NIEUWSBLAD
VOOR ZEELAND.
No. 254. S908.
Woensdag 29 Juli.
22e Jaargang.
CHRISTELIJK-
HISTORISCH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
Wed. S. J. DE JONGE-VERWEST, te Goes
F. P. DHUIJ, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Uï Dfl PKR8.
IEDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p. p1,25.
Enkele nummers0,026.
UITGAVE DER FIRMA
en van
van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 cent.
Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel
meer 10 cent.
Oud-Wassenaar.
Onder dit opschrift lezen wij in de N.
Pr. Gr. Ci.-
In de provincie Zuid-Holland ligt 1V« uur
ten NNO. van 's-Gravenhage, 3/4 uur ZZO.
van Wassenaar het bekende landgoed Oud-
Wassenaar aan den Sohouwweg, den
sohoonen straatweg van Den Haag naar
Leiden e:> verder naar Haarlem.
Dit landgoed beslaat een oppervlakte van
bijna honderd hectaren, waarop men tegen
woordig een der schoonste kasteelen van
den nieuwen tijd aantreft, geheel in ouden
stijl gebouwd. Het was de kunstminnende
heer J. van der Oudermeulen, die in 1876
aan den architect C. Muysken opdroeg hier
een buiten te bouwen, voldoende aan de
eischen van smaak en comfort. Aan dit
verlangen is op gelukkige wijze gevolg ge
geven. In deze sohoone omgeving aan den
duinkant paste geen moderns villa met ge
pleisterde muren, ooqaet geschilderd met
lichte kleurtjes en tintjesde natuur ver
langde iets meer ernstigs, een gebouw met
evenredige afmetingen. Vandaar dan ook,
dat dit gebouw meer het karakter van een
kasteel dan van een villa moest verkrijgen,
maar tooh weer geheel afwijkend van de
oude kasteelen, met wallen omgeven, met
ophaalbruggen, slotpoorten enz. Aan den
bekwamen architect is het gelukt, daar
een modern gebouw in renaissanee-stiji te
doen verrijzen, voldoende aan de eischen
van het tegenwoordige leven en voorzien
van hetgeen de hedendaagsche nijverheid
aanbiedt.
Een sohoone iilustratie van Oud-Wasse
naar in onzen tijd kan men vinden in het
werk van dr. H. Biink «Ons heerlijk Neder
land".
Veel jaren achtereen is dit heerlijk land
goed Oud-Wassenaar in het bezit geweest
van Mr. Groen van Prinsterer. Ia de negen
tiende eeuw, waarin Groen leefde, van 1801
tot ,1876, is er geen eigenaar van Oud-Was-
seDaar geweest zóó beroemd, als Mr. Groen
van Prinsterer. Door hem juist heeft deze
plek historische waarde gekregen, want op
Oud-Wassenaar heeft Groen, geïnspireerd
door het statig geboomte, dat men hier nog
vindt, zijn Nederlandsohe Gedaohten go-
sehreven. Hier is alzoo de grondslag gelegd
door geschriften en gesprekken voor de
anti-revolutionaire partij, waarvan Groen
de geestelijke vader is. Op Oud-Wassenaar
heeft Groen de lijnen getrokken, waarlangs
nog altijd onze strijd tegen de revolutie
gestreden wordt. De lijnen, die ons den weg
van het anti revolutionaire staatsrecht aan
wijzen. Merkwaardige plek dus op onzen
vaderlandsohen bodem! Temerkwaardiger,
wijl ook in de zeventiende eeuw, de eeuw
onzer glorie, juist op diezelfde plek onze
diplomatie zoo groote plaats innam in de
Europeesohe staatkunde. Oud-Wassenaar
tooh ligt niet ver van Den Haag, de hof
stad, het middelpunt der diplomatieke ge
schiedenis gedurende vele eeuwen, waar
langs de draden van zoovele wereldge
beurtenissen geleid werden. De nabijheid
der hofstad had juist ten gevolge, dat de
buitens als Oud-Wassenaar e.a. de verblijf
plaatsen werden van geschiedkundige be
kende persoonlijkheden, die hier in de
stilte der natuur den loop der wereld
historie bestudeerden of traohtten te be-
heersohen.
Hoe gaarne zou men dat niet willen
zien een teekening van Oud-Wassenaar in
de dagen van Groen van Prinsterer Daar
stelt een goed anti-revolutionair veel meer
belang in dan in een teekening van Oud-
Wassenaar in onzen tijd. We willen onzen
Groen ons zoo gaarne kunnen voorstellen,
zooals hij daar op Oud-Wassenaar ver
toefde, zinnend en peinzend op de begin
selen, die hij uit Gods Woord en de
historie afleidde voor ons tegenwoordig
leven op elk gebied. We willen zoo gaarne
de plek kennen, waarop onze wieg eens
stond, nietwaar P
Welnu, die plek is Oud-Wassenaar, zoo-
als het er nitzag in de dagen van Mr.
Groen van Prinsterer. Daar heeft het
Calvinistisch staatsrecht, herboren naar bet
bewustzijn onzer eeuw, zijn levenslicht
aanschouwd. En die historische piek is
thans in teekeniDg gebracht en zal binnen
enkele maanden verkrijgbaar gesteid wor
den in den boekhandel, niet afzonderlijk,
maar in een weikje over Groen en zijn
omgeving. Als men straks die teekening
ziet, kan men niet vermoeden, welk een
moeite er aangewend is om deae te ver
krijgen.
We willen hier mededeeleD, hoe de
fohrijver van Groen en zijn omgeving in
staat gesteld is om Oud-Wassenaar ten
tijde van Groen in teekening te laten
brengen. Hij ging te dien einde de archie
ven van de stad 's-Gravenhage doorsnuffe
len en vond daar meer dan duizend tee-
keningen van Den Haag en de omgeving,
maar Oud-Wassenaar was er niet bij.
Daarna onderzocht dr. Van Gelder voor
den schrijver het Rijksprentenkabinet te
Amsterdam, dooh vruchteloos, Veel hoop
bestond er nu al niet meer voor hel op
sporen van het verlangde. De schrijver
begaf zich naar de tegenwoordige eigenaars
van Oud-Wassenaar, dooh ook dezen be
zaten geen teekening van hun landgoed
uit de dagen van Groen. De eigenaars van
voorheen evenmin. Zelfs verklaarden dezen
er ook naar gezocht te hsbben, maar
zonder resultaat.
Nu werd er een or derzoek ingesteld, of
ook nog ergens iemand woonde, die vroe
ger wellicht bij Groen gediend bad, mis
schien dat zoo iemand er iets van wist.
Te iacge leste kwam mea iemand op het
spoor, die dertig jaren lang bij Mr. Groen
vau Prinsterer gewerkt had zijn naam
was Bart van den Berg. Deze grijsaard
wist ziek nog te herinneren, dat hij een
teekening van Oud -Wassenaar uit Green's
dagen gezien had bij een ouden tuinman,
•fammer, dat die tuinier al jaren deod
was, en dat Bart zich ook niets van de
kinderen van dezen tuinier herinteren kon.
Na lang peinzen, ja, ging er Bari een
licht op: ergens op een „hofje" in Den
Haag moest nog een dochter van dien
tuinier in een kamertje wonen. In dat
kamertje, als hij zich wel herinnerde,
moest aan den wand een teekening zijn
van Oud-Wassenaar. En zoo was het. Na
lang zoeken, en nog eens weer zoeken,
werd dan eindelijk dat kamertje in dat
«ho'je" gevonden, en daar hing de lang
gezochte teekening.
En zoo was het dan nu, dat ook wij
straks Oud-Wassenaar zuilen kunnen zien,
zooais het er uit zag in Groen's tijd, toen
bij daar zijn pen hanteerde, toen hij daar
samensprak met Van der Brugghen e.a.
28 Juli 1908.
Iu ons overzicht van gister is niet. genoeg
uitgekomen dat 't niet een verbeterde maar
de ongewijzigde Grondwet is die in Turkije
weer van kracht wordt. De Sultan toch had
in de laatste jaren maar zonder grondwet
geregeerd.De grondwet bestonder derhalve
wèl, doch slechts op papier.
Wij verhaalden reeds van de blijdschap
der bevolking, zoo op het platte land als in
de steden, over deze uitkomst.
Konstantinopel was met vlaggen als be
dekt, de straten waren vol van een vroolyke
menigte, die met vlaggen zwaaide en jubi
leerde. Van het rijtuig van den groot-vizier
werden de paarden afgespannen, en de
menschen trokken het verder. Ook de
sjeich-oel-Islam en de commissaris van
politie kregen huldebetuigingen. Voor de
gevangenis wachtte het volk op de bevrij
ding van de politieke gevangenen. Met
sterk gejuich werden deze ontvangen,
's Avonds was de stad feestelijk verlicht.
Altegaar bewijs, hoe zelfs in de meest
achterlijke landen de nieuwere denkbeel
den zich baanbreken.
Als er nu maar wijze regeeringen zijn om
deze te leiden iu de gewenschte banen.
Saloniki leert hoe er tusschen valsche
vrijheid en losbandigheid maar één
schrede is.
Ons vooruit l
Wij hebben al meermalen gezien dat do
Engelsche liberalen in menig opzicht wat
ware vrijzinnigheid en liberaliteit van
denkbeelden, onder anderen iu zake de
plichten der overheid, aangaat, de Neder-
iandsche vrijzinnigen ér vooruit zijn.
Nu weer heeft liet Engelsche Lagerhuis,
met zoo goed als aigemeene stemmen
eon 19-tal afgevaardigden slechts waren er
niet voor aangenomen een voorstel tot
invoering van twee nieuwe universiteiten
iu Ierland, en wel te Dublin en te Belfast,
onder bepaling dat aan die te Dublin onder
wijs zal gegeven worden uitsluitend in
Roomschen geest.
Een openbare Roomsche universiteit voor
't overwegend Roomsche Ierland, dat noe
men wij nu eens rekening houden met de
godsdienstige gevoelens der bevolking,
en een gezond opvatten van de taak der
Overheid.
De Overheid zorgt voor goed onderwijs,
ook hooger onderwijs, en geeft aan de be
volking het recht den geest van dat onder
was vast te stellen.
Dus niet neutraal, zooals do lagere school
ten onzent abusievelijk genoemd wordt
niet protestantsek zooals.de oud-liberaal dit
•:pvatmaar overeenkomstig de behoeften.
Dat men in Nederland nog zoo ver niet
i-s. behoeft, niet te worden aangetoond.
De eeniga universiteit op gereformeerden
grondslag in ons land is een vrije school,
die tot op heden door 't liberalisme van alle
kieur en kerk en kem-af is tegengewerkt
geworden, ean welke pas in 1905 en dan
onder tegenwerking van ahvat vrijzinnig
■vns, in Tweede en Eerste Kamer, een ge-
irge concessie van overheidswege ten deel
viel.
Vaccinedwang.
In ons nummer 246 van 20 Juli namen wij
onder dit opschrift uit De Standaard over
een ingezonden stuk van den heer A. D.
Littooy te Middelburg.
Billijkheidshalve namen wij toen ook uit
•ie Af dd. Crt. over in ons no. van 22 Juli
ao. 248 het zakelijk deel van 't verweer
an dr Weylen zijn wij nu ook weer ver
plicht over te Demen uit De Standaard nog
oen andere tegenspraak, welke voorzoo
var zij geen herhaling bevat hieronder
volgt
Geachte Redactie
Het doel van mijn schrijven echter is
- noral gericht tegen de sub. 4 door dhr
Littooij getrokken conclusie. Evenals col
lega Weiii stel ik er prijs op te verzekeren,
dat ik dhr Littooij volkomen ter goeder
trouw acht, maar hij spreekt ernstige en
onbewezen beschuldigingen uit, als hij
zegt: «dat do geneesheer die Piet inentte,
't armpje niet voldoende vóér de vaccinatie
heeft gezuiverd, of aan de instrumenten
voor de vaccinatie gebruikt niet de noodige
accuratesse is gewijd, of dat de koepokstof
aiet goed was".
Aan ons bureau wordt het kalf door een
veearts gekeurd direct na aankomst,daarna
vlak vóór de afname der pokken en ten
slotte wordt het dier onder controle van
denzelfden veearts geslacht en gekeurd.
De stof wordt verwerkt met de nieuwste
toestellen en volgens de strengste eischen
der aseptiek.
De stof wordt ingeënt nadat de arm is
gereinigd met petroleumaether, met uitge
kookte pennetjes,voor ieder kind 'n nieuwe
pen. Ter geruststelling memoreer ik hier
tevens dat ons bureau staat onder de
directe controle van uw partijgenoot, en ik
mag zeggen mijn vriend dr Th. G. den Kou
ter, inspecteur der volksgezondheid, die
door trouwe bezoeken ten volle op de hoogte
is van onze wijze van werken.
Geachte Redactie, 'twas niet mijn be
doeling te trachten ook maar éen enkelen
anti-vaecinedwang-bonder af te brengen
van het eenmaal aangenomen verband tus-
schen Piet's vaccinatie en zijn ziekte; maar
wel teeken ik verzet aan togen de nog vrij
j wat verder gaande en totaal onbewezen
conclusie als zou hst Middelburgsche bu
reau door nalatigheid schuld dragen.
Mot den meesten dank voor de opname,
Uw dw.
Dr D. Schoute.
Middelburg, 24 Juli 1908.
Intusschen zijn wij ook nog verplicht aan
de Midd. Crt. de navolgende corresponden
tie over dezelfde zaak te ontleenen
Door uitstedigheid ben ik eerst nu in
de gelegenheid dr. Weijl van antwoord te
dienen.
Allereerst de vermelding, dat ik mij door
mijn ijver tegen den vaooinedwang niet
heb laten vervoeren. Wij zijn nog van
meening, dat de ongesteldheid van Piet
een gevolg is van de vaccinatiealleen
punt 4 diene een correctie.
Hit bevreemde mij wel eenigermate in
iiw nummer van Dinsdag een schrijven
van de hand des heeren Weijl over deze
aangelegenheid te vinden, omdat ZEd.
zoowel als zijn collega, die de operatie
een- en andermaal deed, Zaterdag den
vader van het gevaccineerde kind heett
verzekerd, dat door mij zeer juist de toe
dracht van dit geval was weergegeven, en
zij dan ook niet voornemens waren op zijn
schrijven in te gaaD.
Met volkomene instemming van den
vader, die van mijn schrijven vóór de
plaatsing kennis nam, schreef ik het door
dr. Weijl gewraakte stukje, ja de ouders
waren zeer sterk voor de plaatsing, omdat
ouk zij evenals alien die Piet's ernstige
ongesteldheid hebben gadegeslagen de
vaste raeeniog zijn toegedaan, dat de ziekte
van Plet tengevolge van do vaccinatie is
ontstaan.
Waaraan de plotselinge verandering van
dr. Weijl is toe te schrijven, kan niet
gezegd, wel gedacht worden.
Opmerkelijk tooh is hef, dat ZEL Za
terdagmorgen niet één enkele aBucaerking
op mjja stukje had, ja, nog eens zij
het gezegd, daarin „zeer getrouw"
het gebeurde weergegeven vond sterker
no?, dank zeide voor den lof, welken ik
IIH. doctoren, die Piet onder behandeling
hadden, bad toegezwaaid en den spijt uit
drukte, dat ik den naam van ZEd. in
verband met dien lof niet genoemd had.
Dr. Weijl schrijft, dat als feit vaststaat
«le. dat Piet S. een pokkenbriefje heeft,
gedateerd 9 April 11., en dus tenminste
een week vroeger was ingeënt".
Dat is volkomen waar.
2e. dat ik by Piet ben geroepen, toen
hij acuut ziek werd, 14 Mei d. a. v-, dat
is zes weken later.
De ouders weten de juiste data niet,
maar gaarne willen we gelooven, dat dit
zoo is, doch zij leggen er den nadruk op,
dat Piet ca de inenting aldoor ongesteld
is geweest, alhoewel zij hun geneesheer,
dr. Weijl, niet direct riepon.
3e. dat ik bij Piet constateerde een
abces aan de linkerzijde van den borst-
wand onder en terzijde van de groote
borstspier".
Dat hooren de ouders nu voor het eerst.
Op hun uitdrukkelijk vragen, of de onge
steldheid van hun jongen het gevolg is
van de inenting, werd telkens een ont
wijkend antwoord gegevenhet tegen
deel is nooit uitgesproken.
Den ouders is wel gezegd, dat het by
Piet bloedvergiftiging, een soort bloed
vergiftiging was.
Hebben beide geneesheeren ruim zes we
ken na de inentingopdiendroevenZaterdag
dat Piet geopereerdmoest worden, niet veel-
beteekenend den ouders een tweetal vragen
gedaan, waarvan ik slechts één vraag weer
geef, om reden de andere te persoonlijk is
Deze vraag dus dit is (wijzend op de pok
ken) het werk van de animale koepok
inenting
En direct daarop werden tusschen de ge
neesheeren een paar woorden in een vreemde
taal, voor de ouders onverstaaabaar, gewis
seld, Ieder onbevooroordeelde zal moeten
toestemmen, dat deze vraag veelzeggend is.
Ligt iu deze vraag niet opgesloten, waar
ook door de medici de oorzaak van deoage-
steldheid gezocht werd
„4e dat de pokken, door mij dadelijk
uagezien omdat de ouders daar de oorzaak
van 't lijden vermoedden, geheel genezsn
waren en degewonalitteekensvertoonden."
Hier vergist zich dr Weijl.
Wat men graag wil, is men spoedig ge
neigd te denken.
Wel driemaal, by herhaald bezoek, is
den ouders na mijn schrijven gevraagd, of
de pokken geheel genezen waren. Deze
verklaring had dr Weijl gaarne willen heb
ben, maar die konden de ouders niet geven,
omdat de pokken volstrekt nog niet gene
zen waren. Zij zweerden volgens verklaring
der ouders, zes weken na de inenting nog.
En nu een enkel woord over hot door mü
in 4e genoemde. Ik erken gaarne de schuld
enkel en alleen gelegd te hebben op den ge-
aeesheer, die de inenting deed. Demogelijk
heid is, ja dat wil ik zeifi aannemen, niet
uitgesloten, dat aau ZEI. niet het minste
verwijt is toe le schrijven, maar dat Piet
«(■er vatbaar is. Hoe dit zij, het staat by de
ouders eu bij velen die op de hoogte van dit
ziektegeval zijn vast, dat het aboes achter
wege ware gebleven ais da inenting niet
geschied was. En hierover loopt heel de
zaak.
Hoe meD, mijnheer de Redacteur, ook
over de inenting of over den dwang tot
inenting denkt, laat men, als de vaccinatie
eene ernstige ongesteldheid doet ontstaan,
dit eerlijk erkennen.
Het is mij heusoh niet te dorn een genees
heer te trdïen, integendeel; maar alleen
om op het gevaarlijke van het inenten te
wijzen, om aan te toonen, dat men een ge
zond k nd door de inenting ziek kan maken.
Ür. Joh. P. SohouteD, van Apeldoorn,
deelt in het nummer vau deze maand in hei
Orgaan ean den bond tegen vaccinedwang nog
mede, den dood tengevolge van besmetting
met vaccine van een anderhalfjarig meisje,
dat niet gevaccineerd was, maar de besmet
ting heeft gekregen van twee in dat huisge
zin gevaccineerde kinderen.
Dr. S. vangt zijn artikel aan: «Dat het
inenten van koepokstof gevaren kan op
leveren voor de gezondheid en zelfs voor
het leven van het ingeente kind, wordt
in onzen tijd nu wel nagenoeg door ieder
een toegestemd".
Zelfs vele voorstanders van dc vaccinatie,
die de koepokstof altijd en van alle schuld
vrijpleiten, zeggen met Prof. Saltet, alleen
een onrein instrumentarium, een onvol
doende reiniging van de annen en een
sieohte verzorging né de kunstbewerking
kunnen oorzaak zijn van eventueele onge
lukken".
Mijnheer de Redacteur, dat ik als folk
van den vader, die ook aan dit schrijven
zijne volkomene instemming betuigt, op
treed, zit 'm hierin, dat hij zich de pen
niet toevertrouwt. Nog dezen morgen zei
hij nik zou wel eens willen schrijven".
Met dank voor de verleende plaatsing,
en u de verzekering gevend, dat ik over
deze quaestie niet meer hoop te schrijven,
mijnheer de Redaeteur, hoogachtend,
A. D. LITTOOIJ Az.
Middelburg, 25 Juli 1908.
Een wederwoord.
Mijnheer de Redacteur t
We zullen dus nog eens ie kwestie,
waar 't om gaat stellen
Heeft de heer L. 't recht, afgaande
op een hem door een leek meegedeeld
ziektegeval, conclusies en beschuldigingen
neer te schrijven als door hem zyn ge
daan a fortiori waar zijn bron geheel
onbetrouwbaar blijkt.
Zoo is door my bijv. niet getracht den
ouders de verklaring te ontlokken, dat de
pokken genezen waren; mijn herinnerings
vermogen is sterk genoeg om dit zeker
to weten ook dr. Schoute, die de opsratie
verrichtte, weet dit beslist. Ik heb hun
aiieen gevraagd, of zy zich dat niet her
innerden. Waarop ik een ontkennend
antwoord kreeg.