenmaal, wat zyn
oogen hem leerden in 't licht ging het,
ging het zelfs best, maar zoodra 't wat
schemerig werd, wes het mis rn moest
hij als de joodsohe tooveuaar op Cyprus,
tasten wie hem bij de hand wou vatteD,
om hem naar huis te leiden.
't Was lfistig, erg lastig
Eo de d. kier vist geen raad voor hem.
Wat te doen Zocals 't gemeenlijk gaat
in dergelijke gevallen; van alle kanten
kwam men met goeden raad hij zou di! es