NIEUWSBLAD VOOR ZEELAND. No. 198. 1908 Vrijdag 22 Mei. 22e jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK JONGË-VERWESÏ te Goes F. P. D'HUfj, te Middelburg. PRIJS DER ADVERTENTIËN UIT III PARS. Uit de Tweede Kamer. 1EDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p. p. 1,25. Enkele nummers0,02°. UITGAVE DER: FIRMA EN VAK van 5 regels 40 cent, iedere regel meer 8 eens. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Zetten. Op verzoek nemen wij het onderstaande nit De Standaard over Dezer dagen kon men in verschillende bladen de advertentie vinden, dat het toe latingsexamen voor 't Gereformeerde Gym nasium te Zetten ''Arnhem), ik meen in de msaod Juni, zou afgenomen worden. Eet Chr. Gymnasium te Zetten {Arnhem)! Die ol ktle bij voeging Zetten Arnhem) sluit een meer dan 40-jarig tijdperk van het oudste christelijk gymnasium in ons laDd af. Uit de Koninklijke goedkeuring van de Statuten toch blijkt, dat reeds 5 Mei 1867 de Vereeniging voo: Gymnasiaal Onderwijs te Zetten (Opleidingsschool) als rechtsper soon werd erkend. Velen in 't land meenen dat Doetinchem ook een Christelijk Gym nasium heeft, maar dat is onjuist. Zetten had lange jaren in ons land de eenige inrichting voor Christelijk Gymna siaal Onderwijs. Honderden predikanten, rechtsgeleerden e. a., die thans in 't Vader land een eervolle positie bekleeden, die in kleineren of grooteren kring invloed uit oefenen op de leiding van ons Christelijk volk, hebben er een voornaam deel van hun opleiding ontvangen. In die jaren toch, van 15 tot 20 heeft voor de meeste menschen de beslissing plaats in welke richting 't leven zich verder zal voortzetten. Het blijft de onvergankelijke verdienste van ds Van Lingen, dat hij met scherpen blik dit niet alleen waarnam, maar gepoogd heeft 'n beslissenden invloed uit te oefenen in een tijd, toen men in onze kringen over het algemeen slechts oog had voor de lagere school. Ds Van Lingen was een van die mannen uit de Reveilbeweging, die aan pakken durfde, die van doorzetten, van vol houden wist, waar anderen den moed had den lateD zinken. Aanvankelijk nam hij enkele jongelui bij zich aan huis, die hij voor het admissieëxamen van de Universi teit trachtte voor te bereiden. Een taak, vroeger heel wat lichter,dan die nu zou zijn. Uit dit kleine begin is het christelijk gym nasium geboren, dat in de jaren van 80 tot 90, 'zal ik maar zeggen, inderdaad tot groo- ten bloei was gekomen. Ds Van Lingen was de man, ten volle berekend om het groote huishouden te besturen. In den stal van de gymnasiale boerderij even goed thuis, als in een der klasselokalen,om er de plaats van docent te vervullen. Een man met Ijzeren hand Een dier persoonlijkheden, gelijk wij ze, in de dagen van onze worsteling tegen de overmacht van het liberalisme, op alle terrein zagen optreden. Ds. Van Lingen was met het Christelijk gymnasium één 1 Het was zijn stichting, zijn roem, zijn glorie Toen nij eehter meende op kerkelijk ge bied een positie te moeten innemeD, geheel in strijd met het kerkelijk standpunt van bijna allen, die het gymnasium steunden, bestuurden, hun kinderen er heen zonden, was het oogenblik van scheiden aange broken. Hiermee was het eerste tijdperk van Zetten's gymnasium afgesloten. Straks wordt het naar Arnhem verplaatst en daar mee breekt een derde periode aan 1 Ik verwacht, dat het onder Gods zegen thans een geheel nieuwe ontwikkeling tegemoet gaat. Arnhem is een stad bij uit stek voor een Christelijk gymnasium aan gewezen Menschen, die niet aan een be paalde plaats gebonden zijn, zullen bij voor keur Arnhem of de naaste omgeving tot woonplaats verkiezen. Bijna nergens toch in ons vaderland spreidt de natuur met zoo kwistige hand haar schatten ten toon, als hier. Het Geldersohe leven is daarbij toeh altijd nog goedkooper dan in vele andere streken. De zuivere, gezonde lucht van onze bossohen is een medicijn voor hen, die in het polderland met allerlei kwalen te kampen hebben. Arnhem is voor onze jongelui geen stad zoo vol verleiding, als bijv. Amsterdam of Den Haag. Wanneer de ouders, die hun jongens van huis moeten zendeD, onder zoek doen, zal het wel blijken, dat ze voor piet te hoogen prijs voor hen fatsoenlijke, betrouwbare inwoning, met eenig toezicht, kunnen verkrijgen. Ik meen, dat zich be reids een oommiesie heeft gevormd, welke daarvoor zorg draagt. De gymnasiasten van Zetten zongen in vroegeren tijd, miesehieD doen ze het nog wel, „Zetten ist das sehönste Dürflein'', maar ze zouden in Arnhem, in Oosterbeek, in Roosendaal en Velp, in geheel die sohoone omgeving op een vrijen Zaterdag namiddag nog heel anders jubelen, dan in hel boseh van Hemmen Bet internaat, waarop het gymnasium in een zoo geïso leerd plaatsje als Zetten, wel moest drijven, wordt opgeheven. Arnhem is echter van alle kanten per spoor gemakkelijk bereik baar, zoodat ook het Achterland nog heel wat „spoorstudenten" kan leveren. Uit het jaarverslag over 1907 blijkt, dat de nieuwe cursus, in 1907 begonnen, 47 leerlingen telde, dat is over de zes klassen gerekend, nog geen acht leerlingen per klasse. Het onderwijs kan er derhalve in de puntjes in orde zijn. Het blijkt uit dit jaarverslag „dat men met het eindexamen niet ongelukkig is". In 1906 slaagden er van de zeven examinandi zes. Dat is onge twijfeld een uitstekend resultaatOok ait dit oogpunt gezieD kunnen de ouders der halve met volle vrijmoedigheid er hun kin deren toevertrouwen. Ik zeg Jcinderen" en niet „zoons", want ik vermoed, dat nu het gymnasium te Arnhem gevestigd wordt, er zich ook wel meisjes zullen aanbieden. Het komt mij voor, dat daartegen van uit ons standpunt geen bezwaar kan zijn. Het gymnasium zal voorloopig gevestigd worden in een flink heerenhuis met tuin, gelegen aan den buitenkant van Arnhem, in de Kastanjelaan. Zoo op het oog gezien, schijnt dit gebouw, dat reeds ontrvimd is, voor het doel alleszins gesohikt. Zoodra het aantal leerlingen niet meer gemiddeld 8 per klasse zal zijD, maar de 20 zal naderen, is er nog tijd gonoeg, voor een eigen schoolgebouw de plannen te ont werpen. Ik hoop, dat het daartoe zal komen en dat we dan in Gelderland meteen de eerste Christelijke Hoogtre Burgerschool zullen kunnen openen. Een gymnasium en eene Hoogere Burgersohool kunnen elkaar steunen. Er zijn leeraren die aan beide inrich tingen verbonden kunnen zijn. Ook bij dergelijke openbare inrichtingen, voorai in kleinere plaatsen ziet men dit herhaal delijk. In eene stad als Arnhem zijn daarbij yoor enkele speciale vakken, gemakkelijk leeraren te betrekken. De christelijke aotie is over 't algemeen in Gelderland wat langzaam in hare be wegingen. Ze heeft veelal wel den tijd, ze doet graag kalm aan, ze rioht zioh bij voor keur niet op het beljjude, ze is Geldersch, in de historische beteekenis van dit woord. Hiertegenover staat eerst, dat ze daardoor liever aantrekt dan afstoot. Meer op werven bedacht is, dan op wereD. En zooveel heb ik er wel van begrepen, dat zonder iverven het gymnasium er niet bovenop zal komen. Hopen we, dat het oudste Christelijke Gymnasium van ons land te Arnhem het tijdperk van haar hoogsten bloei tegemoet ga, en voor vele joDge mensohen ten tijdelijken en eeuwigen zegen zal zijn Staatszorg voor den Ouden Dag. De Nieuwe Courant (vrij lib.), aan 't slot van baar betoog, waarin zij het Engelsohe stelsel boven 't Duitsohe verkieslijk aoht) schrijft Een pleidooi voor de invoering van staatspen- sioneering van oude behoeftigen in Nederland willen wij hiermede niet houden. Al staat het onderwerp der ouderdomspensio- neering of -verzekering, saamgekoppeld met de invaliditeit (welk verband evenwel door den mi nister Veegens verbroken is en daarmede een gevoeligen knauw heeft gekregen) op een aantal politieke programs, al werden reeds twee regee- ringsontwerpen ingediend en ingetrokken naar onze overtuiging is het niet voor oplossing vatbaar, niet »aan de orde", zoolang onze onge vallenverzekering niet op deugdelijke» voet is ingericht en onze Armenwet niet grondig her zien, Eerst daarna kan er aan wettelijke ouder domszorg gedacht worden en wat voor dit onmiskenbare volksbelang van staatswege te verrichten valt, zal dan in hooge mate afhankelijk zijn van den stand van 's Rijks financiën en van de mogelijkheid om die door nieuwe of verhoog de belastingen, door het openen van andere bronnen van inkomsten dan wel door belangrijke bezuinigingen op de overige staatsuitgaven ge noegzaam te versterken. Volgde men het Engelsche voorbeeld, dat (voor Engeland) 6 millioen pd. st. moet kosten, de som die die jaarlijks op o n s budget voor dat belang zou moeten worden uitgetrokken, zou de bijdrage, waarop de voorstanders der dwang verzekering in hun stelsel rekenen, niet aan merkelijk overtreffen. Maar, gelijk gezegd, aan die becijferingen zijn we nog lang niet toe. En bovendien zien we nog steeds geen reden om a priori het Belgische stelsel van vrijwillige verzekering (met staatsbijslag) te verwerpen, (in zijn praeadvies voor de Vereeniging v. d. Statistiek blz. 122,) waarvan wij met mr. Ter Spil zeggen»Een proefneming over een vijf tal jaren, zoodat men althans over eenig defi nitief resultaat kan oordeelen, is de zaak in elk geval waard." Inmiddels moge de daad der Engelsche Regeering de blikken onzer politieke partijen weder eens naar het Westen trekken en ertoe bijdragen, zoo mogelijk, den ban te verbreken, waarin de Duitsche dwangverzekering ze ge vangen houdt. Prof. Fabius schrijft in De Rotterdammer IJdele verwachting. De Standaard stelt het in haar nummer vau 28 April voor, alsof men zou kunnen be ginnen met het Duitsche staatssocialistische stelsel, om dan later naar beter spoor over te gaan. Of men zich op die wijze ook bedriegt Duitschland zelf ziet zoo weinig kans om er van bevrijd te worden, dat het nu maar hoopt, dat andere Staten zijn voorbeeld zullen volgen. Ook is er in zekere kringen voortdurend een streven om het stelsel steeds verder uit te breiden. Terwijl middelerwijl in Duitschland door het stelsel de openbare armenzorg al meer toe neemt, en het volk voortdurend door de wet geving in socialistischen geest wordt opgevoed. Zoo te recht zeide Dr. Kuyper in 1874„Wie eenmaal een weg inslaat, aan welks einde de mechanische opvatting van den Staat ligt, wordt zijns ondanks al verder en verder voort gedrongen. Men roept een geest op, dien men zelfs niet meer kan bezwerenook dan niet, als men zelf persoonlijk vijandig tegenover het socialisme staat en het hart zich met alle kracht tegen zijn propaganda verzet" (Eenige Kameradviezen, bl. 167). Was dit daarom „de theorie" tegenover het „warm Christenhart" Het ontslag-Schutte. Patrimonium bevat in deze zaak de vol gende nadere meedeelingen In het nummer der vorige week werd melding gemaakt van het ergerlijke en ongehoorde feit., dat zich dezer dagen in Arnhem heeft voorgedaan aan de meubel fabriek van den heer J. Munk. Voor hen die dezen verdraagzamen en verlichten fabrikant nader wenschen te leeren kennen, diene het volgende De heer Munk, een Oostenrijker, van af komst 'n Israëliet, (echter geen Nathanaël) is een fabrikant die zelf geen vakkennis bezit en daarom het bestier van het techni sche deel van den arbeid in de fabriek aan een ander moet overlaten. Deze taak was door hem aan den nu ontslagen meester knecht Schutte opgedragen. Een moeilijke taak, wanneer men bedenkt, dat de heer Munk doorgaans weinige goede vaklieden aan zijn fabriek kan krijgen als gevolg van de erbarmelijke lage loonen, die door hem worden betaald. Zij die per stuk werken, zagen telkens op de meest willekeurige wijze hun loon door dezen modernen Laban in hun nadeel ver anderd. Geen wonder dan ook dat de mees ten, zoodra ze daartoe de kans schoon zien de fabriek verlaten met den hartgrondigen wensoh, er nooit in terug te keeren. In den loop der vorige week verlieten, met dezen wensoh bezield, weder vijf werklieden de fabriek. Ook Sobutte ondervond des patroons wil lekeur bij de vaststelling van zijn loon. Bij zijne indiensttreding werd hem door deD heer Munk beloofd, dat na verloop van zes maanden zijn salaris met 2 gulden per Week zou worden verhoogd. Nadat anderhalf jaar was verloopen ont ving hij 1 gulden verhooging. Om den voortdurenden exodus onder zijn personeel eenigszins tegen te gaan, werd door den heer Munk bepaald, dat diegenen, welke een vol jaar bij hem bleven werken, 1 pot. provisie zou worden uitgekeerd van een bedrag als door hen in dat jaar was verdiend. Zij die het zoover braobten, dat zij twee geheele jaren in zijnen dienst bleven, zou den VU pot. genieten. In het bijna ondenkbare geval dat zij zioh na verloop van drie jaren nog in de fabriek bevonden, zou deze provisie klim men tot l'/2 pot. Op 1 Januari 1907 ontviDg ook Schutte 1 pet. provisie. Januari 1.1. leefde hij in de blijde verwachting IV4 pot. te zullen ont vangen. Dit geschiedde niet, maar wel werd hem medegedeeld, dat zijn weekloon weder 1 gulden was verlaagd. Toen Schutte hiertegen protesteerde en 0 m. ook wees op het groote gezin, dat bjj van dit weekloon moest onderhouden, werd hem door den patroon onder het oog gebracht, dat het voor een werkman eigen lijk een ongepaste en ongeoorloofde weelde was, er aeht kinderen op na te houden Hijzelf de patroon, had zioh met een kind tevreden gesteld Schutte berustte in deze en meer derge lijke willekeurige handelingen, tot einde lijk de patroon kwam met den onzinnigen eiech om voor het lidmaatschap der kerk en der Chr. Yereenigingen te bedanken. Deze geschiedenis in het vorige Dummer vermeld, werd ook in Arnhemsch Dagblad medegedeeld. De heer Munk deed de Redaolis van dit blad daarop weteD, dat Van Munster en Noordhof de zaak verdraaiden leugenachtig hadden voorgesteld. Toen de Redactie hem eehter plaatsruimte aanbood in haar blad, om zioh te verdedigen of te doen verdedigen bedankte hij voor dit aanbod. Waarin het leugenachtige van dit bericht gelegen kon zijn Het is mogelijk, dat de heer Munk gedoeld heeft op het niet ver melden van de reden, door hem opgegeven, voor het dwangbevel aan Schutte. Misschien wordt de toorn van den heer Munk eeniger- mate gestild, wanneer alsnog deze reden wordt vermeld. De heer Munk dan beweerde, dat hij geen Katholieken, geen Christelijken, geen soci alen, van welke vereenging of kerk ook, in zijnen dienst wilde hebben".Hij verklaarde alleen werklieden, niets dan werklieden te willen hebben. Die werklieden moesten zich met niets anders bemoeien dan met hun werk. Des Zondags en 's avonds behoorden ze niets te doen dan te rasten om 's morgens weer frisch voor het werk te kunnen zjjn". De werklieden zijn, gelijk hieruit blijkt, in de oogen van dezen fabrikant niets anders dan werkezels zonder ziel en zonder geest. Vermeld kan nog worden dat op de Dinsdag j. 1. gehouden ledenvergadering van Patrimonium deze zaak is besproken, waarna de volgende motie werd aan genomen „De afd. Arnhem van 't Nederl. Werklieden verbond Patrimonium, in gewone vergadering bijeen op Dinsdag 2t April in haar gebouw gehoord de mededeelingen over de kwestie, die gerezen is tusschen haar lid Schutte en zijn gewezen patroon, den heer Munk, meubel fabrikant alhier spreekt hare diepe verontwaardiging uit over de handelwijze van bedoelden patroon en be sluit met alle eerlijke en gewettigde middelen de aangevangen actie in deze kwestie krachtig voort te zetten". Naar oude gewoonte. De Standaard schrijft Hier en daar verried zioh de laatste we- •-TTi-r—Ti"*,,T7rr"^0"-ttfi«'t,r-r,atarr*T-iiinfctti'r"»,rrrnm'i t*ïtiihi uur ken in enkele organen van onze pers een altoos bedenkelijke onzekerheid, wat ons in 1909 zou te doen staan. Geve men hieraan niet toe. Onzekerheid verzwakt. Alleen wie weet wat hij wil, en reoht op zijn doel afgaat, staat zelf sterk, en sterkt anderen. Bovendien, er bestaat voor aarzeling of onzekerheid geen schijn of schaduw van reden. VVe zullen in 1909 doen, wat we altoos hebben gedaan, en naar oude gewoonte het beproefde pad sfloopen. Nooit is onze strijd om personen, maar al toos om beginselen gegaan. Voor die be ginselen hebben we, naar de stand van het oogenblik het eischte, do toepassing gezocht op die punten van Staatsbeleid die om rege ling vroegen. Hiervoor gaf ons Program van Aotie de formuleering. En had de De- putaten vergadering zuik een Program van Aotie vastgesteld, dan stelden we oandida- ten, die 't over dit program met ons eens waren. En waren eenmaal die eandidaten gesteld, dan gingen we voor heD, als onze mannen, in het vuur. Zoo gingen we te werk, onverschillig welk Kabinet er zat, in de hoop, dat, stond het Kabinet tegen ons program over, onze Kamerleden er met te meer warmte voor zouden opkomen, en bleek het Kabinet met ons Program homogeen, onze Kamer leden zulk een Kabinet te ij veriger steunen zouden. Wat oorzaak zou er dan zijn, om in 1909 van dit beproefde pad af te wijken? We zijn geen politieke partij in dien ziu, dat we een instrument zouden wezen, om aan eenige politieke mannen de bevredi ging van hun eerzucht gemakkelijk te maken. Steeds dreef hooger beginsel ons aan. We versohenen in het veld met de banier van het Kruis omhoog, om de heerschappij der Christelijke beginselen in onze staats rechtelijke samenleving te handhaven. Voor die beginselen bonden we den strijd aan, en in het teeken van het Kruis poog den we te overwinnen. Tusschen de aanhangige debatten over staatsexploitatie van spoorwegen werd gis teren een drukke discussie gevoerd over het ontwerp tot goedkeuring van het posteon- traot met de stoomvaartmaatschappijen /Nederland" en ,/Rotterdamsohe Lloyd". Het werd aangenomen met 34 tegen 30 stemmen. De geheele rechterzijde, voor zoover aanwezig, stemde voor. De heer Van Vuuren was een der vurigste verdedigers. Aanvankelijk was de afgevaardigde van Zevenbergen er niet voor. Het was een //verkapt subsidie" naar zijne meening. Maarbij nader onderzoek bleek hem wel anders. Het te sluiten postoontraot is een doodgewoon //oontraot van huur-en verhuur van diensten" met maatschappijen-, welke uitstekend hare diensten vervullen. De daarvoor te betalen prijs is volgens dhr Van Vuuren niet te hoog. Ook niet in vergelij king mei het buitenland. En nu spreektmen wel van de //hooge dividenden", welke de maatschappijen uitkeeren. Maar wat is daarvan aan F De heer Van Vuuren heeft de moeite genomen, om een en ander nategaan. Er waren zeker jaren van hoog dividend, maar toch in de jaren van 1900 tot 1903 keerde men hoogstens 4' /2 pCt. uit. Gemid deld gedurende de 87 jaren van haar be staan keerde de //Nederland" 6,8 pCt en de «Lloyd" gedurende haar 24-jarig bestaan 6,7 pCt. uit. Waarlijk niet te hoog. Vooral niet bij een zoo wisselvallig bedrijf. Zoo deed de afgevaardigde van Zevenbergen zijn best om de Kamer gunstig te stemmen voor een ontwerp, waarvan het alleen jam mer was, dat het te laat was ingediend, want dhr. Hubreeht herinnerde er nog aan, hoe het oontraot binnen enkele dagen af loopt. Op deze wijze meende de afgevaar digde van Amsterdam kon de Kamer voortaan wel eens de behandeling weige ren. En de regeering zou dan als veranL

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1908 | | pagina 1