biels N1EUWSBLAD VOOR ZEELAND, p"T F™ No. 6. 1908. Woensdag 7 October. 23e Jaargang. gen ienstbode GHRISTEUJK- HlSTORISGH BilteiludsU OtinithL LUERS. gheer menie lil :ei :d delburg erriet Boomen, H 1 Plataan, rtij Hakhout, P 081 zwart rd P Ïïeerea-Fiets, Naaimachine Kachel, ad, GOES. n :cht t benoodigd bij ke (Ter Hooge). ndknecltt rt een waste andknecht ende Meid eu vraagd houdster timmerman, EID VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK PRIJS DER ADVERTENTIËN De Geheimzinnige Sluier. 1 uur Volderijlaagte. p ij JAC. WIL- b u r g. maanden oud, knecht of M. KWEKKE- u s. g Middelburg. DE KEIJZES, E DREU, Mr. utelande. Serooskerke. te Oostkapelle. agazijn li au der dan 16 jaar. EKKER, Goes. et Mei beschikbaar, bjj e, Veerscheweg, n bij J. Cevaat,, f niet Mei 1TTE, Koude- d OLE, Abeelsche 1 November of er ij) bij C. DE d ing e. of eerder RSE, Bosehweg, met Mei RIER, Souburg te Mariekerke Ver west - Goe» IEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p1,25. Enkele nummers0,02°. van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cept. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 De opgaaf van den spoordienst komt In dit nommer voor op de ge bruikelijke plaats. 6 October 1908. Een candidatuur-Kuyper. Het Centrum (r.-k.) schrijft Over een Kamer-candidatuur van dr. Kuypet kan noch mag, dunkt ons, ter Rechterzijde moei lijkheid of oneenigheid bestaan. Als leider der anti-revolutionairen niet alleen, maar ook om de beteekenis van zijn persoon, heeft dr. Kuyper alleszins aanspraak op eèn zetel in de Volksvertegenwoordiging. Hij is een man, die hoort in het politjeke milieu. Zijn zeldzame gaven zullen ook in het Parle ment der Rechterzijde ten goede komen. Is daartoe de kans open, dan spreekt het dus van zelf, dat men Rechts terstond aan dr. Kuyper denkt en hem opnieuw naar de Tweede Kamer tracht af te vaardigen. Zelfs kan men daartoe eer. zachten drang op hem uitoefenen, wanneer hij om de een of andere reden macht aarzelen. Maar indien dr. Kuyper het beter mocht achten thans niet te worden gecandideerd,dan heeft men ook dat besluit, zoo het vaststaande blijkt, te eerbiedigen. Ten slotte heeft toch ook een politiek man recht op eigen vrijheid. In elk geval lijkt het ons minstens onnoodig, dat men de candidatuur of niet-candidatuur van dr. Kuyper tot een onderwerp van polemiek of vèr-strekkende overwegingen zou maken. Dat de katholieken gaarne tot een eventueele verkiezing van den anti-revolutionairen leider zullen meewerken is zeker. Zonder commentaar en als iets, dat vanzelf spreekt. Voor dezen wenk zijn wij dankbaar. Wat Het Centrum schrijft, was ook in do gedachten der antirevolutionaire collega's. Maar aan die zyde was aarzeling om 't zoo uit te spreken tegenover een pers, die zoo spoedig geneigd is, u het „Kuyperiaan" of i/menschvergoder" in het aangezicht te slingeren. Op dr. Knyper wordt thans, vooral uit Friesland, een groote aandrang uitgeoe fend en wie hem kent, verstaat zyn wor stelingen, een er zjj da om buiten de Kamer te bljjven, andererzjjds om zjjn vrienden zoover't maar immer kan ter wille te zyn. Zoo was 't ook in 189^, Zoo is 't ook nu. Dr. Kuyper weet nu dat de toongevende pers van rechts, Centrum en Nederlander voorop, onvoorwaardelijk op zijn terug komst in de Kamer gesteld is. En ook dat 5 F E IL L E T O N. (Slot.) Daar was voorts da Klarenbeek van Wes terburg, een jong en ijverig leeraar, die, zoodra hy van den hopeloozen toestand van zyn eerwaardigen ambtgenoot gehoord had aanstonds gekomen was om met vader Hoopman te bidden en hem een gepast woord toe te spreken. Daar was ook een vrouwelijk wezen tegenwoordig, gereed om de laatste liefdediensten aan hem te ver richten en het was geen vreemde,die deze taak op zich genomen had. Neen, het was iemand, wier innige liefde voor hem onver anderd was blijven bestaan, in het verbor gen, in de eenzaamheid, bij het toenemen der jaren, en die ook nu nog aan de ster venssponde dezelfde als vroeger voor hem gebleven was. Wie zou het anders zijn, dan Elizabeth En daar lag nu het grijze hoofd van den goeden vader Hoopman op zjjn sterfbed, de zwarte sluier nog altijd om dat hoofd gewonden, waar hij dien reeds zooveel jaren lang gedragen had. Dat don kere floers had tuaschen hem en de donkere wereld gehangen,had hem afgescheiden van de liefde der broederen, en van de innige liefde eener dierbare, edele vrouw, ja, die sluier had hem opgesloten in de treurigste van alle gevangenissen, in zjjn eigen hart. En nu lag dat zwarte omhulsel nog op zijn aangezicht, om als het ware de duisternis van het sterfvertrek te vermeerderen en de stralen van den zonneschijn der eeuwigheid de verhouding tot de afzonderlijke leden van dit Kabinet niets te wenschen overlaat. Maar zijn kijk op da politieke verhoudin gen zijn blik in de toekomstzijn zorg voor de partij zoo op zichzelf als in ver band met de coalitiezijn inzicht omtrent het tijdstip op of tot hetwelk moet gezwe gen worden om velerlei redenen; zie dit alles behoort tot het persoonlijk terrein van den partijleider, en daarom moet met het cog op dat, en nog veel meer, zijn vrijheid om te beslissen over het tijdstip van zijn optreden in de Kamer ongerept blijven. Groen v. Prinsterer heeft er nooit anders over gedacht of naar gehandeld. W aar nog iets bijkomt. Torenwachter in de Midd. Crt. heeft zoo prachtig zijn neus voorbij gepraat„het optreden van dr. Kuyper in de Kamer is zuivere winste voor de Linksche partijen". Als dr. Kuyper 't daarmee eens is, is dit reeds reden voor hem om niet naar de Kamsr te gaan. Komt dr. Kuyper in de Kamer, dan zul len de Liberalen wel zorgen dat hij naar voren komt. Zij hebben daartoe in Sectie en Voorloopig Verslag, in Interpellatie en Openbaar debat de middelen voor 'tgrijpen. Is dr. Kuyper in de Kamer, en ia spreken hem plicht, dan spreekt hij allicht, terwijl hjj gevoelt dat zwijgen dat wil zeggen geen lid der Kamer te zyn op dat oogen- b!ik beter ware. Nimmer mag ook de indruk door den tegerstander gevestigd dat het kabinet aan zjjn leiband loopt. Gelijk Lohman als de censor van 't kabinet-Knyper werd afge schilderd, zal „de politiek" ook gaarne in 1909 Kuyper als de toezien de voogd van het ministerie-Lohman doen fungeeren; en, allicht ,nu reeds, bij iedere principieele uit spraak of daad van dit kabinet op „de zweep vaD Knyper" wijzen, onder welker drang 't zus of zoo sprak of deed. Waarbij nog komt dat.ook zelfs maar de schijn van wantrouwen of mistrouwen tegen 't Kabi net moet worden vermeden. Allemaal quaestien die oen staatsman van den eersten rang als dr Kuyper heeft te overwegen. Wy wenschen ons hieromtrent verder niet uit te laten. Wij zagen ook gaarne dr Kuyper in de Kamermaar zagen ook gaarne de keuze van den juisten tijd aan hemzelven ver bleven. Het Centrum heeft in dezen de rechte snaar aangeroerd. te weerhouden. Reeds sedert eenigen tijd was zijn geest meer of min verward geweest, en scheen in een twijfelachtige slingering gekomon te zijn tnsschen het tegenwoordige en het toekomende. Maar zelfs in zijn koorts achtige toestanden of stuipachtige worste lingen scheen hij steeds bevreesd te zijn, dat de sluier van zijn aangezicht zou ver wijderd worden. Maar ook indien zijn verwarde geest den sluier had kunnen vergeteD, immers daar stond bij zijn hoofd peluw een getrouwe vrouw, die met afge wende oogen dat dierbaar aangezicht weder bedekt zou hebben, hetwelk zij, een lange reeks van jaren geladen, voor het laatst in de volle kracht en schoon heid van zijn besten leeftijd aanschouwd had. Eindelijk viel de oude man in 6en toestand van lichamelijke en geestelijke uitputtingzijn pols was bijkans niet te gevoelen en zijn adem werd al zwakker en zwakker, uitgezonderd een lange, diepe en ongeregelde ademtocht als een voor bode van zijn laatsten snik hoorbaar was. De predikant van W esterburg naderde zijne legerstede. „Eerwaarde vader Hoopman", sprak hij, «het oogenblik van uw verlossing nadert mat snelle schreden. Zijt gij gereed voor het opheffen van het voorhangsel, hetwelk den tijd van de eeuwigheid scheidt?" Vader Hoopman antwoordde eerst alleen door eene zwakke knikkende beweging van het hoofd. Daarop waarschijnlijk vree- zende, dat wellicht zijn bedoeling onduide- Af en toa zullen in ors bkd kleine stukjes van G. H voorkomen Wie de schrijver is, komt er niet op aan. Hjj is een werkman, die, blijkens zjjn eerste stukske, dat wü in dit no. met instemming opnemen, zjjn gedachten wol weet ta oHenen en uit te drukken. Plaatsing onzerzijds zal mis schien niet altijd instemming beteekenen. Maar dat behoeft ook niet. De schrijver toekent zich met ovengenoemde vaste initialen. Daarom zullen wij dan cok zijn schrijven niet plaatsen onder de ingezon den stukken, maar op de le bladzijde van ons blad na de artikelen van de redactie. I. Opwaken! Na een periode van rust of slapte breekt er voor iedere zaak of bedrijf weer een tijd aan dat het drukker wordt, hetzij dan in meerdere of mindere mate. Geldt dit ru voor het bedrijfsleven, dat zich rusteloos voortwentelt, niet minder ziet men dat, ook in het vereenigingeleven van allerlei schakeeringen. Ook hier een tijdperk van betrekkelijke rust, van een weinig raar buiten zich openbarend BCtief leven. Be trekkelijke rustVoorzeker l Inslapen toch mogen wij christenen nooit. Al is het dat de gezichtseinder kalm en effen is, één oogenblik slechts en de hemel kan ver duisterd worden door zwarte wolken. Wan neer alles om u heen in ruste schijnt, en gij n zeiven met een behsagljjk gevoel vleit van ru ook eers te kunnen asten, de wa pens e.ens te kunnen opbe'gen, weet dar! zeker dat go bij een onverhoedschen aanval weerloos zoudt staan. En daarom moeten wij altijd in staat van tegenweer zijn. D; betrekkelijke rust is voor onze kiesver enigingen, voor onze afdeelingen van Patrimonium, voir onze jongelingsver eenigingen weer afgeloopen. Het zomer tijdperk ligt wepr achter ons, ho9wel de natuur ons daaraan in deze dagen nog niet herinnert. Het platteland met zjjn land bouwende bevolki g kent zich in don drukken zimertijd nnt lot vergaderen. Nog erkele weken en het drukke seizoen ligt achter ots. En daarom Opwaken Gedenken dat de komende tijd weer veel van onze krachten vergen zal. Thans is het tijd de lijnen uit te stippelen, waarlangs wy onze vereenigingen 1 rachten te leiden naar het beoogde doel. Van een werken zonder methode mag geen sprake wezen. Naar vaste beginselen en rechte ljjnen iijk mocht schijnen, gaf hij zich moeite om te spreken. „Ja, zeide Ly met een zwakke stem, „mijne ziel heeft een groot verlangen naar het opheffen van dat voorhangsel." „Maar is het betamelijk", hervatte ds Klarenbeek, „dat een man desgeloofsen des gebeds, zooals gij zijt een man van onberispelijk voorbeeld,heilig in gedachten en daden, voor zoover een monscheljjk oor deel het mag uitspreken is 't betamelijk dat een vader in de gemeente een schaduw op zijn nagedachtenis zon laten rusten, om een leven te bevlekken, dat anders zoo vrij van blaam ia Ik smeek u, mijn eerwaarde broeder, laat dit toch niet geschieden. Vergun mij, dat ik verkwikt word door den aanblik van uw zegepralend heengaan. Alvorens het voorhangsel voor n wegge- Eohoven wordt, laat mij dien duisteren sluier van nw aangezicht verwijderen 1" En terwijl hij zoo sprak, boog zich ds. Klarenbeek reeds over den stervende neer, met het doel, het geheim van zoovele jaren te onthullen. Maar vader Hoopman, al zijn kracht inspannend, en met een vurigheid, die al de de nanwszigen met verbazing ver vulde, trok zijn beide handen van onder de dekens, drukte ze vast tegen den zwarten f- luier op zijn gelaat, gereed om te worste len, indien de predikant van Westenburg geweld had willen gebruiken. I ^Beklagenswaardige grijsaard 1" hervatte de verschrikte predikant, „zoo is er dan toch 'n geheimzinnige reden voor uwe han delwijze! O zeg, met welke ontzettende ruisten de werkzaamheden georganiseerd worden. Afgeschud alle lauwheid en lakïchheid en meegewerkt, meegestreden om onze beginselen meer en meer ingang te doen vinden en te verbreiden. Dat is onze dure roeping, dat eisc'at de ernst der tijden en met het oog d»arop moeten wy willig wezen Wij weten uit eigen onder vinding hoe noodig het is om op te wekken en tan te sporen. Dp te wekken tot getrouw bezoek der vergaderingen, aan te sporen tot deel neming in de werkzaamheden. Het is een kenmerk van onze omgeving, dat men vast geklonken is aan huis en baard. Edoch, alles heeft zijn grenzen. Wij moeten gevoe len onze verantwoordelijkheid als menscb, als burger, als lid van de maatschappij. Wy moeten b:s, ffsn, dat wy alles wat buitens huis gelegen is, niet aan anderen mogen overlaten. Zeker ook dan zullen da mgch- tige vragen op politiek en sociaal terrein beslist worden, maar dan in een ons vijan dige?! geest. En daarom OpwakenMet ijver en energie zich gezet au den winter- vrbeid. Het gaat om groote dingen. Het gaat om de eere Gods op ai]e terrein des levens, Die eere te verbreiden ia onze taak. Daarnaast het goede te zoeken voor ons Land en Volk, om te trschten meer eenheid to verkrijgen onder de verschillende stan den onderling. Op dit alles moet onze ver schillende arbeid z;ch samentrekken. DaD zal ons werken onder Gods zegen vrucht afwerpen voor de toekomst, dan zal blijken de kracht die er afstraalt, van tie anti revo lutionaire beginselen. Dar. zal op 't t errs in der maatschappij h°t „Vaderlijk Erfdeel" zich met eere handhaven en zullen onze Iongeling8vereeBigiiigp.il bun plaats met eere irnemen. Dat alles, zoo wy staan in het gelccf.Want juist dat geloof bezielt het Willen het geeft spankracht aan 't denken; het staalt de energie. Een drievou lig snoer wordt niet haast gebroken. Eu daarom ge- moedigd voorwaarts, leven lo in het ver trouwen van den beloofden zegen op oczsc arbeid, wanneer die zich richt naar den Woorde Gods. C. H. Er is alle aanleiding voor onze lezers om met eenige nieuwsgierigheid naar het bui- tenlandsch overzicht te grijpen. Venezuela, Marokko, Bulgarije. Ziedaar drie namen die op aller lippen zyn. En zulks in verband met de gebeurtenissen misdaad beiaden staat gij op het punt de eeuwigheid binnen te gaan en voor Gods rechterstoel te treden Vader Hoopmans borst ging hijgend op neder. Het geratel in zijn keel werd duide lijk hoorbaar. Hy strekte zyn banden gry- pende uit, alsof hij met alle machtzijn leven vaet wilde houden, om hem rog een weinig tyd te geven om te spreken. Ja, hjj verhief zich zelfs overeind op zyn bed, en zat daar huiverend, de armen des doods kennelyk reeds om hem heen gewonden, terwijl de zwarte sluier nederwaarts hing, waarmede de verschrikkingen van een leeftijd ver bondenwaren. En tcch was er rondonj de lippen van vader Hoopman ook nu cog een zwakke, smartelijke glimlach zichtbaar, celyk een matte straal in het midden van de duisternis. „Waarom toch siddert gy voor my alleen?'' riep hij uit, terwijl hij zijn over schaduwd aangezicht naar den kring der bleeke omstanders keerde „Beeft toch ook voor u zeiven en voor elkander J Hebben mannen mij gemeden, hebben vrouwen mij geen medelijden bewezen,hebben kinderen geschreeuwd en zyn gevlucht, enkel en alleen om mijn zwarten sluier, wat ie er de oorzaak van geweest, zoo niet, het geheim, waarvan deze verdonkering slechts een zinnebeeld is, en dat dit stuk floers zoo vreeselyk heeft doen uitkomen Wanneer er één vriend is, die aan den andere het binnenste van zijn hart openbaartéén minnaar van zijn bemindewanneer de menseh zich niet zoekt te verbergen voor van den dag, welke bewijzen welk een raren tjjd wij beleven. Reeds de vorige week meldden wjj dat de president vau Venezuela geweigerd had den Duitscheii zaakgelastigde Von Sicken- do. £f to ontvangen met de tweede nota der Nederlandsen» regeering. De Nederlandsche regeering liet dit be richt tranar reken. Doch thacs komt een bericht uit Willemstad (de hoofdstad van Curry,ro) over New-York tot haar om de juis heid van 't bericht te bevestigen. President Castro heeft hetzelf in den Senaat meegedeeld. Na deze mededeelin- gen kreeg hy tot tweemaal toe, een bloed spuwing en moest in bedenkelijken toe stand worden weggebracht. Hij verkeert dns blijkbaar in een toestand van schier waanzinnige overspanning. Het is obs vervelende gedaehte dat de Nederlandsche regeering zich door een dergelijk menseh moet laten ringelooren. Ja ringelooren; want dat doet hy. Hy wil en zal oorlog voeren. Reeds begon de bevolking van La Guyara en Maricaïbo zich in slaat van tegenweer te brengen vooreen mogelijke Nederland sche blokkade. Zou 't nu geen lijd worden dat de Ne- derlacdsohe regeering haar standpunt te genover dezen ex bandiet wijzigt en in plaats van inlichtingen te vragen eisehen gaat stellen Gelijk wij reeds in ons vorig overzicht ïemeld hebben, heef: Vorst Ferdinand van Bulgarije zich Maandag te Tirnovo tot onafhankelijk koniDg doen uitroepen. On juist is èchtar dat hij Bosnië zou willen inlijven. Dit is integendeel de bedoeling an Oostenrijk. De heele toer schijnt afgespeeld door Bulgarije en Oostenrijk vezamenlijk, zoodat ook bij mogelijk con flict op een gezamenlijk optreden dier twee kan worden gerekend. Hiermede hebben zij het traotaat van Berlijn ge schonden, en een nieuwen toestand ge schapen revolutie van de zijde van twee vorsten Het spreekt toch van zelf dat een trao taat tuesohen vorsten gesloten, zoo maar niet door een of meer hunner kan worden ter zijde gesteld. In zulk een daad moeten alle mogendheden die 't traotaat geteekend hebben, worden gekend. Doch dit is meer gezien. Aan recht stoort de staatkunde zich al heel weinig indien zij er voordeel bij heeft, het oog van zyn Schepper, teiwyl hjj het vuil geheim van zijn zonden als een kost bare schat in syn borst bewaart be schouw mij dan als een monster, van wage het zinnebeeld, waaronder ik geleefd heb, en waarmede ik nu sterfIk zie naar alle kanten been, en ontwaar helaas, op elk aangezicht een zwarten sluier 1" Teïwyl zijn toehoorders bij het vernemen van deze ingrijpende woorden tot in het diepst hnnner ziel ontroerd werden, en daarbij tevens voor e'kander huiverden, zonk vader Hoopman langzaam achterover op zyn peluw neder,en was een gesluierd lyk,met een zachten en weemoedigen glim lach op de lippen. Met dien sluier om zjjn hoofd werd hij in de doodkist gelegd,en ids een gesluierd lyk droegen zjj hem naar de groeve der vertering. Het gras van vele jaren heeft op dat graf gesproten en is er op verdord. Zjjn gedenk steen is reeds met mos bedekt, en het aan gezicht van den goeden vader Hoopman is tut stof en asch geworden. Maar vreeselyk bsijft toch nog steeds de gedachte, dat het onder dien zwarten sluier vergaan is. De treffende en helaas maar al te ware gedachte evenwel, dat die zwarte sluier een zinnebeeld on een getuigenis was van het zoo algemeen gebrek aan waarheid en oprechtheid der menschen, zoowel tegen over den Heer, als onderling, en van de snoode verborgenheden, die men veelal in zijn binnonste zoekt te bedekken en te be waren, verdient wol te allen tyde door iedereen behartigd te worden.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1