NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND No. 223. 1908. Dinsdag 23 Juni, 22e Jaargang. HISTORISCH CHRISTELIJK- BaittilaHdsek QïerzieM. VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK Wad. X m JONGE-VERWEST. te Goes f. P. DHUIX te Middelburg, PRIJS DER ADVERTENTIËM Een Zeeuwsche Kweekschool voor Chr, onderwijzers. 1EDËREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers 0,02E. f UITGAVE DER FIRMA EN VAN van 1—5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 ceire. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent Zij, die zich met 1 Juli a. s. op ons blad abonneereD, ontvangen het tot aan dien datum gratis. Op het progtamma der toekomst voor onzeri arbeid in de provincie Zeeland staat uuk eer; kweekschool voor onderwijzers. Nu de Christelijke school zieh bestaans recht heeft verworveD, en den strijd om het beslaan ter overwinning beeft gestieden, komen andere eisohen en andere behoeften vervulling vragen. Uitwendig in bouw en inrichting worden onze scholen met ieder jaar meer doelmatig en beter. Ieder jaar brengt ons nieuwe scholen, ingericht naar de eischen des tijds. Op menige plaats kunnen onze scheien als gebouwen de vergelijking met de openbare best doorstaan. Leermiddelen en meubilair vertoonen mede de zorgende hand en de ontkoming aan nijpende ar moede. Dank zij de meedere gelijkstelling van bijzonder- en openbaar onderwijs van overheidswege is de positie van onze onderwijzers verbeterd, zoowel in stcffe- lijken zin als in rechtszekerheid. De Christelijke school is minder dan vroeger, een tak van Christelijke philan- tropie, meer een hoog staand maatschap pelijk belang, die naarmate van de plaats die hel inneemt gediend wordt en loon ontvangt. Maar hoe hooger de plsate is die men in neemt hoe grooter ook de verplichtingen zyn. Eerst stond voor de christelijke school alleen de ryks-normaalles open, indien men althans de weinig gebruikte en zeer teleur stellende weg van eigen opleiding niet op gaan wilde. Toen werd jhier en daar in Zeeland slechts in Middelburg en in Ter Neuzen de gelegenheid voor christelijke opleiding op een eigen normaalschool ge opend. In het betrekkelijk kort bestaan van de chr. normaalscholen hebben deze reeds vele diensten aan de chr. school bewezen. Hot ziet er nn menigmaal door gebrek aan onderwijzers dikwijls treurig uit voor onze scholen, maar wat zou het zijn als de chr. normaalscholen niet geholpen hadden om onze scholen met onderwijzers te be volken Maar zullen de chr. normaalscholen op den duur aan de behoefte kunnen voldoen Waar de kleinste gemeenten in Walcheren Gapinge en St. Laurens hun ehr. scholen gaan bouwen alleenWestkapelle, Zoute- lande, Ritthem en Nieuwland zullen dan nog open zijn en straks het overige deel van Zeeland, vooral Beveland ontwaakt, daar zal de behoefte aan onderwijzers op de te openen christelijke scholen met ieder jaar stijgen. Voor Zeeland met zijn overwegend Christelijke bevolking is de Christelijke school meer dan ergens de school der toekomst. Ook in anderen zin is het de vraag of de normaalschool aan de toekomstige be hoeften zal kunnen voldoen, Of gevoeleD we niet allen die meeleven dat, nu de strijd om het bestaan is gestreden de strijd in paedagogisohen zin aanvangt. Exoeloior, naar hooger zij het streven der Christelijke school. Niet alleen dat de eonourrentie haar daartoe dwingt, maar het is ook hare roe- ping. De beste Christen zij de beste burger. Niet alleen in hulpvaardigheid en orde lievendheid, maar in voorgaan en arbeiden. De normaalschool moet zieh behelpen met de uren voor de onderwijzers aan hun werkkring en voor de leerlingen aan hun dagtaak ontwoekerd. De kweekschool legt beslag op de arbeidskracht van onderwij zer en leerling geheel en al. En juist daardoor kan de opleiding dieper en bree der zijn. Juist daardoor kan den foekom- stigen onderwijzer zieh een kapitaal van kennis verwerven dat straks in zijn werk zaam leven tien misschien honderdvou dige vrucht opbrengen kan. Naast de bestaande Cbr. Normaalscholen zal, en door het talrijk personeel, dat ons toenemend aantal scholen vraagt, èn door de hoogere eischen gesteld door ouders die in de toekomst zien kunnen en zich eenige meerdere opofferingen voor hunne zonen kunnen getroosten, een kweekschool voor chr. onderwijzers in Zeeland een plaats kunnen vinden, indien althans de financi eels offers daarvoor te brengen niet al te groot zijn. In dien geest sprak zich ook eene dezer dagen te Middelburg tot dit doel bijeenge roepen vergadering uit. Over de wenschelijkheid was men het vrijwel eens, de mogelijkheid zal onder zocht worden. til DK PKRS. De Nederlander over dr Kuyper. In een uitvoerig artikel houdt De Neder lander tegenover de tegenspraak van De Standaard vol, nimmer bij dr Kuyper een enkel min nobel motief te hebben veronder steld. W ij nemen uit dit artikel het vol gende over Eindelijk maakt De Standaard gewag van een afkeurend oordeel inOnzeCourant DeVTfjeWestfries en deStichtsche Courant. Deze bladen zien iets krenkends voor dr Kuy per in de laatste zinsnede van hetgeen wij schreven over »Het plankenkabinet", (no. 4494). »Het kon wel eens blijken, dat, bij die goede planken, toch een enkele niet ^overgeschilderd" en dus in het nieuwe Kabinet niet op haar plaats ware. Dan moet zij er uitvallen en door 'n beter exemplaar vervangen worden. Dat ware een bui tenkansje, althans voor hem die er gaarne in wil". Toen wij, eenigszins ironisch, den gedachten- gang nagingen, die den schrijver bij zijne verge lijking van ons Kabinet met een piankenkabinet zal hebben geleid, schoot ons de gedachte te binnen, dat den schrijver de omstandigheid voor oogen kon hebben gestaan, dat in elk geval één der planken de Christelijk-historische van die plankenomkeering wel eens niets zou kun nen willen weten. In dat geval zoo schreven wij aanvankelijk komt er toch nog plaats voor de »bovenste plank". Bij nader inzien echter vervingen wij die laat ste woorden door wat er nu slaat, omdat wij be dachten, dat uitteraard dr. Kuyper alleen de plaats kan innemen van mr. Heemskerk, niet die van een ander Minister, en dat dus in diens gedachtengang de door ons aangeduide ge dachte niet paste. Beter ware het geweest, toen maar den gehee- len passus te schrappen. Maar uit den hier aan- geduiden gedachtenloop blijkt t°. dat met de n u gekozen bewoordingen dr. K. niet be doeld is2°. dat w ij er niets beleedigends in gezien zouden hebben, indien hij wèl ware be doeld. Ziehier waarom. Er zijn menschen, die een Kabinets-porte- feuille begeeren uit ijdelheid. Maar er zijner ook, die een hooge plaats slechts begeeren, om van daaruit hun eigen ideeën ingang te doen vinden, niet uit ijdelheid, maar in het belang des lands. Nu hebben wij, zoo min in privaat gesprek als in het openbaar, ooit aanleiding gegeven om te vermoeden, dat wij dr. Kuyper plaatsten in de eerste categorie. Hartenkenner zijn wij niet en over iemands diepste en verborgenste drijfveeren kunnen noch mogen wij oordeelen. Maar er is geen enkele reden voor ons, waarom wij dr. Kuyper niet zouden plaatsen in de tweede categorie. Als wij telkens wijzen op de eigenaardige, geheel eenige positie die dr. Kuyper in zijn partijformatie, in verband met pers en Kamer, inneemt, dan heeft dit niets te maken met zijn persoon of karakter, maar met een welbewust door hem inge voerd en gewild stelsel. Dat stelsel bestrijden wij, bestreden wij steeds en zullen wij blijven bestrijden, al laden wij den schijn op ons, dat wij niet dat stelsel, maar den persoon van dr. Kuyper aanvallen. Die vereenzelviging is niet onze schuld. Elk anti revolutionair, die zich genoodzaakt ziet tegen de stellingen van dr. Kuyper op te komen, raakt ook hem zeiven. Prof. Fabius ondervond het nog in den laatsten tijd, gelijk de heer Lohman het ondervond in 1894. Het volk onderscheidt niet den leider en de politiek, en de antirevolutionaire pers moet systematisch die vereenzelviging in de hand werken. Wij, onzerzijds, laten den persoon van dr. Kuyper, en de eigenschappen van zijn persoon, buiten het debat. Wij achten het volkomen begrijpelijk èn volkomen gerechtvaardigd, dat na de neder laag in 19O5 dr. Kuyper verlangde op nieuw aan het bewind te komen. Wat meer is, van »rechts", ook onzerzijds dus, is steeds van de gedachte uitgegaan dat bij eene verplaatsing der meer derheid hij de aangewezen Kabi netsformeerder zou zijn. Alleenlijk werd door velen gevreesd, dat juist dit als van zelfsprekend feit in 1909 de n i e t-verplaatsing der meerderheid tengevolge zou kunnen hebben. Daar was echter niets aan te doen. Toen kwam, onverwacht en, gel ij k wij met stelligheid weten, on voorbereid de crisis. Indien ook toen nog de Premier van 1901 19O5 met de Kabinetsformatie had kunnen worden belast, zou daartegen door ons toen evenmin als in 1901 gereageerd zijn. Het schijnt echter niet wel mogelijk te zijn geweest, en wij begrijpen en b i 11 ij k e n de gemoedsstemming van dr. Kuyper, die de ge legenheid om opnieuw den hoogsten zetel in te nemen, ten einde zijne krachten te wijden aan 's lands bestuur, zich zag afgesneden. Aan ijdelheid en diergelijke behoeft daarbij in het minst niet te worden gedacht. Maar van het oogenblik af, dat het getij verloopen was en een ander als Premier optrad, terwijl naar menschelijke berekening, d.w.z. naar den gewonen loop der dingen, er niets meer aan te doen was, hebben wij èn beslist het huidige Kabinet als een ^Kabinet van rechts" (niet derhalve als een conservatief Kabinet) ver dedigd, én met alle kracht ons verzet tegen de ^Standaard", toen deze naar ons voorkwam met het oog op wat dr. Kuyper verlangde en o.i. verlangen mocht, stellingen verdedigde die ons onhoudbaar, soms ook inconstitutioneel (•eschenen. Wij hopen dat deze uifeenzetting van ons standpunt bedoelde bladen, en zij die hun ge voelen deelen, zal hebben overtuigd, dat wij aan de o.i. altijd kleinzielige aanvallen op persoon en karakter van den politieken tegenstander ons niet hebben schuldig gemaakt. Nog heeft De Standaard den hoofdred. ven de Nederl. het karakterkrenkende en persoonlijk bele6digende van zijn aanvallen trachten aan te toonen met de herinnering aan zijn verwijt dat De Standaard //onwaar heid op onwaarheid stapelt", aan dr. Kuy per dat hy //draait", omdat hy op een punt van staatsbeleid van inzicht is veranderd en hem openlijk aanwijst als een die snoeft-, terwrl De Standaard, voorts verwijst naar Het Volle en de Middelburqsche Courant, die van het baleedigende dienzelfden indruk hadden gekregen. Snoeven. Den 27 Februari bespraken wij een artikel van de »Standaard", waarin gewaarschuwd werd voor de sympathie van Chr.-hist, zijde met het Kabinet; voor het conservatief-liberale element, waarmee ook op ons gedoeld werd. Daartegenover staat dan »de antire"ol. en de R.-Kath. partij, gereed zich in dit conservatie ve zog niet te laten meetrekken"^daarvoor zijn beide deze partijen innerlijk veel te deugde lijk georganiseerd, weten te goed wat ze willen en staan muurvast in hun (hare) overtuiging. O p eigen terrein blijven ze die ze zijn. Voor als na zullen ze leven uit de Christelijke beginse len." Daarop schreven wij»wij zullen evenwel eens nagaan, wat nu eigenlijk van al dat snoeven over echt-antirevolutionair in tegenstelling van Christelfjk-historisch aan is," en wij toonden met feiten aan dat er n i e t s van aan is. Is dat woord »snoeven" in dit verband per soonlijk, beleedigend Is het onjuist Is het tegenover die valsche en tergende beweringen, te kras Draaien. Den a3en Januari deelden wij den bekenden brief van dr. K. over zijn houding in zake de Verzekeringswetten volledig mee. Daarop volg de een korte resumtie, waarin o. a. het vol gende ^daardoor verliep het gunstige getij derhalve is hij (dr. K.) omgedraaid, en gaat hij over naar 't vroeger bestreden Staatssocialisme" enz. Hoe kon, wat dr. K. zelf ons berichtte, dui delijker worden weergegeven Wat beleedi gends steekt er in Dit laatste ware nog aan te nemen, indien van dat ^omdraaien" (niet »draaien") een verwijt ware gemaakt; het be toog strekte echter niet, om de aandacht daar op te vestigen, maar op iets geheel anders, nl. dat de volgelingen hadden te zwijgen dewijl zij vroeger niet tijdig hadden gesproken. H ij (dr. K.) stapelt onwaarheid op onwaarheid. Het is ons niet gehikt het nummer te vinden, waarin dit staat. Missehien wordt gedoeld op ons artikel van 5 Mei, »Eenheid boven alles", waarin wij trachtten te verklaren, hoe het komt dat letterlijk ieder, die met D e S t d. moet debat- teeren, klaagt over het s-onjuist meedeelen van 't gevoelen harer bestrijders"»het stelselmatig verzwijgen en doodzwijgen". Wij betoogden dat „als men aan eenheid de hoogste waarde in het geestelijke, toekent, bepaaldelijk in het poiitieke leven, „alles, ook de waarheidsliefde' moet wijken." Hoe ook geneigd dit stelsel zacht te be- oordeelen bedoeld artikel draagt daarvan de blijken van ons beweren op dit punt iets terug te nemen kunnen wij niet. Mooi is het stelsel niet, maar politiek is 't wel, en groote mannen zijn dr. Kuyper er in voorgegaan. Het Volk en de Middel b. Ct. Zou de Standaard nog nooit hebben opgemerkt, hoe tegenstanders voortdurend er op uit zijn, de „bondgenooten" tegen elkaar op te hitsen Kent zij zelve aan zulk geschrijf eenige bewijskracht toe Wij moeten 't ons getroosten dat een paar regels aanval een paar kolommen verweer tot nasleep hebben Maar met deze laatste opmerking van De Nederlander zijn wij 't hartelijk ease. Misschien zal zij nit haar tot niets leidend geschrijf wel 't besluit willen trekken dat 't beier is dr. Kuyper, den partyleider en diens „qualiteiten" buiten het debat te houden. Wy antirevolutionairen kunnen nu eenmaal dergelijke aanvallen niet best verdragen, niet omdat wij de waarheid niet willen hooren, maar dewyl wij meenen dat de kijk dien DeNederlandtr heeft op den als minister „minder gevaarlijken" partijleider minder juist is; en, wanneer 't tenslotte tot nadere verklaring komt, het toch weer blykt wat natuurlijk gelukkig is 1 dat niets persoonlijks of beleedigends bedoeld werd. Daarom is de beste weg, ter vermyding van indrukken als door't „planken"-argu ment algemeen gewekt, dezeDe Stan daard houde den hoofdredacteur van De Nederlanderen De Ned. houde den hoofd red. van De Stand, voortaan buiten 't debat- Frankrijk. Men is verrukt over de rede van Jaurès, uitgesproken bij diens interpellatie in de Kamer de vorige week over'tMarokko-spel. De leider der sociaal-demooraten heeft zijn oude vrienden niet gespaard. Hij heeft de heele Marokko-politiek der regeeriug tegen den grond geslagen. Van den beginne af heeft hij haar gewaarschuwd trek terug. Doeh deze evenals de Spaansche, verrukt over haar opdracht vanwege 't coDgres van Algeciras, weigert schaamrood te worden over haar Saters, en schudt bij elke aan maning tot terugtrekken maar steeds zege vierend het hoofd, en de Kamer schudt mee. Ook in de zitting van Donderdag ver hief hij zijn waarschuwende stentorstem. Niet geheel zonder grond verweet hij om te beginnen den minister van buiten- landsohe zaken gebrek aan doorzicht. Met den dag wordt het duidelijker dat Moulay Hafid in Marokko de eigenlijke heerscher is, dat Abd-el-Azis, wien nog altijd Frank rijk de hand boven het hoofd houdt, van zijn vroeger gezag slechts de sehaduw heelt behouden, en dat hij omver valt, als een blok, zoodra de beschermende Fransohe arm hem begeeft. Dat zei Jaurès hadt gij, regeering, moeten inzien, al lang gele den. Ge hadt u moeten houden aan de neu traliteit tusschen de beide broers, waarvan ge alleen zeidet dat ge ze in acht naamt, en niet door uw feitelijk optreden tegen den zegevierenden pretendent moeten handelen tegen den wil van gacsoh het Marokkaan- sohe volk. Ge hebt gekozen, wat fout was, maar ge hebt bovendien verkeerd gekozeD, en dat is onvergeeflijk. Ik schuw u ernstig dat het op het punt staat spaak te loopen met uw Marokko-politiek. Ce n'est que la vérité qui biesse, zegt het spreekwoord. Nooit zag men minister Pichon, die zich toch al lang niet behage- lijk gevoelt in het Marokkaansohegebeuren van de laatste weken, zoo wild van woede. Zijn bijtend verwijt aan Jaurès: „gij spreekt hier namens Duitsehland" werd door een verwoed protest der socialisten gevolgd, doeh toen dat afgeloopen was, zette Jaurès zijn rede voort. Eo toen hij klsar was, en de minister zwak geant woord had, dat men nu eenmaal Abd-el- Azis niet los kon iafea, en dergelijke, was een ieder onder den indruk daiket gelijk aan Jaurès' zijde was. Tooh verwierf zijn motie slechts 79 Btemmen. Ruim 400 stem men verklaarden zieh er tegen. Zij konden niet anders. Frankrijk zit nu eenmaal in de muizenval, en 't beste is nu maar dit niet te willen weten. Engeland. Het Engelsche ministerie is door het overlijden van C. B. versterkt. Asquitt heeft terstond een paar radioalen in het kabinet genomen, en een wet ingediend, die van radicalisme aan elkaar zit: de pensioenwet. Tooh heeft dit de positie der liharalen, in 'tland niet gered. Dank zij den afval der arbeiderspartij die in een voorstad van Londen bij de stemming voor een lid van van 't Lagerhuis in een liberale vacature met een eigen oandidaat was aangekomen, werd de unionist met 100 stemmen meer dan de liberaal gekozen, de arbeider had 1200 stemmen bekomen. Herstemming kent men in Engeland niet daar geldt sleehts de meerderheid. Als daar 27 stemmen worden uitgebracht, dan is iemand, die 10 stemmen heeft, gekozen, wanneer zijn tegenoandidaat er 9 heeft en nog een derde oandidaat 8 stemmen be kwam. Zoo verliest haast bij elke Lagerhuis stemming de liberale partij terrein. En uu is er nog al een arbeider in 't ministeiie de leider der werklieden John. Burns, en dat is lang Diet een van de minste. Op 't oogenblik evenwel is de man lijdende. Een paar dagen geleden hadden enkele kranten niets dan het bericht, dat hij koude had gevat. Maar, terwijl bij met die ver koudheid rondliep, blijkt er nu iets anders bij gekomen te zijn. Verleden Zaterdag was Burns naar het Hyde Park gegaan, om de betooging van de stemrechtvrouwen te zien. Toen hij weer uit het park kwam, was de minister getuige van een botsing tusschen een mo torrijtuig en een omnibus, waarbij een politie-agent gewond werd en ernauwelijks het leven afbracht. Het motorrijtuig rende op de omnibus in en de agent kwam tus schen de twee voertuigen in den klem. Burns snelde met anderen toe, om den man uit dien toestand te bevrijden en trok dapper mee aan het motorrijtuig. Burns is een gespierd man, en, indien hij heele- maal gezond ware geweest, zou die karwei hem niet te zwaar zijn geweest, maar nu was de inspanning hem te groot geweest en klaagde hij bij zijn thuiskomst over pijn in de borst. Zijn toestand moet niet vrij van zorge lijk zijn. Italië. De landbouwstaking is nog niet ten einde. Gisteren kwamen te Parma 500 land arbeiders aan om de stakers te vervangen. Zij werden door een paar duizend arbei ders opgewacht die bet station letterlijk belegerden, doch door cavalerie uiteenge dreven werden. Te Parma schijnen arbei ders van andere bedrijven met de stakers gemeenezaak te makenalthans wordt bericht dal daar de algemeene werksta king is afgekondigd. De staking heeft zieh nu tot de omstre ken van Bologna; in de provincie Rovigo en Venetië uitgebreidin de provincie Mantua heeft zij een dreigenden omvang verkregen. Het land wordt daarbij ook nog geplaagd door een persstaking. Een afgevaardigde der Kamer had de pers „beleedigd" eo

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1