NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 11. 1908, Dinsdag 13 October. 23e Jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH Boltenlandseh Overzicht. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wed. Big dit nummer behoort een Bijvoegse Een teeken des tijds. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes P. P. D'HUIJ. te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,02'. In de laatste dagen is alweder een ver schijnsel onder de ambtenaren voorgeko men, dat zoo gebeel en zoo duidelijk onzen tijd [en zijn streven teekent, dat het ons goed dunkt daarop even de aandacht onzer lezers te vestigen. Het is alweder een kwaad door de pers gebrouwen. Voorwaar, wij zullen geen kwaad van de pers spreken. De dagblad pers is een maoht en dikwijls een macht ten goede. Zonder strijd, zonder wrijving van gedachten geen verbetering, geen ontwik keling en waar is de maoht die meer en be ter stuurkraoht ontwikkelt op het logge, zoo moeilijk te bewegen, samenstel der maat schappij aan de pers De dagbladpers werpt lichtstralen in de duisterte hoeken der samenleving en maakt ons openbaar leven eerst reoht openbaar. De dagbladpers geeft ook openbaring aan teleurstellingen en grieven, en juist dit is het, wat we in 't bijzonder als teeken des tijds onder de ocgen onzer lezers brengen willen. Teleurstellingen en grieven, wie heeft ze niet en waar zijn ze met meer succes ie openbaren dan in de pers In breeden kring wordt dan openbaar wat anders slechts het oor van weinigen bereiken kan. En bleef het maar bij openbaarmaking van teleurstellingen en grievenMaar eenmaal dien weg opgaande, weet men het begin, maar het einde niet. Is er een grief of een teleurstelling dan wordt al Bpoedig gezocht naar hem die deze grief of teleurstelling berokkende en, men kan er verzekerd van zijn, dat hij ook gevonden zal worden. Tereoht of ten onrechte, dat doet er niet toe, iemand moet de zondebok zijn. En het spreekt van zelf dat die iemand onder de hooger geplaatsten moet gezocht worden en zeker zal gevonden worden ook. De oritiek op die wijze voortgaande, wordt alljjd verdachtmaking. In Amsterdam, het broeinest van dit soort handelingen, met zijn vele duizenden ambtenaren,beschikken velerlei afdeelicgen van werklieden over een eigen orgaan, en zal zoodanig orgaan ingang en bestaan vinden dan is het zijn roeping zoodanige afdeelingen te dienen, vooral door het ge zag te ondermijnen en meer loon te eischen. Onder de gemeente-ambtenaren in de hoofstad bestaat een weekblad Het Prin senhof, welks toon gelijk is aan alle derge lijke schendblaadjes. Uit den toon spreekt duidelijk den toe leg om de bedoelingen van hooger geplaat sten verdaoht te maken en toetesehrijven aan oneerlijke bedoelingen. De aanklacht is, er wordt gestraft naar willekeur, en voor de mindere ambtenaren wordt zoo weinig 'hart getoond dat aan billjjke wensohen geen gehoor verleend wordt. Daartegenover staat overdreven zorg voor het welvaren dei hooger ge plaatste ambtenaren. De maat sohijnt vol geweest te zijn en Burgemeester en Wethouders hebben de drie ambtenaren die dezedingen geschreven hebben of dit sohrij ven met hunne verant woordelijkheid gedekt, ontslag uit den dienst der gemeente tehuis gezonden. Ter elfder ure scheen nog een hunner zich te willen redden, door de relatie af te breken, maar het was te laat. En nu is Leiden in last. Wiens brood men eet wiens woord men spreekt, zei men vroeger. Ook dat kan te ver gaan. Dat kan leiden tol ontman ning, tot wegwerpen van zichzelf. Maar het Fransohe spreekwoordwij hebben Ministers waarom zouden we er niet op schelden sohijnt doorgedrongen tot een wij hebben ohefs, waarom zouden we ze niet verdaoht maken Voor het moeilijke vraagstuk van het gezag zijn alweder drie mensehen gevallen en 't zullen de laatste wel niet zijn, want onder de teekenen des tijds behoort niet plleen het vereenigen in allerlei groepen, het uitgeven van een orgaan om grieven en teleurstellingen te luchten, maar ook zeer zeker het erkennen van God noch meester. Waarom zoudt gij meer zyn dan ik Dat is de eindeloos gevarieerde, op aller lei wijze gedane vraag, waarop geen af doend antwoord te geven is dan alleen ditdat alle macht die er is van God komt. Het moeilijke vraagstuk van de grenzen tussohen gezag en vrijheid vindt alleen op lossing dan als hooger zoowel als lager geplaatsten zieh buigen voor de autoriteit des Heeren, wiens ordinantiën niemand straffeloos overtreedt. Want, ach, of Burgemeester en Wet houders van Amsterdam het erkennen of niet, zij zijn gedrongen ook weder aan de maoht der ordinantiën Gods te gehoor zamen, anders zonder die discipline is dat samenstel waarbij ieder een eigen plaats inneemt en innemen moet niet in orde te houden. Ontbinding, verwoesting zou weldra het gevolg zijn van da vernietiging van het gezag. 9 October 1908. Na Zaandam komt nu ook Den Haag. Ook daar stelden B. en W. voor het adres van den Bond voor Staatspensioneering niet aan te nemen wijl het niet op den weg der gemeente ligt te trachten invloed te oefenen op het tot standkomen van een algemtene Rijksregeling. „Natuurlijk", zeggen we. Maar Goes (met 5 van 9 stemmen) en 's Gravenpolder enIerseke denken daar anders over Laat onze plattelandsgemeenten took wijzer zijn en dat adres niet steunen a Een Fransch minister heeft eenige maan den geleden de arbeiders aangeraden voor taan niet meer naar boven te zien, en niet meer hun heil van het bestuur van eenen God in den hemel te verwachten. En zijn collega, de bekende Viviani, de „sterrendoover", verkondigde op het graf van de slachtoffers der mijnramp teEtienne, kort daarna: „Begraven gedurende jaren in den nacht der mijn, zijn ze thans voor al tijd gevallen in een nog duisterder nacht...." Het is een troostloos evangelie dat het materialisme den mensehen brengt. En hun woord sticht te meer kwaad, naarmate de verkondigers hooger staan op de maatschappelijke ladder. Hun woord eet voort als de kanker. 7 Geen stemrecht voor de vrouw Het Feminisme wil heel het maatschap pelijke leven openen voor de vrouw. Overeenkomstig zijn individualistisch karakter cijfert het de som aldus uit De vrouwen vertegenwoordigen de helft der mensohheid, zij dragen ook de helft van den levenslast, daarom behooren zij de zelfde rechten te hebben als de man. „Waarom", zoo vraagt men, „mag zij, die tooh ook bezit en beheert, ook niet over de belastingen beslissen P Waarom mag zij, die toeh door de wet geregeerd wordt, ook niet bij de wetgeving haar stem uit brengen Men eisoht dus voor de vrouw ook het stemrecht op. Daartegen nu hebben wij vele ernstige bedenkingen. Aan de vrouw het stemrecht te verleenen, achten wij in strijd met hare levensroeping en bestemming, welke niet in de maat schappij, maar in het huisgezin ligt. Zoo leert ons Gods Woord. De vrouw Jeve in haar gezin, 1 Tim. 215en bidde in de stilte, 1 Tim. 2 8. Wijl het maatschappelijk leven de we reld van den man iswijl al de lasten en moeiten op dit gebied door hem worden getorst, staat het aan hem, te beraadslagen en te besluiten, hoe de gang van zaken hier zijn zal, wie regeeren zal als ook welke en hoevele belastingen betaald zullen woraer. Het is ongeoorloofd, dat de vrouw, wier heerlijk rijk in het huisgezin ligt, bovendieD nog in de staatkundige en kerkelijke we UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cenl, iedere regel meer 10 ''ent. reld openlijk zal optreden. Ia '1 verborgen oefeDt zij hierin wél en dikwijls grooten invloed. En haar invloed zal het meest weldadig en gezegend wezen, zoo zij zich houdt aan de beperkingen, die haar vau God gesteld zijn. Ook al kon de vrouw in hef parlemen taire en politieke leven optreden, zij zou er niets bij winnen, maar wel veel er bij verliezen. Want wanneer zij in het open baar optreedt, zullen al spoedig hare meest sehoone eu beminnelijke gaveh daarbij te loor gaan. En tegenover dit verlies staat geen enkele winst. Of zou het de vrouw iets goeds kunnen aanbrengen, als zij een paar inalen in het jaar hare stem uitbren gen mooht P Zou het voor het huisgezin bevorderlijk zijn, als ook de vrouw gedurig politieke vergaderingen ging bijwonen Bovendien, als het stemrecht der vrouw ingevoerd werd, aou, evenals nu reeds hg vele mannen het geval is, menige vrouw er geen gebruik van maken. Zij, die niet als sieraden van haar geslecht zijn te achten, zouden ongetwijfeld er zich van bedienen. Maar de betere en bedacht zame vrouwen zouden 't evenals tot nu ton, aan hare mannes overlaten, hare politieke gevoelens te vertegenwoordigen. Evenmin als in de staatkundige achten wij het ook in de kerkelijke wereld on- reohtmatig, dat de vrouw openlijk optreedt. De synode derNederlandscbeHervormde Kerk heeft in hare zitting van II Augus tus 1899, op voorstei van de Glasses Alk maar eu Deventer met ec-n kleine meerder heid aan de vrouwelijke leden der ge meente het stemrecht toegekend. Met dit voorstel, dat aan al de olassioale vergade ringen is toegezonden, om daarover advies uit te brengen, werd de beweging, die op politiek terrein ten gunste van het stem recht der vrouw in gang is, in ons land op het gebied der kerk overgebracht. Deze daad was o. i. in strijd met het Woord van God. Da Handelingen der Apostelen kunnen ons dat toonen. In de vergadering, welke de dioipelen na Jezus' hemelvaart hielden, waren zGrer ook vrou wen aauwezig, Handel. 114. Tooh spreekt de apostel alleen de mannenbroeders aan. Dezen worden opgewekt, hunne stem uit te brengen tot vervulling der ledige plaats, die door het uitvallen van Judas in den apostelenkring was ontstaan. In Handelingen 6 worden tot het verkie- zen van een zevental diakenen, alleen de discipelen bijeengeroepen. De apcstel spreekt de daar vergaderde menigte als broeders aan. In Handelingen 15 wordt ons de ver gadering te Jeruzalem besohreven. Daar waren de apostelen en de ouderlingen ba- nevens een menigte geloovigen (vs. 12) bijeen. Doch alleen de broeders werden aangesproken en hadden over de aan hangige zaak te oordeelen (vs. 7 en 13). Van een stemrecht der vrouw wordt in in het N. T. nergens gerept, „Als wij afzien", aldus sohreef over dit punt Prof. H. Bavinek in de Bazuin (No. 9, jaargang 1900) „als wij afzien van het diakonessenambt, dat evenals het dooto- renambt geen ambt is in engeren zin, doch slechts in den dienst der kerken, zijn de vrouwen in de gemeente van Christus niet verkiesbaar tot eenig ambt en ook niet stemgerechtigd". De vrouw heeft evenwel ook voor de gemeente een gewichtige roeping inzon derheid ten opzichte der kinderen ais het zaad der kerk. Zij heeft dezen als een godvruohtige moeder „zielemelk" toe te dienen. De jeugdige plantjes van den wijn gaard heeft zij te kweeken en te leiden, en voorts met teedere liefde en barmhar tigheid armen en kranken, zwakken en hulpbehoevenden bij te staan. Deze taak is onuitsprekelijk heerlijk. Zij is geen mindere maar zij is een andere dan die des mans. Doch ook hier ligt haar roeping in de stilte van de huiskamer en in het ziekenvertrek niet op het terrein der openbare hande lingen. Ook in de Kerk is dit den man toegewezen. Als men nu ter verdediging van het stemrecht der vrouw in de gemeente wijst op gemengde huwelijken, waarbij de vader geen lid is eu de moeder welof op we duwen, die een talrijk kroost hebben, en daarbij opmerkt, dat het voor dezen met het oog op haar gezin, toch van groot belang is in de keuze van een leeraar en van opzieners en armverzorgers medezeg gingschap te hebben, dan stemmen wij dit eenerzijds toe. Echter zijn dit, ofschoon ze menigvuldig voorkomen, uitzonderin gen, waarnaar toch moeilijk een regel kan worden gesteld. Gok dergelijke gevallen kunnen ons niet vóór het stemrecht der vrouw doen spre ken, wijl dit zonder twijfel niet ligt op de lijn van de gedachten der Schrift. Men houde bij deze dingen toch wel in het oog, dat het roepen om het stemrecht voor de vrouw meestal opkomt uit den feministischen hoek. En dit stelsel wordt door de Schrift ten eenenmale veroordeeld. Naast het Woord des Heeren heeft ook de geschiedenis in dezen e»n gewichtige stem. Waardoor toch zijn de edele figuren onder de vrouwen, over welke de historie spreekt, van zoo groots betekenis en tot zoo rij Ir so zegen geweest? Was het om dat z(j zich met hare mannen op gelijke lijn steldenwas het, omdat zij naast hare mannen in kerkelijk of staatkundig opzicht openlijk en forsch optraden P Niets daarvan. Haar heilzame invloed, die nog in gezegende gedachtenis is, sproot hier uit voort, dat zij het als haar groote le- vensroepieg beschouwden, hare mam en, binnen de eigenaardige sfeer der vrouw, in toewijdende liefde en trouw steeds bij te stsan. De roeping der vrouw ligt in de stilte van het huiselijk leven. Daar alleen kun nen heur eigenaardige gaven tot de hoog ste openbaring en tot liefelijke ontvou wing komen. Haar terrein hangt dus samen met haar natuur. Als vrouw is zij de zwakkere, de meer teedere, dsschoonere Niet het objectieve, maar het subjectieve is haar gebied. Als vrouw behoort zij het leven des gemoeds te kweeken, bescherm ster der liefde en der vriendschap, des geloofs en der vroomheid, der orde en der harmonie te zijn. Zoo is het naar het hoog bestel des Heeren, die ons schiep, man en vrouw. (Ét. en V. bode.) Oe Balkan-crisis. De Duitsche regeering. De Koln. Ztg. publiceert het volgende officieus getinte, belangrijke telegram uit Berlijn Met het oog de woelingen in Servië heeft naar wij hooren de Rijksregeering stappen ge daan om te Belgrado tot matiging en kalmer houding aan te dringen. Staats-secretaris von Schön heeft heden en van daag herhaaldelijk besprekingen met den Turkschen gezant ge houden, die op den tegenwoordige» toestand betrekking hadden. Von Schön heeft naar wij hooren de stelligste verzekeringen gegeven, dat het besluit der Oostenrijk-Hongaarsche regeering tot inlijving van Bosnië en Herzegowina zonder eenig initiatief van Duitsche zijde tot stand is gekomen en dat de Duitsche regeering van dit besluit niet eerder kennis heeft gekregen dan de andere mogendheden. Wat het gebeurde in Bulgarije betreft legde de staatssecretaris er den nadruk op, dat men te Berlijn niet alleen geheel vreemd stond tegenover de daden der Bul- gaarsche regeering, maar dat men er op de meest pijnlijke wijze door verrast was. De Duitsche regeering heeft te Sofia eiken twijfel wegge nomen dat men te Berlijn niet in onderhande lingen zal treden over de erkenning van Bul- garije's onafhankelijkheid vóór de Bulgaarsche regeering een bevredigende oplossing in de quaestie van de Orientlijn gevonden zal hebben. Deze oplossing kan voor alles slechts langs den weg van onderhandelingen met Turkije tot stand komen. Moet men bij deze herhaalde verzeke ring der Duitsche regeering werkelijk denken dat Duitschland niet eer van bet Oostenrijk-Hongaarsche inlijvingsplanken- nis kreeg dan de andere mogendheden Zoo ja, dan rijst onmiddellijk de vraag.: wanneer drong dat bericht tot de mogend heden door? Het is niet wel denkbaar dat het sehrjjven van keizer Frans Jozef de eerste ra<"dedee!ing dienaangaande be- vatto, zoo pleegt men in de diplomatie bij elkander niet met de deur in huis te vallen. Ook zegt dit telegram geenszins dat men te Berlijn niet alleen niet pijnlijk verrast (zooals over Bulgarije) maar zelfs in't ge heel niet verrast was. Het Servische gevaar. Zou men ten laatste nog zien gebeuren dat Servië de rol speelde van den stouten jongen die een lucifer in een mand met voetzoekers en rotjes gooit of, wil men een passender vergelijking voor den ernst van dsn toestand dat het de loatutakin bet kruit P Nu hetschijht dat de groote mogendhe den wellicht tot overeenstemming zullen komen, nu ook Italië eu Duimhlaud waar schijnlijk op een conferentie aansturen, nu ook Btrak3 Iswolski zijn woord zal meespre ken, wordt de auti-Oastenrijirsche en wel licht ook anti-Bulgaarscho stemming vau Servië steeds ster'ier en gelijk Pichon reeds zeide, ligt juist daarin het gevaar voor den vrede op den Balkan- Zoowel Engeland als Duitschland hebben er te Belgrado op aangedrongen, dat Servië zich kalm zou houden en de regeering heeft oak inderdaad gepoogd haar invloed in dien zin te doen gelden. Maar het schijnt wel alsof de volksbewe ging koning Pet r te machtig zou kunnen worden. Zou hij er aan kunnen weerstaan Toenemende oorlogshans. Ondanks de kalmte der der mogendheden blijft intusschen de atmosfeer met electrici- teit geladen en worden de teekenen van naderend onweer veelvuldigerde Donau- ilottilje, die voor do vesting Petorswardein is aangekomen, heeft wel degelijk ten doel de grens te beschermen andere schepen zijn ook den Donau afgezonden zes moni tors, drie proviandschepen en een torpedo boot zijn met 25 man op weg naar den zui delijken Donau De commandant Montecuculi spreekt echter nog steeds van 'n „oefeningstocht". Een grenspolitieagent die een gevangene van Semlin (Hnaar Belgrado bracht werd door het volk mishandeld en moest vluch ten. Zulk een incident geeft natuurlijk geen aanleiding tot verwikkelingen, doch het teekent den staat van opgewondheid der bevolking- Bolangrijk zijn in dit verband de mede- deelingen die de Oostenrijksche gezant te Parijs, graaf Khevenhiiller, aan George Vil- iiers, den medewerker van de Temps heeft gedaan. Deze noemde het oproepen van de reserve een door niets gerechtvaardigden maatregel, dien Oostenrijk slechts als een uitdaging kon opvatten en waaromtrent de gezant (of de zaakgelastigde te Belgrado uitlegging heeft gevraagd. Ofschoon volmaakt vredelievend, moet men ons geduld niet op een te zware proef stellen, zeide Khevenh fillerServië, schijnt de diensten die Oostenrjjk-Hongarije het vroeger heeft bewezen eenigszins te ver geten het denkt verkeerd wanneer het ge looft dat wij de agitatie, die het tegen ons op touw zet, zouden verdragen, Ik heb den Imer Pichon verzocht dit aan Servië te ken nen te geven (ook Frankrijk zal derhalve 't voorbeeld van Engeland en Duitschland v.lgen). De Servische opsteotjes, zeide de gezant verder, zijn voor een deel de oorzaak van de moeilijkheden, welke ons hebben genood zaakt onmiddellijk den toestand in Bosnië en Herzegowina te regelen en het wordt tijd dat zij opiumden. Omtrent de geruchten dat men van uit Belgrado opvoer in Bosnië wilde trachten te verwekken, zeide hij te hopen, om der wille van den vrede, dat dit niet gebeuren zou, want op het eerste teeken van uitvoering zouden wij weten wat ons te doen staat. Servië zal dus dienen op te passen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1